Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD-VOOR NEDERLAND.
No. 1465
10 pCt. van het statutaire kapitaal gestort.
Zoo ook bij de Haariemsche. Op het aan
deelenkapitaal van 1.5 millioen is anderhalve
ton gestort. Voor de uitkeering van de 13M
pCt. dividend is derhalve slechts een netto
winst van -ruim ?20.000 noodig. Na aftrek
van eenige afschrijvingen is de nettowinst
ruim ? 41.000. Voor interest werd ? 47.000
en aan provisie ? 23 000 geboekt. Geheel
zonder risico is die winst echter niet ver
kregen. Tienmaal moest de bank tot executie
overgaan, waarbij evenwel geen verlies werd
geleden. Op twee ingekochte panden moest
echter ruim ? 5000 afgeschreven worden.
Aan den regel voor het evenwicht tusschen
het bedrag der hypotheken en dat der in
omloop zijnde pandbrieven is voldaan. Dat
bedrag is ruim 11 millioen. Hypotheken
werden verleend tegen een rentevergoeding
van 4 30 pCt., terwijl de bank bijna
hoofdz ikelyk 4 pCt. pandbrieven- in omloop had.
Voor een reservefonds is gezorgd. Daaraan
is ruim / 7000 toegevoegd. Dat fonds, op
31 Dec. j.l. ongeveer ? 75000 groot, is bijna
geheel belegd in effecten, die in het ve si ig
worden genoemd. Een lijst van de aandeel
houders die voor het nog te storten gedeelte
* aansprakelijk zijn is op aanvrage ten kantore
der bank verkrygbaar. Voor de beoordeeling
van de soliditeit van de hypotheekbanken
dient o. m. ook op deze gegevens te worden
gelet. Door velen wordt daarom ook publici
teit van de namen dier aandeelhouders
gewenscht geacht. Nog van meer beteekenis
achten anderen publiciteit van de namen
der taxateurs van elke hypotheekbank. De
balans en de winstrekening zijn door 'n in
stituut-accountant ondert eekend.
De Zeeuwsche Hypotheekbank, eenige weken
geleden, besproken, heeft niet vijftien malen
maar vijf keeren gebruik moeten maken van
haar onherroepelijke volmacht tot verkoop
van het verbonden vaste goed.
'k Zie in deze rubriek de aandeelen North
W. and Pacific vooruitgesprongen van 298%
tot 330 pCt. De winstbewijzen konden van
143 tot 159>2 avanceeren.
Bij de Am. diversen is eenige verminde
ring te constateeren voor 'Ie c. v. a. Am. Car
en Foundry (van 36?fi tot 3»%), voor de
pref.van LOOK
tot99!K,voordeCoiuinonsNewOrleans(van 20% tot 11%), en voor de gewone
Steels (van 34%« tot 33%). De prior Hen
Maxwell's .konden de rijzing van de vorige
weken voortzetten tot ruim 100 pCt. Tegen
we'ken koers zouden de houders hunne certi
ficaten kunnen afstaan? Voor zoover de ge
brekkige opgave gegevens verstrekken, zou
voor den terugkoop beschikbaar zijn bijna
90 pCt. Hierbij moet evenwel in aanmerking
worden genomen, dat de verkooper bovendien
zal ontvangen 900 restantbewijzen, die mis
schien nog op ruim 13 pCt. gttaxeeerd
kunnen worden. Zeer wenschelijk is 't dat
het administratiekantoor nadere
inededeelingen doet. Ook voor zooveel mogelijk wat
betreft de overgebleven bezittingen en onder
nemingen. Met het oog op de mogelijke
intrekking van de lappen", waarna voor de
income-bondd en de shares eerst aanspraak
op uitkeering mag worden gemaakt.
De prolongatierente is nog '21A pCt., evenals
de vorige week en de cijfers van de laatste
weekbalans van de Ned. Bank wijzen op
eene ruime geldmarkt. Dat is in de eerste
p aats voor de hoofdsoorten van beteekenis.
Ooi deze reden is de vasten koers voor veel
Europeesche en Amerikaansche staatsfondsen
?verklaarbaar.
