Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
14 April '17. No. 2077
V
INDISCHE
UITRUSTINGEN
VOORDEELIG5T
ADRES'.
AU BON
MARCHE
A.DEVRIE5&ZONEN
AMSTERDAM
ROTTERDAM
DEN HAAG
UTRECHT
BAAEIN
ffiififfffiimiiiiiiiiiiiiiiiifiiiiiiiiiiiijiiiiiiiimiiiiiiMiimiimimiiiiiiiiiiii
HET LICHAAM VAN DEN
SOLDAAT
Wie voor eenige maanden op een der vele
oorlogsfilms van Pathéheeft gezien, hoe de
Fransche soldaat achter het front zijn lenig
heid ontwikkelde met klimmen, loopen,
springen, crosscountries heeft zich natuurlijk
afgevraagd hoe zou 't in ons leger zijn?"
Er druppelde wel iets door over
lichameHoe onze recruten geoefend worden
Op den Legerdag te 's Gravenhage!
lijke opvoeding en sportdemonstraties, maar
de Nederlander is sceptisch en gelooft niet,
voor hij gezien heeft. De Leger en Vlootfilm
heeft den nurksen ten spijt in dit op
zicht bevrijding gebracht. Wij hebben nu
ook onze jongens in witte tricots en broeken,
met bloote beenen op de hei zien
aanmarscheeren en oefenen, wij hebben onze
soldaten met luste te water zien gaan en
den indruk gekregen, dat de
recruten-opleiding zich niet meer bepaalt tot
militairetechnische oefening, maar ook lichamelijke
geoefendheid, zorg voor ontwikkeling van
spieren, longen en hart in zich sluit. Die
twee zijn als de beide zijden van een me
daille of liever als twee handen krachtig
saamgehouden: wat beteekent een tirailleur
die bij een sloot zijn sprong niet durft of
mist, de soldaat die in een stormaanval
staat voor een muur, of die de ontbering
van den loopgravenoorlog met zijn wisse
lende temperaturen, zijn droogte, zijn vocht
niet doorstaan kan?
Vreemd is aan de soldatenopletfing de
fysieke cultuur nooit geweest; in de meeste
recrutendepöts zijn sinds lang
gymnastiek,,nïlifair
Vaardigheid» Diploma
Militair vaardigheids-diploma, waarvan"'in 1916 circa 3000 als belooning voor'
lichamelijke geoefendheid zijn uitgereikt
miiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiimiHiMiiiHiMiiiii
Brief uit Indiëaan
de Amsterdammer"
Terugblik
Weltevreden, 31 Dec. 1916
Bij het scheiden van het jaar gaan de
gedachten gereedelijk naar hen, die in den
loop daarvan van ons zijn weggegaan. In
de staatkundige en administratieve orde van
zaken wijst 1916 in dit opzicht voor Indi
een record aan, daar dit in den loop daarvan
n den Gouverneur-Generaal n den
vicepresident van den Raad van Indiën den
Legerkommandant n den Kommandant der
Zeemacht van zich zag scheiden.
Tragisch gevolg van een vliegongeluk,
was het heengaan van den
LegerkommanV-,
dant Michielsen wel het treffendste van deze
scheidingen.
Met den heer v. d. Houven van Oordt gaat
een doorkneed bureauambtenaar van conser
vatief gehalte heen, die-geen spoor achter
laat en over wien weinig rouw zal worden
gedragen. Daarentegen zal de naam van den
vice-admiraal Pinke verbonden blijven aan
den moeilijken tijd in het bestaan van Indië,
toen de plicht onvoorziens ging klemmen
om zijne neutraliteit te handhaven. De
kommandant van de zeemacht zag zich toen
met de zorgelijke verantwoordelijkheid belast
om met de beschikbare maritieme middelen
te waken tegen de pogingen van de Embden
om zich in afgelegen hoeken van on s
eilandrijk van kolen of andere benoodfcgdheden te
voorzien, avontuurlijke kolenschepen te be
waken en de herkomst van geheimzinnige
aethergolven op te sporen.
