Historisch Archief 1877-1940
8
DE AMSTERDAM M ER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Vorstenlanden Aand. . .
Hsndelv. Am»t » . .
Jjiq. Barge » . .
Ued. Ind. Handehb. Aand.
dito dito Oblfg. 4 M pCt.
Bodar Aand
JavMche Gultmpjj Aand.
l Feb. 8 Feb.
, 63M 64M
. 116 118M
, 65% 67 %
. 86 86K
. 97^ 98K
. 26 30
106 108
K.-Ouin«a Hand.-mprj Aood. 1111A 112
Onder de Spoorwegwaarden kan verbetering
worden geconstateerd in aand. 4 pCts
prioriteits Oblig. Warschaw-Weenen, in de Kon.
Trans-Afrik. en in de Beira Beixa.
D« groep der Fabrieken doet andermaal de
aandacht vallen op de achteruitgaande notee
ring der Aand. Wester- Suikerraffinaderij die
van ,184 tot 180 retiraerden. Men spreekt van
een minder gunstig dividend van 14 a 18 pCt.
in verband met de hooge steenkolenprijzen en
de vrees voor den nadeeligen invloed van de
verhooging der invoerrechten op de producten
der fabriek in de U. 8.
Voor de scheepvaart-mpijen was de week
niet ongunstig. Aand. Holland- Gulf avanceerden
van 95 tot 104M, en die van de Kon.
WestIftd. Maild. van 120 tot 122. Benige
verzwakking endergingen de 3 pCts. Oblig. S
toomTturtinpij «Zeeland"; in sterker mate betreft
dit den pr\js der Aand. Stoomr. mpy «Neder
land" di« van 170 tot 167)4 terngntoomden.
Wellicht zal de nog beschikbare hoeveelheid
uttiü. in portefeuille der laaUte uitgifte, hierop
van invloed zyn.
Ook ia de Petroleum-waarden ziet het er
vrjjgoed uit. De pref. aand. Dordtsche, klommen
van 122 tot 125J-6, Javapetrol. mpüvan 78 tot
80, Oliebronnen in Hannover van 54% tot 56,
Samatra- Palembang van 83 tot 85; het meest
klommen de aand. Moeara-Enim, die nu voor
143 (e verkoopen zyn tegen 132 X in de vorige
week.
Ds productie der Sumatra-Palembang wordt
ah volgt opgegeven:
1899 1900
Units Units
Januari 43500 96500
Februari 49000
Maart 31000
April 58000
Mei 56000
Juni 49000
Juli 42000 _
Augustus. ...... 75000
September ..... 68000
October 67000
November 63000 '
December 92500
Voor de Aandeelen der Koninklijke werden
prijzen van 284 tot 288 besteed. Voor zoover
de prodncüecijfers nu nog de opbrengst van
de nieuwe bron doen vermoeden, is deze no
teering nog al hoog... maar de volgende op
brengst-opgaven moeten eerst worden afgewacht.
De groep der Mijn-Maatschappijen verlangt
de vermelding van de looppas voorwaarts van
200 tot 230 van Guyana G. M. als gevolg van
gunstige tijdingen aangaande de productie, die
in de afgeloopen Januarimaand 10400 grammen
zou geweest zijn.
En nu de Amerik. sporen. Ze geven een
Aangename koersvergelykhig:
l Feb. 8 Feb.
Atchiaon G. v. aand. ... 20 21%
dito » » pref. ... 62 64%
dito 4 pc. adj. fonds . 80-%5 81
Baltimore & Ohio C. v. aand. 57% 62
Ch. G.Trunkcert v.2ehyp.5pc. 791A 81J4
Clev. Akron C. v. aand. . . 14K 16 X
dito Eqnipment 6 pc. 96 K 98 M
Denver Rio C. v. aand. . . , 18%»
dito pref. » . . . 71 , 72
Erie commons 11M
dito Gerts. v. 1ste pref. aand, 33 35%
dito orig. 2de » . 17 18H
Florida C. & P. 5 pc. oblig . 107% 108 %
dito gec. goud oblig. Ie hyp. 98 100 %
Gulf aand 8J* 9
dito eert. v. 5 pCt. oblig. . . 68% 73^
St. Louis & Caïro C. v. aand. 24% 26 M
Lonisville, » » » 80% 82%
St. L. & San Franc. » » lepr. 67K 72X
dito » » 2e » 35^ 36%
dito 4K pCt. gec. oblig. HIK 82X
Missouri K. T. C. v. pref aand. 32^ 3»i
N. Y. Ontario & W. aand. . 22%
Norf. & West. C. v. aand. . . 25^ 28
dito Gert. 4 pCt. Adj. pref. St. 68^
Union Pac. C. v. aand. ... 46 & 49 X
dito » » pref. ... 731A 76
W. N. Y. & Penns. 5 pCts. Ind.
Mort. bonds 26'4 29
De groote verbetering der Baltimore etaat
in verband met de zeer gunstige ontvangst
cijfers.
