Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No, 923
schijnlijk dat aan de Corporation de bevoegd
heid, die zij van plan schijnt te vragen,
inderdaad zal worden geschonken.
Socius.
Philanthropie in Amerika.
Eenige weken geleden gaven wij een paar cijfers
van liefdadige werken, door Amerikaansche par
ticulieren gesticht. Ziehier een aanvulling daar
van : In 1893 werd aan liefdadige instellingen
geschonken ongeveer 80 milKoen, in '94 omstreeks
vijftig. De d»pres8t« in handel en bedrijf, »
achteruitgang der zilverprijzen en allerlei andere
redenen zijn oorzaak van dien achteruitgang. De
grootste schenking bedroeg een som van ruim
3 millioen. Dr. Ensch Bratt te Baltimore deed
ze ten behoeve van een bibliotheek. Dan volgen
er acht van ongeveer 3 millioen, van Thomas
Standford voor de Standford-university, van James
J. Hill te St. Paul voor paedagogische doelein
den, van een ongenoemde te Manchester voor
het college der United-Brethren, van C. B. Beek
bjj testament voor de vereeniging tot bestrijding
van menschelyke boosheid, van Edward Reid te
Orange, eveneens bij testament, voor
algemeeenfilantropische doeleinden, van mevrouw Miranda
Lust te San Francisco voor ambachtsscholen,
van Richard Ssiith te Philadelphia voor de stad
Philadelphia en nan mevrouw Ira P. Erringtpn
te Portland voor de algemeene liefdadigheid.
Dotaties werden besproken tot den minimumgrens
van f 2500 ten getale van 220; de voornaamsten
daarvan z\jn de testamentaire beschikkingen van
J. U. de Lavaga en mevrouw Kate M, Johnson,
de een e van n drie kwart, de andere van ruim
anderhalf millioen, beiden voor een hospitaal te
San Francisco; verder die van J. C. Wilmerding
ruim een millioen van San Francisco voor de
universiteit, van den heer ilosenberg te Galveston
voor de openbare bibliotheek en van J. H. Wright
Ton New-Yozk voor opvoedingsgestichten ieder
6 ton. Enzaovoorts, enaooTOorts.
Museum ter voorkoming van ongelukken.
Van het museum van voorwerpen ter voorko
ming van ongelukken in fabrieken en werk
plaatsen is het derde verslag (1893?1894)
uitgekomen, een boekje dat, verspreid, zeker tot
de populariteit van deze zoo nuttige instelling
veel zal bijdragen. Het bevat, behalve een cata
logus van de verschillende voorwerpen, een aantal
afbeeldingen van de zalen en het daar geëxpo
seerde. Hoe snel het museum vooruitgaat in de
belangstelling van nijveren zoowel als door aan
koop van de noodige voorwerpen, blijke hieruit,
dat van de 204 nummers van den catalogus er
omstreeks 90 nieuw zijn, d. w. z. in '94 werden
gekocht of ten gi schenke of in bruikleen ontvangen.
imilllHinniiiiiiiiiliHiiiiiiHiiiiiiiiiiiHiiiimiiiiiiiHnniiliiiHiiiiHiimimiiii
Inhoud van verschillende bladen.
Handelsblad. 23, 26 27 Febr. «Over
Amsterdam's Scheepvaartbeweging in 1894." I, II, III.
24 Febr. «Godsdienst en Wetenschap."
(Berthelot en Brunetière in de JKevue des deux
monden).
24 Febr. «Schoolarrest" door W. Degenhardt.
26 Febr. »Wetenschap en Practijk," ingez.
door Rochussen (muntquestie).
27 Febr. «Spoorwegtarieven voor
Suikervervoer op Java".
De Standaard. 25, 27 Febr., l Maart,
»Beschermei.de Graanrechten" I, II, III (slot).
Het Centrum. 25 Febr. »Een vruchtbare
Actie" (de Duitsche Centrumpartij).
27 Febr. «Arbeidsduur" (in België) door dr.
Lucas.
28 Febr. «Naar aanleiding van een leemte"
(omtrent de verzekering van werklieden).
l Maart. »De Vinger op de wonde" (Umsturz
vorlage en godsdienst en zedelijkheid).
De Tijd. 22 P'ebr. »Wertfouten" (Ingezonden)
door Z.
23 Febr. »Graanrechten ?" De motie-Dobbelman
aanbevolen.