Het is hem mogen gelukken door zijne
leiding van de scheepsmacht de pogin
gen van de Embden om
NederlandschIndisch gebied of Nederlandsen-Indische
territoriale wateren tot een steunpunt voor
zijne strooptochten te maken, te verijdelen.
En toen in een volgend stadium van den
oorlog de muiterij te Singapore, de on
lusten in Britsch-Indië, de zendingen her
waarts van opruiende propagandageschriften
en van Douwes Dekker zoomede de bewe
gingen van verdachte schepen naar onze
wateren bij onze Engelsche buren de ver
denking, dat Nederlandsch-Indiëdoor de
Duüschers uitgezocht was als een steunpunt
voor agressieve bedoelingen tegen Engeland,
ernstige verhoudingen deed aannemen, was
het wederom de zeemacht, di* wakker moest
zijn om ditmaal vooral pogingen van Engel
sche en ook Japansche zijde Japansche
oorlogschepen namen met Engelsche deel
aan de bewaking der N.-I. vaarwaters tot
schending onzer onzijdigheid te voorkomen.
Wanneer eenmaal de bizonderheden van deze
dienstuitoefeningen onzer marine bekend wor
den, zullen de oogen opengaan voor hare
zware werkzaamheid en het beleid harer
leiding. Dan zullen tevens de oogen open
gaan voor de kortzichtigheid en aanmatiging
onzer pers om de gestrengheid te honen,
waarmede het verbod tot openbaarmaking
van bewegingen onzer marineschepen moest
worden gehandhaafd. Zoo over de hand
having onzer onzijdigheid in Indiëgeene
botsingen of moeilijkheden ontstaan zijn,
mag daarvoor dank worden geweten aan de
even waakzame als actieve leiding van het
Departement van Marine.
Zal de oorlog ook tot de scheidenden
behooren? De boodschap van den
Rijkskanselier, die verwachtingen daarop heeft willen
openen, heeft hier slechts ongeloovige Tho
massen gevonden. Zijn beroep op zijn ver
antwoordelijkheid voor God en de menschen
heeft hier bij de meesten slechts de levens
wijsheid op de lippen gebracht:
Als de vos de passie preekt,
Boer pas op je ganzen!
In het nauw gedreven, wordt de vos
vredelievend ter wille van zijn ganzen en
kippendievende loopbaan.
Ik bedoel met deze kwalificatie geen dis
kwalificatie. Het ganzen- en kippendieven
behoort nu eenmaal tot het geliefkoosde
bedrijf van alle staten In vroegeren en
lateren tijd. Het verschil is slechts, dat er ver
zadigde en nog onverzadigde ganzen- en
kippendieven zijn en dat de eersten de
zalen, geweerschermen is altijd beoefend,voor
lichamelijke geoefendheid staat de
militiewet-Colijn zelfs een verkorten diensttijd toe.
Maar 't was bijzaak en de idee van minister
Colijn, met haar voorgeoefendheid, is geen
succes geweest, omdat de gemiddelde Neder
lander na zijn, 12e of 13e jaar aan geen
lichamelijke oefening meer denkt. De gym
nastiek op school is zijn alpha en omega.
In vredestijd was de korte diensttijd noodig
voor 't bijbrengen van militaire-technische
kennis, er was weinig over voor wat anders.
Met den langen diensttijd, sedert de mobi
lisatie, heeft men de gelegenheid aange
grepen om van den soldaat een sterken,
handigen en behendigen man te maken.