Men spreekt van 2% pet. dividend dat over
het loopende boekjaar, op de 66 millioen
dollars aand. Norfolk & Western zou verdiend
worden. Zou dit niet wat al te optimitisch
gerekend wezen.
Zeer groote verbetering genoten de 5
Gulfbonds, zoo menigmaal in deze rubriek be
sproken en die een beduidend voordeel aan
de lezers kunnen gebracht hebben. De eerste
bijstorting ad 5 pet. op de aandeelen moei
vóór of op den 14den dezer gedaan worden.
Het hollandsche bedrag hiervoor is op ? 124 50
per aand. vastgesteld. Voor de bystorting worden
nieuwe pref. aand. a pari ontvangen. De nieuwe
Gulfwaarden zullen waarschijnlijk in April
uitgereikt worden.
De Tram-afdeeling, waarin weinige veran
deringen voorkomen, geeft aanleiding tot het
vermelden van de uitgifte door de Probolingo
gtoomtram-mpij van 500 4K pCts. obligatien.
De inschry'ving is op aanst. Dinsdag 13 dezer,
tegen 99 pCt. opengesteld by de heeren Broek
man & Houders te Amsterdam, by de firma H.
Edersheim te 's Gravenhage en voorts by de
heeren Milders & Gleichman te Rotterdam.
De storting moet l Maart gedaan worden. De
aflossing der obligatien is vastgesteld tegen
102K pCt. Volgens het prospectus strekt te
uit te geven leening tot verkrijging van de
noodige gelden voornamelijk vereischt voor den
aanleg van eenige veel belovende zijlijnen en de
vermeerdering van het rollend materieel.
Ter beoordeeling van de soliditeit doet het
prospectus opmerken dat de Probolingo
Stoomtrammpy tot heden geen obligatieschuld tot
haar last heeft en dat de thans ter inschrijving
aangeboden obligatieleening dus hare zekerheid
put, niet alleen uit de resultaten die door de
uitbreiding van het net te wachten zijn maar
reeds onmiddellijk hare dekking vindt in een
meerjarige en bloeiende exploitatie.
Ten slotte doe ik mijnerzijds opmerken dat,
tegenover de gevraagde 500 duizend 41/3 pCts
obligatieschuld, mag gewezen worden op het
maatschappelijk aandeelenkapitaal der mpij,
dat 900 duizend gulden bedraagt, dat volge
stort en geheel geplaatst is.
NIEUWE UITGAVEN.
Het leerplicht iTfaagstult opnieuw toegelicht
door mr. S. J. VISSER. Den Haag, Martinus
Nyhoff.
De Stenographische revue, Maacdblad voor
Stenographie van alle systemen. Ie jaarg. no. 1.
Administratie Sarphaüatraat 122, Amsterdam.
Tweede verslag van onderzoekingen naar
Archioalia te Parys, belangryk voor de geschie
denis van Nederland op laat der regeering
ingesteld door G. BTJSKEN HUET. Den Haag,
W. P. van Stockum & Zn.
De Vrijstaten en hun geschiedenis, door mr.
W. A. baron VAN ITTEHSUM. Leiden,
Boekbandel en drukkerij voorheen E. J. Brill.
Internationale wetgeving voor het vervoer
op jDoor-Cognossement, door W. PLL-YGEKS,
lid der Kamer van Koophandel en Fabrieken
te Rotterdam. Rotterdam, Nygh & van Ditmar.
M.yn beheer van 's Rijks PrKtdenku.lii.net,
naar aanleiding uan het jaarverslag van den
heer J. Ph. VAN DER KELLKN over 1898 door
dr. C HOFSTEDE DE GROOT. Anist, Scheltema
& Holkema's Boekhandel.
De sociale quaestie op den kansel, toespraak
van dr. A. KALTHOFF, veataald door J. VAN
LOENES MAKTINET. Amsterdam, Scheltema &
Holkema's Boekhandel.
Inhoud van Tijdschriften.
Europa, afl. 2. Febr. Cave tibi a signatis l
door C. F. H, Klokke F.Wzn.; Kwade tongen,
uit het Spaansch van Louis Coloma; Een
lykschouwing. Schets uit West-Jutland, van L.
Mylius Erichsen; Uit een Cyclus, door Florijn ;
Aan de lagunen, door H. S. Rolin ; Dagadanié,
een Russisch verhaal, door * * *; Ean
boekenpraatje, door Canatos.