25 Febr. «Vervreemding ?" door Jan Holland.
Tegen het redactioneel artikel over vervreemding
der standen.
Het X i e u w s van den Dag. 22 Febr.
«Lectuur tegen de Fox Gymnasii.
23 Febr. «Nog eens de Vox Gynmasii".
25 Febr. «Ouderwetsche winters", door G.
'27 Febr. «Brandend van verlangen'/" Het kie
zerschap der lodgers.
28 Febr. »De a.s. benoemingen in de Militaire
Willemsorde'', door R.
De N. R o 11 e r d. C r t. 24 Febr. «..Handels
betrekkingen met Portugal," naar aanleiding der
Verklaring tot voorloopige regeling dier betrek
kingen.
Het Vaderland. 21/25 Febr. «De veilig
heidswet."
27 Febr. »0nze handelsbetrekkingen met Por
tugal", naar aanleiding ter Verklaring tot voor
loopige regeling daarvan.
Het Haag s c h e Dagblad. 22 Febr. «De
boterquaestie", staatstoezicht bepleit.
24,25 Febr. »Rt.st"; naar aanleiding der rede
van prof. Stokvis te Haarlem.
26 Fehr. «Moties van orde."
Het Utrechtsch Dagblad. 22 Febr.
JEer.e circulaire en hare gevolgen." door H. Joh.
Smid, tegen des heeren Bahlmann's opvatting
van de circulaire van den G. G. betreffende het
voorgevallene in Bezoekie.
24 Febr. «Invoerrecht naar de waarde". Aan
beveling van het desbetreffend ontwerp.
A r n h. C t. 25 Febr. «De manier van werken
in de Tweede Kamer."
27 Febr. «Spraakverwarring over de motie Dob
belman."
M i d d e l b. C t. 28 Febr. «Verzekering tegen
werkeloosheid."
P r o v. G r o n. C t. k 25 Febr. »De Friesche
motie."
De Nederlander. 26 Febr.
«Schoolwetwtjziging."
28 Febr. «Tweeërlei democratie" (Frankrijk
en Amerika).
De Maasbode. 21 Febr. «Katholiek
ondervrjjs", door H. B.
23 Febr. Z. H. de Paus en de katholieke
werklieden, door P. M. Bots, pr. II, 24 Febr. III.
De Liberaal, 23 Febr. «De liberale partij",
polomiek met het Centrum.
«Kiesrechtbeweging" der soc. dem. arbeiderspartij. «De
Standaard en het algemeen stemrecht". »De
bevolking vam Frie&land", door F. Hettema.
De Nederlander (weekblad). 23 Febr.
«Eerst nieuwe kiezers."
Limburger Koerier. 26 »Febr.
Gewetenlooze verspreiders van geldswaardig
buitenLaudsch papier. Eerlyke spoorweg-administratie
in het Yankee-land, door M. de Ras."
22, 28 Febr. «Eigen is ook geen vodje". I, II
(neutraal of Chr. onderwijs)
Recht voor Allen. 23 Febr. »De chris
telijke democraten."
28 Febr. «Barbaren ? (de Bourgeoisie)."
Nieuwe Winschoter C t. «Verkenning
van het terrein. (Umie-rapport)."
Delftsche Opmerker. 23 Febr. «Ar
menzorg".
27 Febr. «Herleving van den schoolstrijd ?"
Friesche Volksblad. 24 Febr.
«Loonsverhooging". IV door W. Stoffel.
Sociaal Weekblad. 2 Maart. «Het in
komen en de grootte van het gezin," door M.
C. M. de Groot. «Het congres der Belgische
arbeiderspartij". »De werkstaking van Roanne,"
door P.
Werkmansbode voor Februari. «De Li
berale Unie."
De Wachter, Soc. dem. volksblad, 23 Febr.
Een nieuwe kiesrechtbeweging.
Bildtsche Courant. 28 Febr. Een be
moediging en een teleurstelling (Opsterland).
De Baanbreker, 23 Febr.
