Historisch Archief 1877-1940
31 Maart
- - No. 2075
DE AMSTERDAMMER. WEEKBLAD VOOR-NED ERL AN D
Amalte en Charitas Dietrich
Bovenstaande portretgroep van Moeder en
Dochter zullen aan een aantal onzer lezeressen
een paar oude kennissen te binnen brengen.
Een jaar of wat geleden circuleerden hare
biografiën, in het oorspronkelijk, door geheel
Nederland.
Onlangs zijn die twee boeken in 't Hol
landsen verschenen: Charitas Bissen o f f,
Amalie Dietrich, en Beelden uit mijn leven,
vertaald door mej. C. Bienfait. (Utrecht,
H. Honig).
Wij mogen dit toejuichen, omdat het een
stel boeken is, waaraan een mensen, die ze
met aandacht leest, werkelijk wat heeft".
Schijnbaar behandelen zij slechts twee een
voudige vrouwenlevens, uit den duitschen
kleinburgerüjken stand; en kunstwerken zijn
het volstrekt niet. Maar de echtheid straalt
er ons uit te gemoet, en de gegevens staan
hoog. Welk een rijkdom van karakter repre
senteert vooral de moeder, in haar liefde tot
haar man, een gedegenereerd geleerde; in
haar toewijding, met hem, aan hun geza
menlijk natuurwetenschappelijk werk, waar
van zij, in letterlijken zin, den zwaarsten last
droeg, maar ook zooveel edele vreugde be
leefde! En dan weer de wederzijdsche ver
houding tusschen haar en haar dochter, die
zij zoo vaak, langen tijd, tegen heug en
meug, aan vreemde handen overlaten moest,
maar op wier opvoeding zij nochtans, in
de korte perioden van samenzijn, zulk een
sterken Invloed uitoefende. En dan het slot,
als het meisje volwassen geworden, toch
zoo anders is uitgevallen dan de moeder zieh
had voorgesteld; hoe beiden moeite hebben,
zich weer aan elkander aan te passen; en
hoe Charitas na jaar en dag in staat is, in
eerlijke, bescheiden toewijding, deze boeken
te schrijven l
Allicht zou het tweede, afzonderlijk ver
schenen, niet zoozeer de aandacht hebben
getrokken, die het even als het eerste, in
ruim twintig duitsche uitgaven genoten heeft.
Maar als aanvulling daarvan is het bijna
even merkwaardig. Want door beiden te
lezen, leert men de bewonderenswaardige
hoofdpersoon bekijken uit tweeërlei oogpunt :
als de geestdriftvolle werkster, omtrent wie
prof. Willkomm te Tharand in 1862 getuigde,
dat zij hem «sinds een reeks van jaren als
een degelijke botaniste bekend" was, n als
door en door vrouwelijke vrouw.
De vertaling geeft den oorspronkelijken
inhoud vlot weder. De stijl kan het voor
lezen velen, wat mij altijd een gewichtig
punt dunkt. Over enkele bij zonderheden zou
verschil van opvatting kunnen bestaan; b.v.
over de vraag of het aangaat, aan Frau"
Dietrich den maatschappelijken titel van
Mevrouw" te geven.
GEERTRUIDA CARELSEN
MUiimtiiimiittmiiiimiitittiMimiitimiiiiiniuimitti
Voor de Vogels
.Es bleibt eine einfache und durch niches
zu leugnende Tatsache, dasz die Vogelwelt
einen groszen Teil mit beigetragen hat am
wlrtschaftlichen Durchhalren, an den Siegen
hlnter der Front. Der Vogelschutz ist und
bleibt ein nicht zu unterscha'tzendes
Hilfsmittel tn dem groszen Wirtschaftskampfe, den
Deutschland jetzt zu führen gezwungen ist."
Deze uitspraak vind ik in het
Februarinummer van de Ornithologische
Monatsschrift. Als dubbele oratio pro domo is zij
natuurlijk niet vrij van overdrijving. Maar,
heusch, niemand weet precies, van hoe groot
economisch nut de vogels zijn, en velen
zijn met mij van meening, dat het nog veel
grooter is, dan nu reeds door wetenschap
pelijke onderzoekingen is vastgesteld. Daarom
is thans, nu het er om gaat, om ons land
zoo productief mogelijk te maken zeer zeker
het vraagstuk van vogelbescherming nog
meer actueel dan ooit. Onze Regeering zou
daar al heel veel aan kunnen doen, indien
zij er voor waakte, dat onze Vogelwet door
de burgemeesters behoorlijk werd uitgevoerd,
want daar markeert ontzettend veel aan.
