Historisch Archief 1877-1940
Ho. 1429
]>E AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
kunstenaars van '80, nog, treurge klemtoon ?
gaan socialist worden? Dienen wij het leven
dan niet goed, wanneer wij 't Hollandsen
proza dienen als wij doen? Diende ook van
Deyssel niet ons allen beter daar op dat
podium? Gij kunt toch, socialistische schrij
vers, niet buiten het woord. En wijs mij nu
eens n uwer socialistische kunstrechters
by wieu het woord bleef in die mate veilig.
Wat wilt gij toch? Wat zouden wij bij u
met onze hielen komen zitten in kranten
en tabellen, of luisteren naar uw wél-spreken,
wij die zoo licht verstrooid geraken, als daar
een rafelingetje loslaat uit uw hart, of om
een graad van schittering in uwe oogt n, als
gij 't hebt over uw stelsel. Wat wilt gij van
ons tachtigers? Moeten wij nu luisteren naar
het orgelen in de Oude Gids, den buik
pas vol Florence en moeten wij, eenmaal
socialist, den boon verhelen dien wij soms
en wel wat erg, zien s'aan in 't Handelsblad,
in zeker feuilleton? Gij zijt toch bewusten?
Wat hebt gij aan lastposten als ons?
Moeten wij onze vermoeienissen gaan
besteden aan vertoogen, waarin gij,
wielvlug, werpt met woorden als blokken zwaar
en staven, kansziende nog een
kringelkleuriïv^eepbel op te blazen, die plots kan
WeRen in tweeën, als
maaKdenburger-halveb<jjjen. Zouden wij van Deyssel niet
prijz<tó; 'die «tnidden in zijn leven, de
welbemfndfe Scoorden keert en keert, niet minder
dan een kind haar bioernpje of haar steentje.
Waar stak het verzet, toen partijgenoot
Quérido, ziedaar uw man, ook Wij be
minnen geen persoonlijkheên en kunnen
het zonnetje wel schijnen zien in 't water,
maar ook wij kunnen niet anders, den
kunstenaar Coenen smaalde in 't publiek,
Coenen, die van 'n deel groote-stad-levcn,
't abject geziene in 't haast systematische
verwilderen van onzen tijd, uit kracht dier
zelfde haat, die toch ook u revolutionneerde,
een beeld stelde als gén van ons allen. Wie
constateerde dat toen, wie anders dan van
Deyssel. Hadt gy belangrijker zaken, wat doen
wij dan bij u ? Neen, dichteres, ga, volg gij uw
lot, moedig, krachtig en bewonderenswaard
lllllilllllllllllHHHIMIHlIIIMIIHIIIIIIHIIIMMIMIMIIIIIMIIIIIUmiMMIIimilll
en bovendien gelukkig. Wij wenschen het ge
luk niet; laat ons dus wat wij zijn, dwazen
van tachtig, koningen, want'kiinners,
kroonlooze en zonder onderdaan, gelijk gij jnistelijk.
zegt, en... wachtende den glorUJoozen dood
op 't puin van .. . ja, van wat?
Zegge nu niemand: bonne mine il rnauvais
jeu, niemand : economische verwording ; gij
weet, vrienden, wel beter als een als ik het
spreken onderstaat.
Van Deyssel's optreên met de oude leus van
'80: Ik houd van het pro?a" is als een ge
beurtenis te zien voor Hollands taal en let
teren.
A'd a m, 9 Nov. 1904. JAC. VAX LOOY.
Geile Poëzie yan BiUertöt ^
Bilderdijk is geen man, waarvan men zich
met een enkel woord af kun maken. Veel
zijdig begaafd, met een sterke drang om zich
zowel in verzen als in proza, maar in verzen
vooral, te uiten; dichter bij de gratie Gods
volgens de een, rij m kunstenaar en verzen
maker volgens de ander, heeft hy tot in onze
tijd gegolden als een model, maar is hij ook
aangevallen met scherpe kritiek en minach
tende bespotting.
