Historisch Archief 1877-1940
No. 1774
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
uitgegeven, een zwarte lust aanleggen van
de bladen die ons tegenwerken.
6. In elk Vrouwenkiegrechtblad een
rubriek aanleggen, waarboven vermeld staat:
Wat mannen wel een» doen".
Dat was een raad die ons door de oolüke
Rosika Schwimmer gegeven werd en die,
volgens haar, in Hongarije veel succes had
en natuurlijk met groot gelach ontvangen
werd. Met deze mededeeling eindigt voor
ditmaal
N. MANSFELDT?DE WITT HUBEETS.
Stockholm.
Het Fiixcke Parlement,
De Hollandeche delegatie op het Inter
nationale Congres te Stockholm van de
Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht heeft
de delegatie van Finland openlijk geïnter
pelleerd o rer de kwestie, welke in verschil
lende HollandBche dagbladen gepubliceerd
ie, dat de vronwenleden van bet Finsche
Parlement zonden hebben gestemd en gewerkt
tegen het verleenen van politieke rechten
aan de Joden van Finland. Zq machtigt ons
te schrqven en haar leden zullen ons een
door haar onderteekend schrijven geven,
bevattende de verklaring dat zy [integendeel
eerst in het comité, dat politieke rechten
aanvroeg voor de Joden, gewerkt hebben en
dat zij verder in het Parlement unaniem
gestemd hebben vóór het verleenen van
gelijke rechten aan de Joden.
r. Aletta H. Jacobs, J. C. van Lanschot
Hnbrecht, Martiia G. Kramers, J.
GondsmitGoudsmit, W. Drncker, A. C. L. «eens Zijnen,
J. Metelerkamp-Ongerboer, E. van d. Hoeven,
J. Broese v. Gioenou, S. Broese v. Groenou,
8. M. Hoevenaer, S. H. Croiset, £.
CoopsBroese v. Groenou, B. v. Wnlfften
PaltheBroese v. roenon, W. C. ClJfford Kocq van
Breugel-Raelofe, E. Baelde en M. Boissevain.
II.
2. Opleiding tot huishoudkundige.
De eerste school, die in deze richting op
leidde is de Werk- en Leerschool te Amster
dam, opgericht in 1808 door de cnrateren
der stadsarmanscholen. Deze Werk- en Leer
school stelde de mei<jes, die met lof de
stadsarcaenscholen verlaten hadden in de
gelegenheid om nog gedurende twee of
drie jaren zich verder te oefenen en tot ge
schikte en braave dienstboden en goede
deugdzame huysmoeders te worden opge
leid" 3). Deze school beoogde dus de oplei
ding tot huishoudkundige en dienstbode. Zy
is dus tot dusver de eenige gemeentelijke
UIT DE NATUUR.
CDXXXII. Ontginnen.
Over myn opstel Staatsdninen en
Staatsbosschen heb ik van verschillende kanten
verwijtende briefjes gekregen. Ik wist eerst
niet wat ik misdaan had, maar in hoofdzaak
kwam het hier op neer: ik had de beplante
duinen mooier gevonden dan de natuurlijke,
en voelde dus niet heel diep het innig mooie
van de wilde blinkerts, die met hun blanke
toppen" schitteren enz."
Nu zou ik kunnen verwijzen naar een
boekje: In de Duinen", waaraan ik voorde
helft debet ben, en waarin ik die zelfde
blinkerts by Bergen in hun staat voor de
bebossching heb geteekend en behoorlijk
geprezen ook. Maar dat is lang geleden, zon
men kunnen antwoorden en, as we adranee
in years, niet waar? Laat ik daarom het
nog eens ronduit zeggen: Ik zie beboEchte
duinen, al zjjn de boomen er door de
menschen geplant, tienmaal liever dan kale
stuifduineD.
