Historisch Archief 1877-1940
No.
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
geschiedenis kan ze immers niet missen; bet
?kunstleven van latere geslachten wortelt in de
?fantazie der vroegere: zonder Chrétien de Troyes
geen Parsival, geen Lohengrin.
Er behoort een diepe kennis van het
onder'?werp toe om in zulk een betrekkelijk klein bestek
-een overzicht te geven van het leven en werken
van een man als Gaston Paris en een wetenschap
-als de zyne; de heer Busken Huet is daarin
zeer gelukkig geweest. Zijn geheel Franscbe
studie heeft hem niet belet correct Hollandsch
te schryven, als eenige onjuistheid vinden wy
<op blz. 14) «gemeenzaam", waar
«gemeenschappelyk" bedoeld wordt. Interessant zou
het zijn, dit boekje, waarin zooveel vraag
stukken worden aangeraakt, als legger gebruikt
te zien voor een uitgebreider studie. Met Gaston
iParis zijn het toch, de heer Busken Huet
.?geeft het zelf aan, tal van geleerden niet eens
-geweest. Het ware misschien voor meer lezers
?dan men zoo oppervlakkig denken zou, belang
wekkend, precies te weten hoe hij stond tegenover
-Golther omtrent de Tristan-legende, tegenover
?Darmesteter omtrent het accent in de Romaansche
?talen, tegenover tal van ouderen en vooral
nieu?weren; de geschiedenis der Middeleeuwscbe
poëzie komt ons voor, een boek te zijn dat, waar
een goede uitlegger het maar opslaat, altoos in
teressant is. v. L.
?tlllllllllllllllMMIIIIIMIIIIHIimilllllllllllMIIIIIIIII
Tiscliriflen yan December.
De Nieuwe Gids.
Hoe onvoorzichtig 't is weinig belovende
aan?komelingen in de litteratuur te veroordeelen,
?bewyzen de twee jongste N. Gidsen. Een maand
-geleden brachten ze goede verzen van Edward
B. Koster, ditmaal van J. Reddinguis, ook niet
verwend door glorie. HU geeft twee gedichten,
het eerste goed door zyn kracht van taal en zyn
volheid, het tweede door zyn fijn-gevoeld slot:
»Heel de omtrek is donker, geen sterrengeflonker
blinkt hoog in de lucht,
maar 'k hoor onder 't dolen muziek van violen
in 't regengerucht".
De Helena van H. J. Boeken kan ons nog
niet bevallen. Het is wel dreunend en zwaar
van kracht en klank, maar hinderlijk van
langademigheid en verminking van woorden. De
dichter Boeken moest eigenlijk maar in aller
nieuwste phonetische spelling gaan schrijven en
in plaats van:
?«Ledig is 't huis. Treed binnen, onvervaard en snel".
maar liever zetten :
»L'd'g 's 't h's. Tr'd b'nn'n, 'nv'rv'rd 'n s'l."
Na dat moeielyk te volgen werk volgt de klare
taal van Willen» Kloos, die weer drie prachtige
?sonnetten geeft uit zyn cyclus Adoratie. Dat
is voortreffelijk, overheerlyk gevoeld en uitge
zongen.
Laatste Litanie van G. van Hulzen. Au fond
goed gevoeld werk. Hier en daar een expressie
die tot discussie aanleiding geeft: mane-wit ge
zicht; het rimplig oudje, gitvrig stil; omademen
haar visioenen.
Tot slot een flink litterair kroniekje van Willem
Kloos, terechtwijzing voor den grooten Herman
?Gorter, die klinklare onzin heeft verkocht in de
voorrede van zijn jongste boek: De School der
Poëzie. Daar noemt hij maar eventjes de poëzie
van '80 »burgerlyk" omdat ze niet pur-sang
so
«iiiniiiiiiiinimiimtuiiiiitiiiiiiiiiniiiiniiiiiitiitmmimtttmmmiimmitiu
7de Jaargang. 12 December 1897.
Redacteur: R u d. J. L o m a n.
15 Avenue Road, Regent's Park, Loudon N.W.
Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek
betreffende, aan bovenstaand adres te richten.
4IIUIMIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIJIIMIIIIIIIIMIMMIIMMI
ZESDE INTEBNATIONALE PROBLEEM WE DSTIJD
l Januari?31 Deeember 1898.
uitgeschreven door de uitgevers van dit blad.
Bepalingen:
1. De deelneming staat open aan alle binnen- en
taitenlandsche probleemcomponisten. De Bedacteur
behoudt zieh echter 't recht voor inzendingen achter
te houden, die blyken te onbeduidend van inhoud
te zijn.