/? Zijn leerling da Costa heeft hem als mens
en dichter geschetst met een piöteit die nog
nawerkt bij da Costa's geestverwanten in
onze tijd, zo zelfs dat menigeen Bilderdijk
als de grootste dichter na of naast Vondel
vereert, zonder zijn werken te kennen.
Multatuli vulde bladzijden in zijn Ideeën met
aanmerkingen op de verskunst en do taal
van Bilderdijk.
Tussen die twee uitersten staat de grote
menigte die Bilderdijk vrij onverschillig iaat;
die weet dat hij ge.-egd heeft
Hollands taalscliat uit te storten
Is mijn glorie; niets dan dit" ?
die weet dat Beets hem vooral ook als meester
over de taal geprezen heeft, maar geen be
hoefte gevoelt om bewijzen te gaan zoeken
in do wel wat als een pakhuis ingerichte
Haarlemse uitsaaf van de Dichtwerken."
Maar van Bilderdijk maakt men zich niet
met een enkel woord af, en hier is geen
plaats voor breedvoerige beschouwing. Als
tekst voor zulk een beschouwing zouden de
volgende stellingen kunnen dienen :
Gevoel en verbeelding maken de dichter,
maar gevoel in de eerste plaats: de verbeel
ding moet daarmee in oorzaki'lik verband
staan. Bilderdijk bezat die heide in onvol
doende mate; 't verstand bclieerftc bij hem
niet het gevoel maar ven-ing het.
Juist door deze eigenaardigheid in
Bilderdijks aanleg wordt de houding van zijn
vooren tegenstanders bepaald. De grote en dwe
pende bewondering aan de ene, de afkeer en
vijandschap aan de andere kant vooral, zou
den minder sterk zijn gebleken, als hij een
gevoelsuian" was geweest.
Verwey noem', Büderdijk in zijn
Xederlandsche dichters" 2j ..den groote door 't
begrip" zoals Vondel do groote door do
verbeelding" was. In dezelfde inleiding schrijft
Venvey : 't Is een spraakverwarring die
voorbij ma<j gaan: dat hij dichter was, en
dichter zooals Vondel : die weg, blijft de
waarheid die nooit gaat: met Vondel onze
grootste geest."
Van zo'n man moet, om wat hij geweest
is en om do invloed die hij tot op onze tijd
nog oefende, de studerende mér weten dan
geboorte- en sterfjaar, zijn lotgevallen en de
titels van zijn werken. In een uitgaaf als de
Zwolsche Herdrukken is daarom een bloem
lezing uit zijn werken op z'n plaats, en 't is
goed ge/d.en dat naast het al herdrukte num
mer Poëzie van Willem Bilderdijk" nu ook
een deeltje Gewijde Poëzie" opgenomen werd.
Want zo het al voor iemand de vraag; mag
zijn, in welk genre. Bilderdijk nog 't hoogst
stond als dichter, zeker is het dat zijn
levensen wereldbeschouwing Vooral in zijn Gewijde
Poëzie gevonden word', en deze dus voor
wie hem als mans en dichter kennen wil,
onmisbaar is.
No. 22 van de Zwol^che Herdrukken be
vat : Zelfoeproeving, d^ Apostelen in den
nacht des verraad-*, Messias, de Dieren, de
Mensch, God en de Mensch, Zingen, en
Christen Paa^ch/ang, met inleiding en aan
tekeningen, door P. Kat Pzn.
Bilderdijks gewijde poëzie, zegt de heer
Kat in de inleiding, is het machtig wapen,
waarmede hij optreedt tegen den geest
zijner eeuw. Zonder dien geest te kennen,
begrijpt tnen deze gedichten niet. Daarom is
't noodzakelijk een blik te werpen op de
geestesstromingen van die dagen."
Dan volgt een beknopt overzicht van de
wijsgerige ideeën, die in zijn tijd in Frankrijk,
Engeland en Duitsland de geesten beheer
sten, waarbij in 't biezonder de aandacht
wordt gevestigd op het rationalisme, zooals
het zich vooral in Duitschland openbaarde",
omdat de heerschende richting hier (d. i.
iu ons land) meer overeenkwam met het
Germaansch idealisme dan met het Roniaansch
deïsiue of materialisme."