Ook vond ik onlangs in de dagbladen weer
nuttige raadgevingen vanwege het Depar
tement van Landbouw, die ten doel hebben
het bewerkte deel van Neerlands bodem met
luttele brokjes te vtrgrooten alle beetjes
Boterhammen met tevredenheid
Wij maken moeilijke, drukkende tijden
door. Hulsvrouwen in eiken kring hebben
een zware taak. Het eischt meer overleg
om uit te komen met het huishoudgeld,
aldoor meer zorg om voedzame maaltijden
op tafel te brengen, waar alles maar uit
den treure opslaat en vele artikelen niet
meer bereikbaar zijn. Daarbij kan zij lang
niet op aller medewerking rekenen, want
maar al te veel handelen zij, die de huis
vrouw moesten steunen en medewerken
tot bezuiniging zóó, alsof 't geld maar van
een boompje geschud wordt. En dat is toch
maar bij zeer enkelen het geval, daar 't
overgroote deel der Nederlandsche bevolking niet
tot de O. W.'ers behoort, maar tot degenen
die door den oorlog aan de verliezende hand
zijn, de O. V.'ers.
Gezinnen met kinderen vooral hebben het
moeilijk. Zichzelf, volwassenen, iets ont
zeggen, valt niet zoo zwaar als 't den .kin
deren minder te geven dan ze gewend zijn.
Maar is dit wel zoo hél erg?
Natuurlijk hebben we hier niet op het oog
hen, die hun kinderen het noodige niet
kunnen geven. Hartverscheurend is het de
ellende van de buitenlandsche kinderen, die
hier komen, aan te zien. En wie ontroerde
niet bij het lezen van die moeder uit een
oorlogsland, die vroeger het oogenbllk van
toestoppen" harer kinderen iederen avond
opnieuw een genot vond en er nu als een
berg tegen op zag, omdat... haar kinderen
honger hadden, eiken dag; honger, dien ze
niet vermocht te stillen.
Wanneer hier dus buiten beschouwing
blijven zij, die tot gebrek lijden gedoemd
zijn, geloof ik niet dat 't kwaad Is als onze
kinderen eens leeren met minder tevreden
te zijn. Er is tegenwoordig zoo heel veel
weelde ook in de kindervoeding. Onder de
leus ?. eetlust opwekken" en wat een kind
lekker vindt, is goed voor hem" is veel
OHnoodigs binnengeslopen.
Ik vergeet nooit de verontwaardiging van
een oude dame die eens bijwoonde, dat een
kleine kleuter moest worden aangemaand
om het schoteltje jam leeg te eten, dat zij
vanwege de gezondheid" iederen dag vond
klaar staan.
In mijn tijd", meende tante, tn mijn tijd
kreeg je een boterham met tevredenheid"
er op. En we waren meer mans dan de
tegenwoordige kinderen."
Dit vind ik een troostvolle verzekering,
omdat ik overtuigd ben dat ze waar is.
Bij eenvoudig eten gedijt een kind beter
dan bij allerlei liflafjes; bruin brood met
boter is gezonder eten dan slap wittebrood
met een of andere zoetigheid bestrooid of
besmeerd. Zijn onze kinderen er in den tijd
van enkel bruin brood op achteruit gegaan?
Wie dat eens In eigen omgeving en bij
kennissen heeft nagegaan, is wel anders
gewaar geworden.
Werkelijk, eenvoudiger voeding en af
schaffing van veel luxekostjes zal menig
kind ten goede komen. Maar dan ook
niet zuchtend ze den kinderen voorgezet.
Onze kinderen, in alle kringen, zijn verwend,
vergeleken bij vroeger. Dat is onze fout
geweest, die zich nu wreekt. Van de manier
echter waarop moeders hun kinderen de
boterhammen met tevredenheid" voorzetten,
hangt af of zij veel of weinig moeite zullen
hebben om weer tot het heel gewone terug
te keeren. Geen slachtofferachtigheid past
hier.
Wij laten het over aan iedere moeder op
zichzelf om haar kinderen aan te pakken
zooals voor elk hunner geschikt is. De eene
zal de oudste van te voren even apart ne
men en zeggen: Kijk eens, zoo staan de
zaken; dat en dat komt niet meer op tafel,
zet jij nu geen ontevreden gezicht, maar
help me mee". Een andere zal succes heb
ben door haar troepje te vertellen van kin
deren in de oorlogslanden, of van
werkelooze gezinnen in eigen land, in eigen stad.