Bovendien doe ik opmerken, dat voor den
dienst tot 30 Juni I.I., van de Venezuelaansche
schuld reeds de noodige gelden aan het Dis
conto Gesellschaft zijn geremitteerd. En de
betere koers voor de Coluinbianen geeft
aanleiding tot de mededeeling, dat op de
algemeene vergadering, die 26 Juli a s. voor
de Council of foreign bondholders is uitge
schreven, de reorganisatie der staatsschuld
zal behandeld worden.
Japan ging voort, althans volgens de be
richten, rnet glorierijke overwinningen. Maar
ook met het opnemen van vele millioenen,
zoodat de koers der 4 pCt. obligatiën van
1899 zelfs nog wat afbrokkelde. De fondsen
der russische stakkers hielden zich bijzonder
goed. 't Is gelukkig, voor debiteuren en
crediteuren beiden. Het moge Witte gelukken
spoedig vredesonderhandelingen met succes
te leiden, 't Is noodig, n voorden russischen
staat n voor de russische maatschappij n
eveneens voor de crediteuren van het
moscovitische rijk.
Voor een andere hoofdsoort, die der am.
sporen, zijn ditmaal weinig veranderingen te
constateeren. De fractioneele veranderingen
zijn meer naar den verkeerden, dan naar den
opgaanden kant. De Illinois Centraal heeft
3 pCt. plus een extra-dividend van een half
percent op de aandeelen geannonceerd.
Bij de kleine groep der mijnbouwmaat
schappijen, zie ik een verdere voortgang van
de rijzende beweging van da Kw. Soemalata
en wel tot 81 pCt., na een rijzing gedurende
de vorige week van 72 tot 76. De eert. van
de 10 pCt. obl. Ned. Ind. Mijnbouwmij ver
beterden van 72 tot 77, de aacd. N'. Celebes
njijnbouwmpij van 20 tot 27, dito Fagoeat
van 19 tot 21 en dito Kedjang Lebong van
341 tot 345. Ietwat zwakker genoteerd zijn.
de Soemalata's en de 5 pCt. obl. Limb. Steen
kolenmijnen.
Ten slotte zij den houders van obl. Ned.
Tramwegmpij de opmerking gemaakt dat het
wenschelijk is toe te passen het oude en
beproefde Eendracht maakt macht" ten
bate van hunne belangen, nu de waarschijn
lijkheid wordt meegedeeld van de
nietbetaling der Augustus- en September-coupons.
Amsterdam, i
Buseum, Borneo", D. STIGTER.
Eerste vacantieweek'
Arm. l! ijk. Doodanii.
Een zonderling opschrift, waarde lezer, en
toch niets dan de waarheid. Als ge de goed
heid hebt verder te lezen, zal u dat helemaal
duidelik worden.
Ze waren arm, zeven jaar geleden, toen ze
trouwden. Een sober, och zoo'n sober
inboedeltje was hun hele hebben en houden.
Opgewekt trokken ze in hun kleine huisje,
want ze waren gezond en sterk, vol hoop
op de toekomst. Hoe levendig herinner ik
me, toen nu bijna zeven jaar geleden
het toeval me in hun woning bracht, hoe
vol ijver het vriendelike jonge vrouwtje in
haar kraakzindelik kamertje zat achter de
naaimachine: zij zou er wat bij verdienen,
ja en behalve naaien moest ze ook voor de
tuin zorgen.
Hun hoop werd niet beschaamd. Ze werk
ten vlijtig, waren zuinig en .... twee jaar
later deed 'n koe z'n intocht in het achter
deel van hun huisje. Wat 'n vermeerdering
van werk, van zorg, maar ook van geluk. Hun
vlijt en spaarzaamheid verdubbelde en hoe
wel ook het aantal monden aan vies, zorg
voor het nodigste kenden ze niet.
En nu lezer, verzoek ik u ineens te sprin
gen naar de Zondagmorgen van 9 Juli j.l.
We bevinden ons voor 'n knappe arbei
derswoning met schuurtje, gelegen aan de
Achterweg, een zandweg aan de zuid kant
van ons dorp. Hier wonen tans onze j-
ngelui van zeven jaar geleden. Naast het huis,
in het gras zit de moeder met haar drie
kinderen; vader is van huis, die is bij de
westerboer" in de hooiingè. Als ge de
woning binnentreedt vindt ge 'n knappe
inboedel, de kleerkast is goed voorzien, de
naaimachine prijkt op 'n mooi" tafeltje in
een hoek.