Do inleiding bevat verder een in z'n be
knoptheid verdienstelike schets van Bilder
dijks pbilosophische en godsdienstige over
tuiging", voor zover die uit zijn werken kan
worden opgemaakt, want hij-zelf was de
man niet om zijn stelsel tot een afgerond
geheel uit te werken."
De laatste bladzijden zijn gewijd aan de
vraag, hoe te denken over Bilderdijk als
christen." Die vraag wordt heel verschillend
beantwoord; de heer K. komt tot het besluit:
Wie Bilderdijks gemoedsleven meer dan
oppervlakkig heeft leeren kennen, zal niet
durven betwisten, dat in het diepst dezer zoo
fel bestreden ziel een vurig verlangen heeft
gewoond naar gemeenschap met God, en dat
het orgel van Haarlems St. Bavo bij de ter
aarde bestelling van zijn stof geen treffender
lied had kunnen aanheffen dan den Psalm
van het hijgend hert"."
1) Zwolsche Herdrukken, XXII. Gewijde
Poëzie van Bilderdijk, met inleiding en
aanteekeningen, door P. Kat Pzn., Zwolle. W.
E. J. Tjeenk Willink.
2) Jiir. Onno Zwier van Haren en Mr.
Willpm Bilderdijk. Amsterdam, v. Looy'en
Geriings. 189-i.
Met zorg bewerkte aantekeningen en een
glossarium besluiten het boekje, dat voor de
(te langzaam aangroeiende) reeks Zwolsche
Herdrukken een aanwinst is.
J. L. C. A. MEIJEH.
NIEUWE UITGAVEN.
Uitgave, van A. A. NOSKB, Middelburg.
CONSTANT VAN DE WALL, Uit Attiraa",
mujiekdrama in n bedrijf (tekst van den compo
nist) met Xederlandschtn en Franschen tekst
(Léon Paschal), Een goud gevleugeld vlin
dertje' (?Un papillon aimait une rose'').
Koorwerken: KOK KUILER, Op. 24.
Sturmlied" (Anna Ritter) für gemisch'en Chor und
grossej Orchester. Klavierauszug vom
Kompouisten. Mevr. KELLY VAN DER LINDEN VAN
SNEI.REWAARD-BOUDEWIJXS, Jantje i« Modder
stad", kinderzangspel in vier bedrijfjes
Zegepraal, door Is. QUEMDO. Haarlem, De
Erven F. Bohn.
A. PIEESON, Ou/Ier e tijdgenooten, 2e druk.
Amsterdam, P. K. van Kampen & Zn.
Vreugden rem Holland, door G. F. HASPELS,
2e druk. Amsterdam, P. N", v. Kampen & Zn.
T'aii Java's wegen, door J E. JANVEB. Amster
dam, P. X v. Kampen & Zn.
W. DE VEER, S. J. Lezingen en toespraken.
Amsterdam, C. L. van Laugenhnijsen.
Het capitulantenstehel en de, vi-reeniying Voor
waarts-Manch ! in verband met de belangen
van den staat, het leger en de vloot, door
PATRIOT. Arnhem, Stenfert Kroese en van der
Zande. '
Jaarcerslag van de vereeniging Centraal
bureau voor sociale adviezen", (Amsterdam,
Vossiusstraat 37). over het vijfde
vereenigingsjaar, loopende van l Juli 1903 tot 30
Juni 1904.
Plonsen en polders, door A. L. H. OBREEX.
Hilversum, Nonhebel & Co.
Vademecum", practischc 10 cents biblio
theek : No. 23. Duitsch handelsbrievenbock, door
dr. F. LEVITICUS ; NTo. 24. Engelache
handelscorrespondentie, door VV. H. SONIUS j r.; Xo. 25.
Fransche t'an'lel-KorreKponderit<-e, door W. H.
SONIUS Jr. Amsterdam, Van Holkema &
Warendorf,
IIMMIlniMMIUI
iiniMiMiiiiinMiiiiiMiHiiiiiiiiit
in tabletten a 10 cents,
voor 2 borden voortreffelijke Soep,
geven in korten tijd allén met water smakelijke en gez inde
soepen. Meer dan 25 soorten bieden rijkelijk afwisseling.