En daarmee treft mijn schoonheidsgevoel
volstrekt geen blaam, al kan ik nu eenmaal
niet zien, zonder te denken. Mijn correspon
dent, die betoogt en bewust met de stukken
van schilders en teekeoaars dat stuif duinen
door vormen en kleuren een buitengewoon
schilderachtig landschap geven, beeft waar
schijnlijk rivierdninen of vastelandsdninen op
het oog, meest zandverstuivingen genoemd.
Daarvan keu ik inderdaad schitterende groe
nen, op de Velnwe in Drente en in Utrecht;
ja, daar heb je van die bastocs en torendui
nen, afgebrokkelde wallen met breede water
passe lijsten en dikwijls mooie gemarkeerde
in donkere en lichte tinten sprekende banden
van verschillende grondsoort, loodzand,
koffiazand, oer en humus.
Als zoo'n mooie en voor een liefhebbsr
van aardkunde ook belangwekkende groep
zandverstnivingen niet groot is, door hoog
bosch is omgeven zoodat het geen kwaad
meer kan doan, dan zon ik willen, dat het
door liefhebbers van natnurschoon werd aan
gekocht ; al is de grond ook waardeloos; alleen
om het te houden zooals het i.°.
Maar dat zyn heal andere stnifdninen, dan
die ik vroeger gekend heb, bij Bergen.Egmond,
IJmniden en Wijk aan Zee. Ean stuifduin
is alty'd een half met helm of stroo beiette
mislukking, een armzalige poging van de
vakschool voor mei?j es. Langzamerhand
echter ging de school haar oorspronkelijk
karakter verliezen; aan het
herhalingsonderwijs, dat aldaar verplichtend was, werd niet
neer de hand gehouden en ze dreigde in
een gewone naaiwinkel" te zullen ontaar
den. Dank zjj e ren wel het ingrijpen van
eenige flimke bestuursleden, werd het werk
programma weer in o rereenstemming ge
bracht met haar vroeger doel. De reor
ganisatie vond plaats in 1905 en terwijl
de school vroeger tot dienstbode in het
alge «een opleidde, leidt zy thans op tot
dienstbode-alleen, werk meisje, kenkenmeinje,
linnen- of tweede meisje en kindermeisje,
De strekking van de later opgerichte
kooken huishoudscholen is een geheel andere.
De Werk- en Leerschoel had de opleiding
van het meisje uit de volksklasse tot dienst
bode ten doel, de kookscholen, zoeals de
oorspronkelijke naam was: het meisje uit de
gegoede klasse huishoudelijke kundigheden
bjj te brengen. De eerste inrichting beoogde
dus vakopleiding in engeren zin, de tweede
soort van inrichtingen niet. Later kwam
hierin evenwel verandering. ? De kook- en
huishoudscholen wijzigden haar werkpro
gramma meer en meer in de richting der
eigenlijke vakopleiding. Naast de leerlingen,
die meer uit liefhebberij, of wel als laatste
voltooiing harer opvoeding de kook- en
huishoudscholen bezochten, kwamen nu ook
mei «j w, die eenig onderdeel van het
hnishondvak tot haar middel van bestaan wilden
maken. Zoo kwamen er dus langiamerband
aspirant-hulpen in de huishouding,
kinderjnflronwen, zelfstandige huishoudsters en
leerareseen in koken, huishoudkunde en
waschbehandeling. Sommige scholen, niet
alle, leidden tevenp, behalre de meisjes uit
de hoogere welstandsklaasen tot de boven
genoemde vakken en betrekkingen, ook meis
jes uit den arbeidenden stand op tot dienst
bode. Behalve aan de meeste der zuivere
kook- en huishoudscholen worden ook aan
6 der 9 huishoud- en industriescholen, de
Vrouwenarbeidschool te Retterdam en de
Vakschool te 's-Gravenhage meisjes uit den
arbeidersstand tot dienstbode bekwaamd.
Aangezien evenwsl bjj deze inlichtingen de
huishoid-opleiding niet de eenige, noch
meestentijds zelfs de voornaamste is, meenen
wij er den voorkeur aan te moeten geven
deze scholen te bespreken in n der volgende
hoofdstukken en ons hier te beperken tot
die inrichtingen, die in het bijzonder gewijd
zijn aan de opleiding tot huishoudkundige.