Of dichterbij nog... van de werkster, wier
man metselaar is en nu geen werk heeft.
Ze hebben de heele week rijst gegeten met
wat margarine. En wij..."
Een derde zegt misschien: Ziezoo, van
vandaag te beginnen is 't rantsoeneering,
hoor l Voor den eersten keer lees ik vandaag
aan de koffie een mooi boek voor."
Zoo kan iedere moeder den overgang van
betrekkelijke weelde naar soberheid voor
haar kinderen vergemakkelijken. De uitkomst
zal bewijzen, dat de kinderen waarlijk niet
te beklagen zijn om deze bezuiniging.
A. DE GRAAFF-WÜPPERMANN
iiiiliiiiimiiiniiiimiiiiniiiiiiiiiiiiimiiimiiiiHiiiuiiiiiHiiiiiHiiiiHUiiM
Babbeltjes
Of er niets nieuws onder de zon was,
vroeg ik haar, die m'n toevlucht is in mode
snufjes. Nieuws? als je maar rond kijkt,"
HIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIHIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMI
helpen en nu zou, wat niet voor tuinbouw
deugt, wel aan de vogels kunnen worden
gewijd. Hoe zou het zijn als de bermen van
spoordijken, vooral die aan de Zuid- en
Oostkant eens beplant werden met zonne
bloemen, of voor zooveel dat kan, met aller
hande struikgewas? Er kan in dit opzicht nog
menigerlei verzonnen en gedaan worden.
Gelukkig hebben wij in ons land tegen
woordig een zeer actieve Vereeniging tot
Bescherming van Vogels. Verleden jaar deed
zij een poging, om gemeentebesturen er toe
op te wekken, om in parken en plantsoenen
vogelboschjes aan te leggen. Zelfs was zij
er in geslaagd, om bij de boomkweekers
voordeelige voorwaarden te bedingen voor
de levering van het benoodigde plantsoen.
De circulaire, die zij rondzond ondervond
veel belangstelling, maar zij was eigenlijk
te beknopt gesteld om overal meteen de
gewenschte uitwerking te hebben. Wij leven
tegenwoordig in een tijd van kant en klaar
afleveren. In dat besef stuurt de Vereeniging
thans een tweede circulaire in zee, waarin
zij aan iedereen,"die een vogelboschje wil
aanleggen, haar tusschenkomst aanbiedt en
wel tot zeer concurreerende prijzen, echter
met de bedinging, dat het plantsoen alleen
bestemd mag zijn voor vogelboschjes. Men
zou misschien misbruik kunnen maken van
de voordeelige aanbieding, ofschoon eigenlijk
van iedereen, die minstens 280 rozen in zijn
tuin plant, al wel gezegd kan worden, dat
hij een vogelboschje aanlegt.
Er worden drie typen onderscheiden:
boschjes van 100 M5, van 250 M5 en van
1000 M*. Ze zijn aangelegd volgens hetzelfde
plan: een haag van rozen en doornen rondom
en daar binnen veel struikgewas met enkele
hoogopgaande boomen. Men zou dit kunnen
noemen het Zeriebamodel, ge heiianett u
zei ze, pufte zwierig 'n wolkje
cigaretterook weg, en wees door de kamer met een
gebaar, Schiller's Polykrates waardig: 't Al
lernieuwste voor een kamer-inrichting is, zor
gen, dat je eigen wezen er het ornament van
vormt. Daarom zit ik hier met m'n heiblonden
kop, te midden van 't donker blauw en het
donkei eikenhout... 'n idee van me, nadat
ik gelezen had, wat 't nieuwste is in Frank
rijk. Zuinig, chique, hoogst artistiek l Luister.
Ben je bijvoorbeeld een beauty met een
vlammend-rossigen haardos, dan doe je zoo: Je
neemt voor je boudoir zwart fluweelen over
gordijnen ; en op den grond leg je geen kleed,
maar een paar duister glanzende rugs. Op
de canapé, die grijs fluweel moet zijn, troon
je liefst zelf tegenover een zwart tafeltje,
waarop een groote bowl prijkt, met drie
goudvisschen er in. Een yisch in een lichtere
kleur dan je haar, een inrood-gouden en een
inzwart-gouden gloed. In de kamer mag een
groen-blauw kussen zijn, dat harmonieert met
je oogen, jft hebt in zoo'n geval natuurlijk
altijd heerlijke zee-blauwe Ouida-oogen.maar
verder is 't al zwart fluweel, waar je kijkt.
