Historisch Archief 1877-1940
24Nov. '17. No. 2109
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Bafp£refraa( 32 ^oogefraaf 31
imiiiiiiiimiiiiiiiiiimmiiiitiiiiimiiiniiiimMiiiiiiiminiiiitiiniiitnim
RODIN (1840-1917)
£e«e karakteriseering,
,.. Natuurlijk een Hartstochtelijke; natuur
lijk een beeldhouwer van het Impressio
nisme; natuurlijk een zoeker van t leven,
dien, glorie-zat, de dood nu versloeg....
Rodin is een der groote krachten van de
beeldhouwkunst in de negentiende eeuw.
Hij heeft de langzaamheid der kracht in en
bij 't ontplooien van zichzelf; ik schreef
eens dat zijn leven het tillen lijkt van een
zwaren steen." Maar al kwam de ontplooiing
langzaam, onmiddellijk was er zekerheid
omtrent de echtheid van dezen mensch; in
'64 al toen hij .den Man met den gebroken
neus" maakte. Het beeld wordt geweigerd;
maar van daar af begint het geduldige te
wachten van Rodin. Hij weet zeker wie hij
is, en hq wacht. Hij leest. Hij werkt in
Brussel (-77): hq reist in Italië, hij copieert
Rubens, hij bewondert Rembrandt. Hij reist
door Frankrijk. In 1877 is op den salon
de Ontwakende", een afgietsel" zeggen
de onkundlgen. Rodin zwijgt; een talent kan
zwijgen. Maar Rodin heeft altijd vrienden
gehad, die het noodige deden: het zoo
geheeten afgietsel" wordt door den Staat
aangekocht (1880). Plm. 1878 begint hij zijn
Johannes den Doop»,den schrijdenden Man.
In 80 is déze zeker gereed. Het is de
houding zoozeer menschelijk van den gang."
Het beeld is meer, Het is de betoogende
man. Rodin wou toen hij jong was rede
naar worden; hier is een spreker. Het
beeld heeft niets van de geslotenheid der
Aegyptische statuen, ik weet het, ik weet
het, ik weet het maar het is het Leven,
het is de schrijdende, het is een Levende.
En ik wil niet theoretiseeren vandaag bij
llllllllllllllllllllllllUtlllIlllUIUIIIIIlllUlllimilMllllllllllltllllttmitlllltll
FRANKRIJK'S KRACHT
The peculiar natlonal spirit
of France is one of the great
bulwarks and resources of
civllization." C. W. ELIOT
Wat ons altijd weer treft in dezen oorlog,
is wel de vastbaraden houding van het
Fransche volk tegenover al de ellenden, die
het zoo meedoogenloos teisteren en meer
dan eens heeft men zich dan ook in het
neutrale buitenland afgevraagd, hoe die
waardig! standvastigheid in overeenstem
ming is te brengen met de langzamerhand
traditioneel geworden Fransche
lichtzinigheid. Trots de groote liefde, die hier in
Holland gevonden wordt voor Frankrijk,
voor zijn taal, zijn letterkunde, zijn kunst,
zijn beschaving, trots waardeerende arti
kelen in dagbladen en tijdschriften, schijnt
men toch vrij onwetend te blijven ten op
zichte van Frankrljk's innerlijk leven, ten
opzichte van zijn individualiteit. In het jaar
1897 heeft wijlen prof. dr. A. G. van Hamel
reeds getracht in zijn redevoering, uitge
sproken bij de overdracht van het rectoraat
der rijksuniversiteit te Groningen, -aan te
toonen, wat men dient te verstaan onder
de Fransche ziel en welke zeer groote
moeilijkheden zich voordoen bij het zoeken
naar l'ame frangilsi" in de letterkunde en
taal van Frankrijk. Zeer juist heeft d»
Groningschehoogleeraar het collectief-geestelijke
element van de Fransche natie ontleed en
zeer grondig heeft hij in zijn rede aange
toond hoe waar Alfred da Vigny's woorden
waren : Ie peuple francais si homogene, si
ramassédans son unité. Voor ieder, die een
blik wil slaan in de wonderbaarlijke eenheid
en concentratie van het nationale leven in
Frankrijk, waarvan de oorzaak zeker voor
het grootste deel in de politieke geschie
denis van Frankrijk is te zoeken, waarvan
de overheerschlng van Parijs over de pro
vincie tegelijk een der hoofdfactoren en het
symbool mag heeten, en waaruit, tegenover
den landgenoot, in weerwil van alle ver
schil, een sterk gevoel van solidariteit,
tegenover eiken buitenlander een gevoel
van anderszijn geboren is", zal deze rede
een openbaring zijn. 1)
Het spreekt van zelf, dat de tegenwoordige
oorlog, hoogstwaarschijnlijk meer dan ooit,
die deugden van solidariteit, van concen
tratie, van nheid naar voren heeft ge
bracht en de talrijke Fransche publicaties
van den laatsten tijd hebben dan ook bij
dezen doode; ik wil het Leven erkennen.
