Historisch Archief 1877-1940
DE A ^STERDAMMER W EEKBLAD V O O R NE DE R L A N D.
No. 1180
gebruik van zoovele septime-accoorden van
allerlei genre en in allerlei ligging en de by'na
voortdurend homophone schryfwyze, af en toe
wel wat liedertafeleffeeten ontstaan, die de appre
ciatie van een ernstig kunstwerk eenigszins
in den weg staan. Ik wil echter tevens toe
geven, dat er thans hoegenaamd niets
onmogelyks of zelfs buitengewoon moeilyks voorkomt
in het werk, zooals dit by concours-compositien
zoo menigwerf het geval is. Men meene echter
nu niet, dat de eerste de beste
mannenzangvereeniging maar niets beters te doen heeft
dan het stuk van Brandts Buys in studie te
nemen l Neen om dit prachtvolle koor zóó
uit te voeren, dat alle schoonheden in het volle
licht worden gesteld, heeft men noodig een
sterk bezet koor van flinke, mooie stemmen
en een intelligent leider. Naar ik vernomen
heb, moet de liedertafel >Zang en Vriendschap"
uit Haarlem, onder leiding van den heer W.
Robert, de kernachtige compositie van Brandts
Buys op eclatante wjjze ten uitvoer gebracht
hebben; zy' heett dan daarmede eeneschoone,
eervolle taak ondernomen en ten einde gebracht,
waarvoor zy' den dank voorzeker in zich zelve
gevonden zal hebben.
Gelyk alles wat Cornelie van Oosterzee
schrytt, getuigt ook dit voor mij liggend a
cappella-koor van het groote talent der ge
waardeerde componiste.
Zij heeft er een ballade-karakter aan gege
ven en is er zeer goed in geslaagd, dooreene
eenvoudige, ongekunstelde hoofd-melodie de
naïveteit van de woorden te reproduceeren.Later
wordt de persoon van Maria sprekend ingevoerd
en het is dan de sopraanpartij die belast is
met het «zeggen" harer woorden.
Niet gemakkelijk, maar zeer schoon is de
passage na den opklimmenden bas in as-kl 3
»Nu wordt Gods Zoon geboren" met pp. D-dur
accoorden op de gecursiveerde woorden. Minder
bevalt my', boven aan pag. 8, de herhaling van
het woord «geboren" in de vrouwenstemmen.
Dit maakt den indruk van geheel overbodig
te zyn; des noods had het vorige op den
dominant van fis kl. 3 kunnen afgesloten zy'n.
Zeer opmerkelyk en eveneens zwaar is de
accoordopvolgicg van Fis en a kl. 3, vóór de
woorden: Daar lag een klein bloot kin deken
zoet. Het slot is zeer mooi en vol gezet;
' jammer vind ik het dat de componiste, onder
aan pag. 16, sopraan en tenor in octaven deed
gaan; my' zy'n zulke octaafgangen tusschen
heterogene stemmen niet sympathiek.
Het opus 14 van mej. v. Oosterzee is
wederom een werk, hetwelk op by'na iedere
bladzyde documenteert hoe ry'k begaafd de
componiste is en met hoe groot meesterschap
zy' haar talent weet te gebruiken Gaarne
hoop ik dat het koor veelvuldig gezongen mag
worden, hoewel het niet te miskennen valt, dat
de tekst wel eigenaardig naï^f, maar tevens zoo
typisch vlaamsch is, dat hier en daar de Noord
Nederlander, die gewend is zulke teere on
derwerpen iets minder gemoedelijk en meer
kiesch behandeld te zien, er wel eenigermate
door afgestooten zal worden.
Het zy my' vergund naar aanleiding van den
straks vermelden wedstryd te Nymegen eene
kleine uitweiding te maken, die wel niet in
het kader van muziekbeoordeelingen behoort,
doch die ik mijnen lezers toch niet wil ont
houden en die ik meen niet beter te kunnen te pas
brengen dan by' denNy'meegschenzangwedstryd.
