Historisch Archief 1877-1940
7 Dec. '13. No. 1902
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
JÜQ /'\ini5TEFf U'AH U-AHQ.
BOaw" MlDWErTHEIQ EH
QfZ TTLBaFr-GSCME
01
HULDE-ADRES AAN MINISTER TALMA
Namens een groot aantal vereenigingen, samen omvattende meer dan
10.000 leden, is aan oud-Minister A. S. Talma een hulde-adres aange
boden. Ho»bedroevend het nog gesteld is met de eischen, die bij ons
te lande aan sierkunst worden gesteld, toont weer eens dit namens het
heele Zuiden des lands plechtig aan een bekwaam oud-Minister aange
boden document. De letters, die aan derde rangs bazar-meubelkrullen
doen denken, en het weeke en onbeholpen geteeken herinneren ons
eraan, dat een enkel goed affiche en een enkel.goed aangekleed boek
evenmin een volkomen hervorming beteekenen in de grafische kunst
in Nederland als n zwaluw den zomer maakt.
lllllllllrlltltllllltllllllllMIIIMIIJIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIKIIIIIIII
steil tegen den wind en zwiert in breede
kringen zich naar de plek, die hij voor zijn
duikeling bepaald heeft. Dan knettert de
motor uit met een laatste plof, de stilte valt dof
en kil als een wolk van lood-zware sneeuw.
En boven gaat het wonder gebeuren: de
gespreide staart van het toestel cirkelt snel
naar onder, het dubbele dek suist in koenen
zwaai over het zinkende roer, en terwijl het in
zijn val als een zeisslag door de lucht zoeft,
herstelt het vliegtuig zich honderden meters
lager in zijn gewone positie. De motor
slaat met korte knallen weer aan, en dan
pas is de betoovering, een samenvloeien van
bewondering en beklemming, geweken. Een
volgende duikeling geeft al meer zekerheid
en vertrouwen
iHiiniiiiiimiMiiiniiHiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiHimiMimiimiMiui
ENSCHAPPE1UKE V
xcn
Photographeeren met onzichtbare stralen
Eenigen tijd geleden heb ik in deze rubriek
reeds geschreven over het photographeeren
met ultra-violet licht. Toentertijd was het
mij meer erom te doen de methode aan te
geven die men volgen moest om een lens
te krijgen, die geschikt was voor deze soort
van photographie. Een gewone lens is name
lijk niet bruikbaar, daar glas ultra-violet licht
niet doorlaat, zopdat men een kwarts-lens
gebruiken moet die met een dun laagje zilver
bedekt is. Een dergelijke lens laat geen ander
licht door dan alleen ultra-violette stralen.
Prof. Wood, die indertijd de te volgen methode
voorschreef, heeft zijn onderzoekingen op
dit gebied verder voortgezet en uitgebreid.
De resultaten, waartoe hij komt, zijn zonder
twijfel merkwaardig genoeg om hier ver
meld te worden. De zaak waar 't om gaat
is deze: het licht dat de zon ons toezendt
is slechts voor een gedeelte in staat ons oog
te prikkelen, zoodat wij alleen dit deel van
het licht zien. Een niet onbelangrijk deel is
hier niet toe in staat of slechts in zeer ge
ringe mate. Om deze deelen gemakkelijk
aan te geven, ontleden wij het zonlicht met
behulp van een glasprisma in de
regenboogkleuren, van rood tot violet. Aan beide
uiteinden komen nog stralen voor die ons
oog niet prikkelen kunnen; aan den kant
van het rood liggen buiten het zichtbare
deel de zoogenaamde infra-roode stralen,
die, tenminste wat betreft het gebied dat
onmiddellijk aan de roode stralen grenst
toch nog eenigermate ons netvlies prikkelen
kunnen, al hangt dat in hooge mate van
den waarnemer in questie af; de eene
mensch is er gevoeliger voor dan een
anChanteloup is meer demonstratief dan
acrobatisch, en dat is voor een deel van het
publiek, dat alleen voor het laatste in vuur
kan komen, jammer; men had, na het be
komen van de eerste ontzetting, algemeen
het gevoel of hij met zijn duikelingen,
voorzoowel als achterover, met rustige zeker
heid aan leeken iets uitlegde: de veilig
heid van zijn machine, de triomf van zijn
behendigheid. Was het misschien daarom,
dat de opgetogenheid ontbrak, het spontane
enthousiasme dat een massa opeens zoo'n
trillende, stuwende macht kan geven? Of
moet ik de latente houding van het publiek
als Hollandsche kilheid begrijpen?