Gemakkelijk was die lichamelijke oefening
zeker niet te organiseeren. Het gemobili
seerde leger in zijn groeiende uitgebreidheid
was een geheel nieuwe, moeilijk te
omvademen organisatie, ondervinding had men
weinig, leiders en hulpmiddelen, behalve dan
wat gymnastiektoestellen, ontbraken; van
systeem geen idee. Moest men de Duitsche
methode volgen met gymnastiek aan toe
stellen, als rekstok, brug en ringen, of de
Zweedsche, een systematische en harmo
nische spierontwikkeling in eentonige be
wegingen ; welke plaats moest de athletiek
hebben. Het ware een prachtige kans ge
weest voor alle theoretici om met die zaak
alle vak- en andere bladen te vullen om
aan 't eind van de mobilisatie niet tot een
conclusie te komen. Gelukkig heeft ons
legerbestuur de koe zonder veel gepraat bij
de horens gepakt en gestreefd naar 't goede,
't betere of beste aan de toekomst latend.
De afdeeling van het Algemeen Hoofdkwar
tier: Ontwikkeling en ontspanning van de
gemobiliseerde troepen" heeft de leiding in
deze zaak gehad en tactvol gewerkt, niet
door voorschriften, maar door opwekking
van plaatselijke en corpscommandanten. In
Juni 1915 ging van dat Bureau de aan
schrijving uit, dat alle militairen van Land
en Zeemacht 3 maal per week 1% a 2 uur
aan lichamelijke oefening moesten doen.
Het werd aan die Commandanten overge
laten, welken vorm zij wilden kiezen, slechts
de aandacht gevestigd op gymnastiek, athle
tiek en zwemmen. Het antwoord kwam toen
spoedig in, in den vorm van allerlei aan
vragen om geld voor inrichting van terreinen,
loodsen, leermiddelen en materiaal als speren,
discussen, stoot- en werpkogels, hamer- en
slingerkogels, polsstokken, voetballen, korf
ballen en dergelijke. Groot was de roep om
leiders, want 't spreekt van zelf, dat zoo iets
maar niet in den wilden weg op grooten
schaal kan gebeuren. Het Bureau O. O.
zoolaatsten met minachtig, vrees of wantrou
wen aanzien.
Zoolang de vrede voor het werelddillemma:
wolf of lam? de oplossing niet vermag te
brengen, dat alle menschen als lammeren
naast elkander kunnen leven, is hij een
expediënt, alleen in graad van het kwaad ver
schillend. De verhoogde druk der wapening,
der belasting en der straffe staatshand als
blijvende kategorie van het
staatsburgerschapleven, die de oorlog aan zulk een vrede
zou nalaten, zou het menschdom vermoedelijk
alom spoedig doen vragen: als dat de vrede
is, is het dan niet beter oorlog te hebben?
Onze voorouders wisten althans reeds, dat
van twee kwaden een geveinsde pais" niet
het beste deel vormde.
Ook voor Indiëis de verwachting, die
zulk ee i drogvrede opent, niet vrij van be
zwarende gedachten. Deze geeft te bevroeden,
dat naast de zorg van de wapening daar
dan ook de kwelling zal drukken van een
handelsoorlog met diens arsenaal van zwarte
lijsten, certificaten van oorsprong,
telegramcensuur en consulaire almacht. Een vrede,
die het menschdom verdeeld houdt in twee
tegengestelde kampen, tusschen welke het
handelsverkeer taboe verklaard is, opent voor
Indiëhet pessimistische vooruitzicht, dat het
door een van beide kampen of door beide
tegelijk in quarantaine gehouden wordt als
verdacht van overtreding van hei taboeverbod.
Deze vrees wint slechts voedsel in de ver
wachting, die gekoesterd wordt, dat Duitsch
kapitaal, Duitsche arbeid, Duitsche handel
en Duitsche scheepvaart, van Britsche kolo
nies vervreemd, met den vrede hun arbeids
veld in nog veel ruimere mate dan vroeger
in ons Indiëzullen gaan zoeken. Zal het lam
tusschen de wolven dan niet het kind van
de rekening worden ?