Ja,... nee, daar mag toch tusschen de zwart
fluweelen kussens n matgouden kussen,
achter je rug op de canapéstaan. De be
doeling begrepen ? Je bezoeksters moeten de
illusie krijgen van een spel van glanzende
duisternis, met je zelf en de goudvisschen
als de dartele vonken-er in. Transponeer dat
denkbeeld voor verschillende
schoonheidstypen!" en je komt tot merkwaardige conse
quenties ... Een Engelsche vriendin van me,
heeft meteen uit een zuinigheidsoogpunt
om de dikwijls dure bloemen te besparen
reeds in allen ernst voor 's middags aan tafel
een curieus pièce-de-milieu bedacht. Een
kleine, levende, witte muis in een glazen
kooitje. Ze heeft zelf een geestig, spits
snuitje, dus het beestje wordt geculti
veerd als een sieraad, dat bij uitstek me
vrouwt] e flatteert. Ik zie in gedachten, wan
neer de mode naar hier overwaait, onze
goede Hollandsche huismoeders, al dinertjes
geven met een papegaai of een kanarieije
midden op tafel. Zulke gevleugelde gasten
vullen zoo geestig de plotselinge dinerstiltes
aan; en wie ze wat luidruchtig vindt, kan
bij zich thuis de zaak vaneeren met een
philosophischen Laub-frosch op een lad
dertje ... Zeg mij wat gij midden op tafel
zet, en ik zal u zeggen, wie gij- zot ?...
Hoeden van het seizoen
Je vraagt mode- bijzonderheden ? De nieuw
ste kleuren, de nieuwste stoffen ? In 't buiten
land hebben sommige costumiers" verklaard,
dat het van regeeringswege gelast moest
worden, lichte, vroolijke tinten te dragen, ter
wille van de moreele opgewektheid van den
mensen. Een geschreven wet werd het natuur
lijk niet, maar de costumiers" hebben toch
hun optimistisch plan tot een modevoorschrift
gemeakt, wat even kras werkt als een wet,
en ze decreteerden voor dit voorjaar als de
kleuren: poilu-bleu; delysia (dat is
aardbeiroze), een warm pinguin-grijs, een prachtig
rood, bijgenaamd sauterne", een zonnig
beige, en een heel zacht putty-pink"
(teergeel roze). De nieuwste mode-stoffen glip
pen soepel, lief door je vingers: tussor,
foulard, crepon. Meegaandheid; en een behoefte
van elegant willen zijn, zonder opzien te
baren, dat verraden ze. Distinctie, stille
sierlijkheid, en lieftalligheid, dat
schijHoeden van het seizoen
iJtimmJiimiffiifiiftiimfififmiiiiMimutimmmiHiiiiitiiiiMiiiiiiiiiiiii
wel, de doornstruiken-vesting, waarmee we
dertig en meer jaar geleden vertrouwd zijn
geraakt in de dagen van Hicks en Cordon
en den Mahdi. De tuinarchitect zal er niet
mee dwepen en stellig bedenkt hij groe
peeringen, die beter passen in het systeem
van een goed aangelegden tuin. Inderdaad
is de doornhaag alleen onvermijdelijk in
openbare parken of in bosschen, die toe
gankelijk zijn voor den boozen demon, het
groote publiek, dien ik toch zoo gaarne
overal ontmoet.
In een rustigen tuin komt het meer op
den aard der beplanting aa/i en op de om
standigheid of men de vogels met rust laat,
wanneer zij eenmaal hun broedplaats hebben
gekozen. De hark en schoffel kunnen daar
evenveel kwaad doen als kat en kwajongen.
De bedoeling van de vogelboscbjes is,
broedplaatsen te verschaffen aan de vogels,
die niet te helpen zijn met nestkastjes. Men
dient dus te beginnen met nestkastjes op
te hangen voor de meezen, bopraklevers,
spechten, uilen, vliegenvangertjes,
roodstaartjes, spreeuwen en ringmusschen, want
die zouden nu met ai die struikenplanterij
licht in het vergeetboek kunnen geraken.