Het waren mooie en interessante middagen
op Oud-Roosenburgh, ondanks de pogingen
dere. Aan den buitenkant van het violette
licht ligt een gebied dat ultra-violette stralen
bevat, die ons oog heelemaal niet prikkelen.
Niet alleen het zichtbare licht wordt door
de voorwerpen in onze omgeving terugge
kaatst, maar ook deze genoemde onzichtbare
stralen. Wij zien deze voorwerpen dus op
een onvolledige manier. Een groot deel der
stralen, die zij naar ons oog zenden, negeeren
wij volkomen in het dagelijksch leven. Prof.
Wood meende nu zeer terecht, dat er opmer
kelijke feiten konden verwacht worden wan
neer wij eens de moeite namen deze onzicht
bare stralen k te zien, of liever zichtbaar te
maken. Dat bleek het beste te geschieden
door photographieën te maken van de on
zichtbare stralen; de gevoelige
photographische plaat is namelijk even goed gevoelig
voor het onzichtbare als voor het zichtbare
deel, alhoewel niet steeds in even sterke
mate. Dat is echter geen bezwaar daar een
zwakke lichtindruk door langdurige belich
tingstijd toch tot een goed zichtbare licht
indruk op de gevoelige plaat gemaakt wordt,
daar deze plaat, in tegenstelling met ons
oog, onvermoeibaar is. Er moet nu echter
een middel gevonden worden om een lens
te krijgen die alleen de infra-roode stralen
of alleen de ultra-violette doorlaat zoodat
het gevormde beeld alleen uit een dezer
stralensoorten bestaat en niet uit het zicht
bare lichtgedeelte. Bij het ultra-violette licht
heb ik de oplossing reeds vermeld. Een
glaslens laat ultraviolet licht niet door, maar
een kwartslens wel; verzilvert men het
lensoppervlak dan kan alleen het ultraviolette
licht passeeren en de rest niet, daar zilver
ultraviolet licht doorlaat en geen gewoon
licht. Voor het infra-roode stralengebied
is de oplossing ook zeer eenvoudig. Men
zet voor de gewone photographische lens
(die nu niet van kwarts behoeft te zijn!)
een glasbakje dat gevuld is met een oplos
sing die al het licht tegenhoudt, ook het
ultraviolette, en alleen het infra-roode deel
laat passeeren. Een dergelijke oplossing kan
men verkrijgen door een verzadigde oplossing
te maken van kalium-bichromaat en hieraan
toe te voegen een aniline-kleurstof, genaamd
Fig. 1. MICROSCOOP ONDER GLAZEN
STOLP, OEPHOTOGRAPHEERD MET
ZICHTBAAR LICHT
Fig. 2. DEZELFDE VOORWERPEN ALS IN FIG. l,
GEPHOTOGRAPHEERD MET ULTRAVIOLET
(ONzicmBk\R)Licm.Deglasstolpisondoorzichtig
als metaal en werpt een donkere slagschaduw
der padvinders om meer dan noodig de aan
dacht te trekken. Deze jonge kereltjes, in hun
afschuwelijke pakjes gestoken, schijnen niet
alleen bizonder aangewezen voor de primeur
van allerlei belangrijke en onbelangrijke
gebeurtenissen, maar hun werd bij deze
gelegenheid zelfs politiedienst opgedragen.
Zij toonden zich er zeer verheerlijkt mee,
dat ze de macht hadden om tegen officials
en persmenschen, die zich buiten het terrein
der genoodigden begaven, met autoriteit en
aanmatiging op te treden. Het is wel treurig,
dat een deel van onze jeugd behagen gaat
scheppen in het verleenen van handlangers
diensten aan de politie de vijandschap
tusschen jongens en politieagenten is veel
sympathieker maar wat te denken van een
politie-inspecteur, die zulke knaapjes in alle
ernst hun opdracht geeft!