Het betreft de beoefening van den mannenzang
in het land, hetwelk met zy'ne instrumentale
werken by'na ons geheele concertwezen
beheerscht. Ik meen natuurlyk Duitschland en
meer speciaal den zangwedstry'd, dezen zomer
te Cassel gehouden onder hooge bescherming
en in tegenwoordigheid van den Keizer.
Deze sprak na afloop van den wedstryd on
geveer de volgende woorden: Die zu Wort
; gëomménen Komponisten fur Mannergesang
bewegen sich in Bahnen, die der
Entwickling dieser Kunstgattung schadlich sind, weil
den menschlichen Stimmen orchestrale Effekte
abgezwungen werden, , die der
volksthtlmlichen Natur Ides Mannergesanges
widersprechen." En toen, toevallig opzien
de naar den dicht by hem zittenden
Richard Stranss, voegde hy' er aan toe: Mit
dem da habe ich mir aijch eine Schlange an
meinem Bnsen ernahrt." j!
Richard Strauss heeft deze opmerking van
zy'n keizer beantwoord met de compositie van
twee mannenkoren (de eerste die by geschre
ven heeft) >Liebe"en >Altdeutsches
Schlachtlied." Het eerste zou men >volksthilmlicher
Natur" kunnen noemen, maar het tweede is
zwaar en moeilyk, veeleischend voor destem
men en onderscheidt zich alleen van de even
zeer moeilijke mannenkoren van Hegar door
het eigenaardige dat nu eenmaal het kenmerk
is van de schryfwyze van Strauss door
zy'n sty'l.
In de duitsche muzikale pers, zy'n de woorden
van den keizer by'na algemeen met sympathie
begroet en ook de »Allgemeine Musikzeitung"
die men niet kan verdenken, alles maar toe
te juichen wat Wilhelm II zegt, omdat het
Wilhelm II is, wy'dt een opstel aan den zang
wedstry'd. De schryver daarvan, Otto
Lessmann, zegt ten slotte, nadat hy' geconstateerd
.heeft dat: Marmer, deren technische
Geschicklichkeit im Satz ausser alle Frage steht, wie
Bruch, Hegar, de Haan, Curti, Zöllner, mit
all ihrem Können, doch nur Arbeiten von
zweifelhaftem musikalischen Werth geliefert
haben, Das Kaiserliche Wort, es solle in
Zukunft in den Mannergesangvereinen mehr
als jetzt das volkstbttmliche Moment des
Cborgesanges zur Geltung gelangen, ist von
verschiedene Seiten als zweischneidiges Schwert
bezeicb.net worden. So sehr das Berechtigte
dieser Forderung gegenüber den in Kassei
gehörten Künsteleien anerkannt worden ist, so
sehr glaubt man doch in der Erfüllung
derselben die Gefahr erblicken zu sollen, dass die
Vereine alsdann aufhören würden, höheren
künstlerischen Zielen zuzustreben.
Mir erscheint diese Befiirchtung nicht am
Flatze, weil der vermeintlicben Gefalir
nachdrücklich entgegen gearbnitet werden kann,
indem der Modus des Wettsingens geandert
wird."
De schryver stelt voor een grootere, meer
uitvoerige plaats te veileenen aan het a prima
vista zingen dann werden die
gesangstechnische und musikalische Leistungsföhigheit der
Vereine nicht nur keine Einbüsse erleiden,
sondern an Gründlichkeit und Zuverlassigkeit
gewinnen. Dann wird der Ma
nergesangverrein auch das wieder werden können, was er
von Haus aus sein aollte, eine Herz und Sinn
der weitesten Schichten des Volks anregende,
erfrischende, erhebende und zugleich bildende
Unterhaltung edelster Art.
Als dat geschiedt dan zal de schryver »sehr
bald die jetzt heliebte, in dem mit einem
verachtlichen Beigeschmack ausgestatetten
Worte jLiedertafelei" zum Ausdrnck
gelangende Richtung, in der der Mannergesang
sich bewegt, ihr Ende erreichen und Neues,
Besseres erblühen auf den Ruinen !"