Te verkrijgen by kruideniers en comestibleshandelaars
Waar niet verkrijgbaar wende men zich tot het Gcneraal-Agentuur voor Nederland en Koloniën PAUL ,HORS, Amsterdam.
PIMIIIIIIIIIIIIIIItlllllllllllllllllllllllMIIIIIIIIIIIIIMIIlnlIlllllllllllllllMlllllnlIHIIIIIIMnillllllllllllllllllllllllllllllllMIIIIIIIIIIIIIIIMIIMIIIItMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIllllllllnlIIIIIEllllllllllllllll
YOOP>. DAMEjS.
e>
Hoe ze lot stand kwam.
Dat Vrijdag 21 Oct. door de Haagsche
afdeeling van de Ver. voor Vrouwenkiesrecht
een vergadering werd gehouden, waarin door
leiders van verschillende politieke partijen het
partijprogram in zake Vrouwenkiesrecht werd
uiteengezet en verdedigd, behoort men te
weten hoeveel men's vallen er niet onder?
daar du dagbladen er in den breede verslag van
hebben gegeven.
Wie nu echter denkt, dat die zaak gemak
kelijk tot stand is gekomen, slaat de plank danig
mis. Het zoover te brengen, heeft waarlijk
heel wat voeten in de aard gehad. Reeds stond
genoemd onderwerp op het werkplan van den
vorigen winter, maar 't mocht niet gelukken,
al werden tal van bezoeken, te voet ofperfiiets,
afgelegd en dozijnen brieven geschreven. De
tijd bleek ongelukkig gekozen ; weken te voren
toch waren allen, op twee na, volkomen over
tuigd dat, op welken datum ook, ze te heesch
zouden zijn om in 't openbaar te spreken, of
te overladen met werk om zonder gevaar voor
de gezondheid, zich in ten hoogste twintig
minuten uit te spreken over vrouwenkiesrecht.
Het mooie zomerweer schijnt gunstig ge
werkt te hebben op het fysiek van eenige
heeren-partij leiders. Toen althans enkele
weken geleden het plan wreer werd ter hand
genomen, waren er vijf fracties te vinden. Bij
de Liberale-Uniemannen werd opnieuw aange
klopt, al hadden sommige hoofdmannen in
karakteristiek gedecideerde terminologie van
hun onwil doen blijken een onschuldig
verzoek afwijzen, nu, daarvoor noemen zij
zich dan ook : wijzinnig. Thans verwees de
een naar den ander, met gevolg, dat niemand
zich beschikbaar stelde. De afwijzing der
antirevolutionnairen verbaasde het bestuur min
der ? 't loopt tegen de verkiezingen, en
sprekende verspreekt men zich licht, wat
kwaad bloed kan zetten. Voorgewend echter
werd, dat het program niet klaar was.
Eindelijk dan waren de sprekers er. Hoe
nu gehoor voor hen te vinden ? want we
weten, dat het voor-zaken-van-algemeen
belang-zieh-interseerend publiek October en
November te vroeg acht voor vergaderen;
December, Januari en Februari te koud, en
Maart en April te laat. Er moest dus nog
iets anders gedaan worden, clan de dagbladen
in den arm nemen door middel van adver
tenties, of er bestond groote kans, dat de
zaal leeg bleef.
Al kan het denkbeeld niet op nieuwheid
bogen, besloten werd een circulaire de wereld
in te zenden, een die in zoo ruim mogelijken
kring te verspreiden. Bij schralen stand van
kas en daarin doet die van de Vereeniging
haast voor de armste niet onder is 't ge
makkelijker tot ruime verspreiding te beslui
ten, dan haar uit te voeren; 1500 2000
adressen van alle mogelijke corporatieleden
en van particulieren zijn maar niet in een
paar uur opgezocht en geschreven. Toch is
dit werk door enkelen volbracht; zelfs be
wust, dat een zeer groot deel ongelezen in
de papiermand zou verdwijnen. Gelukkig
lyden nog niet alle menschen aan die slechte
gewoonte, en met het oog op dezen werd
inhoud en vorm een onderwerp van ernstige
bespreking, hoewel lachen en schertsen
daarbij niet uitbleef, want ziet, het kan niet
anders dan op de lachspieren werken van
personen, die veel tijd enkelen zelfs al
haar werkkracht in dienst stellen van dat
vraagstuk, neer te schrijven: Nu komen wij
u over iets heel vreemds spreken," gelijk de
aanhef van de circulaire luidt.