Eigen Haard No. G; Muskus-Mecschen,
door Miriam Irgen, III. Ludwig Knaus,
1829?1899, met portret en afbeeldingen.
In verre zeeën voor driehonderd jaar, door
J. Koopmans, I. De Zuster-Republieken in
Zuid-Afrika, door J. A. Wormser: De voort
brengselen, II, met afbeeldingen. Uit het
léven van een zee-officier in Indië. In en
om de groote stad: By' deOrertoomsche Sluis,
naar eene teekening van W. O. J.
Nieuwenkamp. Feuilleton.
HIHIIIIMIMIIIIIlmlIMIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIHIIIIIIimlIIIIIIIIIIIIIIIII
A'd a m, 8 Feb. 19CO.
D. STIGTEB.
Koloniale Reserve.
Tot nu toe vernam het publiek van deze
instelling hoofdzakelijk een soort van berich
ten, die vrijwel onder den rubriek reclame'1
mochten thuis behooren. Het tegenovergestelde
daarvan is zeker het volgende schrijven, dat
van eenig belang te achten is omdat het komt
van een zijde die zich anders gewoonlijk niet
doet zien in het licht der publiciteit. Het is
een particuliere brief waarvan gaarne afschrift
verstrekt werd.
Zutphen, den 16n Jan. 1900.
Waarde Adolph!
Het heeft mij geen geringe moeite gekost
om aan dezen te beginnen. Doch daar 't niet
aangaat om langer te talmen met aan mijn hè.
lofte te voldoen, zoo zet ik mij als met geweld
iu tegen mijn gevoel van apathie dat me dwingt
als 't ware, om alles wac eenige
geestesinspanning kost in 't honderd te laten loopen.
Waarvan dit nare gevoel, die luilaksziekte ?
hoor ik je al vragen. Het antwoord hierop ligt
reeds in het bovenstaande opgesloten. De ziel
is ziek, ik mag wel zeggen doodziek.
Ik zou me werkelyk schamen dergelijke be
kentenis aan het papier toe te vertrouwen,
indien ik niet overtuigd was dat de honderden
anderen met wie ik hier leef zich bijna zonder
uitzondering even ellendig gevoelden als ik en...
daar ook geen doekjes om winden. Integendeel,
velen leggen hun gevoel van diep ongelukkig
zijn'' aan den dag op een wijze die hoogst
afkeurenswaardig is, zeker, maar door ieder
die met de toestanden alhier bekend is, ver
ontschuldigd zal worden. Neem 't me dus niet
kwalijk dat ik zoo klagejyk begin; ik zie
werkelijk geen kans om op andere wijze een
begin van uitvoering te maken van het plan
u volgens my'n belofte zoo goed mogelijk in te
lichten, 't Kan trouwens zóó ook ^een kwaad,
want gelijk de dooden op het kerkhof zoo roepen
wij onzen kameraden en collega's in Indiëtoe:
Hodie mihi, cras tibi", heden ik, morgen gij.
Moge deze waarschuwing door u en alle anderen
goed begrepen worden.
Wij hier vragen ons dikwijls af of 't soms
geen benauwde droom is, waarin wij, recon'
valescenten van de Koloniale Reserve, leven;
maar wanneer de kille werkelijkheid haar
antw'oord met centenaarsgewicht op ons
terugslingert, dan voelen we 't helaas maar al te
goed, dat we wakende zijn, dat ons voo.loopig
geen geruststellend ontwaken wacht.
Is 't dan zoo erg?
Oordeel. Ben ik goed ingelicht dan mag de
Koloniale reserve zich beroemen (?) tijdens
haar nog maar koit bestaan op een kleine 1700
deserteurs en misschien niet minder veroor
deelden door den militairen rechter. Ook het
aantal van hen die met een briefje van ontslag
als vagebonden de poort uitgezonden zijn en
nog dagelijks worden, is legio- Onder dezen
behoorde in den laatsten tijd de beroemde"
sergeant-schrijver Engtes, die hier even spoedig
de gouden chevrons verspeelde als hij deze in
Indiëbekomen heeft. Onze collega Vi»n Duren
is ook bereids gedegradeerd en wacht misschien
niet lang meer op het fatale moment waarop
hij met schande beladen wat zeg ik ? men
acht zoo iets hier 't in 't geheel niet meer als
schande ! zal worden weggezonden als een
soldaat die niet deugen wil. Velen zijn er die
't daarop aanleggen, zijnde dit het eenige middel
om uit den benauwden dioom" te ontwaken.