2. De inzendingen moeten uiterlijk 31 Maart 1S9&
in 't bezit zijn van den Eedacieur dezer rubriek.
3. De naam van den componist wordt gelijktrjdig
met de oplossing van een betreffend probleem be
kend gemaakt; niet, zooals tot nogtoe gebruikelijk
?was in deze wedstrijden, bij de publicatie van een
?werk. De prijzen zijn als volgt vastgesteld :
Prijs voor den besten vierzet ? 24 (£ 2, 40 Mk.)
en een eervolle vermelding.
Prijs voor den besten driezet ? 12 (£ l, 20 Mk )
en een eervolle vermelding.
Prijs voor den besten tweezet ? G (10/?10 MkJ
en een eervolle vermelding.
5. De prijzen worden onmiddellijk nadat de uitslag
is bekend gemaakt aan heeren pvijswinners verzonden.
6. Van een en denzelfden auteur worden hoogstens
drie problemen opgenomen en wel n tweezet, oen
?driezet en n vierzet.
7. Evenals bij vorige wedstrijden zal de stand, die
een probleem in den wedstrijd inneemt, worden be
paald volgens 't gemiddelde 3ijfer dat door de op
lossers aan een probleem wordt toegekend.
8. De wedstrijd wordt geopend begin van Januari
as. en de uitslag wordt bekend gemaakt in de laatste
rubriek van 't volgend jaar.
Heeren deelemers worden uitgenoodigd hunne in
zendingen liefst vóór l Februari 1898 den Bedacteur
te doen toekomen.
Our foreign exchanges are kindly requested to notice
«ur tonrney in their columus.
cialistisch is ! Wie weet hoe gauw menheer Gorter
door nog radicaler artisten weer op zijn beurt
voor «bourgeois" wordt uitgemaakt.
De Gids.
Vooreerst een welsprekend, logisch betoog van
mejuffr. Ida Heyermans: Ome taal op de lagere
school. Ze bestrydt heel klemmend de miserabele
hulpmiddelen waarmee de kinderen hun taal
moeten leeren. De citaten uit verschillende lees
boeken, die ze belachelijk maakt zijn monsters
van levenloos, dor en droog Hollandsch, een taaltje,
geschikt voor deurwaarders en wassen beelden.
En dat moeten die jarme schapen lezen, leeren
en onthouden!
Haar woorden zijn luid en krachtig genoeg om
overwogen te worden bij onze onderwijzers
enzdie er misschien langzaam-aan toe zullen komen
de jeugdige hersens niet meer te verpesten met
oudbakken schoolmeesterij, die 't gevoel voor de
levende taal verstomt en de smaak voor wat
kunst is smoort.
Prof. A. G. van Hamel waardeert nogal koeltjes
de biografiën over Allard Pierson van dr. Dyserinck
en prof. S. A. Naber.
Dr. Byvanck, de man, die over alles kan
schryven, behandelt met eerbied het belangrijke
boek van Maurice Barrès Les Déracinés.
Van Pol de Mont vier liedjes, die meer handig
en vlug bewerkt dan sterk gevoeld zyn.
Edward B. Koster vier sonnetten, waarin regels,
die aan Helene Swarth herinneren,
Dan nog eens vier verzen van Carel Scharten.
Blijkbaar een volgeling van Helene Swarth. Er
zyn storende rymen in:
.... of zilv're schel
-le-klank op 't land met winde-wuiving h
l-der p-klonk . . .
Hier verdwijnt de golving van de maat door
accent op woorden, die doorgebroken worden, om
maar te rymen. Alleen waar 't vers gedragen
blyft van rythme, is die manier van rymen
aannemelyk en geoorloofd.
In het Dramatisch overzicht vertelt Mr. van
Hall o. a. de inhoud van de Antigone.
Nederland.
Henri Elbe, een jong auteur, staat met zyn
schets : Geen kracht tot leven vóóraan in het volle
December- nummer en hy levert 't volledig bewijs
zelf nog geen kracht tot litterair leven te hebben.
De heer Elbe bazelt na ; is niet zelfstandig en
persoonlijk, denkt modern te wezen en is oud
bakken. Iemand , die sterk en precies doorvoelt,
wat hij zeggen wil, kan niet zulke
artistiekerigflauwe, tegen alle eenvoud strijdende frases
verkoopen :
«Daar kwam ze weer aandonderen die zwart
heid . . .
»De dlgeheele verandering van zyn zieleleven
was begonnen met den dood van zijn vader, die
plotseling als een groot verdriet was
neergedónderd op 't teere droomleven . . .
«Doch in hem bleef steeds aanrollen die
immensiteit van zwartheid . . .