En in den stal... vindt ge twee koeien, twee
varkens, een kalf; 't schuurtje is gevuld
met hooi.
Deze mensen, waarde lezer, z//ra rijk, rijk
door eigen inspanning en spaarzaamheid.
Buiten zit noch altijd ons vrouwtje,'n brief
iu de hand, van haar man : 't is alles goed
met hem, met 'n veertien dagen zal hij
thuis komen.
Zich verheugende in dit vooruitzicht, hoort
ze ineens de kreet van haar vijf jarig zoontje:
mem, der is bran yu 'e skoarre'." (Moeder
daar is brand in de schuur).
Ik spaar u de rest.
Als ge n uur later weer komt, vindt ge
niets dan 'n puinhoop, alles is weg, alles.'
Wanhopig starend zit buiten, geleund tegen
'n boom de arme moeder, haar jongste kind
op de schoot, de twee andere tegen haar
geleund.
Buren zijn uitgetogen om den man op te
halen.
Medelijdende lezers, nu zijn ze doodarm.
Wilt ge helpen deze mensen weer rijk"
te maken?
Zend dan uw bijdrage aan een der Heeren:
Y. W. Freikema, burgemeester, H. H. Zwart,
wethouder, Ds. A. de Vries, pred. b/d H. G.,
K. V. Jongsma, opzichter van de H.H. Com-'
pagnons, of aan ondergeteekende.
Appelscha, 10 Juli 1905.
H. B HOUWER, h. e. Sch.
MAe Yormifig.
Dramatische schets in c n tooneel.
Het tooneel verbeeldt het dek van een
stoomboot in de Egeï'sche zee. De stuur
man op de uitkijk. Eeiiige passagiers, waaraan
sommige kennelijk klassiek gevormd, andere
kennelijk niet-klassiek gevormd, loopen rond
met pas ontvangen koppen koffie in de hand.
De stuurman (komt van de voorsteven naar
de kaartenhut, waar de kapitein een slaapje
doet, en klopt) : Kagtein ! Kapteiu ! \Ve
hebben Tetnedos vooruit.
Kapitein (wakker wordende, van uit de
hutj : Best stuurman. Ik kom dadelijk bij je.
Klassiek gevormd passagier (drinkt de heift
van zijn koffie, krijgt daarna plotseling een
idee en vraagt aan de stuurman): Welke
kant is Tenedos, stuurman ?
Stuurman (wijst voor zich uit). Tenedos,
meneer, hier vlak vóór tot daar aan stuur
boord. 'k Heb niet veel tijd, meneer. \Ve
moeten uitkijken. (Gaat met de kapitein naar
de voorsteven).
Klassiek gérormd passagier (stelt zich in
postuur en deklameert enthousiast, daarbij
aanhoudend met de uitgestrekte kop kotlie
naar de horizon aan stuurboord wijzende):
Est in conspectu Tenedos notissima faui-t
Insula, duin Troüiu civitas et regna manebant,
Nunc tantum sinus et statio male iida carinis.
N'iet klassiek gevormd passagier
(applaudisseerend): Bravo ! Heel mooi gezegd ! . .. Een
Latijnsche speech.'
KL ger. paus. Een speech niet zoo zeer.
maar wel eenige regelen uit een Latijnsch
dichter, die hier zoo bizonder toepasselijk
zijn, dat ik niet nalaten kon ze even te laten
hooren.
A7, kl. gev. pass. A zoo! En mogeu we ook
vragen, wat de beteekenis is van die versregels?
KI. gcr. pass. (min of meer ontstemd): Wel
zeker, meneer. Met genoegen. De beteekenis
is ongeveer dit : In 'i gezicht is Tenedos,
een eiland zeer bekend door de faam, zoo
lang de stad en de heerschappij der Trojanen
nog in wezen waren, nu niets meer dan een
zeeboezem en een kwalijk vertrouwbare lig
plaats voor de kielen. Met kielen bedoelt
de dichter de schc/mi.