Kiesrechtuitbreiding.
tiiiiiiiiiiiiiiiimiiiimuiiii
T O ON L
Kronieï,
III1II1M11IIIIIIIIIIIIIIII1IIIUUUIIUIIIIIIIWIIIIIIII
Het gezelschap van den heer Chrispijn heeft
hier voor een matig gevulde zaal met veel succes
het Duitsche kluchtspel van Blumenthal en
Kadelburg Twee Wapens, en zonder eenig eft'ekt het
oorspronkelijk pathologische drama Een Visioen
gespeeld. Pathologisch is dit bedrijf slechts in
zooverre als er het gezond verstand geheel aan
ontbreekt. De auteur werkt met de hevigste mid
delen om onbeduidende evenementen teweeg te
brengen, en daarentegen acht hij een gesprek
over geneeskundige gemeenplaatsen, gevolgd door
een paar exclamaties, bevredigende motieven tot et n
moord van een jong meisje door haren aanstaande.
Als de moeder vandenmoordenaar noodzakelijk van
het tooneel verdwijnen moet, om voor hem plaats te
maken, weet de schrijver geen beter voorwendsel
dan een ongeluk overkomen aan een dokter dien
zij juist haar afscheid heeftgegeven. Iedereen schrikt
natuurlijk erg als die tijding gebracht wordt, en
de douairière zal den patiënt in ontvangst nemen.
Daarvoor heeft zij het tooneel te verlaten en weg
is ze. Nu komt het meisje, de jonge man tasteenige
malen aan zijn hoofd, de tooneeelwind giert even
vele keeren achter de schermen, en. na eenige
kletserijtjes, van hebt gij mij nog lief ik !
kan de uwe niet zijn o God, het is verschrik- !
kelijk enz. enz., wurgt hij haar, juist op het
oogenblik dat de oude mevrouw weer binnen
komt. Een pathologisch drama behoort immers
de ontwikkeling van het ziektegeval te bevatten; !
en dit bijzondere ziektegeval, de liefde welke i
door het sensueele in het bloeddorstige slaat,
kon daarom te meer de stofte zijn van een mo
dern drama, wijl de schrijver gelegenheid zou
vinden in onze moderne maatschappij al die
motieven aan te wijzen, welke dezen hartstocht
en zoo vele andere overmatig prikkelen en
tot ontaarding voeren. Maar dit exposévereischt
een geheel andere behandeling dan waarmede de
schrijver van Een Visioen zich van de zaak af
maakt. Het moet niet een conversatie zijn over
medische onderwerpen, maar de pathologische
verschijnselen moeten ons getoond worden in do
handelingen van do personen en op een wijze
die ons belang inboezemt. De verstoring van een
eerlijke liefde door dat de man of de vrouw hunne
drift sadistisch voelen verloopen, laat zich drama
tisch niet door uitroepen, noch door technische
redeneering afbeelden.
Er is in dit stuk niets dat ons interesseert
dan de mededeeling van het geval. liet kon ook
zijn dat Stephan Aleid vermoordde om haar goed
te stelen, of omdat hij haar van ontrouw ver
dacht. De heer Chrispijn zou op geen andere
wijze in zijn haar hebben gegrepen, nog zijn
oogen anders hebben laten rollen. Deze Stephan
beeft blijkbaar reden om erg kwaad, erg zenuw
achtig en erg ongelukkig te zijn, maar als liguur
in een pathologisch drama beduidt hij niets.
De juffrouw die geworgd wordt, heet in het
dagelijksch leven juffrouw Eva Westenberg. Zij
heeft een innemend gezicht, een aangename stem,
goede manieren en geen trucs.
