Historisch Archief 1877-1940
18 Aug. '17. No. 2095
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
VISCHCONSERVENFABRIËK un| l AND1A"
Bergen op Zoom. Tel. 278. SjnUI-l-HllUIH ?
fl. 1.60
fl. 2.50
->- fl. 3.50
Vraagt Uwen winkelier onze
prima Noorsche gekruide
ANCHOVIS in onze origineele
vaatjes van
Wij staan uitsluitend in
voor de Noorsche Anchovis
in ONZE verpakking.
Bij geregeld gebruik van
Racahout
e. p.
verandert
Zwakheid
in
Kracht.
Per flacon: f 1.50 - f 0.80
kunnen niet wachten
Onderwijzers-Salarissen
In een klein dorp vierde de dorps
onderwijzer zijn 25-jarig ambtsjubileum.
Heel het dorp was feestelijk versierden
des avonds bracht de dorpsfanfare hem
een serenade. De burgemeester hield
daarbij een toespraak vol geestdrift
voor den jubilaris en aan het slot riep
Zijn Kdel Achtbare met luide stem:
Lang zal onze meester leven". Een der
aanwezigen, blijkbaar humoristisch aan
gelegd, riep onmiddellijk als antwoord,
daarbij doelende op 's meesters karig
inkomen: Waarvan 't"
Ons goede vaderland en (om in den ouden
deftigen trant te blijven) ook deszelfs re
geering en staat en gemeente kunnen er
zich op beroemen, dat zij wat hunne taxatie
van de onderwijzers betreft op n lijn staan
metSpanje,TurkijetRusland,Italiëendergelijke
achterlijke landen. Dit geldt niet van de
afterdinner speeches bij feestelijke gelegenheden
en op verkiezings-vergaderingen. Integen
deel, als de Nederlandsche onderwijzer
van woorden, gewoonlijk zelfs sierlijke en
mooie woorden, kon leven, dan had hij geen
gebrek, dan leefde hij in een paradijs. De
houding van den Nederlandschen Staat
tegenover een groote groep zijner meest
verdienstelijke ambtenaren is die van een
vrekkig patroon, die dan pas overgaat tot
loonsverhooging als hem het mes op de
keel wordt gezet.
Alle lotsverbetering die de Nederlandsche
onderwijzer (wij bedoelen hiermede zoowel
de bijzondere als de openbare) tot nog toe
verkregen heeft, heeft hij te danken aan twee
factoren: Ie gebrek aan leerkrachten, 2e de
aktie zijner vakvereenigingen.
Aan het goede hart, aan de humaniteit
van zijn werkgever heeft de Nederlandsche
onderwijzer niets, letterlijk niets te danken.
iiiimiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiMiiMiiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii MI
Het is wel eens een enkele maal gebeurd
dat er een of andere maatregel om den
stoffelijken welstand der onderwijzers te
verbeteren in vooruitzicht werd gesteld, maar
dan was dat gewoonlijk in het jaar dat de
verkiezingen in zicht waren. Een verkiezings
manoeuvre dus. Waren de verkiezingen
voorbij dan ging het zaakje den bekenden
doofpot in.
Geen wonder, dat er bij de onderwijzers
een groote verbittering is gekomen.
Ook zij zijn uit hunne tenten gekomen en
laten hunne stem hooren.
Maar onderwijl blijft alles bij het oude.
De economische toestand van het
meerendeel der Nederlandsche onderwijzers wordt
geweldig precair, hij zakt maatschappelijk
gesproken hoe langer hoe meer naar beneden
en ondanks alle bovenmenschelijke pogingen
staat broodsgebrek bij hem voor de deur.
En de machthebbers, de regeering? Als
wij hooren, wat deze lieden zeggen, 'dan
denken wij altijd aan het antwoord, dat
Louis Philippe gaf aan de werkelooze
zijdewevers te Lyon toen zij bij hem kwamen
met hunne klachten: Ik kan er slechts bij
schreien, maar hulp geven kan ik niet."