X. l;l. ger. pa?s. Ah zoo ! Is dat de be
teekenis? La belle cJtose r/ue de sarah- </ue/</>ii
e/ioxc, zou de bourgeois gtntïHinmiiie- van Molière
zich uitdrukken. .. . Gul gezegd, vond ik
het eigenlijk nog een beetje mooier, toen ik
de beteekenis niet wist.
K l. gt-r. p/tsx. liet eigenaardige karakter
van de klassieke lettervruchten openbaart
zich hier juist bizonder duidelijk. In deze
meesterlijke verzen.. . .
V. kl. ger. pass. Help me dan onthouden,
waarde heer, dat ik die klassieke lettervruch
ten vooreerst iilet ga bjstudeeren.
K', ger. p/isf. Men moest do klassieke
meestersverken eigenlijk nooit vertalen. Dat
vertaltn is de dood. Als men ze zcr> geheel
ongedwongen in 't oorspronkelijk leest of
voordraagt, dan voelt en beseft men de schoon
heid ten volle. Die regels, die ik aanhaalde,
zijn ook bepaald uniek mooi. Ze zijn als een
heerlijk elixir van poëzie, dat nooit zijn kracht
verliest, hoe dikwijls en hoe lang het ook
dienst doet. Vooral die aanhef Ent m
canspectu Tenedos. 't Is onverbeterlijk, subliem l
Est in conspectu Tenedos (steeds naar dezelfde
richting zwaaiende).
Stuurman (die voorbijkomt met een kijker,
die hij uit de kaartenhut gehaald heeft
met de hand aan zijn pet): Ekskezeer
meneer, maar as uwe Teenedos moet hebbe,
dat hebbeme op 't moment aan bakboord.
Zoo meteen zijn we gedraaid.
Kl. gev. .pass. (zich naar bakboord keerende
en naar die richting zwaaiende) : Est in con
spectu Tenedos. (Herhaalt dezelfde woorden
nog eenige malen met steeds klimmend
pathos).
N. kl. gev. pass. En dat Ic.teekent. .. ,
Kl. ger. pass. (weer sterk ontstemd) De
vertaling is bij uitstek nuchter, 't Is alleen
dit: Tenedos ligt in 't gezicht", niets meer
dan dat.
N. kl. gev. pass. Dus eigenlijk presies het
zelfde, wat onze stuurman daar zoo langs
z'n neus weg zei: We hebben Tenedos
vooruit."
Kl. gev. pass. (bepaald boos wordend): Juist
meneer, presies hetzelfde, maar datzelfde ge
zegd op onvergelijkelijk scJ.oone wijze Duo
si dicunt.. . . Pardon .'
N. kl. gev. pass. Help me onthouder, waarde
heer, dat ik die klassieke lettervruchten...,
Kl. gev. pass. Bij de meesterwerken van
de oude letterkunde ligt haast altijd het
mooiste juist in het onvertaalbare element, dat
wil zeggen in datgene, wat men bij de lezing
in 't oorspronkelijk inwendig voelt en beseft,
maar dat bij elke vertaling spoorloos verdwijnt.__
Ar. k!, gev. pass. Ah ja. Nee. Ja wel. Nee.
O ja. Ja wel zeker. Zoo zal 'et 'em zitten...
A propos, waarde heer, we krijgen de zon
bepaald naar deze kant. Onder de
zonnetent zal 't lekker zijn. Me dunkt, dat ik
de dames daar ook al zie.
De niet klass. gev. pass. neemt de klass.
gev. pass. onder de arm. en geleidt hem tot
onder de zonnetent. De overige passagiers
volgen langzaam. Een der achtersten zegt
ondertusschen halfluid: Zou dat onvertaalbare
in die klassieke meesterwerken, dat eigenlijk
liet mooiste is van de heele boel, niet eigenlijk
voor een goed gedeelte gelegen zijn in ... 't
bij uitstek heerlijke opslurpen van
eiccn-ijdelheii's- en ciycn-inbeeldingsvrudttrit ?
(Het gezelschap vereenigt zich met de
dames op het achterdek onder dezonnerent.
Terwijl daar het gesprek over andere onder
werpen legint, valt de gordijn).