»Hem had 't ongeluk neergedonderd . . . enz.
Wat een banaal lawaai om onmacht te verber
gen en zich zelf te bedotten ! Het verhaaltje is
ook niet veel zaaks. Een krankzinnige leeglooper,
poenig artiest", die naar een vrouw verlangt,
verzorgd moet worden en op zijn pleegzuster
verlieft.
Zy weigert zyn liefde, omdat ze getrouwd is en
dan wordt hy heelemaal stapel en moet naar een
gesticht.
Verwarde analyse, hinderlyk banale en ge
wilde frazes zonder eenige teerheid of fut .
TWEEDE NAT. COBEESP. WEDSTBIJD.
Overwinnaarsgroep.
Dertiende zet van Wit.
Partij
No.
1.
2.
S.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
R e2
c3
R g5
De6:f
b4
R e7:
R g4
c3
D f3:
cd4:
T dl
P c3
f5
R d3
D cl:
Partij
No.
16.
17.
18.
19.
?0.
21.
22.
23.
24.
25.
26.
27.
28.
29.
30.
Pd6:f
De4f
<H
Rd3
Kfl
f3
T el
R g»
R c4
» d2:
Partij
No.
31.
32.
33.
34.
35.
36.
37.
38.
39.
40.
41.
42.
43.
44.
45.
»g3
P c3
e6
R d2:
h4
T b8:
de5:
»b3f
P a8:
h3
D f2
K e2
D d4
D b4
P ge4:
J. J. S.
No. 412 van F. Stieltjes te Muiden.
Vervaardigd voor den Gn Halfjaar!. Internationalen
probleemwedstrijd in dit blad.
Mat in twee (2) zetten.
b c d e f g h
Wit U, zwart 3-stukken.
De andere bydragen zyn meer van dillettanten
en moralisten. Kleine, lieve vertelseltjes, die
door de dochter des huizes in een vooruit
strevend gezin gelezen mogen worden. Ze zal
ze «aardig, luchtig, lief, gevoelig en boeiend"
noemen.
* *
*
Ome Vlagge, jong Vlaamsch strydblad.
(Beeldekensstraat 144, Antwerpen).
»Wy, de jeugd, gegroeid in dezen wordenden
tyd, midden van het p-branden onzer kunst.
vol vertrouwen in hetgeen komen gaat; wij,
menschen bezield met groote liefde voor het volk
en onzen grond, voelen de behoefte aan een uit
gaaf waarin we, vry en onafhankelijk van al wat
rond ons streeft, ons gevoel- en gedachtenleven
kunnen uiten, als vry'e individuen naast elkander,
zonder eenige verplichting tegenover wie of
wat ook".
Dat vertellen ze in »een woord vooraf" en
achteraf komen dan nog twintig blaadjes ... proza
van de litteraire helden Lode Baekelmans, Segher
Rabauw en poëzie van Jan Eelen allemaal
met de van ouds bekende Vlaamsche vlagen van
woeste jeugd en »ontembaren" moed. Ze zijn zoo
verrukkelyk naïf en ze meenen 't zoo gloeiend goed
met hun kunst, allén ze zeggen 't dikwyls zoo
gloeiend slecht. F. R.
Eens keizer, altijd keizer.
Ernest Blum, de bekende vaudevillist, geeft
in den Gaulois eenige vermakelijke herinneringen
ten beste. Hij vertelt o. a.
Ruim 30 jaar geleden speelde het Théatre dv,
Cirque de beroemde, militaire stukken, waarin
Napoleon op allerlei leeftijden werd voorgesteld,
en die voor het tweede keizerrijk zooveel pro
paganda hebben gemaakt. Een zeker tooneelspeler,
Gobert, speelde altyd voor den keizer, op wien
hij zoo leek, dat, zooals hij zelf zeide, de
Vendómezuil (waarop een standbeeld van Napoleon
staat) boog, wanneer hij voorbijging. Dit was
zeker een zeer benijdenswaardige specialiteit;
maar Gobert had een kunstenaarsziel, en het
verdroot hem, tot die ne rol veroordeeld te
zyn, die hij aan een toevallige gelijkenis en niet
aan zijn talent te danken had. Eens terwijl in
het Thédtre du Cirque een féerie werd gespeeld,
ging hij, zonder iets aan den directeur te zeggen,
in een klein theater van Bellevue de rol van
premier-amoureux vervullen in een blijspel, waar
van ik den titel ben vergeten. Hij was
overgelukkig, dat hy eindelijk eens een baard kon
aandoen en een blonde pruik opzetten. Ik her
inner mij, dat wij in een dichte schaar naar
Belleville waren gegaan, om hem te bewonderen
en toe te juichen. IIjj kwam op het tooneel, waar
tot zijn voldoening niemand hem herkende, maar
nauwelijks had hij eenige zinnen gezegd, of hij
verviel ht zyn oude gewoonte: hij legde de
handen op den rug, en liep met korte schreden
op het tooneel heen en weer; later vergat hij
zichzelf nog meer, en by een liefdesverklaring
aan een hertogin, het stuk speelde onder
Lodewyk XV, nam hij.werktuigelijk een snuifje
uit zijn vestzakje en deed gebiedend een stap
vooruit, zooals de groote Corsicaan gewoon was
te doen. Het geheele publiek barstte in lachen
uit, en iedereen stemde in met den kreet, die van
de galerij kwam: tVive l'Emperew-!" De onge
lukkige Gobert groette, door zyn pruik af te
nemen, die hy in zijn verstrooiing voor het
traditioneele steekje van den keizer hield.