Ik behoef zeker wel niet te verklaren dat
ik deze uitweiding alleenlijk heb gemaakt, naar
aanleiding van den zangwedstryd van Nymegen,
in den zomer van '99 en tevens, wy'I hier te
lande zeer vaak dergelyke zangwedstryden ge
houden worden ; voorts omdat ik meen dat
het zy'n nut heeft hier te weten, hoe men in
Duitschland over mannenkoren en wedstryden
daarvoor denkt.
ANT. AVEEKAMP.
van sdiilflerijen,
Nu alle lokalen in de schildery'-afdeelirg
weer toegankelijk zy'n gesteld, vallen er heel
wat gedaanteverwisselingen te constateeren.
De gebeele afdeeling Moderne Kunst was
sinds lang afgescheiden van de oude en over
gebracht naar het Fragmenten-gebouw. Toen
werden de voornaamste Schutter- en R
gentstukken, nagenoeg alle Arasterdamschs corpo
ratie'», uitverkoren tot trooning in n groote
zaal. Aan den anderen vleugel gaf de groote
vroegere Waterloozaal" heel wat werk aan
vertimmering, daar de ruimte werd verdeeld
in een tiental afdeelingen. Van die verschil
lende vakken werd gebruik gemaakt tot een
proeve van inrichting eener historische salery.
Veld en zeeslagen, de laatste natuurlijk het
talrykst, portretten van veldoversten en admi
raals, ook van staatslieden, stukken die onze
koloniën betreffen en al wat als illustratie van
eene Vaderlandsche Geschiedenis in aanmer
king kan komen, het werd daar al vergaderd
en zooveel mogelijk naar tijdorde en
plaatselykheid ingedeeld Dat het historisch belang
hier by'na gelyke rechten had als het esthetisch
gehalte, was een noodwendig gevolg van deze
regeling.
Daardoor ook werd aan menig schilderij in
verhouding tot haar geringere waarde als
kunstwerk een wel wat al te gunstige plaat
sing toegekend. Evenwel werd aan wat door
eigen kracht beteekenis had, wel eei.s een
streepje voor gegeven; zoo is by'v. het mooie
portret van Kortenaer door Birtb. van der
Helst, dat wel tot bet meest magistrale van
zy'n schilderwerk mag gerekend worden, nu
toch voordeelig te zien.
Intusschen bleven door deze genoemde wij
zingen heel wat opengevallen ruimten te vullen.
Daarby waa het museum in den laatsten tyd
nog al verrykt. De collectie Franken, de aan
gekochte verzameling de Clercq. verschillende
bruikleenen, en meerdere laatste aankoopen,
dat al moest nog onder dak, of juister aan
den wand.
Daarom besloot de Directie tot meer
kategorische algemeene regeling, die reeds begonnen
was met de inrichting van genoemde afdee
lingen. *
Aan den westelyken gevel huist de beroemde
verzameling van der Hoop, terwyl aan den
oostely'ken de collecties v. d. Poll en Dupper te
zoeken zyn. Die twee werden nu ook in de
naby'heid van v. d. Poll gebracht, waar men
in de buurt nog eenige kleinere legaten kan
vinden. De zalen die daardoor leeg kwamen
aan de oostzyde werden bestemd om een globaal
overzicht te geven van de ontwikkeling onzer
kunst van af de primitieven tot aan het einde
van het bloeitydperk onzer hollandsche kunst.
De achttiend'eeuwsche kunst was reeds
beland in den Paviljoenhoek.
Door de nieuwe regelingen dus is de
schilderyverzameling als in rubrieken afgedeeld ; het
veranderd aanzien van zoovele zalen, men noeme
het dan maar een verbetering of niet, moge
voor velen een prikkel zyn tot een nieuw
bezoek aan ons belangrijk maseum.