Het schriftuur blijkt aan zijn doel te heb
ben beantwoord het heeft gepakt; getuige
de inschrijvingen voor het lidmaatschap bij
de secretaresse ingekomen, waaronder die
van personen, welke door hun maatschappe
lijke positie of titel, dubbel worden gewaar
deerd. Hierbij een woord van dank aan de
redacties van liet Vaderland en Vooruit, die
in haar kolommen plaats hebben weten te
vinden voor de geheele circulaire.
Ook in het andere opzicht slaagde de zaak:
er was publiek ; de groote zaal liep vol niet
een gehoor, dat bleek gekomen te zijn om
aandachtig te luisteren: geen kwinkslag of
geestige zet bleef onopgemerkt.
Na het openingswoord, waaruit minister
Kuyper, indien hij aanwezig ware geweest,
zou geleerd hebben, dat de tegenwoordige
feministen onbegiijpelijker wijze reeds ver
nuftig genoeg zijn, om acht te slaan op zijn
woorden als op zijn weiken, begon de ver
gadering. Van het gesprokene zal ik slechts
twee punten releveeren.
De heer S. van Houten ving aan met er
op te wijzen, dat ten onrechte zijn naam in
de circulaire ontbrak, want reeds in '84 had
hij een poging gedaan om de vrouw het
kiesbiljet in de hand te stoppen. Met uiter
lijke schijn van leedwezen, verheugde het
bestuur zich innerlijk niet weinig over de
omissie, wijl daardoor zonneklaar aan 't licht
kwam, reeds in zake vrouwenkiesrecht ver
genoeg te zijn gevorderd, dat een man van
naam openlijk erkent er prijs op te stellen,
door de vrouwen niet te worden voorbijge
zien kan het vleiender voor haar ?
En nu iets naar aanleiding van het gespro
kene door Mr. H. Verkouteren Zijn christe
lijke beginselen maken hem tegenstander van
vrouwenkiesrecht, wel te verstaan: van
politiek-vrouwenkiesrecht en van verkiesbaar
heid voor staatscolleges ; dat haar plaats inge
ruimd worde in de kerk, armenzorg en
schoolbestuur, daartegen koestert hij geen
bezwaar. De heer V. erkent geen individueele
rechten; volgens hem mag nooit anders dan
het algemeen belang den doorslag geven en
op dien grond was hij een verklaard tegen
stander van vrouwenkiesrecht, want al ge
loofde hij niet, dat door het mede-regeeren
der vrouwen de zaken slechter zouden gaan,
hij had nooit een argument aangetroffen,
bewijzende, dat het algemeen belang er door
zou worden gebaat. Op dat moment lag de
vraag voor de hand, of de heer V. ooit iets
leest van tegenstanders en ooit spreekt met
anderen dan pai tijgenoot en. Vast staat, dat
nimmer heeft kennisgenomen van hetgeen
door op-den-voorgrond-tredende vrouwen is
gezegd of geschreven ; anders toch zou die
naïve verklaring geweigerd hebben hem over
de lippen te komen. Xooit zeggen de vrouwen:
wij vragen rechtvaardigheid van wet in het
belang van A. of B. en van deze of gene
klasse; maar zij stellen den eisch, overtuigd
als ze zijn, dat het algemeen belang er door
zal worden gebaat, terwijl ze het bewijs niet
schuldig blijven. Had trouwens de heer
Verkouteren de rede van den heer Brinkhuis
aandachtig genoeg gevolgd, hij zou een bewijs
hebben gehoord. Zoodra een vrouw burgemeeesler
?van Wyoming was geworden, werd drankmisbruik
krachtiger dan ooit te vo'ien bestreden. Was dat
een daad in het algemeen belang, ja dan neen,
mijnheer Verkouteren ? hoezeer de lijst der
gevangenisbevolking, van de prostitueerenden
en geprostitueerden, als der geslachtszieken,
wordt verlengd door drankmisbruik, kan toch
ook u niet onbekend wezen. En nog heel
wat kwaad zou door de vrouwen ernstiger
worden aangegrepen, dan tot heden door de
mannen is gedaan; niet omdat de vrouwen
en bloc in voortreffelijkheid boven de mannen
staan, maar omdat zij anders zijn dan dezen
en zij elkaar dus aanvullen.