No. 413 van Emile Pradignat te Saujon.
Mat in drie (S) zetten.
abcde fg h
Wit f), zwart 12 stukken.
Probleem No. 411 (Erlin) blijkt onoplosbaar te zijn ,
daar na l P 08 de zet ga 't mat op den volgenden
zet met 2 g4 verhindert.
Oplossing van No. 410 (Muller).
l D a6, D afi: 2 P gi f enz.
D f2: 2 D e2 f
d6 2 D a5 f
d5 2 D e6 f ,
d3 2 D al f
K ft 2 D (i6 f ,,
P g8 cc 2 D f« f
P hG m 2 P g4 f
Opgelost door C. Kockelkorn, Keulen (3) : L. A.
Knijers, Amsterdam (21.;); C. T. v. Ham, Kralingsche
Veer (3 '<,); W. Beekhuis, Groningen (3); D.L.A.
Hmnsius, Hoorn (3l'o); H. H. v. d. Goot, Harich (3); B, v.
Krimpen, Eotterdam (3) ; G. Honnga, Finsterwold
(4); E. S. Schortinghuis, Finsterwold (4); P. D. v.
Zeeburg, Groningen (3).
Beoordeelingen (No. 410)
Ein gutes Zugzwangstück met doppeltem
Hauptspiel (D a6: und D f2:) und der guten Variante
l?d6 2 D a5 f and wegen der starken Verf hrung
auch recht echwierig. Der erste Ziig liegt trotz der
Zugzwanges nahe. C. Kockelkorn.
Een p-obleem met vele en goede varianten. De
Rechts en links dichtknoopen.
Dat mannen en vrouwen hun kleeren niet op
dezelfde wy'ze dichtknoopen, is aan slechts weinig
mannen bekend; van de vrouwen weten alleen
zy het, die als echtgenoote, moeder of zuster wel
eens een knoop aan een jas of vest hebben gezet.
Zy weten, dat aan het kleedingstuk van een man
de knoopen rechts zitten, en dat de linkerhand
het sluit, door den linker- over den rechterkant
te trekken, terwijl by de vrouw ile knoopen links
zyn, en de rechterzijde over de linker slaat. Wie
hierop let, zal het misschien aan de mode
toeschryven, maar dit verschil bestaat reeds sinds
eeuwen.
Standbeelden en schilderyen bewyzen, dat de
mannen onveranderlijk van links naar rechts heb
ben geknoopt, van den tyd, dat de knoopen voor
het eerst geregeld werden gebruikt tot sluiting,
omstreeks het jaar 1300, tot nu.
Het is niet zoo gemakkelyk, bewyzen te vinden
voor de gewoonte der vrouwen. Dikwyls sloot
haar kleed op den rug of op zy'de, zoodat de sluiting
op een schildery niet te zien was. En al zit
die sluiting aan den voorkant, dan zyn er dik
wyls twee ry'en knoopen, of zy worden door een
plooi verborgen.
Toch kan men tot in de middeleeuwen nagaan,
dat de vrouwen gewoon zyn, van rechts naar
links te knoopen.
Wanneer onze voorouders hun kleed van voren
dichtmaakten, stond het hun vry, den mannen
ten minste, hiervoor de rechter of de linkerhand
te gebruiken. Maar dit was niet altyd het geval.
In oude tyden werd het opperkleed, de mantel,
op den rechterschouder gesloten met een gesp;
men kon dit dus alleen met de linkerhand doen,
en het kleed werd van links naar rechts over
geslagen. Deze gewoonte bleef bestaan toen de
sluiting naar het midden werd verplaatst. Waar
om de gesp zich niet op den linkerschouder bevond
is gemakkelijk te begrypen : het is noodzakelyk,
dat de arm die het zwaard moet voeren, niet
door het gewaad in zyn bewegingen belemmerd
wordt.