*
* *
Het blijspel dat nu al voor den 25sten keer werd
gespeeld, is beter dan vele andere stukken van
dit repertoire. Maar wonderlijk is het, hoe weinig
het Duitsche publiek van zijne schrijvers schijnt
te verlangen, met hoe weinig de schrijvers hun
publiek tevreden stellen. Twee Wapens wil zeggen
een adellijk en een burgerlijk. Het burgermeisje
trouwt met den adellijken heer.De vaders: een rijke
Amerikaansche «spekslager",een baron van Wettin
gen, liggen spoedig overhoop; en men kent de
tafereelen die de fantasie der tooneelschryvers
van die verhouding samenstelt. Maar nu, telkens
als men denkt dat de auteur een beetje opgang
komt om er iets aardigs van te maken, valt h^'
op zijn derriére en voert eenige
lichaamsverdraaingen uit, waarom gij verzocht wordt te
lachen. Even als of iemand, die een grappig
verhaal doet, daarbij somtijds een langen neus
zet of zijn tong uitsteekt en meent dat deze
grimassen even komiek zijn als zijn verhaal. Het is
noch fijne waarneming van de werkelijkheid, noch
een buitensporige charge. Zooals de schrijver
meent dat de lachwekkende tooneelen zich voor
doen, geeft hij ze terug. De rijke Amerikaan bij
voorbeeld heeft een varken van zilver bij zich in
een groot foudraal, en aan het eind van het derde
bedrijf slaat hij het foudraal open en houdt, met
een triomfeerend, uitdagend gebaar, het zilveren
ding aan de adellijke familie van zijn getrouwde
dochter voor. Hierin nu is niets belachelijks dan
de moeite, welke de schrijver zich geeft om
aardig te z\jn, en de ongegeneerdheid waarmee
hij voor een oogenblik applaus zijn eigen betere
momenten bederft. Want geen enkele Chicagoër
spekkoning heeft varkens van zilver, tenzij hij gek
mocht zijn en het is de duidelijke bedoeling van
de schrijvers hunnen Thomas Forster af te beel
den als een verstandig man. Dit is niet het komieke
uit de situatie in beeld brengen, maar dit is in
de situatie komieke poppetjes brengen die er
weinig of niets mee te maken hebben, en het
geheel bederven. Een totaal en enorm overdre
ven karikatuur zijn deze stukken niet, daarvoor
blijven ze te laag bij de grond. Een satire, met
een goede observatie tot grondslag, zijn ze even
min; daarvoor is de zedenschets te onzinnig con
sequent en te weinig gedurfd, Overigens is de
dialoog puntiger, minder slap en niet zoo grof
als men in deze soort gewoon is te vernemen.
De aanleg van eenige tooneelen is verdienstelijk.
Wat de vertaling betreft, die goed was de
regisseur bedenke dat Rock in het Duitsch niet
hetzelfde is als rok in het Ilollandsch, en dat
men Aii/enthalt beter met verblijf dan met op
onthoud vertaalt.
* -,v
*
Het gezelschap van den heer Chrispijn heeft
het kluchtspel zoo goed gespeeld als van eenig
ander gezelschap kan worden venvucht. Het is
de schuld van het stuk. dat de directeur als de
oude baron soms moet doen of hij gek is; zulke
passages zijn niet te spelen. Maar de heer Chris
pijn voldeed overigens zeer; met een korte, stille
manier van spreken en bedaarde bewegingen, die
zijn fijnen grijzen kop en eenigszins kaduke
beenen completeerden tot een fraai type. Wij
wenschen verder den heer Ternooy Apèl te noemen,
die een zoo goede jonge rol is geworden als
ergens bij ons gevonden wordt. Indien hij oppast
dat zijr.e goede manieren geen gemaniereerdheid
worden, zijn aangenaam geluid vrij van affectatie
blijft, on zijn soberheid niet in droogheid ont
aardt, en bovendien dat zijn enboinpoint niet tot
logheid zwelt, dan is zijn weg als jeune pre
mier gemaakt. Wij ineenen dat de heer Ter
nooy ApM vroeger wel eens op paden is ge
weest die voor zijn voet niet bestemd waren ;
des te grooter is de voldoening waarmode men hem
nu als een zeer presentabel akteur terug ziet.
I lij heeft een wijze van met een kleine hoofd
beweging, een half woord, een lichte trek op zijn
gezicht, iets te kennen te geven, die niet
alledaagsch is. -Of nu diezelfde man de Zwarte
Ikikter kan spelen," zooals zeker toonee!veferaan
een vergelijking pleegt uit te drukken, »dat weet j
ik niet." Het redeneerende, vlugge en geestige, j
is hem eigen. Waren de ouderwetsche termen j
nog in zwang, dan zou men den heer Apèl et n
goeden boii-tirant noemen; voor een financier h
hij nog te jong.
De andere rollen werden ook goed gespeeld.
W.'it aan dit gezelschap iets innigs geeft, is de
bijzonderheid dat het voor een groot doel uit
getrouwde paren bestaat: de heer en mevr. Schwab,
de heer en mevr. Ternooy ApM, de hoer en mevr.
v. d. Horst, do heer en mevr. Westerhoven.
OngelwijtVld hoeft men hieraan het goede samenspel
te danken, een zaak van gewoonte. Zoo schijnt j
deze troep eerder een reizende idylle dan een
theatergezelschap. Het fijnere Frarischo blijspel,
ook Labiche, dunkt mij zijn aangewezen repertoire.