De meisjes, die voor volledige Talopleiding
de kook- en huishoudscholen bezoeken,
kunnen na afloop een diploma verkrijgen, aan
de hospitanten echter, die n of meer cur
sussen volgen, welke slechts enkele maanden
duren, wordt geen diploma uitgereikt. De
hospitanten behoorden in dit overzicht eigen
lijk buiten beschouwing te blijven, daar bij
haar van vakopleiding geen sprake is. Het
meerende.l der scholen gaf ons evenwel de
menschen om tegen den wind te vechten; en
dat meestal met kleine, te kleine middelen.
Geheel vrije zeeduinen ziet men toch niet
meer in ons land, al in geen twintig jaar.
Waar het stuift zijn de menschen er gelukkig
dadelijk bij, om erger te voorkomen; dan
wordt de scherpe raad, die het duin nog
wat schilderachtigs gaf, dadelijk afgerond, om
den wind geen vat meer te geven.
En dan voor een planten Triend hoe mooi
lij de duinen vindt zijn nog veel mooier de
>annen met hun rijken plantengroei, Met hun
)loeiend wintergroen, gentianen, parnaskruid
en orchideeën. Van boven gezien, ligt zoo'n
diep groen meer midden tusschen de
lenvels, zoo verlokkend van vruchtbaarheid
>n schoonheid, dat ik niet alleen kinderen
leb hooren juichen bij het onverwachts ont
dekken van een goede natte pan. En die
ichatkamers van de Nederlandsche flora,
waarin vaak verborgen is wat aeret in de
Alpen,of Schotsche bergen of in een ander
kalkand is terug te vinden, die sprookjeslanden
van de beginnende natuur vrienden, kunnen
niet bestaan blijven in de buurt van sterk
stuivende duinen.
Daarom ook vond ik het zoo treurig, dat
nist die pannen zoo vaak voor aardappelland
worden gebruikt; twe», drie jaar lang, om
dan, voorgoed bedorven, een ware stuif boel
te worden; en daarom vond ik het ook zoo
jammer, dat bij het besossehen van de losse
duinen, ook het bederven van de pannen
schijnt te behooren; bederven" dan in
botaniechen zin gebruikt.
Ontgonnen wordt ook de heide; zoo inten
sief tegenwoordig, dat er binnenkort geen
heide althncs geen mooie vochtige heide meer
in ons land ever zal zijn. En nu kan ik het
zelfde liedje zingen. Geloof mij, ik voel de
schoonheid van de heide heel aterk, even
zeer als van de duinen. Ook daarvan heb ik
jaren geleden al in een boekje eerlijk en van
ganscher harte getuigd; en toch, ik zie vaak
met genoegen ontgonnen heide. Maar ook
hier is er verschil tusechen heide en heide
evengoed als tussehen een mooi natuurlek
begroeid zee- of binnenduin en een stuifduin.
Er liggen ook pannen op den heide; fan die
halfdroge ondiepe poelen en kommen waar
de plantengroei net zoo mooi en belangwek
kend is als in den duinpannen, waar de
groote oranje arnica en de kleine rose
veenbes groeit; net miniatuur-cyclamens, waar
de grond van het voorjaar tot in den hetfst
aantallen op van hospitanten plus leerlingen
voor volledig onderwijs, zoodat een scheiding
tusschen de eersten en de laatsten door ons
niet kon worden gemaakt.
De Werk- en Leerschool te Amsterdam
(büden aanrang 2 scholen, die later tot n
versmolten) werd opgericht in 1808. Aan
vankelijk telden beide scholen 62 leerlingen.
Tnsschen het oprichtingsjaar en het jaar der
reorganisatie zijn ons geen gegevena bekend.