HESSEL JONGSMA
* * *
Machine voor kunstmatige
ademhaling
Zonder twijfel verdrinken ieder jaar een
groot aantal menschen, die gered hadden
kunnen worden, wanneer goed-geschoolde
hulp bijstand had verleend niet alleen bij
de redding, doch ook bij de opwekking van
de reeds geweken levensgeesten. Het gebeurt
evenwel maar al te dikwijls, dat omstanders,
hoewel theoretisch ten volle onderlegd, niet
in staat zijn, hun kennis van kunstmatige
ademhaling in de praktijk toe te passen,
zoodat vele drenkelingen daardoor het leven
moeten laten.
In deze gevallen zou een apparaat, dat de
bewegingen der kunstmatige ademhaling
op de juiste wijze en in het vereischte tempo
wist uit te voeren, van zeer groot nut kunnen
zijn.
In de Münchener Mediz. Wochenschrift
geeft de Berlijnsche professor Lewin een be
schrijving van wat hij noemt een ademhalings
machine. Deze machine bestaat,uit een lichte,
gemakkelijk opvouwbare taf el,'waarop de te
behandelen persoon over den buik wordt
vastgebonden.
Door middel van een hefboom kan de
tafel een verticalen stand aannemen, zoodat
de patiënt feitelijk, aan den buik hangend,
op het hoofd staat, terwijl de beenen bijna
horizontaal afhangen. Door deze houding
wordt de borst samengedrukt en een auto
matische uitademing bewerkstelligd. Na 10
tot 20 seconden wordt de tafel weer in haar
gewone positie gebracht, zoodat door de
uitzetting der borstkas een automatische
inademing plaats vindt.
Deze rhythmische uit- en inademing kan
door de ademhalings-machine van 10 tot 15
keeren per minuut met het grootste gemak
worden uitgevoerd. M. C.
* * *
Gwendolen Fairfax
AAN ENNY VREDE, Gwendolen
Fairfax in De Ernst van Ernst."
Je hupte zoo lenigjes, luchtig en zoetjes
In je fel-groene jurk, op je licht-crême voetjes,
Het was alles zoo gracelijk-buigzaam en fijn,
Zooals er maar heel weinig poppetjes zijn.
En toen je zoo boos werd en stampte met
't stafje,
iimiiiiiiiiiiiiti
cyanine, net zoo lang tot het doorgelaten
licht zeer donker bloedrood is. Men kan de
proef op de som nemen door boomen in
zonlicht te bekijken door deze oplossing
heen; is de oplossing goed dan moet men de
bladeren veel helderder zien dan den hemel
zelf. Ziet men de bladeren niet zó, dan
moet meer cyanine toegevoegd worden tot
dat dit feit zich wél voordoet. Bij deze proef
moet men met een donkere doek om het
hoofd, elk ander licht uit de omgeving uit
sluiten van het oog.
Nu eenige resultaten van dit onderzoek,
en wel in de eerste plaats van het photo
grapheeren van het ultra-violette
stralengedeelte. Opmerkelijk is al reeds dat gewoon
glas geen ultraviolet licht doorlaat. Dit blijkt
o.a. uit de photo's, die in fig. l en fig. 2
zijn afgebeeld. Dit zijn photographiecn van
een microscoop, die onder een glazen stolp
staat, voor een vel wit papier als achter
grond. Als lichtbron is in fig. 2 een kwiklamp
van kwarts gebruikt, omdat deze lichtbron
veel ultraviolet licht uitzendt, terwijl fig. l
opgenomen is bij gewoon daglicht. Fig. l
vertoont hetzelfde wat ons oog ook zou zien,
maar in fig. 2 is de doorzichtige klok een
ondoorzichtig omhulsel geworden, dat een
schaduw werpt zoo zwart alsof het een
metalen klok was in plaats van een glazen
exemplaar. Prof. Wood merkt naar aanlei
ding hiervan op dat onze huizen geen gla
zen ramen konden hebben als onze oogen
eens alleen gevoelig waren voor ultraviolet
licht, daar wij anders niets door deze ramen
konden zien. Ramen met zilverplaten in
plaats van glas, zouden echter in dat geval
verre te prefereeren'zijn ! Het feit dat onze
oogen geen ultraviolette stralen bemerken,
maakt ook dat wij alle witte voorwerpen
gelijk wit zien, alhoewel zij misschien geheel
verschillende stralensoorten terugkaatsen. Zoo
photographeerde Wood een vaas met witte
phloxen, witte geraniums en witte kamper
foelie ; in ultra-violet licht gaven deze drie
verschillende indruk; phlox en kamperfoelie
worden inktzwart, terwijl de geraniums veel
lichter van tint worden. Het blijft een open
vraag of deze kleur"-verschillen van eenige
beteekenis zijn voor de plant.