W. S.
Egióins en de Vreemdeling 1).
Ik geloof niet dat met de versiering van van
Nouhuys' boek Toorop een belangryk werk
heeft volbracht. Versiering is hier te veel ge
zegd, want strikt genomen betreft die alleen
den omslag, die in een aardig spel van lijnen
en daaruit voortloopende onbepaalde
figuurvormen den titel van het boek en den naam
van den auteur dragen. Alleen is in die franke
combinatie de verbinding van het doelmatige
met het decoratieve i iet tot een volkomen
oplossing geraakt; het kaft in zijn uiterlyk
beziende, leest méti'»W. G van Nouhuys en
de Vreemdeling'', terwy'l van het woord Egidius,
buiten de kapitale voorletter, die een figuur
inhoudt, da letters zich meer specifiek richten
naar het ornamentaal karakter. Mij dunkt, dat
dit een fout is.
1) Egidius en de vreem-leling door W. G.
VAK NOUHÏS. Met portret van den schry'ver en
illustratie's door J. TH. TOOROP. Haarlem de
Erven F. Bohn 1899.
Voor 't overige bestaat de verluchting alleen
in de toevoeging van drie platen, waarvan er
dan nog maar twee met het werk rechtstreeks
verband houden.
Het eerste exemplaar toch is het portret
van den schryver, een teekening tot zy'n vol
tooiing gedreven met onnavolgbare bekwaam
heid, een bekwaamheid die hier echter wel
wat aan de correctheid van een systematisch
afteverend productiewerktuig doet denken. By
een werk van een dusdanige volmaaktheid of
liever kille volmaking zou men het »les défauts
des q,uaHtés", eens in cmgekeerden zin willen
te pas brengen. Dan nog komen my bepaald
abuizen voorin de proportionneele verdeeling;
ik kan niet gelooven dat oogen, neus en oor
gely'k hier is aangegeven, als 't ware in een kop
verdwaald liggen. Bovendien ly'kt my de afbeel
ding van eea hootd, dat geheel in 't ronde
wordt gezien, op zulke geringe schraging van
schouder en borst-gedeelte van een onbehagelijk
aspect.
Wat de eigenly'ke illustraties betreft:
D,iar moet het zwaartepunt liggen van
Toorops medewerking aan dit boek. Ik ben hier
niet de aangewezene om het oordeel te geven
over den inhoud, het werk van den heer van
Nouhuy.-*, al wil ik gaarne even zeggen dat
het voor my in menig opzicht verrassing bracht.
Maar om tot een helder inzicht te geraken
van wat echt is in dit boek, om juist te peilen
de verborgen gronden van deze leering in
levenswy'8heid en culte van waarachtige
menschenliefde (ik moest even aan het weinige,
dat ik van Nietzsche gelezen hwb, denken)'
daarvoor mogen anderen, die meer onderlegd
zyn in de litteratuur der wysbegeerte, geroepen
worden.
Intusschen kan ook een leek oordeelen, dat
voor een boek met een dergely'ken ethischen
inhoud Toorop wel de artiest waa, die het kon
illustreeren. Toch geloof ik niet, dat hy ziet
met uiterste ingespannenbeid in volle overgave
tot deze taak heeft gezet, want wat aan leegte
van arbeid by hoogstdoelend streven van zy'n
kunst wel eens de zeer zwakke zijde vertoonde,
komt by deze prenten vooral duidelyk uit.
Hy, die zy'n kunst wil heffen boven en ge
heel los van den grond van het werkely'ke,.
het bestaande gevend niet om het zienbare der
verschijning, maar in da naruigching van zyn
beweging, moet een by'na bovennnatuurlyk
ziener of wel een heilige in kinderlykheid zy'n.
Maar Toorop lykt me, by deze verbeeldingen
tenminste, geen van tweeën.
Zy'n zweefleven boven de werkely'kheid wil
zich wel eens betuigen door vooropgezette
negatie van het stoffely'k bestaande.