Sedert 1905 weten wüevenwel dat 527 leer
lingen de school bezocht hebben,
dieuitteraard alle vakopleiding beoogden te verwerven;
150 van dezen werden gediplomeerd.
Ruim 80 jaren na de oprichting der Werk
en Leerschool verschenen de eerste kook- en
huishoudscholen. Thans bedraagt het aantal
10; van 9 dezer inrichtingen zijn wij instaat
iets naders aangaande de aantallen leerlingen
mede te deelen.
Tevens zij hier nog opgemerkt, d»t de
gemeentelijke kookcnrsussen, de cursussen
uitgaande van de Maatschappij tot Nut van
't Algemeen en van den Volksbond tegen
drankmisbruik, die ten doel hebben het
meiije uit de volksklasse eenvoudige en
degelijke maaltijden te leeren bereiden, hier
buiten beschouwing blijven, daar ze geen
vakopleiding beoogen te geven.
De Amsterdamsche huishoudtchool werd opge
richt in 1891; vóór 1904 konden geen ge
gevens worden verstrekt. Van 1904 tot 19.0
steeg het aantal leerlingen van 193 tot 407
(de hospitanten meegerekend), terwijl het
aantal uitgereikte diploma's (dat ongunstiger
lijkt dan inderdaad i», omdat de hospitanten
geen diploma kunnen verwerven) toenam
van 07 tot 132.
De kooktchool te Rotterdam is eveneens in
1891 opgericht. Vóór 1901 werd ze door
pl.m. 780 leerlingen bezocht; na 1901 be
draagt het aantal per jaar 150 a 160. Het
meerendeel der leerlingen volgt de cursussen
die 4 of 8 maanden duren; daarvoor worden
geen diploma's uitgereikt.
De Nijmeegtche Huishoudschool in 189 i ge
opend met 73 leerlingen, telt thans 227,
waaronder evenwel een overwegend aantal
hpspitanten moeten zijn, daar het aantal
uitgereikte diploma's varieert tusschen 4 en
12 'sjaars.
De Kook en Huishoudschool te Arnhem werd
in 1894 opgericht. Tot l Januari 1911 werd
ze bezocht door 3162 leerlinger, terwijl er
88 de school met diploma verlieten. Daze
88 diploma's werden uitgereikt voor volledige
opleiding. De grootste meerderheid der leer
lingen waren hospitanten die geen diploma
kunnen behalen.
De Kook- en Huishoudschool te Groningen
is opgericht in 1898. Sedert hebben 1978
leerlingen de school bezocht en behaalden t r
137 een getuigschrift.
De Hui»houdschool Laan v. Meerdei voort te
'«Oravenhage, werd opgericht in 1899 met
97 leerlingen, welk aantal in 1910 tot 419
was, de hospitanten inbegrepen.
lllinilllllllllllllllllMMIIIIIIIIMIIlll
bedekt is met vliegvangeitjes en in Jnni op
de natste plekken bleek blauwe lobelia's
bloeien; en waar in den voorzomer en som s
nog in September, als de droge heide al violet
gaat worden, die leuke watjes van het wolle
gras op lange stelen, wapperen in den wind.
En die heidepoelen «et1 hun grutto's en
tureluurs liggen te midden van heerlijk gol
vende heidevelden, rqk begroeid met
struikheide, forsche slanke planten met knoestige
oude stammen van een manspoh dikte;
ofbeplekt met zwartgroene jeneverbessennog gril
liger dan de hagebenken in het Bentheimer
Bosch; heide, waar groote brems trniken groeien
en hier en daar een zilveren berk bij een
moeveld staat, waar zich hoogveen vormt en op
droge plekken grove dennen en eiken uit
wild zaad opschieten. Dat is de levende heide
en juist die wordt het eerst tot roggeveld
en weide gemaakt. Wat er over blijft, is de
droge, efien, vlakke, saaie schapen plaggen
heide, zooals die nog hier en daar op de Ve
lnwe aan het spoor ligt en in Drente op vele
plaatsen ver er af. Als ik die schapen- en
plaggenheide met de veel beteekenende roode
paaltjes zie bezetten, treur ik met.