Het lam zal dan juist een atmosfeer be
hoeven, waarin het vrij kan ademen, om zijn
groei te kunnen volbrengen. Op zijn weg
naar zijn geestelijk en stoffelijk welzijn
verkeerend in een crisis door een innerlijken
drang naar nieuwe levensbanen en naar be
vrijding van oude banden zal het om ver
ruiming van zijn weten, kunnen en mogen
vragen. De crisis, welke het doorleeft, is een
groeicrisis: het wil zich zelf voor vol kunnen
aanzien en door zijne medeschepselen voor
vol aangezien worden. Het zal in deze groei
crisis geene beklemmende banden kunnen
velen.
Een drogvrede zou voor Indiëwerken als
een mistnevel op een vergezicht. Het ideaal
van arbeid en kapitaal, dat hier in een wijd
verschiet zich uitbreidt, wordt aan het oog
onttrokken wanneer de onveiligheid zich als
een wolk daarvoor dringt. Hoe blauwer
daarentegen de hemel over dat verschiet
ligt, hoe meer zich ieder, ook de Inlander,
daartoe aangetrokken zal gevoelen. Nauwe
lijks nog van de vruchten van dezen boom
der kennisse geproefd hebbende, staat de
Inlander nog angstvallig tegenover dit voor
hem nieuwe ideaal, welks aantrekkingskracht
hij veel meer dan andere bevolkingsgroepen
als de afdeeling voor ontwikkeling en ont
spanning in legerargot wordt genoemd
heeft toen eerst een aantal militairen, die
van de zaak iets afwisten in een cursus van
12 dagen eenige meerdere kennis bijgebracht,
niet in de illusie om daarmee deskundigen
van den eersten rang te kweeken, maar om
de zaak pp gang te brengen. En daarna meer
systematische en langdurige leergangen inge
richt, die dezen winter in volie werking zijn
geweest en waarbij ieder, die de gave
heeft om leider te worden, kan worden
gedetacheerd.
't Heeft niet overal even vlot geloopen.
Veel hing van 't inzicht van locale comman
danten af en niet allen voelden plotseling
warm voor het nieuwe, maar met wat op
wekking en aansporing van de zijde van
O. O. is veel bereikt. Zoo woonde verleden
jaar de Opperbevelhebber een oefening bij
van het Recrutendepot der Cavalerie, die
bizonder treffend was: 200 naakte kerels
met geen andere bekleeding dan de onver
mijdelijke schaamtegordel onder leidingvan
hun ritmeester, ook in Adams costuum,
gedurende een uur bezig, ergens op de hei
met hardloopen, hoogspringen, verspringen,
hindernisloop, speerwerpen en toen 't
afgeloopen was allemaal een bad in de beek.
't Was geen paradepaard ter eere van den
Opperbevelhebber, want zoo hadden die
mannen zich vier maanden lang eiken ochtend
geoefend. Vele vreezen misschien, dat zulke
evoluties anarchie kweeken en bandeloosheid.
't Tegendeel is waar: diezelfde troep is een
model van orde en stramheid,.wanneer 't
op een parade aankomt.
Zoo is dan bereikt, dat alle recruten thans
hun lichaam oefenen. Men vraagt naar welk
systeem. In 't algemeen is 't een massa
oefening van 50 man tegelijk en zóó dat
allen gedurenden den oefentijd voortdurend
bezig zijn. Bij de oude gymnastiek aan toe
stellen kan n mannetje tegelijk zijn oefening
verrichten, de anderen staan stil en zoo
beteekent een uur gymnastiek voor een
eenigszins groote klas niet meer dan een
kwartier beweging per hoofd.