Op natuurkundig gebied is een eigenaardig
feit dat de damp, die kwik afgeeft voor
ultraviolet licht ondoorzichtig is. Nu is
deze damphoeveelheid gewoonlijk slechts
zeer gering daar kwik moeilijk verdampt
bij kamertemperatuur. Toch kan men deze
zeer geringe damphoeveelheid zichtbaar ma
ken, door haar te photographeeren met
ultraviolet licht. Een kwarts-fleschje, zonder
kwik, is op deze photo's doorzichtig; zoodra
er een zeer klein druppeltje kwik ingebracht
wordt, zal dat voor een zeer klein deel ver
dampen, maar deze geringe dampen worden
op de photo duidelijk zichtbaar als dichte
zwarte rook. Voor het bestudeeren van het
gedrag van metaaldampen bij lage druk is
deze methode zeer geschikt.
Op het gebied van de sterrekunde heeft
Wood's methode ook reeds merkwaardige
feiten aan het licht gebracht. Zoo vond prof.
Hartman uit Qöttingen, dat de beroemde
nevelvlek in Orion, gephotographeerd bij
zichtbaar licht en bij ultra-violet licht
verEn je woede verzette in een fel-driftig drafje,
Toen was 't of de storm in je krulletjes-haren
Een fluweelige gloed joeg (om blij naar te
staren!)
Maar heel gauw werd je weer streelend en
zoetjes
En vleide naar Ernst met je snoezigste snoetjes,
Fijn-petillante Engelsche pop,
En het kinnetjes-lijntje ging eventjes op.
O Qwendolen Fairfax in 't groen-witte
tooneeltje,
Wat was je een heerlijk,coquet-gekleed beeldje,
Zoo fiertjes van houding, met vrouwtjes-gezag,
Bebloemend het feest met je zachtrose lach.
O Gwendolen Fairfax, de sjieke marquise,
Door Reynolds geschilderd, is minder exquise
Dan de fel-groene anjer, de vreemde bloem,
Die ik noem als ik Gwendolen Fairfax noem.
VINCENT HARROW
* * *
Zak-drama
(Proeve van poëzie voor tijdschriften met
weinig plaatsruimte)
l
Flirt
Zeurt.
Vrouw
Wou.
Man
Dan:
Graag!"
Vraag
Pa!'
Ja."
2
Pa,
Ma,
Ja.
Ha!
3
Echt
Slecht;
Drie
Kindren,
Die
Hindren.
4
Tweel
ing:
Heel
Ding!
Elk
Melk:
Dorst,
Borst.
5
Meer
Kindren
Rijk:
Zeer
Hinder
lijk.
6
Dan
Man
Vroeg
Kroeg.
'k Blijf
Laat."
't Wijf
Kwaad.
7
't Wijf, 't
Kijft;
Man
Later:
Kan
Water
Op
Kop.
8
Ziet
Haar
Boos,
Vliedt
Naar
Soos.
9
Hij
Praat,
Zij
Slaat,
Bijt,
Smijt.
Mist
Vaak;
Is 't
Raak,
Dan
Hard.
Man
Smart.
* * *
10
Zij
Vloekt.
Hij
Zoekt
(Laf!)
Vond
Vlonder,
AfGrond
Onder.
11
Zegt:
(Slecht!)
Ga
Mee!
Ja?"
,Nee.'
Nou,
Kom!"
Vrouw
(Dom!)
Doet.
Goed.
12
Ga
Voor."
Ja,
Hoor!'
Gil...
Stort!
Stil...
Vort.. .
Hij
Blij!