Nog onlange, in dit voorjaar, het was een
van de dertig goddelijke Meidagen die ons
dit jaar geschonken heeft, liep ik er met een
schilder, met wien ik daar door een toe/al
kennis maakte, over te praten. Een
zomerbuitje van vijf minuten had 's morgens alias
eventjes afgestrft en besproeid. Wij wandel
den midden in Overysel over de heide en
langs de mooie poeltjes met zonnedauw en
wollegras, waartusschen brokken pas ont
gonnen hei lagen; nu sappig groene weide
met roodbonte koeien er op, die lekker ston
den te soezen en lui van de warmte op hun
pooten hingen aan de plas.
Op een efien stak nog onontgonnen heide
met duidelijke vierkanten van gestoken of
gekeerde plaggen, kwam een kudde schapen
aanzetten, met herder en hond. De
geelgranwe vachten vervaagden in de grijsbruice
heide, grijzer nu nog van de verdroogde
bloempjes van den vorigen herfst. Dat was
ook mooi door de vaag
heid en de zwakke ver
vloeiende tinten.Van het
een gleed het oog op het
ander. Links
detroostelooze, bloemarine vlakke
vale heide met zijn ';
nuance van grijsen bruin.
Het aantal uitgereikte diploma's steeg van
13 tot 43.
De Huishoudschool te Breda is geopend in
1899. Tot 19.5 kan geen aantal leerlingen
vermeld worden. Sedert 1905 werd de school
bezocht door 318 leerlingen. In 1909 werd
een aanvang gemaakt met de opleiding tot
huishoudster, zoodat de eerste diploma's pas
in Juli 1911 kunnen worden uitgereikt. Met
de opleiding voor dienstbode (2-jarige cursus)
is in 1910 een begin gemaakt.
De Nieuwe Huithoudtchool te Amsterdam is
opgericht in 1904. Het aantal leerlingen
daalde van 438 tot 352, het aantal voor vol
ledige opleiding ingeschrevenen van 154 tot
101, het aantal gediplomeerden van 68 tot 34.
In 1906 werd de Huishoudschool te Middel
burg opgericht. Gedurende het jaar 1909
waren er 31 leerlingen, waarvan 24 voor
volledig onderwijs en 7 voor enkele lessen.
Verdere gegevens ontbreken.
Aangaande den tegenwoordigen werkkring
van de gediplomeer ie oud-leerlingen der
bovengenoemde inrichtingen is ons niets
bepaal ds bekend. De oprichting van een
£tmiddelingsburtau voor gediplomeerde huis
houdsters bewijst echter dat velen in het
beroep van huishoudster, hetzij dan in een
particulier gezin, hetzij i» de eene of andere
inrichting een bestaan wenschen te vinden
of reeds ge ronden hebben, terwijl de Bond
van leeraretsen ky htt huishoudonderwifi aan
toont, dat vele gediplomeerde oud-leerlingen
als leerkrachten aan kook-en huishoudscholen
hare verworven kundigheden productief
maken.
(Wordt vervolgd). ANNA J. JUNGMANN,
Heer. van het Nat. Bureau voor
Vrouwenarbeid.
3) Overgenomen uit: Het college van
curatoren der stadsarmenscholen (1797-1860)
en de Openbare Werk- en Leerschiol voor
meisjes te Amsterdam" door Jeaanna W. A.
Naber.
AlrDB^DBI.
Mattlott.
Nieuwste nieuws op hoedengebied, reus
achtige matelot?, niet gelijk het vorige seizoen
met een wanstaltig grooten bol, maar normaal
van hoofdvorm en zeer breed van rand, een
rand plat en recht met een omvang van een
molensteen uit een niet al te groote
korenmolen.