Bij de meer athletische training, zooals
die nu geschiedt, kunnen velen tegelijk
werken: eerst komen de vrije- en ordeoefe
ningen, bewegingen met armen, beenen en
romp door allen samen uitgevoerd, dan
volgen spoedig speerwerpen, springen, hard
loopen e. d., waaraan wel niet steeds alle 50
tegelijk kunnen deelnemen, maar toch een
groot aantal, zoodat een uur oefening ook
vrijwel een uur beweging per man betee
kent. Afgeschaft is de gymnastiek allerminst:
in de recrutendepöts zijn de gymnastiekzalen
iniiiiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiMiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiliiiitiiliiii
voor zijne [ontwikkeling juist van noode
heeft. Het begint nu eerst zijn invloed op
hem uit te oefenen.
De Volksraad, die thans een wettelijk be
staan heeft erlangd en eerlang ook een fei
telijk bestaan zal verkrijgen, zal waarschijnlijk
dit streven naar expansie der Inlandsche
persoonlijkheid, dat nog gebrekkig onder
scheiden wordt en ook nog gebrekkig tot
uiting komt, duidelijker aan den dag doen
komen. Indien deze instelling de taak ver
vult om Regeering en wetgever op zoodanige
volkswenschen te oriënteeren, zal zij haar
bestaansreden beter staven dan met eene
volleerde techniek der begrootingsontleding.
Het getal van hen onder de Inlanders, die,
niet meer te vreden met eene metafysieke
eschatologie, ook het heil eener maatschappe
lijke eschatologie wenschen deelachtig te
worden, neemt meeren meer toe. Evenwijdig
daaraan gaat een begeerte naar eene bevrij
ding van de risicos van rechtsonzekerheid en
ambtelijke willekeur, waaraan zoowel het
bezit als de persoonlijkheid van den Inlander
blootstaan. Bij dezen is nog geenszins de
waarheid doorgedrongen van den regel:
Jus diligentibus scriptum, en, gewoon als hij
van oudsher is, dat er altijd anderen zijn,
die wat over hem te zeggen hebben, bederft
hij zelf zijn zaak door zijn lijdelijkheid tegen
over hetgeen hem overkomt. Nu moge men
wel verwachten, dat de bevrediging van den
wensch naar economische expansie in meer
dere of mindere mate ook het geneesmiddel
zal blijken tegen deze kwaal, men mag
echter niet voorbijzien, dat ook de wetgever
tot dezen toestand bijdraagt door zijn uur
werk niet met den tijd gelijk te zetten.
in eere gebleven, maar haar aantal is uit
den aard der zaak beperkt en haar inrichting
kostbaar.
Velen zijn natuurlijk de middelen om deze
oefeningen voor de mannen aantrekkelijk te
maken; vooreerst het vaardigheidsdiploma,
dat wordt uitgereikt aan hen, die aan zekere
eischen voldoen. Gering zijn die eischen
niet. Om een voorbeeld te geven: voor 't
loopen geldt de klassieke trits: duurloop,
snelloop, hindernisloop. Voor de eerste wordt
geëischt 15 minuten loopen in een tempo
overeenkomende met looppas, voor de tweede
100 meter afleggen in 14 seconden, voor de
derde een hindernisloop afleggen over vijf
hindernissen, die op 7,50 meter onderlingen
afstand zijn opgesteld, terwijl de eerste is
geplaatst op 15 meter afstand van het begin
van den aanloop. Elke hindernis is hoog
0.65 meter. De afstanden van 7.50 meter
moeten elk met 3 passen worden doorloopen.
Het geheele programma omvat een 11 tal
oefeningen van kracht en vlugheid. Er zijn
Touwklimmen van onze soldaten
in!916 circa 3000 dezer vaardigheidsdiploma's
uitgereikt.
Dan is er de sportdemonstratie. Wij, Am
sterdammers, herinneren ons van verleden zo
mer den Leger- en Vlootdag, waarin de besten
zijn uitgekomen en goed werk is gezien.