By de vrouw is het de linkerarm, die vrij
moet zyn. Wanneer men er op let, zal men
zien, dat zoowel groote als kleine lasten bijna
altijd door den linkerarm worden gedragen. En
dit geMt vooral voor een bepaalden soort van last.
De Madonna wordt altijd afgebeeld met haar
kind op den linkerarm ; een uitzondering maakt
de Sixtynsche Madonna.
Terwy'l de passieve linkerarm zoo gebonden
is. blijft de actieve rechterband vrij voor ver
schillende doeleinden, o. a. het dichtknoopen
van het kleed.
Het geheele verschil in het dichtknoopen hangt
dus hiermede samen, dat de rechterarm de sterkste
en handigste is.
By de meeste menschen is niet alleen de
rechterarm, maar de geheele rechterzijde sterker
en beter ontwikkeld. Of dit het gevolg is van
het meerdere gebruik of omgekeerd, is niet met
zekerheid te zeggen. In ieder geval *taat het
iu verband met den bouw der hersenen.
De dealen, die de bewegingen der recliterzyde
beheerschen, liggen in de linkerhelft der hersenen,
de linkerzijde staat onder den invloed der rechter
helft. De linkerzijde der hersenen is het sterkst
ontwikkeld, o. a. ligt daar het centrum voor de
spraak. De oorzaak hiervan schijnt te xyn, dat
de toevoer van bloed van het hart naar de
linkerhalsslagader gemakkelyker gaat dan naar de
rechterzijde.
Men kan hieruit dus besluiten, dat de mannen
van links naar rechts, en de vrouwen van rechts
naar links dichtknoopen, omdat het hart van den
mensch niet in het midden van het lichaam is,
niaar aan de linkerzijde.
UHIIllmlIMHHIIIMIf
sleutelzet licht echter tamelijk voor de hand en de
werking van den T is zeer beperkt.
L. A. Kujjers.
Sleutelzet zeer mooi, daar niet alleen na D a6 : mat
met 2 P g4, maar ook na P f5: met 3 Dflmogelijk
wordt. Ook de var. l?D d2 is fraai en beide var.
bijna uitsluitend reine mats. Vlekjes zijn de dubbele
mats na l?P g4 (f7) en na l?P g8. Overige var.
veelal zuivere of bijna zuivere mats.
C. T. v. Ham..
SICILIAANSCHE PABTIJ.
8ste en laatste partij der match te Berlijn (19 Nov. il.)
Wit,
C. A. Walbrodt.
l el c<5
2 P c3 e6
3 g>3
DoorZukertortgespeeld ,,71.,. , ,
in zijn match met B'ack- Wa'b?dt speelt deze
- partij ver beneden zijn
kracht.
10
11 K d2:
Zwart.
D. Janowski.
10 R d22
Beter was 10c3, DeVf !
11 P e2, d3 12 E e3,
de2: 13 cbl:. 'J-O enz,
burne in 1887. De zet
heeft echter weinig na
volging gevonden.
3 d5
4 edó:
In aanmerking kwam - --?>- -
--4 d3, P cö5 B g2, P f 6 Wit kan nu niet K cl
spe6 f4 enz. De tekstzet
beR d2: f
0-0
12 P e2
Op T dl volgt a6 en
.
vrijdt 't zwarte spel.
4 edó:
5 d4 P f6
6 R g2
Beter was 6 P e2 of
6 dc5:
6 cd4:
7 » d4: P c6
8 D a4
Veel beter was 8 D dl.
8 d4!
De kracht van dezen
len, wegens B g4 wat
minstens de kwaliteit
kost.
12 D b6!
Dit dreigt d3.
13 T hf l
De d pion kan op gee
nerlei wijze genomen
worden, wegens T d8 14
c3, D b2: f of Pd4: enz.
Wit staat reeds hopeloos.
13 R d7!
14 P bd4:J
Voor besluit nog een
? ?-'"* ucnimo uug «U
zet doet zich spoedig ge- groven miszet 14 P a3
voelen.
9 P b5
Voorzichtiger was
P ce2. Op 9 E 06:
volgt bcö: 10 P
D d5 enz.
9 R b4 f
Besultaat
dan P b4 15 D bi, E eti
16 D a4, d3 en Wit heeft
9 geen voldoende
verdedi: f ging meer.
ce2, U P a5
Wit geeft 't spel en de
match op.
Janowski
WaJbrolt
1.
E
i. 5. 6. 7. 8.
0111 1=4
1000 0=2
Bemise 2