CHARIVARIUS
Fig. 3. MAAN-PHOTO'S. LINKS met geel licht; MIDDEN
met violet licht; RECHTS met ultraviolet licht. De pijltjes
wijzen een plek aan die LINKS onzichtbaar is, MIDDEN
grijs is en RECHTS een donkere vlek is
Fig. 4. STEEN MET ZWAVELBESLAG, gephotographeerd
met geel licht (LINKS), violet licht (MIDDEN) en ultra
violet licht (RECHTS). Links is de zwavel onzichtbaar,
in 't midden flauw grijs, rechts een donkere vlek
schillende resultaten opleverde. De vorm
der lichtende nevelmassa was in beide ge
vallen geheel verschillend; dit beteekent dat
de nevels die ultra-violet licht uitzenden over
heel andere deelen der wereldruimte ver
deeld zijn dan het gas, dat zichtbaar licht
uitzendt.
De maan is ook een onderwerp van onder
zoek geweest. Hierbij gebruikte Wood een
spiegeltelescoop. De verzilverde spiegel, die
in gewone omstandigheden het voornaamste
deel van zoo'n verrekijker uitmaakt, is hierbij
onbruikbaar, omdat zilver, dat zichtbaar licht
zoo fraai terugkaatst juist ultra-violet licht
niet terugkaatst maar doorlaat. Wood ver
ving echter met succes de zilverlaag op
den spiegel door een nikkellaag, die zeer
bruikbaar bleek te zijn in voorafgaande
proeven. Photo's, die met deze kijker ver
kregen zijn, vertoonen eigenaardige ver
schillen met gewone maan-photo's. In fig. 3
zijn drie afbeeldingen van een maangedeelte
naast elkaar geplaatst, de eerste met geel
licht gephotographeerd, wat vrijwel over
eenstemt met dat deel dat ons oog van de
maan ziet; de tweede met violet lichtende
derde met ultra-violet licht. De pijltjes op
deze photo's duiden een bepaald gedeelte
aan, dat in de eerste photo niet zichtbaar
is, in de tweede reeds een beetje zichtbaar
is en in de derde een duidelijke donkere
vlek vormt rechts van de witte vlek, die een
maankrater is. Op deze plaats ligt dus een
stof die geen ultra-violet licht uitzendt, maar
wel gewoon zichtbaar licht. Wood onderzocht
nu allerlei mineralen om te weten te komen
Gharivari
Deelwoorden}'ammer
Den gang doorwandelende viel mijn
oog op een zonderling beeld." (Groene)
De politieman, dit vreemd voor
komende, stapte vanzijn rij wiel af." (H.D.)
Dezer dagen [bladerende in de 'Bij
dragen,' van Van Hogendorp, beschrijft
deze zijn reis naar Aken." (U. D.)
Dat doende worden de belangen van
de gemeenschap en die van den heer
Doude van Troostwijk met elkander
verzoend." (De Vad.)
?
De cijfers over de afgeloopen week
leden door den storm, welke toen in het
Merendistrict woedde."
(Fin. Wbl. v: d. Fondsenh.)
Gisteren echter, zoo meldt het weerbericht,
scheen er een zacht zonnetje. Dat zal ze goed
gedaan hebben.
*
De hier staande brandkast is getracht
te forceeren, maar tevergeefs." (U. D.)
De hier staande zin is getracht goed te
stellen, maar tevergeefs.
*
Wij gelooven niet alles wat de Standaard
beweert. Maar wel dit:
De Heere heeft nooit gezegd, er zijn
te weinig wel te veel."
*
De Directeur-Generaal der posterijen
in Engeland heeft in het Lagerhuis mede
gedeeld, dat het plan bestaat voor
GrootBrittannië postzegels in te voeren, welke
tot heden in dat land nog niet gebruikt
worden." (N. v. d. D.)
Het is er niet van gekomen, zooals men
weet. Bij nader inzien heeft men toch maar
liever de oude wei-beproefde postzegels
ingevoerd, die er al lang gebruikt werden.
Van elke 1000 stadbewoners genoten
er einde 1911 37,7 op eenigerlei wijze
blijvend onderstand." (N. C.)
Bij de 37 heeft het geholpen, maar de '/'
stadbewoner mag nog wel wat hebben,
dunkt ons.
*
LEVENSDRUPPELEN
(Opgedragen aan Op de Hoogte, en andere
bladen, die er chronisch aan sukkelen.)