Den Haag, Juni 1905. LKONTIDEUS.
MiiMiiimiiimiiimiiiiitMiimiiim
CHELTSJES
05 G-L
Ik ga hier in ons stadje voor een heer
door en daar kan ik me iios* al goed mee
vereenigen. Kijke menschen zijn altijd meer
in m'n smaak gevallen dan arme en onder
netjes aangekleede heeren voel ik me beter
op m'n gemak dan bij schooiers en sjofelen.
Of dat nu goed of verkeerd is, weet ik
niet. Of het een dwaas vooroordeel of een
leelijke karaktertrek van me is, daar wil ik
heelemaal niet over nadenken. Maar 't zit
in het bloed en ik wil me niet anders voor
doen dan ik beu.
't Schijnt toch wel wat in onze familie te
zitten. Mijn vader was ook altijd door-en-door
een heer en van mijn oom Karel heef: hij
me dikwijls een geschiedenis]'e verteld, dat
mij reeds als jongen buitengemeen frappeerde.
Door samenloop van omstandigheden, placht
hij te zeggen, bedroeg Oom Karels kapitaal
zekeren keer niet meer dan de som van n
gulden. En wat denk je nu wel, dat hij
daarmee deed '."' Het was natuurlijk niet te
raden. Welnu, hij kocht daarvoor deu nieuwen
herzienen druk van een Handboek der
\Vellevendheid, die pas was verschenen. U'ant
hij zocht altijd omgang in de netste kringen.
Dat zoo in 't voorbijgaan.
We hebben hier onder mekaar zoo'n aar
dig clubje. Met z'n vijven weet-je, en je ziet
ons eiken Zondag. Vijf heeren op een rij
wandelend in de zondagslucht, allemaal ge
stokt, gehoed, geboord en gemanchet. Het is
gezellig, verbazend gezellig.
Ik geloof precies te weten, wat dat arme
volk dan vaii ons denkt. \\ ij vertoonen iu
alles voor hen de kenmerken van welopge
voede, fatsoenlijke heeren. Als ze naar ons
kijken, dan kijken ze over een afstand heen
en als ze over ons denken, dan denken ze
tegen een hoogte op. En al vloekeu ook som
migen van hen op de kapitalisten en spre
ken brutaal-verhell'end van 't arbeidersvolk,
ik beu er toch van overtuigd, dat de
Nederlandsche sjofelen over 't algemeen ontzag
en eerbied hebben voor den netten nieusch.
Daar ben ik blij om; zoo iets doet me
pleizier als ik 's Zondags ga wandelen met
glaeé's en de vier anderen.
/oo te zitten aan een tafeltje in een hotel
voor het raam, farniliaar-gezelligjes, om beur
ten een mop vertellend, dat je zit te lachen
tegenmekaar, in je snor. Ku dan naar buiten
kijken en allerlei dingen opmerken, over de
nieuwe telefooripalen, die om stadje zoo'n.
halfmillioen-z.elen-achtig voorkomen geven,
over dames die voorbijgaan en over volk,
over die schooier z'n neus en die z'n bmek
en iilosol'eeren over hunne algemeene have
loosheid. En soms ook zeggen :
Kijk nou die stakker, och L'ct, ja maar
vin-je ook niet, zoo'n stakker !
Kn de woorden spritselen over de tafel
heen van mond tot mond onder de snorren
vandaan.
Bogrijp-je, (la's prettig.
Alle dagen doen we ons werk, plichtmatig
en met toewijding. Kn als we bij-mekaar zijn
is er altijd wel wat nieuws om over te kletsen.
Want hier in de stad zijn alle menschen
mekaars buren.
Ik ben nu alleen, ik wandel over de stra
ten, door en om en even buiten de stad.
Het is Zondagmiddag. Kn nu wüde ik liet
je zeggen, zacht, fluisterend, zóó. dat je zou
hooren en bijna niet verstaan :
Eén kwartje heb ik iu m'n zak. m'n
laatste
Thuis ligt m'n portenionnaie, iu een lade,
onherroepelijk leeg en grijnzend.
Maar nu is het getob toch lang genoeg
geweest. Bij elke uitgaaf, die mijn financiën
vermagerde, groeide het gewicht op m'n borst.