Nu geeft de circulaire van- Vogelbescher
ming voor elk der boschjes een lijst van
heesters en boomen, die er gebruikt motten
worden. Het boschje, dat een are groot is
wordt beplant met niet minder dan 425 stuks
struikgewas, waarvan er 280 komen in de
haag. Samen kost dat ? 44.80 + de on
kosten voor vracht en verpakking. Boven
dien behoeft de kooper zich niet te houden
aan de lijst, maar kan hij, zooals in een noot
gezegd wordt naar eigen meening veran
deren, Inkrimpen of uitbreiden." Nu daar
zou ik dadelijk gebruik van maken, want
naast veel prachtig geschikte struiken vind
Voorjaarshoed, gedragen op de th
select" bij Hirsch
nen de groote heeren costumiers als het
best kleedend" te achten voor de vrouw
in dit vreeselijke, derde oorlogsjaar. Ze pre
diken wel de waarheid, 't Curieuze is er ook!
Natuurlijk, 't Mag snoezig zijn, maar 't moet
k grappig zijn, Web ik eens op 'n diner 'n
cavalier hporen beweren, die zich opwierp
als een arbitre de graces bij uitnemendheid.
'k Verzeker je, ze is óók amusant, de mode
van dit voorjaar: kijk naar de hoofddeksels.
?t Nieuwste is: het rook-mutsje, dat ge
dragen wordt bij een avondtoilet in een
omgeving, waar veel gerookt wordt, of in
je boudoir, wanneer je onder elkaar een
aanval doet op een doos Russen. Oorspronke
lijke bedoeling: geen tabaksgeur meer in je
lokkendos l Maar reeds meer gevorderde be
doeling: er pikant uit te zien onder een
zijdeachtig lampekapachtig koepelend"
Chineesch mutsje in schilderachtige tinten,
omrankt met een modieus kleurig kralen
garnituurtje, en als je durft bepluimd,
midden op den schedel, met een langen
dunnen neerbangenden veer. Voor een ge
deelte staan de hoofddeksels voor de wande
ling ook al in het teeken van den Ching,
Cbang, Chinaman. Je krijgt taf zijden hoed
jes te zien, die zeer recht op het hoofd
staan, diep, tot op de oogen zijn getrokken, en
rondom 'n omgeslagen rand vertoonen, die
met stiksteken is bewerkt, en waarop boven
op den nok een drietal bewegelijke ponpons
te prijken Is gezet. Op en dop een
pagodekopje, waarmee het o, zoo zoet ja-knikken
zal zijn! Naast de Chineesche hoedjes krij
gen we de z.g. bakkers-modelletjes (door
onze grootmoeders veel mooier: tudors"
genoemd!), het verkltinde harlekijnsfatsoen,
met zijn ponpon-garneering langs den
bovenrand, de Russische toque (ook in strooi)
en de fantastische baret-vorm met zijn onder
stuk van donkere zijde, en zijn'zeer bizar
gevormde champignon van... gebloemde
Paisley! Ook iets als de geïdealiseerde koet
siers hooge hoed uit nikkerkleurïge zijde
is present, met een rand, die geborduurd is
met pareltjes en gouddraad, en recht van
voren (o, don't kiss me too quick dear girl),
als een soort van korten, ronden
baanvegersbezem, een sierlijke, donkere pluimage torst!
Nog iets vertellen van de hooge nauwe,
torenhoedjes van stroo, die tot over de oogen
dalen, en daarboven" slechts een gekleurde
fluweelen rosette in top hebben, of van de
kwieke, hooge stroolen-kwartier-mutsen met
hun luttele bloempjes-versieting ter linker
zijde? Flos-zijde, kralen, korte bloemrandjes
of fantasie-paradijs-veeren tooien de ko
mische modelletjes. En de voile, die bij deze
curiosa gedragen wordt is óf de reeds be
kende zwevende, ronde, losse voile, thans
afgezet met 'n metaal randje; en een vogel,
Hoeden van het seizoen
Voile met spin-motief
of?spin motief dragend, ter hoogte van een
der oogen of en daarom heet ze myst
rieuse", niet meer dan een voiletje, dat van
af den hoedrand daalt tot even beneden de
oogen en alleen den blik overschaduwt.
YVONNE DE TESSAN
iiiiiiiitiiiiiiiMiiuiiiiiiiim'iiiiiiiiiiimiiimiiiuiHiiiiHHitiiHMitiiitiiiit!