19.?Alles is mogelijk zelfs dit.
Niets is onmogelijk zelfs dit niet.
20.?Is hoogmoed zonde of deugd ?
vroeg de Dwaas. Maar de Wijze ging
voorbij, en zeide: Ja.
21.?Voor den kortzichtige is het
leven gelijk een windmolen: wat hij het
met de ne hand geeft, vraagt hij met
de andere terug.
22.?Wanneer gij u zwaarmoedig
gevoelt, wijt het niet aan anderen.
Vraag u zelven liever ernstig af: heb
ik misschien te veel gegeten ?
23.?Wanneer twee menschen tezamen
zijn, zijn zij niet langer alleen.
(Thibetaansche spreuk.)
24.?De Dood en de Slaap
wandeldelden arm-in-arm langs het koele meir
van 't droef Vergeten in het wondere
woud der Erinnering. De avond daalde
ter kimme. Zuchtend fluisterde de Slaap:
Dood, zijt gij de Dood ?"
Het antwoord luidde:
Ik ben de Dood, maar ik heb slaap."
(Oostersche beeldspraak).
tlllllllllllllllllllMlllllltlMlllnlIIIIIIIIMIIIMIIMIIlnlIIIIIIIIIIIIIIIIMIHIIIIIl
welk ervan zich juist zoo ge
draagt als deze maan-vlek. Hij
vond eindelijk een grijsgele
vulcanische tuff, die ook zwart werd
op de ultra-violet-photo. Deze tuff
bevatte ijzer en zwavel. Maar het
bleek dat ijzer in 't algemeen
even donker werd in violet licht
als in ultraviolet licht photo's.
Zwavel echter gedroeg zich
anders zooals in fig. 4 te zien is,
waar een steen, plaatselijk bedekt
met een dun laagje zwavel, ge
photographeerd is met geel, violet
en ultraviolet licht. Op de eerste
photo (geel) is van de zwavel
niets te zien; op de tweede (violet)
begint de zwavel al even zicht
baar te worden als een donkerder
vlek, terwijl op de derde photo
(ultraviolet) de zwavel als een
zeer donkere vlek uitkomt. Precies
dus als op de maanphoto. Ver
moedelijk is dus de maan-vlek
een massa zwavel, denkelijk van
vulkanischen oorsprong. Dit is
belangrijk voor de beantwoording
der vraag naar het ontstaan der
maankraters. Er wordt n.l. dik
wijls aan getwijfeld of de maan
kraters werkelijk langs vulkani
schen weg ontstaan zijn en ver
schillende andere ontstaanswijzen
zijn voorgesteld en met meer of
minder succes verdedigd. Deze
zwavel-vondst geeft echter een
sterke steun aan de theorie der
vulkanische ontstaanswijze, al is het opmer
kelijk dat pas op n plaats zoo'n
zwavelmassa gevonden is. Natuurlijk is dat een
betrekkelijk negatief bezwaar, daar bij ver
der onderzoek nog wel meer aan den dag
kan komen. In elk geval wordt zwavel bijna
geregeld gevonden in streken die centra
van vulkanische verschijnselen zijn of ge
weest zijn.
Over de resultaten verkregen met infrarood
licht moet ik, door plaatsgebrek, slechts kort
schrijven. Landschapphoto's zijn voornamelijk
een punt van onderzoek geweest tot nu toe,
maar Wood hoopt ook op sterrekundig ge
bied belangrijke resultaten te verkrijgen met
die soort photo's. De infraroode stralen heb
ben n.l. de eigenschap zeer weinig gehinderd
te worden door den dampkring; zij hebben
bijna geen last van verstrooien als de lucht
goed helder is (vandaar dat op deze photo's
de hemel zwart wordt, daar in 't dagelijksch
leven de lucht alleen zichtbaar is door ver
strooid licht). Photographeert men nu de
planeten met infrarood licht, dan krijgen wij
geen last of bijna geen last van onze damp
kring waar dit planétenlieht toch steeds
doorheen moet dringen, allicht worden de
details dan beter en fijner zichtbaar dan bij
gewoon licht. Wood hoop dat op dat gebied
de grootere kijkers beschikbaar zullen komen,
vooral om Mars te onderzoeken.
P. VAN OLST
* * *