Zie de prent waarop een vrouwefiguur met
langgerekte armen, in een gewaad met
zorgzaaoi geschikte uitplooisels languit zweeft boven
de zee, met een duingrondj>i voorop en eenige
gekoppelde wolkjes met tuitjes, in de lucht.
Het moet verzinnebeelden de Liefde, die alles
kan en ook »uiet schuwt het gaan over de
golven."
Het bovenzinnelijke in die voorstelling is
als een kleed zorgvuldig geschikt in tooi van
plooien, steunende op, maar verbergende den
harden stuit van de doode vormen eener
ledepop.
Het geheel, duin, zee en lucht had met de
figuur in zooveel inniger samenhang kunnen
opstevenen in n uitzegging tot versterking
der uitdrukking van den tekst.
In de tweede plaat zie ik meer strafheid
van aansluiting.
Die figuur heeft ten minste iets van een
geheimenis, ons ontdekt door het ontsluiten
van den tabernakel, waarin het onwrikbare
beeld van het Noodlot zy'n mysterieus bestaan
houdt. Maar dn schok van die verschy'ning
dreunt toch niet sterk door, groeit niet aan
tot duurzaam ontzag en we zoeken misschien
in onze herinnering naar vergeten indrukken,
ondergaan door oude monumenten met hun
dreigende levenloosheid.
By': deze teekeningen, die- ons weer het nog
onvolkomene in het streven van Toorop sterk
doen voelen, kunnen we wel even denken aan
den Vreemdeling, die het losse duinzand in
zy'n hand vergaderend, by samenknypen van
den vuist den inhoud niet machtig kon bly ven
maar de y'le stof tusschen zyn vingers
verglyden zag.
W. S.
Joïfl Min.
Nu ik my nederzet om over Ruskin een en
ander te schry'ven, daar zy'n heengaan, hoewel
hy' in den laatsten tyd haast een vergeten burger
was geworden, ons zyn werken en stryden
weer helder voor den geest roept, moet
ik my' toch bepalen tot slechts een enkele zy'de
van dit alles omvattend talent. En hoewel
zijn groote veelzijdigheid hem wellicht op
ander terrein nog belangwekkender maakt, is
hy' in zy'n stry'd tegen het conventionalisme
in de desty'ds heersehende schilderschool, een
figuur die niet all»en een zeer groote beroering
teweeg bracht, maar van beslist bly venden
invloed geweest is.
Zyn liefde tot de natuur kenmerkte hem
reeds als kind, wanneer hy' met zyn, den kunst
mirmenden vader, en streng geloovige moeder,
des zomers Wales en Schotland bereisde en
het landschap en de schoone oude gebouwen, een
geweldigen indruk op hem maakten. En dit
was het juist wat hy later miste op de schil
deryen der toenmalige meesters. Hier vond
hy slechts schoolschheid en navolging, die hem
te meer ergerde daar men het werk van Turner»
waarin hy een samenstemming vond met zyu
eigen gemoed, van vele zy'den miskende.
Een artikel in «Blackwoods Magazine'' waarin
Turner's schilderyen dan ook zeer door den
critiek gegeeseld werden, noopte hem dit te
weerleggen, in een brochure: «Turner and the
Ancients", dat de aanleiding werd tot zyn later
zoo beroemd geworden «Modern Painters'*
waarin hy zoo juist zy'n meeningen over schil
ders; en schilderkunst, over verband tusschen
beeldende kunsten onderling den lezer mede
deelt, en zoo menig wyzen raad geeft aan hen
die zich niet de natuur als voorbeeld stelden.
Zy'n liefde tot dp natuur en de noodzakely'kheid
die hy' er van inzag deze alleen als studieveld
te kiezen, deed hem dan ook schry'ven : >Ga
tot de natuur in allen eenvoud van hart, ver
keer met haar, vertrouwend en arbeidzaam,
met geen andere gedachte dan hoe gij haar
beteekenis het best zult verstaan, niets ver
werpend, niets uitzoekend, niets versmadend."