Vijf gulden bezitten is niet veel bezitten. En
toen ik dat nog had, was ik dan ook onrustig.
Telkens liep ik de kamer op en neer en allen
die me kennen, weten dat dit weinig goeds
beteekent. Mijn onrust nam toe, langzaam,
tergend, naarmate m'n geld afnam.
Maar 'n mensch houdt dat niet vol. Ik
bedoel, zoo week aan week treuriger te worden.
Dat kan niet. En toen dan ook mijn naar
heid het diepste punt bereikt had, sloeg zij
over in wat anders.
Nu wandel ik, door de stad, een kwartje.
Veel rnenschen komen me tegen. Kijken ze
mij zoo aan ? Nee, da's maar verbeelding.
Eén kwartje. Wie van al die lui, stuk voor
stuk, zou nu denken, dat ik... n kwartje.
Niemand, gerust waar, geen enkele. Dus dat
is een geheim, mijn geheim, dat ik alleen
weet en met mij omdraag. Toch wel leuk.
Een kwartje.
Mijn schoenen zijn van chroomleer en glim
mend, boord en manchetten zijn hagelwit.
mijn hoed en kleeren heb ik zorgvuldig ge
schuierd. Een kwartje. Een kwartje. Het mid
delpunt van de wereld is op 't oogenblik
een kwartje. Daar draait alles omheen.
Chorus mysticus:
Centen, dubbeltjes, kwartjes, guldens
Vliegen als de bliksem heen.
Kalm wat! Want 't is een geheim. En 't is
toch altijd streelend, uitverkoren te zijn uit
zooveel lui, om iets te weten, wat niemand
weet, of ook maar vermoedt? Zoo tegen het
blauwgrijze van de lucht blaas ik kringelende
rookwolkjes. Tusschen de vingers van m'n
glacéhoud ik de sigaar, 't Is een goeie.
Regelmatig tikt m'n wandelstokje op de
keien. Eén kwar-tje-vijf-en-twin .... Nee-nee
nee. Dat moet nu uit zijn voor goed uit-uit uit.
De stok bevestigt het.
Kalm wandel ik voort, rechtzinnig en solied.
Menschen komen me tegen en velen groe
ten me. De barbierfjongen, toevallig, doet
z'ri zondagsche pet ver van z'n roode haar
af. Halt! Dat is uu om breed over te
filosofeeren.
Het menschdom is gelijk aan een
roodharigen barbiersjongen. De kleuren der revo
lutie versieren zijn hoofd, onder z'n pet smeult
het en als hij hem afzet, slaat een laaiende
brand er uit. Maar z'n handen werken in
zeepsop en schuim en 't gewichtigste wat zij
ooit tot stand brachten is... een kwartje.
Weer mis. Ik had daar heusch een vasten
staart van gedachten te pakken, maar mijn
grijpkracht laat me in den steek. Daar komt
onze burgemeester aan. In de verte nadert
hij. Een vriendelijk man, onze burgemeester,
dat is algemeen bekend. En mevrouw is be
mind bij alle standen. Aanstonds zullen ze
mij paaseeren.
Hé, dat nu juist ook de burgemeester en
mevrouw wandelen, Ze zullen zeker gedacht
hebben : 't is niet te warm, een frisch koeltje,
net 'tzelfde wat ik ook gedacht heb, een
kwartje. Nu moest ik eens de duimen in de
armsgaten van m'n vest steken en voor den
burgemeester gaan staan en zeggen: burge
meester ik heb maar n kwartje in m'n
zak, niet een gezicht als een clown, zou u
dat wel ooit verondersteld hebben!
Terwijl ik mij liet effect van zou iets poog
voor te stellen, het gezicht van mevrouw in
bizonderheden. . . .
Hoedeuafzwaaiing en begroeting.
Hoe beperkt is toch de [uenschelijke ken
nis, ook die van een burgemeester. Aan
ZEds. gezicht was het te zien, dat hij hoe
genaamd geen vermoeden liad.
Alweer voorbijgangers. En daar, zoo waar
juffrouw Van Dalfsen, de dochter van onzen
rijksten Wethuuder. Ze is lid van een
zangvereeniging, waarbij ik de seeretarisfunctie
vervul.