Fn deze hoeden, vermoedelijk een Engelsen
bedeksel, kleeien sober en sjiek. Hun vorm
is zeer natuurlijk en strak, ze worden ge
dragen zonder andere versiering dan een
glad, zwart lint, en ze passen uitmuntend bij
tailor-made costnnms en ranke toiletten met
weinig garneering in den trant van Liberty.
Er blykt hieruit al weder dat aan het
natunrlyke en eenvoudige doorgaans een veel langer
leven beschoren is, dan aan wat grillig is en
barocqne. De matelot is misschien het eenige
In het midden de heidep!as mat witte
wattenpluimen met roode koekoeksbloem en rose
orchidee en pollen van haarmos en veenmos
in alle tinten van bleek sapgroen, o rer fel
grasgroen tot echt goudbrons toe; aan het
open water, tnsschen, jonge rietstengels en een
paar knot wilgen: het spiegelbeeld van den
hemd, blauw met wit. En rechts weer het jonge
hooger gelegen grasland, pas van dorre heide
gemaakt, met zijn jong bonkig vee aan de plas.
De schilder woonde hier, was hier neer
gevallen een jaar geleden, omdat hem die
trits van schoonheden trof, had er zijn
schildersten*je gebouwd en er veel gewerkt.
Daar komen die vratige schapen naderbij;
zie ze scheren en rukken, er blijft niets over
dan bomt. Ik luchtte mijn hart tegen den
schilder. Hoor ze schrapen en knagen aan
het heidekruidl en zie waar ze geweest zijn,blijft
geen jonge spruit of groen topje staan, of er
een toom kippen in een slabed aan den gang
was, zoo grondig werd alles weggevreten, af
gerukt. O die schapen; die hebben onze
mooiste heidehoekjes vernield, voor altijd
bedorven; zij en de plaggenstekers zijn er
de schuld van, dat je sommige menschen van
tijd tot tijd gelgk moet geven als ze zeggen,
dat de heide een beeld van groote armoede
en geweldige verlatenheid is, waar alleen in
het voorjaar een enkel geel stekelbremmetje
bloeien wil en nog wat dnivelsnaaigaren en
anders niet. Dat is de schapen heide l Zie daar
naast, dat volle levende weiland aan de kleu
rige plas, met die sloome zware beesten er in.
De schilder lachte; zei: Je had schilder
moeten worden." Ik beweerde van niet, en
waarom. Och, kom," zei hij: Ga even mee,
hier in dit schuurtje vlak bü. Dan zal ik
je wat laten zien, wat ik anders niet graag
laat zien. Schildeiijen, die niet af zijn. Als ze
klaar zijn, zal ik je wel eens foto's sturen."
En daar stonden ze op ezels, glimmend van
de natte verf: de armzalige schapenheide met
de magere, groezelige, vretende, afrukkende
elkaar gulzig opzydawende wolballeu met
hu a skeletachtige witkoppen. Of ze leefden,
zoo haatte ik zei En daarnaast, heel sterk
hoedenmodel, dat zich door alle tijdperken
van mode uit de laatste veertig jaar
handhaaft. Het model verandert weliswaar
telkens en weinig in overeenstemming met
de tijdsomstandigheden, maar blijft nochtans
in zijn natuurlijken en prettigen hoofdvorm
intact. Het heef c ook (wie weet het niet?)
het voordeel van nagenoeg iedereen goed te
staan en bq elke kleedjj te passen, zelfs de
samenwerking met de japecnlotte, indien deze
ons beschoren zal zijn, behoeft ze niet te
vreezen.
*»*
Gebrekkig.
Prins Hendrik," vertelde een journalist
aan een dame, met wie hij wandelde, heeft
aan zijn rechter voet maar de helft van z'n
teenen!"
Och I"... zei ze meewarig, hoe onge
lukkig! En hoe komt dat?"
Wel," hernam hij, de andere helft heeft
hij aan z'n linker voet."
??*
Druk.