Den Haag, 29 Oct. '04.
ELISE A. HAIGHTON.
Lady Ciiarles Me. f
Groot was de verslagenheid in de
Engelsche vrouwenbeweging en vooruitstrevende
kringen, veroorzaakt door den dood van
bovengenoemde edele vrouw, wier stoffelijk
overschot Zateidag werd verbrand in het Cre
matorium van Golder's liill, na een lijkdienst
bijgewoond door ettelijke treurende belang
stellenden uit alle deelen vim het land,
waaronder vele leiders van vakvereenigingen.
Het heengaan van deze lieve, hartelijke,
veelbegaafde, kloekmoedige en volijverige
medewerkster aan de vrouwen emancipatie,
wordt nog smartelijker gemaakt door het
bewustzijn, dat zulke sublieme vrouwen,
evenals de mannen van verheven geest, fteeds
een zeldzaamheid blijven, waardoor haar ver
scheiden een leegte achter laat die niet, of
uiterst moeilijk, te vullen is. En de taak
der vrouwen emancipeerden is nog zoo zwaar
en moeilijk dat, ach, dergelijke genooten zoo
noode kunnen worden gemist. Maar de natuur
is onverbiddelijk, de diepste droefheid ver
murwt haar niet. Zonder waarschuwing rukt
zij vaak de edelsten van ons weg. Zondag
23 October besprak Lady Charles Dilke nog
met haar echtgenoot in hunne woning te
Woking allerlei suciale en politieke proble
men, zonder eenig teeken van ongesteldheid
te toonen. Den volgenden morgen stierf zij
plotseling door het springen van een slagader.
Emilia Frances Strong, werd iu 1840 te
Ilfracombe geboren. Haar vader, uit Amerika
afkomstig, was oors;>ronkelijk officier in
dienst der_Engelsch Oost-Indische Compagnie.
Zij werd thuis in Oxford opgevoed onder
toezicht van een miss Bowditch. In 18(52
huwde zij een beroemd aeworden predikant van
die universiteitfstad, den heer Mark Pattison.
Van hem ontving zij veel van haar groote
wetenschappelijke kennis. Doch haar smaak
bepaalde zich ten slotte voornamelijk tot de
artistieke zijde der menschelijke beschaving.
En weldra maakte zij naam als een der
xakenkundigen over de Fransche kunst der
18de eeuw. Vele jaren was zij de voornaamste
criticus der Academy, terwijl zij ijverig schreef
voor de Fransche kunsttijdschriften L'Art en
Gazetle, dfs Beaux Arts, Fransch even vlot en
correct als de Engelsche taal sprekende en
schrijvende. In 1879 verscheen in twee deelen
een werk van haar hand over de Renaissance
der kunst in Frankrijk.
Haar leven met den predikant l'attison was
echter niet zonder verdriet. Ondanks zijne
geleerdheid, bezat hij een ontzettend humeur,
waarvan zij veel te lijden had, zoodat zij in
de laatste jaren voor zijn dood (in 1884)
gescheiden van hem leefde.