Wij weten niet, hoe de arme stakkers te
Lyon dit antwoord hebben opgenomen, maar
wij onderwijzers zijn niet van plan om ons
met een algemeenheid of een sympathiek of
medelijdend woord te laten afschepen.
Ja maar zal men zeggen is het nu wel
zoo erg als menbe weert. Nu, het is moeilijk
om precies met cijfers te constateeren hoe
groot de ellende is, maar men zij gerust de
ellende onder de Nederlandsche onderwijzers
is buitengewoon groot.
Een bekend staatsman en partijleider heeft
eens, sprekende van de arbeiders, gezegd,
dat deze niet konden wachten geen dag en
geen nacht. De arbeiders hebben niet gewacht
tot zij van boven af geholpen werden, zij
hebben zich georganiseerd en gaan nog
steeds daarmee voort. De groote toename
van het Nederlandsch Verbond van Vak
vereenigingen is daarvan een sterk sprekende
illustratie. De onderwijzers zijn in veel
grootere mate dan de andere arbeiders van
T, Wat ge daar aan doen moet, mijn waarde?
Absoluut niets, heelemaal nietsl"
Ik vraag u dit, omdat mijn vadej, mijn
moeder en ik ons dikwijls afvragen, of er
geen middeltje voor zou bestaan."
Neen, vriend, dat bestaat niet. Tot op 't
oogenblik heeft de wetenschap nog geen
afdoend middel gevonden om een gunstig
resultaat te bereiken. Sommige
buitenlandsche geneesheeren beweren dat deZweedsche
gymnastiek, de uitrekking van het lichaam
van een kind, gunstige resultaten zou op
leveren. Om de waarheid te zeggen, heb
ik voor mij volstrekt geen vertrouwen in
die verschillende behandelingen."
Welke behandelingen meent u?"
Ik houd er niet van om technische ver
klaringen te geven; ge zoudt me verkeerd
kunnen begrijpen... En daarbij, het is nood
zakelijk om de daarvoor benoodigde toe
stellen te bezitten.
Men probeert b.v. een zacht deel uit te
rekken, door het op bepaalde wijze te strek
ken. Dat is echter een zeer nauwgezet werk
en moeilijk te doen."
Twee uur later, toen Jean-Baptiste op de
boerderij terug kwam, zag hij Hyacintte op
het punt om naar den zolder te gaan.
Drie-turven-hoog" «tond reeds met een
voet op de vijfde sport van den ladder.
Wacht even, Hyancinthe!" riep Jean-Baptiste.
Waarom ?"
Jean-Baptiste verklaarde:
Welnu, ik heb lust om een weddingschap
met je aan te gaan. Je ziet wel de achtste
sport van de ladder, die op de hoogte Is
waar je nu je handen hebt ? Nu, ik verwed
er twee pop onder dat je die sport niet kunt
vasthouden als ik je aan je beenen trek, en
dat je ze los moet laten."
Gedurende vijf minuten hing Jean-Baptiste
met al zijn gewicht aan de beenen van
Hyacinthe: Hyacinthe liet niet los.
Jean-Baptiste liet de geheele maand juni
niet na een beroep te doen op den trots van
zijn collega. Er kon geen bezoeker op de
boerderij komen, of hij zeidetothem: Hy
acinthe is niet groot, maar hij is steviger
dan hij er uit ziet."
Verheerlijkt met den lof hem voor zijn
krachten toegezwaaid, haastte Hyacinthe zich
er aan toe te voegen:
U gelooft het niet? Toch is het waar...
wanneer ik aan mijn handen aan de ladder
ga hangen, kan Jean-Baptiste, zoo stevig
als hij is, zoo dikwijls hij wil me aan de
beenen trekken, zonder dat hij in staat is
mij er af te krijgen. Kom eens mee om dat
te zien "
Einde Juni had Hyacinthe, doordat hij zich,
soms meermalen per dag, aan die krachtproef
onderwierp, blaren in de handen. Hij was
evenwel nog geen duim langer geworden.
Donders nog toe l bromde Jean-Baptiste ..