De beste bon-Kivunt intusschen van ons too
neel is van dat dos levens afgetreden. P. A. Morin
is 76 jaar oud geworden. Hij behoorde tot een
geslacht van acteurs die heen gaan en niet wor
den vervangen. Een geheel als de troep van het
iïulerlundscli Tooneel in bare eerste periode
wordt nu nergens gezien, en zou ook niet meer
te verkrijgen zijn. Morin was de groote man
in de toen nieuwe Fransche stukken. Zijn vroegere
vereerders eerden hem niet meer. en hij verwierf
een schaar nieuwe. Hij had zich den
conversatietoon eigen gemaakt en tot een hier onge
kende hoogte gebracht. Van de komediegangers
in die dagen is' wel niemand die Morin zal
vergeten.
v. d. G.
fillem van Znyletfs jubileum.
WlLLKjr VAX ZrVLEX 1).
Jubileum slaat op jubileum, maar voor Willem
van Zuylen's feest is toch een uitverkocht huis
een vanzelf sprekende zaak. Want de Hollanders
hebben veel op met deze bruyante verschijning
op hun tooneel; de wijze, deftige, strakke oude
ren evenveel als het jonge geslacht, dat reeds met
de ontkiemende wijsheid, deftigheid en strakheid
op het gelaat loopt, en zoo niet met een
Wrerthersche melancholie, dan toch met een zeer nauw
daaraan verwante Schopenhaueriaansche
wereldverachting de dingen rondom zich aanziet. Waarom
verdringt zich dit volk van afgemetenheid voor
het loket, wanneer Van Zuylen speelt; waarom
vergeet het zijn contenance, en laat het het bo
venlichaam slieren in alle stuiptrekkingen van
den lach, wanneer bij met zijn wondere drukte
n een Duitsche Schwank of een Fransche
Vaudeville de hoofdrol speelt? Hoe draagt het den
man op de handen, die het brengt tot deze bui
tensporigheid ?
Laat dit in de eerste plaats gezegd worden:
van Zuylen heeft het aangeboren talent van den
tooneelspeler. Geheel afgescheiden van de rol
die hij speelt, gevoelt ieder, die van Zuylen ziet
opkomen, zoo goed als dat met Bouwmeester
het geval is, dat hier iemand staat. Daar is een
zeker vertrouwen, waarmede die figuur zich over
de planken beweegt die zelfs een routine van
veertig jaar zonder meer riet kan geven; een
onuitgesproken bewustzijn van het recht om hier
te staan, om hier een persoon te zijn. In den
loop der jaren heeft dit vertrouwen, bij de toe
nemende populariteit van den jubilaris van het
oogenblik, iets van een zegepraal gekregen. Wan
neer van Zuylen opkomt, en de geestdrift barst
al dadelijk los, staat hij even stil, maar ook
maar even: hij weet wel dat de menschen hem
gaarne zien, en hij weet ook wel, dat hij hen
weder de lever zal doen schudden. Hun reeds
bij voorbaat gebrachten dank aanvaardt hij als
met de belofte: wacht maar, ik begin al !
Zijn voorbereiding is altijd zorgvuldig geweest:
geen tooneelist in Nederland misschien die meer
werk maakt van zijn grime dan Van Zuijlen. en
het Ilollandsche publiek, dat zijn acteurs kent
tot in de rimpels van hun wangen en de vouwen
van hun onderkin, heeft moeite gehad, om van on
der den suikerbakker in «Zenuwachtige Vrouwen'',
of den artistenkop van Crampton de vertrouwde
gelaatstrekken terug te vinden. De miraculeuse
vlugheid waarmede hij zijn zinnen pleegt te
zeg(V.vx ZiTVLHX AI.s PROFKSSOU CRASICTOK 1) ).
gen, maakt het hem tot een onmogelijkheid, met
den souffleur in al te nauwe verbinding te staan,
en zijn rolvastheid is dan ook bij zoo goed als
iedere gelegenheid te bewonderen. Zoo is Van
Zuylen, als een man met aangeboren talent, die
zijn arbeid consciëntieus verricht, en met de
langzaam tot een achtenswaardige hoogte van
typeering gebrachte bekwaamheid een in steeds
afwisselende karakters immer van harte gaarne
geziene liguur geworden wiens grappen en
f) Overgenomen uit: «Het leven van Willem
van Zuylen, door hem zelf verteld, en naverteld
door Henri M. Dekking", verschenen bij Van.
Holkema en Warendorf.