Ik zwier mijn hoed af.
Ze knikt allerliefst, een kwartje,
allerbevalligst, behoorlijk, gracieus, een kwartje.
Arme juffrouw, is 't nu niet wat al te erg ?
Arme menschen, ah gij geweten hadt, . . .
't is om te huiveren. Thuis ligt m'n porte
nionnaie, onherroepelijk leeg en grijnzend.
in een la.
't Is orn te jammeren. De Leeie si ad staat
vandaag in het teeken der vergis-ing.
Een schooier, vuil en sjofel komt op me
1oe, schouderschokkend, uitrekkend de hand :
Meneer, asjeblieft een kleinigheid, kan niet
werke meneer. . . ."
Kn losknoopend de jas, en grijpend met
n zekeren tast in ui'n vestzak en met n
blik vol aristocratisch medelijden:
l'ak aan, maar niet verzuipen hoor ! een
kwartje !"
Solied wandel ik verder. . . .
S. A.
IIIHIIlllllllllllllllllltlllllltllllIlIMMIIIIMItllltllllllllllllllllKIHIIimtl
2e Jaargang. 2:'. Juli 1905.
Eed.: C. II. BKOEKKAMP, Darnrak 59, Amst.
Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek
betreffende, te richten aan bovenstaand adres.
Eindspei No. 37. Zaterdag 15 Juli ontvin
gen wij de eerste goede oplossing, toegezonden
door (f. van Leeuwen, Amsterdam.
Wij brengen hulde aan deze kranige oplos
ser, temeer omdat vele bekwame amateurs
ons verklaarden, na dagen zoeken, do oplossing
niet te hebben gevonden.
DE PROBLEMIST. (Vervolg).
Slaiid van het oiudspel : Zwart twee schij
ven, 26 eu 34; wit twee schijven, 10 en 18,
dam 22.
Wij gaan thans over tot het onderzoeken
van de tweede variant en spelen voor zwart
34-4d, nadat de openings :et 22-33 is geschied.
Wederom moet ons doel zijn, langs den
kortstcn weg de meer genoemde driehoek
te vormen en wij zijn hierom vrij wel ver
plicht dezelfde voortzetting te volgen, die bij
de hoof-1 variant is gebezigd; wij spelen dus
w 10-11.
Speelt zwart nu 2(1-31 dan komen wij
in de reeds behandelde variant terug,
omdat zwart aanstonds weder gedwongen
wordt zijn beide schijven gelijktijdig als oli'er
aan te bieden. Speelt zwart 4H-44, dan komt
hij niet meer met de andere schijf over de
diagonaal. Hij is dus geforceerd om met -J0-45
te vervolgen.
De vraag welke voortzetting thans de beste
is, zullen wij nogmaals theoretisch trachten
te beantwoorden. Oogenschijnlijk is nu 33-50
de zet, doch dan kan zwart gemakkelijk de
diagonaal passeeren met schijf 26, omdat wit
met de derde : zet de diagonaal eerst kart
bereiken, terwijl 4et vooropgestelde doel,
waarmede wij iu de vorige variant een gun
stig resultaat verkregen, hierdoor verloren
gaat. Brengen wij den dam op 17, dan wordt
oogenschijnlijk aan zwart belet om dam te
halen op 50, maar wij geven hem de gele
genheid om toch de remise af te dwingen,
door het volgende: z. 45-50, w. 11-0 of ?,
z. 50:11, w. 6:17 en zwart bereikt nog spoe
diger de damlijn dan wit. Met 11-6 komen
wij tot dezelfde slotsom. Er blijft dus niets
anders over dan 11-7, terwijl hiermede het
doel tevens behouden blijft.
Oplossing van De dubbele rondslag".
Wit: 44-40, 50-44, 49-44, 27-21, 7-2, 2-11.
Een aardige stand van zwart is thans ver
kregen. Wit-1-12, 5-14, 45-34, 37-32. De stand
van zwart heeft nu onderstaand prachtig
figuur gevormd.
V
_Nu slaat wit 41:32 (9 schijven) en laat
hierna weder onderstaand schoon en regel
matig gevormd liguur achter, indien zwart
slaat 23:37.