Een jaar na den dood van haar eersten
echtgenoot, huwde zij het bekende parlements
lid Sir Charles Dilke, onder omstandigheden
die destijds veel opzien baarden en die haar
tweede huwelijk stempelden tot een moedige
en nobele daad. Sir Charles, die van kinds
been af bevriend met haar was geweest, werd
in 3885, na elf jaren als een weduwnaar te
hebben geleefd, betrokken in een echtschei
dingsproces, dat zijne politieke reputatie in
verdenking bracht en voor een tijd zijn par
lementaire loopbaan onderbrak. Koningin
Vicloria eisehte van Gladstone zijn onmid
dellijk ontslag als minister. De upper ten
banden hem uit haar midden. Het publiek
wees hem met den vinger na. Ieder waande
hem schuldig. Een jury oordeelde tweemaal
zoodanig. Alleen mrs. Pattison geloofde in
zijn onschuld. En om zijne reputatie te red
den, liet zij van uit Egypte, waar zij voor
herstel hart r gezondheid toefde, per telegraaf
hare verloving met hem en hun aanstaand
huwelijk bekend te maken. Dat verwekte
groote verbazing, doch het overtuigde velen
van Sir Charles' onschuld. Zij vertrok, na
zijne verüordeeling als echtbreker,
onmiddelijk uit Egypte en huwde den zwaar be
proefden baronet dadelijk na hare aankomst
in Londen. Zij had met den verdachten
man een veel gelukkiger leven dan met haar
eersten echtgenoot. Op hen kon het woord
toegepast worden:
Zwei Seelen und ein Gedanke",
Zwei Herzen und ein Schlag".
IIuu beider denken en werken liep in
dezelfde richting. Zij steunde Sir Charles'
radikale politiek, hij moedigde haar streven
tot verheffing der vrouw aan. En de vrouwen
beweging van dit land had geen hartelijker
en welsprekender, geen ijveriger en
bezielender kampioen dan de dame wier dood ons
zoo innig smart. Nog hoor ik de klanken harer
welluidende stem, die ik zoo vaak der vrouwen
recht of de gelijkwaardigheid van haj-en
arbeid met dien van den man hoorde bepleiten.
In de laatste jaren ijverde zij in het bi zonder
voor de vakorganisatie onder de werksters.
Zij was een der eersten die mrs. Paterson
bijstond in de oprichting van den Wonnen'»
Trade Union League", welke sedert een kleine
twietig jaar de vereeniging van
loonwerkende vrouwen bevordert, en kort geleden
er in slaagde, betere arbeidsvoorwaarden te
verkrijgen voor de stakende telephoonmeisjes.
De jonge secretaresse van dien League, Miss
Mae. Arthur, zal na Sir Charles Dilke het gemis
van Lady Dilke's zacht maar schrander oor
deel wel het meest gevoelen. Doch allen
die het wel en wee der verdrukten en lijden
den ter harte nemen, zullen haar woord in
het openbare leven missen. Want ook in
werkzaamheid overtrof de 04-jarige
jonghartige vrouw alle vrouwelijke leiders die ik
hier ken. Haar arbeidzaam leven logenstraft
Herbert's Spencer's bewering, dat de
intellectueele activiteit der vrouw na haar huwe
lijk vermindeit", even beslist als de stelling,
dat geen vrouw vermag te stijgen tot 'den
trap der verstandelijke ontwikkeling, die de
superioriteit van den man heet te kenmerken.
Londen. J. K. v. D. V.
Nationaal Bureau van Vrouwenarbeid.
Het Xationaal Bureau van Vrouwenarbeid
deelt mede, dat het, in het voorjaar door het
Bureau ingestelde onderzoeknaar uitbesteding
van weezen thans verschenen is bij W.
Versluys te Amsterdam en als Xo. 7 van de
goedkoope werkjes van het bureau, onder
den titel : Uitbesteding van Weezen door
Burgerlijke en Kerkelijke Armbesturen", in
eiken boekhandel verkrijgbaar.
Schoolboomg aarden. Maria de las
Mercedes prinses van Aslurif.
Floralia maakt melding van een
navolgenswaardig voorbeeld, door de Duitsche regee
ring gegeven. In Duitschlani is men'op het
denkbeeld gekomen, aan
districts-schoolopzieners gelden uit te reiken voor den aankoop
van fruitboomen, om die te planten in daartoe
geschikte tuinen van volksscholen. De
onderwijxers der school zijn belast met het onder
houd der ooftboomen.