Maar daarnaast heeft 't Bureau O. O. een
demonstratie pp Houtrust in Den Haag op
touw gezet, niet voor de besten maar voor
de gemiddelden als stuk van overtuiging,
dat iedere man iets kan presteeren. Elke
compagnie heeft daarheen 50 man gezonden,
die gezamenlijk optrad, waarin de
individueele prestatie opging in die van de groep.
Dat die demonstratie een succes is geweest
is 't groote compliment, dat aan leiders van
de lichamelijke opvoeding in ons Leger kan
gemaakt worden. Zij toch leverde het
onomstootelijke bewijs, dat in elke Compagnie
vijftig man waren, die met goed gevolg de
oefeningen hadden bijgewoond.
Recordprestaties werden er natuurlijk niet gemaakt,
maar daar gaat 't ook niet om;
nrecordhouder wint geen oorlog, wel een groote
groep van mannen, die lichamelijke flinkheid
aan durf en uithoudingsvermogen paren. En
zulke heeft ons leger er nu, na dit novum
in onze recrutenopleiding, velen.
FRISO
Het sprekendst voorbeeld daarvan levert
wel een landstreek als de Minahassa, door
wijlen mr. van Deventer na terugkeer van
zijne laatste reis naar Indiëde twaalfde
provincie van Nederland genoemd. Voor
honderd jaren nog samengesteld uit
Alfoersche wilden, in bosschen levende en
koppensnellende, is de bevolking nu goeddeels in
hare begrippen en levensvoering
vereuropeescht. Men zou verwachten, dat haar rechts
toestand deze ontwikkeling had medege
maakt. Geen Minahasser zal echter weten
te zeggen, welk concreet recht voor hem
geldt. Dit is weder een van de zegepralen
van de bureaukratie over het gezond ver
stand. Een vijftiental jaren geleden werd
reeds aan Mr, Carpentier Alting opgedragen
een landrecht voor de Minahassa samen te
stellen. Sedert kwam echter de vraag tus
schen beiden: adatrecht of unificatie van
recht op den grondslag van het
Nederlandsch recht? en deze twistappel werd
voor de bureaux belangwekkender dan de
behoeften van het volk.
Vooral nu een Volksraad de deur opent
voor de nadering van eene intensieve poli
tiek, die eenerzijds baanbrekend werkt om
nieuwe bestaansmiddelen voor den
opkomenden Inlandschen middenstand te ontslui
ten zoomede in het algemeen het arbeidsveld
voor handel en nijverheid te verruimen en
anderzijds er op uit is belemmeringen voor
de expansie der Inlandsche persoonlijkheid
weg te nemen, zou zoodoende een ongezonde
haat en twist ademende vrede als sta-in-den
weg voor de ontwikkeling al heel slecht te
stade komen.
Het scheidende jaar mag geen uitgeleide
worden gedaan zonder de goede gaven te
herdenken, die het aan Indiëgebracht heeft.
Het is handel en nijverheid daarin naarden
vleesche gegaan. Voor de cultures, den in
voer- en den uitvoerhandel, het bankwezen,
de spoor- en tramwegen, de fondsen markt
en zelfs de speculatie heeft de goudstroom
zonder uitzondering rijkelijk gevloeid niet
tegenstaande hooge vrachten, schaarschere
scheepsgelegenheid en Britsche
blokkadepolitiek. Het tafereel zou te mooi zijn voor
deze aarde, zoo daaraan niet een schaduw
zijde ontbrak. Bij het ten einde loopen van
het jaar hoorden wij niet meer of minder
dan dat ook onze scheepvaart naar Neder
land grootendeels of misschien geheel mede
tot de scheidenden zal behooren, gedwongen
door het machtwoord van den
Nederlandschen Minister van Landbouw, Handel en
Nijverheid. Of daarbij aan de Indische be
langen gedacht is, werd er niet bij vermeld.
Deze scheiding is de pijnlijkste van alle en
kan voor Indiëeen onberekenbaar zware
slag zijn.
S. J.
(Teekeningen van J. Lig t er)