Behoef ik nog te zeggen dat aan al die be
droevende uitersten een met te tellen macht
van disciplinaire kwellingen voorafgaat 't Is
dan ook geen zeldzaamheid dat hier bij een
presente sterkte van 120 LI 150 man een vijf
tigtal gestraften zijn met cachot, provoost,
politiekamer en arrest in 't kwartier.
Deze straffen worden in zoo'n menigte opge
legd omdat de menschen zich strafschuidig
maken. Ongetwijfeld V Maar hoe komt 't dat
die menschen zich zoo slecht gedragen? Zou
dit niet aan oorzaken buiten hen liggen?
Ik voor mij ben innig overtuigd dat de laatste
vraag bevestigend dient beantwoord te worden.
De evacuatie naar Ned-rland is voor velen een
zou groote desillusie, dat deze het ve. stand
van de meesten schijnt te bevangen. Geen
wonder!
Men zou zich verbeelden te Zutphen met
de noodige egards te worden ontvangen en
behandeld, gelyk betamen zou jegens menschen
die in dienst van den Lande jaren achtereen
gevaren, ziekte en vermoeienis hebben door
staan en tengevolge daarvan hun gestel zagen
ondermijnen. In plaats van op die egards lijkt
de evacuatie op de plaatsing in een straLursus.
Men ontvangt geen noemenswaardig zakgeld
meer, is iedere vryheid van beweging haast
ten eenenmale kwyt, wordt met anderen
bijeengepropt in een hoogst ongezellig tehuis, voor
de heimwee want zoo iets voelt men hier
als 't ware naar het goddelnke Indiëschynen
de geeesheeren geen beter middel te weten,
dan de reconvalescenten zoo lang mogelijk te
laten verbleven in een omgeving die zrj ieder
uur van den dag, soms zelfs in den nacht,
want de menschen dioomen ervan vervloeken.
't Is waarlijk bedroevend om te zien hoe
lang men met gewonde en gebrekkige menschen
allerlei kunstjes ziet uithalen. Is 't te doen
om hun te bewijzen dat ze simuleeren of otn
het geduld te stellen op een proef die niet te
doorstaan valt dan voor de .taaiste karakter?,
om zoodoende op een goedkoope manier af te
komen van lieden, wien het land pensioen of
gagement schuldig is?
De meeste betrokkenen denken er het laatste
van en ... hoe ongaarne ik die meening deel,
ik zou het tegenovergestelde niet durven be
weren. Want het is een feit dat de schatkist
reeds zeer veel bevoordeeld is door het weg
zenden van lieden die bereids gratificaties van
eenige honderden guldens en pensioenen en
gagementen te goed hadden. Zoo iets moest
niet mogen plaats hebben. Het heeft iets
weg van een roofsysteem. Vroeger was de
Indische begrooting belast met te veel gage
menten die misschien wel wat lichtzinnig toe
gekend werden, thans is m >n van
Regeeringswege in een ander uiterste vervallen ?. haalt
en plukt van den oudgediende zooveel als maar
eenigszins mogelyk is, exploiteert het wange
drag, het grprovoceerd wangedrag, van den
minderen millitair. Het zou werkelijk al te
beestachtig zijn indien zociets het vooropge
zette doel ware, maar feitelijk komt het er
toch op neer.
Ook wat betreft het onderhoud der recon
valescenten. Zy worden adminislratief geheel
anders behandeld dan in Indië, zoodat er
zoowat in 't geheel geen soldy meer overblijft.
Van het wapen of den dienst waarby een
reconvalescent behoort, wordt, indien hij niet
van de infanterie of artillerie is, zoo goed als
geen notitie genomen. Men verbeelde zich dat
een kapitein-intendant of een ritmeester met
verlof wegens ziekte hier te lande, als kapitein
der infanterie te werk gesteld werd. Zoo iets zou
immers te dwaas zijn om los te loopen. Welnu,
tegenover den onderofficier, den korporaal, den
soldaat is zoo iets geoorloofd. Wat hiervan de
gevolgen zyn ?
Zoo wordt de zieke oost-indische militair
als een visch op het droge geworpen. Alles
wordt hem opeens ontnomen, 't Is platweg
gezegd een rommel waaruit niemand wijs kan
worden.
Komt men als reconvalescent te Zutphen
aan, half dood of niet nevermind!" dan wordt
terstond bekend gemaakt dat men binnen zes
maanden een voorloopig dienstverband kan
aangaan, met verbreking van het loopende,
onverschillig of dit nog lang of kort moet duren.
Bij het aangaan van zoo'n voorloopig ver
band voor vitr jaren ontvangt de reconvalescent
terstond twintig gulden. Dit doet menig
zwakkeling bezwijken voor de verleiding. Twintig
gulden ! 't Is een schat voor iemand die niets
heeft en veel van een borreltje houdt.