Uit welken stof is hij toch gemaakt, die nare
kerel ? Als hij van ijzer was, zou ik hem
mettertijd toch wel uitrekken l Als ik hem
op zijn kop sloeg, zou ik hem misschien
wel kunnen doen inkrimpen ... Maar om
hem te laten groeien door hem aan zijn
pooten te trekken, ik geloof, voor den drom
mel, dat ik dat wel laten kan."
In Juli had Jean-Baptiste nog honderde
verschillende pogingen gedaan, evenwel alle
zonder resultaat. Drie-turven-hoog" was
en bleef drie turven hoog.
In het begin van Augustus verscheen op
een morgen Hyacinthe niet op de boerderij.
Jean-Baptiste ging op onderzoek uit en
vernam dat zijn collega vrij erg ziek was;
een zware koorts hield hem te bed
Drie weken daarna, toen Hyacinthe zijn
werk weer hervatte, vertoonde hij zich zeer
bedroefd.
Wat heb je toch?"vroeg hem Jean-Baptiste.
Niets ik heb niets.''
Plotseling, nadat hij hem oplettend had
aangezien, schreeuwde Jean-Baptiste:
God allemachtig! God allemachtig! Neen,
ik droom niet! Zou je gegroeid zijn, mijn
jongen ? Men zou zeggen dat je gegroeid
ben !..."
Ja dan, ik ben gegroeid."
Is het werkelijk zoo? Meen je dat?"
Ja waarlijk, het is zoo. Op 't oogen
blik meet ik 130 centimeter."
J.S.MEUWSEN
Hoideo an
Moda-Miguüiiiii.
AMSTERDAM.
Leidschestraat 4,
B.passage h. D.rak,
Dam s t raat h. Nes,
Doelenstr. h Ach
terburgwal.
ROTTERDAM.
Mosseltrap 3,
Boymanntraat 8.
BLINDGEBQRENEH
doofstommen, idioten, en
ONGENEZEN GEBLEVEN
patiënten van Chr. Scientists, geneest
door UITBREIDING hunner
praktijk H. G. T H l E M E,
Den Haag, Denneweg 25a
N. V. Maas- en Waterweg
Maatschappij tot bevordering van de vestiging van
Industrieën te SCHIEDAM EN OMSTREKEN
Lange Haven 3 Tel. «3 Schiedam
Verleent haar bemiddeling bfj den Aan- en Verkoop van Panden en
Industrieterreinen en het verschaffen van Bedrijfskapitaal.
B.Y.D.HEIDE
HIJJY6IJ3SUM
's-Grayel.weg. Tel. 1160
ARTISTIEKE
MEUBILEERING
SPECIALE ONTWERPEN
'l
l HEEREN MODE-ARTIKELEN l
l - HEERENSTRAAT 12, GRONINGEN - S
H TELEFOON 1083 =
iiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimmiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiina
'OXYDOL'
(CHLORAS KALICUS TANDPASTA)
45 cent p. Tube.
tal. Yeno. STil & Co.
Chemische Fabriek ,/s-Hage"
's-GRAVENHAQE.
BUET ADRES
VOOR
HEERENKLEEDING
H.J.LOOR.Utrecht
iiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiHMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiHNiiiiiiiiiiiniiii MiiMHMimMMiuiimmiummiiii RiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiitniiniiiiitniiinniininiiiiniitiiiiiiiHiiiiiifiiiiMiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
de regeering afhankelijk. Zeker zij kunnen
zich organiseeren (en dat hebben zij gedaan)
maar de regeering moet hier ingrijpen. De
regeering van ons land mag niet toelaten
dat vele duizenden onderwijzers met kommer
en ellende worstelen zoo al niet uit huma
nitaire overwegingen, dan toch zeker uit
maatschappelijke overwegingen. Als zij met
de armenllover elkaar geslagen toeziet dat
de Nederlandsche onderwijzer een
lompenproletarier begint te worden, dan zal zich
dit en niet in de allerlaatste plaats aan het
onderwijs wreken.