Daarna slaat wit 46:5 en alle zwarte schij
ven zijn verdwenen.
Wij maken den ontwerper ons compliment
voor zijn artistieke neigingen op damgebied.
Wij ontvingen nog enkele oplossingen waarin
zwart beslist verliest, doch dan gaat de
dubbele rondslag" geheel verloren en deze
te zoeken is juist het doel van den
octwerper geweest. (|ok in het eerekruis" zou wit
op een andere manier de winst wellicht
kunnen afdwingen, doch dan zou van het
kruis ook geen sprake meer zijn. Trouwens,
in de meeste gevallen zien wij zoo iets ge
beuren bij aardigheidszetten, vandaar dat bij
de aanbieding tevens het doel van den auteur
wordt voorop gesteld.
CORRESPONDENTIE-WEDSTRIJD,
Tabel der gespeelde zetten van Wit.
N
IS
iSl
N
'g
1
^
-1
g
"x"
g
(
14
*
^
X
"g
*
^
t
t-1
!
S
W . ^
7" (
CO ?
--i
0 ;rH
4- i
to :
có i '
_tr?_j
: w
4-* :
to
CO :
"yY^"
4& :
W i
c'o ;
O :
tri JI-H
' rl
CO i
Cl !
w l '
l ' ;
O it-1
j-
to |
ei i '
.^TT1...1.
W ;«
.J,
CH ; r
CO1 '
co !
IO i
CC :
w ;^
O) :
co ; '
-????.
t-1 1 w
4-- !
4* ;'
CO ;
O :
^ : «H
co ;
to
tO :
?^1
X ! W
co ;
'T* '
to i
-1 !
W
V"
Ox
,co.
0
CO
o
CO
_4*
o
CO
o
gj
"H"
4^
44^
~
^
?^J
CO
to
o
4^O
CO
O'
to
cc
to
CO
«H
CO
7^
CO
to
w
'5
h?1
4L~*
4
hO5
"i"
CO
IO
IO
cc
^
4--I
4"
w w
1 ^'
*.
o
«H Q
1^.
o
' 4*
4K ^
4-* !??
CO
..?....?..
10
-I
to
to
K ^
4
oo
Ol
«H Q
4?j-i
,^.
t-o
o ^
4C5
Oi
O
hH C_i
h*4
CO
O
CO
CO
Q ?1
to
Li
?^1
hH !?~i
*-H L
CO
f:-1
10
O ^
CO
^2
CO
4K ^
CO
~
c^
CO
'TCj t
to
cc
l?1
O 0
CO
IO
Cl
^
J_.
, v
CO
O W
CO
to
w ^
CO
CO
CO
10
^ o
4x
to
w
^1
t?j ^
H
CO
Ol
hJ ^
4CO
1 1
CO
cc
M «
cc
C02
hrj £H
ht*
""'' *
o
----^;
*
is
hj 54
«
co
;
: ^
: t?d
: '
In
"
'
O
1
i
i o
:
; t)
O
T
: to
: ^1
O
.
: '
W
CO
to
to
cc
o
41 1
CO
Cl
G
CO
t?L
to
trj
4
4^
i ?
^
w
O:
O
O
to
UI
,[.
CC
ffi
*
,[x
to
c_.
CO
K^
to
w
0
CO
t-1
*
t?1
IO
- 1
IO
to
^
40
CO
4»
to o
CO
CO
CO
w w
4>
'Cl1 rf1
k?'
to Q
j?^~i
h^
to
W «H
CO
CO
te) t-*
4^
ff *
CO
cti ^5
4to
CO
*
No.
Voortzetting van partij :
8. B 34-29, D 23:34, B 40:20, D 15:24 Gedw.
18. C 37-3 1, N 20:37
22.1)37-32,1120:37
42. G 39-34, N 20:37
48. H opgegeven, na den laatsten slag
van M.
60. K 43-39, M 34:43
01. L 37-31, B 20:37
02. L 34-29, D 24:33, L 39:17, D 12-21
03. L 31 :22, F 1S:27, L 32.21, P 17:20 ,.
09. M 34-30, E 25:34