De gevolgen van zoo'n voorloopig verband
zijn nog al gewichtig. Van af het oogenblik
dat het onderteekend wordt staat de diensttijd
geheel stil evenals voor iemand die in de klas
van discipline geplaatst is, en tot zoola g
als de geneesheeren zullen goedvinden den
reconvalescent te Zutphen te laten, wat soms
wel twee jaar, langer zelfs nog, duurt. Stel je
voor twee jaar dienen oor den prins! Het
land is dus niet tevreden met zy'n zieke kolo
niale soldaten in 't belang der geknakte ge
zondheid als 't ware op half rantsoen" te
stellen, ook aan den diensttijd moet gepulkt
worden.
Doch soms is mea moreel, of liever immoreel,
gedwongen om dat voorloopige verband aan te
gaan. Volgens de lumineuse uitvinding van '92
gesanctioneerd door een koninklijk besluit, waarbij
de engagementen en reëngagementsacten gewij
zigd werden, is twaalf jaar indische dienst geen
twaaif jaar meer, zelfs niet in de gunstigste om
standigheden. Docb. bij de reserve worden het maar
elf, tien en minder jaren. Dit klopt adminittra
tief heel goed, maar is 't daarom goed. Ver
keert men nu in het geval dat men, hoewel
reeds twaslf jaren dienst hebbend, daarvoor
een paar jaar, of slechts een of een gedeelte
van n bij de reserve heeft doorgebracht dan
zit men voor vier jaar vast tegen wil en dank,
omdat het ziek worden in Indiëtot gevolg
heeft dat de tyd als reconvalescent doorgebracht
in Holland, maar half telt by gageering of
pensioneering zoodat het minimum aantal jaren
niet op do gewone «y'ze te bereiken is.
Ojk vervallen na het aangaan van zoo'n voor
loopig verband bij afkeuring al de verdiende
gratificaties....
Raakt men als reconvalescent door al de
moeilijkheden heen, dan komt men na korter
of langer tijd te Nijmegtn bij een der
validencompagn:ën, om daar den dag attewachten tot
liet aan het Departement van Koloniën behaagt
een transport naar Indiëop te zenden. Dan
verandert het voorloopig aangegane
dierstverbond in een effectief, waarbij men dan dertig
gulden handgeld erlangt en honderd-vijttig gulden
bij de Kykspostspaarbank gedeponeerd worden
ten behoeve van den als valide verklaarden
reconvalescent, die niet zelden binntn een
jaar of liorter weer te Zutphen is ons daar de
lange lijn opnieuw te beginnen, en daarbij
dan hoogstwaarschijnlijk moreel en oeconomisch
ie verongelukken.
Eigenaardig zijn de administratieve opvat
tingen die hier voorzitten. Tegen aansluiting
bij de Indische administratie, welke zooveel
eenvoudiger is dan de hollandsche, heeft iaën
het eigenaardige bezwaar, dat de Indische
administratie gebaseerd is op de indische comp
tabiliteitswet van '67. Of dit nu werkelijk een
bezwaar is van eenige beteekenis wil er bij
mij niet in; maar laat dit zoo zijn, waarom dan
de hollandsche administratie-reglementen als
't ware misvormd om 't toch maar goedkoop te
maken ? Wanneer de zuinigheid zoo ten koste
van de meest bescheiden piëteit moet worden
toegepast, mag dit wel een zeer misplaatste
heeten. Men had toch volle vrijheid om de
administratieve voorschriften naar behoefte te
regelen, daar de Reserve met haar onderdcelen
iets was, bij ons gelukkig nog zonder precedent.
Het eenige goede aan de Reserve is dat zij
aan eenige tientallen oud-militairen, die daarby
als vaste kader dienst doen, brood geeft. Maar
ook hier weer een zonderling sy-teem.
Behooren die oudgedienden tot hen die na hun
dienstexpiratie recht hadden op gagement, dan
verhoogen dezen ieder jaar hun gagementje met
tien gulden; maar voor gegageerden, die vroeger
afgekeurd werden wegens ziekte, bestaat deze
regeling niet. Deze laatsten dienen jaren en
jaren, worden ook successievelijk bsvorderd tot
adjudant-onderofficier toe, doch worden op hun
ouden dag aan den dijk gezet zonder eenige andere
gratificatie of pensioen, dan het reeds vroeger
behaalde,dat uit den aard der zaak zeer gerin g is. Zoo
zullen zich spoedig de gevallen voordoen dat ser
geant-majoors of adjudanten met verscheidene
jaren dient-t honderd gulden of iets rm er pen
sioen genieten, wat aekt-r niet ruim is voor
een familie, terwijl gewone soldaten m-t veel
korter diei sttijd tot in de driehonderd gulden
pensioen krijgen.