Het is boven menschelijke kracht, dat de
onderwijzer door kommer en zorg gekweld
toch de noodige frischheid en veerkracht
zou kunnen behouden als hij eiken dag het
dreigend spook der ellende dichter bij zich
ziet komen. En dan zal het aan zijn werk
kracht in zeer groote mate schaden en dus
ook aan het onderwijs en daardoor aan de
maatschappij. De regeering is dus gewaar
schuwd. Wil zij de volkskracht onzer natie
behouden, wil zij aan onze kinderen behoor
lijk onderricht doen geworden, dan dient zij
te zorgen, dat de onderwijzer uit zijn ellende
zal worden verlost, dat hij niet angstig met
het oog op zijn inkomen eiken dag vraagt:
Wat zal het einde zijn?".
J. A. BEROMEIIER
MIIIIIIIIIIMIIIMItlllllllllMIIIIIIIIIIMMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHtll IIIHIIIII
Nocturne
Straks rolde nog de donder
in vlammende wolkenschacht
en nu de pure, wonder
verstilde, schemermilde,
de heil'ge zomernacht.
Een fluist'ring in de twijgen,
een vogelroep juub'lend rein,
dan dieper, dieper 't zwijgen
en even teer een beven
van verren weerllchtschijn.
Zoo licht en stil ont zweven
gevoel ik der dagen strijd,
de pijn van 't luide leven;
zoo vroom in vredig droomen
omspreidt mij d'eenzaamheid.
J. W. VAN ClTTERT
Och je, arme jongen, geloof me, dat vind
ik echt vervelend voor je !"
Hyacinthe was gegroeid! Hij was nu 130
centimeter l... Jean-Baptiste durfde evenwel
nog niet te juichen.
Verduiveld dacht hij l meter 30 is
nog niet de hoogte van een berg. Die deug
niet, hij is toch nog in staat om opnieuw
de kleinste loteling te zijn dit jaar en het
jaar daarop.
Deze vrees van Jean-Baptiste bleek echter
niet bewaarheid te zullen worden. Van
130 centimeters was Hyacinthe in October
reeds meer dan 136 geworden. Van 136
overschreed hij in December de 143. De
laat komende groei is soms de meest
krachtigste. De natuur neemt dan zijn
revanche. Met een duizelingwekkende snel
heid haalde Hyacinthe den verloren tijd in.
Hij werd steeds grooter en grooter. Het is
duidelijk dat, als men het geduld had ge
had hem gedurende vier en twintig uur
onafgebroken te aanschouwen, men hem
zuiver had kunnen zien groeien.
In Januari 190.. vertelde Hyacinthe droevig
aan Jean-Baptiste dat zijn lengte opnieuw
met eenige centimeters was toegenomen.
In Februari klaagde Hyacinthe aan
JeanBaptiste over zijn van nu af vervlogen
hoop. Evenals in Januari antwoordde deze:
Och, kom, waarom zal je daarover treuren,
heb je geen goed beroep V Ik ben het toch
ook wel, ik, boerenknecht. Ben ik daar
treurig om ? Men verdient een karig stukje
brood. En in elk geval is men daarom niet
ongelukkiger."
In Maart, toen Hyacinthe voor de tweede
maal onder de maat moest voor de keurings
commissie, werd hij niet goed voor den
dienst" verklaard. Dat was echter niet om
dat hij .vijftien, tien, vfjf centimeter te klein
was; om de vereischte lengte te halen
mankeerde hem slechts n centimeter, n
enkele centimeter: hij mat l meter 54.
Hield Hyacinthe op te groeien in April,
in Mei, in Juni ? Neen, maar Jean-Baptiste
hield op zich voor den groei van zijn makker
te interesseeren. Zonder er bijzonder belang
aan te hechten, constateerde hij drie maanden
De Schorsing van het Eindhovensche Dagblad
Teekening voor De Amsterdammer" van Jordaan
Mars: Ereis kijken, juffertje, of ik jou niet kan kortwieken l
later dat Hyacinthe een alledaagsche lengte
van l meter 62 had bereikt. Evenzoo, zonder
bijzondere belangstelling, bemerkte hij weer
drie maanden later dat Hyacinthe langer
was dan hij, die l meter 69 haalde. Het
was opnieuw zonder er eenige waarde aan
te hechten, dat hij, nog drie maanden later
bemerkte dat Hyacinthe uit de hoogte op
vader Macheux kon neerzien, die toch de
niet-alledaagsche lengte van l meter 78 had.