Verzoeke alle stukken voor de
rubriek Voor Vrouwen" ia te zenden
Koninginneweg 93, Haarlem.
limHMimimmitmmillMIIIIIMIIIIMMIIIIHinilMIIIIIIIMIIIIIItlllllllimlIllllllllllliniinHMHIMIIIIHIIIItimilllllllllll IIIIIIIIHIIIMIMIIIlllMllllltlHIMHH
Ni 10 33OO
VRAAGT GEDETAILLEERDE PR'J5COURAMT
itMMifiitiiiimiiiiniiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiimiiiimi
ik er sommige, die ik liever niet zou hebben
met name Sambucus ebulus, de kruid-vlier.
Dat is een buitengewoon mooie en interes
sante plant, maar alleen geschikt voor zeer
groote vogelboschjes waar hij, door zijn
intembare wildheid, nuttig kan zijn. Uit
kleine boschjes loopt hij echter gewoon weg.
Ieder jaar sterft hij boven den grond af, hij
verspreidt zich door onderaardsche
uitloopers en komt op allerlei onverwachte plaat
sen opduiken: een echte terging voor den
schoffelaar. Ik zou hem in een klein
vogelbosch niet willen hebben. Ook de Forsythia,
wat een heel mooi voorjaars-bloeiheestert je
is, lijkt mij als vogelstruik van minder be
lang, evenmin als de Witte Brem of de
linde. Alleen als een Linde heel oud en
hol is, geeft hij mooie broedplaatsen aan
uiltjes en kauwtjes en kleine boschduiven,
maar in een vogelbosch van 250 M2, kan ik
er geen eeuwenoude Linde op na houden.
Daar staat tegenover, dat ik in de lijst
enkele zeer bruikbare heesters mis. De
kneutjes en heggemuschjes nestelen dol graag
in kleine thuja's en cypressen, zoowel in
de pyramiden als in de kegelvormige vari
teiten. De tuinfluiters en hun verwanten
hebben niets liever dan kruisbessen., vooral
wanneer die zelf weer flink in de brand
netels staan. Ik zou dus zeer stellig het
tiental kruidvlieren en de vijf Forsythias
verruilen voor kruisbessen en thuja's en
cypressen.
Met dikke letters staat nog in de circulaire:
zorgt voor water in of bij het vogelboscVije".
Dit is een zaak van veel belang. Maak de
drinkbak niet te klein, maar ook niet te diep, bet
beste is een soort van schaal van beton, een
meter in middellijn. Indien ge ervoor zorgt
dat hij behoorlijk beschaduwd is, dat er
takken over heen hangen, zal het bijvullen
iimiiimiiiimimmiiiimiiimiimiiiimiimiiiiiiiiiitHkiiiiimiiiiimiiin
u weinig moeite kosten, want regen en
dauwdrop kunnen u dan goed helpen. Leg
ook wat stapels takkebossen neer, desnoods
op steunpaaltjes, want het wil nog al eens
gebeuren, dat daar ratten onder gaan nestelen
en dat zijn niet alleen ongure gasten in den
tuin, maar ook nog erge eierdieven en
nestroovers. En vooral vraag het handleidinkje
van jhr. Quarles van Ufford aan, want, hoe
gek 't moge klinken, uw wilde vogelboschje
eischt toch nog zorg en er moet van tijd
tot tijd ook in gesnoeid en gebroken worden.
Bijvoorbeeld een meidoorn, die gezond en
krachtig en onverlet doorgroeid, geeft ten
slotte aan de vogels weinig gelegenheid tot
nestelen, doordat de fijne doorntakjes in
alle richtingen door elkaar heen groeien.
Men moet dan sommige der dikste takken
afzagen; op de wond ontstaat een
takkennest, dat heel graag als woonplaats wordt
genomen door de merels. Maar ieder jaar
moet ge dat nest weer eventjes uitknippen.
Zoo zijn er tal van kleine kunstgreepjes,
waardoor men de vogels helpen kan en die
men ook wel voor zichzelf uitvindt, indien
men werkelijk met liefhebberij eenmaal deze
zaak ter hand heeft genomen. De heer Wolda
vat al deze bemoeiingen zeer gelukkig samen
in den term cultuur van in het wild levende
vogels en ik kan u verzekeren dat met deze
cultuur meer nut en genoegen bereikt kan
worden, dan met welke cultuur ter wereld
ook. Het is zeer te prijzen dat de Vereeniging
tot Bescherming van Vogels niet moede
wordt ons deze cultuur aan te bevelen en
ze voor ons gemakkelijk te maken. Mochten
haar geschriften u niet bereikt hebben,
dan kunt ge ze altijd nog aanvragen aan
het kantoor der Vereeniging, Rokin 69, te
Amsterdam.
JAC. P. THIJSSE