Gehuwde onderofficieren en minderen by het
nederlandsche leger zijn in 't genot van een
vrije woning of krijgen bij gebreke daarvan
indemniteit voor huishuur. Bij de reserve, die
toch volgens hollarid^che tarieven gegoed en
betaald wordt, is die bepaling niet van toe
passing. Hoe scbriepig! En misschien nog
inconsequent ook.
Genoeg over dit meesterstuk van militaire en
administratieve willekeur, waarmee i iet andrrs
bereikt wordt dan een noodelooze geldverspil
ling ten laste der indische geldmiddelen ; maar
erger, waardoor honderden menschen die iu
Indiëgoed en bloed voor 's Lands belang veil
hadden, diep ongelukkig gemaakt worden.
Zooeven vernam ik dat bij de tweede com
pagnie weer een zenuwlijder (?) als \agebond
wordt weggejaagd. De vent is oriemaal gewond
geweest, dus men had waartchijnlnk nog een
liet centje aan hem tegoed. Gelukkig Indi
dat zoo goedkoop van zijn invalide soldaten
afkomt!
Bette Adolph, nu heb ik mijn hart voor je
uitgestort het hetft me goed gelaan. Nog
eens herhaal ik de waarschuwing: Hodie mihi,
cras tibi!' Zorg dat je blijft uit de vingers
van het dankbare vaderland. Het moet in lud.
al raar loopen, indien je daar zoo slecht weg
komt als ny' hier. Denk daaraan bij eventueele
tegenspoed en bijt dan met een zoo mogelijk
zoetzappig gezicht door d<n zuursten appel heen.
Na een cordialen handdruk
1.1.
C. VAN DER POL.
Dit schrijven is in menig opzicht een J'accuse",
een dat wel verdient dour meer dan een man
gelezen en ernstig overwogen te worden.
De Koloniale eserve is een instelling van
ty'delijken aas d, doch het tijdelijk" heeft in
dit geval een zeer rekbare beteekeiii?, gelijk
blijkt uit de oprichting van een nieuwe af
deeling van dit korps te Maastricht, die
waarschijnlijk in de volgende maand tot stand
zal komen. Hieruit blijkt dat men in onze
Regeeringskringen nog al voldaan is over de
gei:omen proef, and.rs ging men Liet tot uit
breiding over. En in die kringen, waar men
natuurlyk weinig afweet van de portee die de
betrekkelijke besluiten voor den minderen man
hebber, heeft men reden om de proef te bestendi
gen, daar de laten we ze noemen fiscale
resultaten" schitterend zijn, en menigeen
er Log een gO'd baantje door heeft.
Maar ernstige overweging verdient toch nog
het volgende:
1. De engagements- of reëngagementsacte
voor het indische leger weer te brengen op
den vroegeren voet en over wegens ziekte of
verwondii g afgekeurden niet in Nederland te
beschikken dan met de volle bestemming der
betrokkenen. Men kan zich wel is waar be
roepen op het vrij'ii'illige van het engagement,
aangegaan op den tegenwoordigen voet; doch
het staat vast dat bijna niemand daarvan de
portee begreep toen hy zich verbond en dat
de meesten nu te laat inzien hoe bedrogen zij
uitkomt n bij een dienstverbintenis voor ons
koloniaal Leger.
2. De Koloniale Reserve in baar geheel
minstens de reconvalescenten-afdeeling van dit
korps, op te heffen. De onedele wij/ie waarop
middels deze instelling voordeelen verkregen
worden ten bate der indische geldmiddeler,
worden ruimschoots weer verslonden door din
duren staf en het kader, zonder dat bet tot
nu toe gebleken, of ook maar in een verre
toekomst te voorzien is, dat het indische leger
in een enkel opzicht door die reserve gebaat
wordt.
3. Den reconvalescenten van het indische
legt-r voor wie e f acuatie naar Nederland i;oodig
is, de hospitalen der garnizoenen het dichtst
bij de plaatst waar zij ihuU behoorea gelegen,
open te stellen, en hen eenifce jaren achtereen
met zorg te herkeuren. Bij eveiitueele
wedergeschikt-bevinding voor den dienst in Indi
kunnen ze weer daarheen gezonden worden
oin het ontbrekende aantal jareu voor gagemeut
of pensioen uit te dienen. Uan krijgen we iets
beter dan den schijnbaar ongunstigen toestand
van vroeger terug: de uitbetaling |van vroeg
verdiende gagementen. Djch dit was slech'.s
sdtiji'buur ongunstiger daar die onbeduidende
gagttinenten mee=tal tydelijk uitbetaald, bij lange
niet kostten wat de Koloniale Reserve uu ver
blindt aan staf, kader, gebouwen, voeding,
soldy'en, militaire auditie, enz. enz.