Wat kon het hem schelen dat eiken dag de
afstand tusschen Hyacinthe's kruin van zijn
hoofd en voetzooien toenam ? Zijn collega
kon in elk geval geen engagement aan het
Groot Circus van Dyon" meer krijgen op
een prachtig salaris!
Voor de derde en laatste maal is gisteren,
5 Maart 190.., Hyacinthe voor de keurings
commissie verschenen. Met een koddig
gezicht wendde de majoor zich tot den
dienstdoenden sergeant. Sergeant" beval
hij wees zoo goed en haal me eens even
een marine-kijker. Ik bemerk wel dat er
een geheel naakte burger voor mij staat.
Ik bemerk dat hij buitengewoon magere
kuiten en dijen heeft. Ik zou echter ook wel
wat van zijn gelaat willen zien. Zijn hoofd
is echter zoo hoog verheven dat ik met geen
mogelijkheid er iets van onderscheiden kan."
Hyacinthe Letoche was de eerste keer door
de keuringscommissie weggezonden omdat
hij recht had op den spotnaam
Drie-turvenhoog". Hij werd, voor de derde keer afge
wezen omdat hij recht zou gehad hebben
op den spotnaam van
Driehonderd-turvenhoog".
Geholpen door Jean-Baptiste was Hyacinthe
gisteren morgen bezig den mesthoop over
te brengen. Vader Macheua kwam haastig
het erf op. Hij hield in de hand een nummer
van den Per/7 Quotldien.
Hédaar! Hyacinthe,Jean-Baptiste riep
hij kijk eens hier! Er staat weer een
portret van Hyacinthe in den Petit Quotidien.'"
Mijn portret?" vroeg verwonderd Hyacinthe.
Zijn portret?" vroeg met verwondering
JeanBaptiste.
Hyacinthe maakte zich meester van het
nummer van den Petit Quotidien. Twee
jaren terug was Jean-Baptiste verplicht ge
weest zich dubbel te vouwen om tegelijk
met zijn makker het artikel te lezen waar
boven stond De kleinste loteling van
Frankrijk". Ten einde het bericht waarboven
stond De grootste loteling van Frankrijk"
over de schouders van zijn makker heen
te kunnen ontcijferen, moest hij nu op een
trapje staan.
Aan het hoofd van de tweede bladzijde,
gaf Petit Quotidien het portret van Hyacin
the Letoche. Daaronder stond eene korte
verklaring:
Hyacinthe Letoche gisteren voor de
keuringscommissie te Dyon verschenen.
Hij is, dit jaar, de grootste loteling van
Frankrijk. Hij meet l meter 99. Hij
weegt 81 kilo's!
Jean-Baptiste en Hyacinthe waren dezen
morgen verder bezig aan het roskammen
en borstelen van de merrie. Vader Macheux
kwam hen, hevig aangedaan, in de stal
bezoeken.
Daar is weer een brief voor je, Hyacinthe.
Dat begint, potdorie, weer als voor twee
jaar, jongen, dat ze zich allemaal met je
gaan bemoeien. Op de enveloppe staat ge
schreven : Groot Cirkus van Dyon".
Hyacinthe heeft de envelop verscheurd.
Met een beverige stem las hij:
Mijnheer,
Zooeven hebben wij in den Petit Quo
tidien uw nieuwe portret gezien. Bravo!
Dit schrijven is dienende U een ver
bintenis voor tien jaar bij onzen troep
aan te bieden. Wij zullen U vijf hon
derd francs per maand betalen.
Gij zult optreden in een nummer ge
naamd : De grootste loteling van Frank
rijk" in uniform van kurasier, met het
kleinste hondje van de wereld naast U.
Indien, wat wij hopen, ons aanbod U
bevalt, kom dan met den eerstvolgenden
trein !
* ? V