Trademarlc
THEE - E. BRANDSMA.
Trademark
KOLDIf EU & CORBËBE,
»A L.KIDSCH KSXK.Ofl
>" AMSTKÜIJAM.. «»"
Groot Beddenmagazijn.
Groote collectie Wiegen,
Kinderledekanten, Luiermanden,
Babytafeltjes, Babybascnle», etc.
etc. Vraagt geïllustreerde catalogus,
.E.
TANHARTS.
Plantage Middenlaan 86.
167 KALVERSÏRAAT 167,
WED. w. VAN DER HULST,
Hofleverancier.
ITITCEBRtGlDK COI/I,KCTIU
Luxe en Fantaisie Artikelen. Engelsche en Weener Lederwaren.
Struisveeren en Fantaisie Waaiers.
167 HALVERSTRAAT, AMSTERDAM.
PHIL1PP<WA KETELAAR,
>i A I. V E K M T K A A T 166, AMSTKHÜAM.
SPECIALE INRICHTING voor het vervaardigen vmn volledige
Uitzetten en luiermanden.
Op aanvraap worrt«n rtriiHopfSven «n modellan franco toegezonden.
Eerste Nederl. Verzekering-Maatschappij op het Leven, tegen Invaliditeit en Ongelukken,
gevestigd te 's-Qravenhage, Kneuterd|jk n. Directeuren: Jhr. Mr. W. SIX en Mr. A. F. K. HARTOGH. Adjunct-Directeur: P. DEURINK,
Bykantoren: te Amsterdam, Utrechtschestraat hoek Rembrandtplein; te Rotterdam, Gelderschestraat, Plan C No. 4.
Volteekend Maatschappelijk Kapitaal / 1,500,000.
waarop 20 pCt. is gestort.
Verzekerd Kapitaal op het Leven, uit. 1898. . . , 16,717.290.28
Verzekerde rente 469,260.01
Ontvangsten over 1898 , 1,519,902.59
Geen beter, solider en goedkooper
adres dan by'
J. ELSENBURC,
N. Z. Voorburgwal 177.
TELEFOON \DRES No. 2699.
Geheele pjjnlooze verwijde
ring van. Likdoorns.
Voor belanghebbenden aanbevelingenter
inzage.
Spreekuur lederen werkdag van 9 tot
12 uur en van 2 tot 5 uur.
WILLEM BULMER,
PEDICURE.
Singel 159.
@raveur gapetier de
. . la
733 Keizersgracht 133
AMSTERDAM.
HELMERS, SCHIPPERHEIJN & C°.
Vijzelstraat MOSf Amsterdam,
leveren onder garantie
rood koperen Geijsers met geémaill, Badkuipen
tegen scherp concurreerende pryzen.
A.: Gaat Smit morgen ook mee
visschen ?
B.: Smit!? Och, m'n goeie mensen,
die is immers lid van den blauwen knoop !
Reserven en Zekerheidsfondsen ultimo 1898 . . .
Bezittingen ultimo 1898
Tegen ongevallen met doodelijken afloop, ultimo 1898
invaliditeit, gevolg van ongevallen, ,
/ 5,083,683.57
5,371,226.81
38,171,666.59
41,984,463.28
Maison de Blanc.
A. SCHRÖDER & C°.
Atnattei'tlutn, M^eidseheslraat 39/34.
SPECIALITEIT ITSI
\5Linnens, Tafelgoederen, Tricotages,
CACAO E» CHOCOLADE
is PRIMA Amsterdam.
Verzekering-Maatschappij HOLDA".
Damrak 74, Amsterdam.
Werkkracht verzeker ing.
Een verzekering die dengene die door ziekte of ongeluk tot
werkeloosheid gedwongen is, zy'n inkomen waarborgt.
Omvat ZIEKTEN, ONGELUKKEN, ORGANISCHE GEBREKEN.