Heat ge 't spoedig druk 1 Klaagt ge er
over? Hier heb ik dan een goed voorbeeld
om n aan te spiegelen. Een Londensch ge
neesheer heeft onlangs eenvoudig weg aan
een journalist medegedeeld, dat hij gedurende
het afgeloopen jaar achttien-duizend patiënten
heeft behandeld, dat wil zeggen gemiddeld
negen en veertig per dag. Achttien-dnizend
klagende stemmen te hooren, bedrukte ge
zichten te sien.... is 't wel doenlijk voor een
gewoon normaal mensch?
Hage-raad.
In een dorp in Noorwegen, had onlangs
een zeer eigenaardige gemeenteraadsverga
dering plaat». Er moest een gewichtig en
dringend besluit genomen worden, waarvoor
een avondvergadering noodig was, maar toen
al de gemeenteraadsleden aanwezig waren
bleek, dat de sleutel van het gemeentehuis
zoek wac. De voorzitter echter was een
doortastend man ... hu maakte korte metten,
liet alle heeren plaats nemen op den stoep
van 't gemeentehuis, en improviseerde met zijn
wandelstok een hamer... en zoo werd be-,
raadslaagd en gestemd, 't Was geen
hagepreek maar een hage-raad.
Simson op vleugels.
Een van de sterkste dieren, die er bestaan
is naar verhouding de bij. Zjj kan zander de
minste moeite, terwijl zij op haar teere vleugel
tjes met een spoed van tachtig kilometers in
het uur door de lucht zweeft, tweemaal haar
lichaamsgewicht aan honig vervoeren. De
eerste aviatenr de beste, die haar dit stoute
stukje nadoe t.krügt van de Fransche regeering
het grootkruis van het legioen van eer.
ALLBGEA.
van kleur twee stukken n met staande,
n met liggende koeien: de jonge sapgroene
weide, waar hier en daar het purperen
heizand nog door heen stak, met de gezonde
boerenbeesten er mooi ingeplant; prachtig
die twee dieren bukkende aan het water;
geen volle glansdieren als van het
Kampereiland, maar jong, spierigen beenig met
vorm in der lyf; roodbruin bont tegen een
zwarte met witte en tegen den plas; die terug
spiegelde zijn geleende hemelsblauw, tegen
het wit op de roode koeienlijven, dat ze met
paars licht bestreken schenen. Net zoo had
ik ze zooeven gezien!
Ik moet lang en met zichtbaar genoegen
naar die schilderijen gekeken hebben, waarvan
het origineel voor me lag, b\j het even heffen
van het hoofd. De schilder had er zijn pret in;
bemerkte dat ik begreep wat hij gewild had
en pakte uit over zijn heerlijk vak hier en over
het licht van ons mooie land. Daaruit be
greep ik weer, dat ik nooit een goed schilder
zon geworden zijn. Ik zou de arme afgevreten
kale heistompen er bij geteekend hebben om
de schapen aan te klagen; niet zoozeer het
licht op de koppen. Hij, de schilder, bracht
er treurigheid, eenzaamheid, armoede in met
licht en donker en met een groot nevelig
verschiet.
Kijk, deze zelfde zon schijnt op de oude
kale plaggen-heide, op het meer en op de
jonge weide, en wat een verschil in effect en
stemming. Het oude doode in de wereld ver
dwijnt, door de mensen, die kleur en vrucht
baarheid en leven wil zien. Het moet zoo
zijn! Maar laat voor ons, natuurvrienden,
hier en daar een plekje over, een dertig,
veertig hectaren van de mooiste golvende
heide met den en berk, en hooge bremstruiken
en jeneverbes. Spaar ons ter herinnering
ook een poeltje met vetkrnid en zonnedauw
en lobelia uit, en maak verder de dorre,
vlakke hei tot wei of bosch.
De schilders hebben al gezorgd dat die een
zame schapen-plaggenheide niet uit ons
menBchen-hengenis verdwijnt.
E, HEIMANS.
Oude Heide. Naar een schilderij van F. van Kregten.
Nieuwe Heide. Naar een schilderij van F. van Kregten.