4. Zoo het voorgaande niet wel uitvoerbaar
meer i-, wat moeilijk zal aan te tuonen zy'n,
dan toch bij de Reserve, zoowel het validen-als
recouvaltscecten gedeelte ingrijpende admini
stratieve en ai.dere hervormingen in te voeren
die stroken met de plichten die het Land jegens
zijn verdienstelijk eu roemrijk indisch Leger heeft.
VAN DEB POL.
Wllllillllllllll
Infaam Duitsch.
Een oude heer uit Silezië, die in zijn jeugd
dikwijls in het stadje Oels kwam, vertelde de
volgende aardige geschiedenis. Voor ongeveer
zestig jaar wandelde hij op de promenade
in Oels en dacht waarschijnlijk aan zy'n
middagmaal, toen hy een aardigen jongen
van ongeveer veertien jaar tegenkwam, die met
een wanhopige uitdrukking op zijn gezicht,
bitter schreide. De oude heer was in een mede
lijdende stemming, hij riep den jongen dus en
vroeg naar de oorzaak van zijn verdriet.
Eerst wilde de jongen niet antwoorden, maar
eindelijk vertelde hij, dat hij in de derde klasse
van het gymnasium zat en dat hij het ongeluk
had, dat de Duitsche leeraar hem niet kon
uitstaan. Deze gaf hem daarom steeds de
allerslechtste cijfers voor zijn opstellen, hoewel
hij zich altijd groote moeite er voor gaf. Zoo
stond onder het opstel, dat hy dien dag had
gekregen: »Zoo schrijft een jongen uit de
tweedöklasse niet eens!'' en nu zou bij thuis
een slechte ontvangst wachten. De oude heer
liet zich het opstel toonen, las het door en
zeide toen:
»IIebben jullie al een nieuw onderwerp 'l"
De jongen antwoordde toestemmend en
noemde het onderwerp. Hierop zeide de oude
heer: «Goed, kom morgenmiddag op denzelfden
tijd weer hier. Dan zal ik je het opstel geven ;
ja schrijft het woordelijk over en levert het dan
in. Den volgenden Maandag, als jullie je op
stellen weer hebt teruggekregen, zal ik hier
op je wachten."
Alles gebeurde, zooals was afgesproken, en
Maandagmiddag gaf de jongen, weer me t tranen
in de oogen, het schrift aan den ouden
heerDeze sloeg het open en zag, dat een streep
van het begin tot het einde door het opstet
liep, en dat er onder was geschreven: «Infaam
Doitsch."
Zonder een woord te zeggen, stak hy' h
schrift in zijn zak, en ging naar het gymn
sium, waar hij den directeur opzocht.
Deze ontvir/g hem zeer vriendel^k «ra zij
voerden het volgende gesprek:
Directeur: «Waaraan heb ik de eer van uw
bezoek te danken?"
Oude heer: «Gelooft u, dat ik Duitsch:
versta ?"
Directeur: »Wat een overbodige vraag!"
Oude heer: «Denkt u, dat ik goed Duitsch
schrijf."
Directeur: »Deze vraag is eigenlyk nog meer
overbodig dan de eerste."
Oude heer: »Nu, er zy'n menschen, die van
een andere meening zijn, b. v. de heer N. N.f
die vii dt, dat ik «infaam Duitsch" schrijf."
De directeur keek bij deze openbaring zeer
verbaasd, waarop de oude heer hem het
opstellenschrift van den jongen gaf en hem vertelde,.
hoe het opstel was ontstaan.
»Dat is waarlijk ongehoord," zeide de direc
teur, »ik zal de zaak onderzoeken, en u zult
volkomen satisfactie hebben, mijnheer von
Holtei."
»Dat hoeft niet, dat hoeft niet," antwoordde
de beroemde dichter lachend en ging heen.
De directeur liet den leeraar bij zich komen,
en men mag hopen, dat de laatste de gewoonte,
de opstellen zijner leerlingen naar zijn sym
pathieën en antipathieën te beoordeeier, voor
taan niet meer gevolgd heeft.
Tüa res agitiir,
Het heeft er iets van alsof wy zoozeer opgaan
in onze heuglijke geestdrift voor Transvaal,
dat wy niet meer letten op binnenlandscha
gevaren. Daartoe reken ik de poging van de
postadministratie om een nog meer overdreve i
beperking van den postdienst op Zondag in
te voeren dan waaraan wij nu reeds lijden.