De aanplanting, het onderhoud en de
ontwikkeling der hoornen moeten zij met de
leerlingen der school bespreken en gadeslaan,
ten einde bij de kinderen zooveel mogelijk
liefde en belangstelling te wekken voor
het kweeken van vruchten In Wurtemberg
beeit een fruitkweekers-vereeniging g>atis
een boomgaard aangelegd in den tuin van een
volksschool te Rieten.au. Het is te wenschen,
dat ook wij spoedig onze gchoolboomgaarden
zullen zien bloeien en groeien. Aan vrucaten
is altijd gebrek; hoe grooterhet-aantal
fruitk weekers en kweeksters wordt, des te beter.
Beter in alle opzichten. De vruchten zullen
mooier, goedkooper en meer onder het bereik
van iedereen komen. Ook aan onze arme
achterbuurt-kindertjes zal men vruchten als
voedsel en als versnapering kunnen voorzet
ten. Zuiverder zal daardoor hun bloed wor
den; en, het blosje van perzik en appel zal
dan misschien hun vaalbeeke wangetjes kleu
ren. Talloos veel kinderen onzer volksklasse,
jongens zoowel als meisjes, zijn door hun
gezondheid, die helaas dikwijls veel te wen
schen laat, totaal ongeschikt oen werk
zaam te zijn, in benauwde, stoffige werkplaat
sen en fabrieken. Konden zij toch meer werken
in de open lucht; zich wijden aan land- en
tuinbouw, reeds als schoolkind zich toeleggen
op het kweeken van vruchten. Heerlijk, rijp,
sappig, smakelijk ooft moet niet langer een
weelde artikel blijven. Gemeen-goed moet het
worden, en als de aardappel verstrekt aan
hen, aan wie het reeds veel te lang onthou
den werd. Van harte hoop ik, dat er binnen
kort geldon zullen verzameld worden tot het
aanleggen van schoolboomgaarden. Zonder
geld vermag men niets.
Welke vrouw, zou niet grif haar penninkske
offeren in het vooruitzicht, dat ook onze arme
kinderen, eindelijk ds weelde zullen genieten
vruchten te eten.
* *
#
Lief, jong moedertje, opeens door den dood
ontnomen aan haar echtgenoot en haar heel
jonge kindertjes. De infante Maria de las
Mercedes, prinses van Asturië, was de oudste
dochter van koning Alfonsus de Xlle en
Maria Christina van Oostenrijk. Zij werd den
14den September 1880 geboren en huwde den
Uden Februari van het jaar 1901, prins Char
les de Bourbon, zoon . van den graaf van
Caserte. Charles de Bourbon werd genatu
raliseerd Spanjaard, en door zijn jeugdigen
zwager, Alfonsus XIII, regeerend vorst van
Spanje, als generaal aan het Spaansche leger
toegevoegd. De echtverbintenis van deze twee
jonge menschen was zeer gelukkig. Twee
zoons waren hun reeds geboren, waarvan het
oudste prinsje nog geen drie jaar telt, Den
Uden October j.l. schonk het jonge moe lertje
ontijdig het leven aan een dochtertje. Drie
dagen na de geboorte van dit kindje, bezweek
Maria de las Mercedes', diep betreurd door
haar echtgenoot, haar moeder, zuster en broer.
Heel de Spaansche natie is onder den indruk
van dit smartelijk verlies. De prinses4an
Asturiëwas is veel opzichten het evenbeeld
harer moeder. Als zij, was zij ernstig, gods
dienstig, liefdadig, ontwikkeld. Zij sprak do
iransche, duitsche en engelsche talen even
vlot als haar Spaansch. Zij hield veel van
lichaamsbewegingen was een onverschrokken
amazone. Wanneer zij op haar met vier muil
dieren bespannen phaëton door de straten
van Madrid reed, werd zij door de menigte
steeds blijmoedig gegroet en toegejuicht. Xu
is er zware rouw in haar groot paleis, dat
zij door haar liefdevolle zorgen en persoon
lijke bemoeiingen tot een gezellig huis ha
weten in te richten. CAi'itiCE.d