De Kamers van Koophandel,
doorderegeerirgom advies gevraagd, zullen voor de belangen
die de handel daarby heeft waken, maar
alsniemand opkomt voor de belangen van privaat
personen, zal het do-n schijn hebben alsof het
publiek onverschillig was. Toch meen ik dht
dit het geval niet is en dat menigeen den
maatregel met leedwezen zou zien ingevoerd.
Sahryver dezes heeft een talrijk gezin waarvan
verscheiden leden elders wonen en hy zou htt
zeer betreuren indien hem nog meer dan than s
de gelegenheid om met zijn kinderen brieven
te wisselen werd ontnomen In dat geval
verkeeren velen. Wie bindt nu de kat de bel eei»
aan en zet een adres-beweging op touw?
Gaarne neem ik aan, dat er onder de
postambtenaren zijn, die des Zondags de godsdienst
oefening willen bezoeken. Welnu, laat de ad
ministratie zoo mogelyk dat verlangen inwilligen,
maar daartoe andere middelen gnbruike dan de
invoering van den Engelschen Zondag. Heeft
men nu nog niet genoeg van de beschavirg
waarin dat huichelachtig volk Europa het
voorbeeld geeft: Zondagen van rust, maar
vooral van verveling en whisky !
A. P. F.
* *
*
Ook wy meenen, dat een waarschuwend woord
in deze iiiet overbodig is. De postdienst geeft
het Rijk een groot Batig saldo, zoodat het
aaiistellen van hulppersoneel voor Zon- en feest
dagen volstrekt geen bezwaar kan opleverer.
Ook het te Leeuwarden gevestigd hoofdbe
stuur van den »Ned. Bjnd ter bestrijding vai
overdreven Zondagsrust op bet gebied van
post- en telegraphie," heeft een adres inge
diend aan den diiecteur-generaal der posterijen
en telegraphie, om zijn bezwaren mee te deelen
tegen een verdere inkrimping van den dienst
op Zondag.
Wenschelijk zal het zijn, dat ook anders
die niet op een Engelschen Zondag en even
min op een onnoodige benadeeling van htt
algemeen belang gesteld zy'n, hun bezwaren
tegen dergelijke maatregelen doen kunnen voor
het te laat is.
Overzicht oer socialistische bei mi
M. de 11'.
In het Weekblad van de voorlaatste wet k
gaf de heer Bymholt een overzicht van de
socialistische beweging in ons land. Dat het
overzicht niet volledig is, mag men de heer
Bymholt niet tot een verwijt maken, maar wei
zal het geoorloofd zijn een opmerking te maken
naar aanleiding van eene uitlating, die met de,
waarheid wel eenigszins in strijd is. De heer
B. toch zegt: »Men twistte in de eerste ty'den
niet, zooals later, over vragen van beginsel en
taktiek."
In dien tijd was er wel degelyk veel strijd
in eigen kring. Ik herinner mij nog zeir
goed de talrijke debatten, die van groot ver
schil getuigden. Zoo o. a. tusschen II Gerhard
en F. Domela Nieuwei,liuis. De beer D. N.
was toen nog collectivist. Maar die besprekir gen
werden toen niet openbaar en dit diei.t
vooral in herinnering gebracht?de verschil
len, die toch vaak zeer groot waren deden
nimmer te kort aan de wederzijdsche waar
deering.
De haat- en nijd-politiek kwam eerst bij
het bij wijze van propagandamiddel, werd
er ter verontschuldiging bij gezegd ??? in toe
passing brengen van dekoöperatie. De twist blei f
echter in eigen kring. Maar anders werd cJat:
bij de toepassing van het besluit, om, zij htt
ook naast den Hond, mee te doen aan ver
kiezingen. De toeloop van arbeidersvrienden
werd zóó groot, dat de oude strijders zich
afvroegen: Waar waren die vroeger? En de
booze van geest dacht er dadelijk het booze van.
Nu is het eenigszins anders. En later zal
het weer anders zijn.
Natuurlijk.
Een uu den kring van 1S~S.
MM Utrecht.
Op blz. 7 kolom l van No 1179 van de
Amsterdammer (Signalement van jhr. mr. J. E.
Huyderoper door Jan van 't Sticht,) wordt in
het voorbijgaan gezegd, dat er verband is ge
weest tusschen het intrekken indertijd van het
Rijkssubsidie voor de restauratie van de Domkerk
en »van katholieke zijde geëischte versieringen."
Opdat zich geen valsche legende vorme, stel
ik er prijs op te verklaren, dat het aluoluul
onwaar is, dat van katholieke zijde of van welke
andere zijde ook versieringen zouden geëischt
zijn geworden.
6 Februari 1900. VICTOK DE STUERS.