En deze gaande Johannes, hij is een Wezen,
en een Zijn, tusschen de beelden van het
Luxembourg. Er zijn, ook daar zelfs, te vele
van vaardigheid alleen, van alleen het ver
vloekte werkmanschap, dat een ontkenning
is van de Ontroering. Er is daar te veel
fan het dorre brood, dat niet voedt maar
Rodin's Johannes, en de Jonge Man, die uit
den slaap ontwaakt, zijn menschen; bloed
en vleesch, werd brons. En dit Is veel. En
hij de maker van menschen maakt voor de
In '79 hem bestelde Hellepoort, een Adam
(die vernield werd) en de Eva, de eerste
moeder. Deze Hellepoort die onder Dante's
vers en Rodin's handen groeide moest van
alles bevatten. Bovenaan zouden de Drie
Figuren staan, de Schaduwen" zooals ze
wel hun dwingende naam heeten, en het
Beeld van den Denker, en van den Dichter
zou daar ook zijn. En er onder moesten de
hartstochten zich bewegen, alle Begeerte;
alle Hebzuchten. Daaronder zouden de
menschen bewogen worden in allerlei ge
heime en toch natuurlijke groepeeringen;
in allerlei stand; wenschen en droefheèn
uitdrukkend. Het moest het Diepe leven
worden, naakt aan den dag, voorgesteld;
het uitgesproken en het verholene, het
glorievolle en het verzwegene, wat wij
bekennen en wat wij ontzien; ons geheim,
zijn geheim; zijn roem, onze roem....
In 1884 krijgt hq de opdracht voor de
Burgers van Calais": dat in '95, en niet
zooals Rodin wilde, in de stad is geplaatst.
Dit beeld is een nieuwe overwinning van
zijn talent, van zijn volhouden, van zijn
zwijgend doordringen. Het is zijn meest
Gothlsche groep; het is vol overweging en
vol voorbereiding
Het feit dat voorgesteld wordt, is bekend.
Zes der voornaamste burgers van de stad,
woest, alleen in hun hemd gekleed, met de
sleutels der stad bij zich, den belegerenden
koning tot ontzien van Calais bitter bidden.
Maar dat is de historie alleen: wat is er
aan het beeld ? Het is een uiting van een
overweging in Rodin. Rodin wist dat te vele
der beelden in de lucht schraal en schamel
worden van volumen. Hij wilde dat zijn
beelden rijker stonden in de atmosfeer, in
dag- en avondlicht dan da andere. Hij
accentueert daarom sommige partijen. Hij ac
centueert daarom sommige partijen bij deze
smeekende Burgers", van allen leeftijd; de
een jong en wanhopig, een andere bedaagd
en verbeten, een derde droef en moedeloos;
twee vastbesloten alle mager, moe, uit
geput.
Dit beeld, deze groep; ze was tarijk ge
worden onder Rodin's werken. Een beeld
was gevraagd. Zes gaf Rodin er; en hij
maakte van ze een ongewone eenheid; het
werk is naar binnen gekeerd
Tusschen 85 en 92 maakt hq ander werk:
bustes; Vlctor Hugo, Dalon, Proust, Becque,
Mirbeau, Marx, Rochefort, Puvis de
Chavannes en Jean Paul Laurens; naakten voor
de Burgers; hij begint zijn Hugo.... Hij
maakt menschen", geopenbaarde karakters.
Hij zou Balzac maken
In 1805 krflgt hij de opdracht. De Sociét
des Gens de Lettres bestelt hem den Bal
zac. Rodin is een vereerder van den
schrqver; hij aanvaardt de opdracht. Hq verza
melt alle portretten; leest wat Lamartine
over hem schreef. Hij gaat naar 't land van
Tours; hq laat niets na. Hij modelleert
naakten weer; niet een, maar zeven. Hij
maakt dan dien Balzac, dien de bestellers
weigeren. Het werk was met de Baiser"
pp den Salon van 1898. De schrijver staat;
in een badmantel die op een pij gelijkt. De
groote kop is achterover geworpen. Alles
is, aan 't beeld, vereenvoudigd. De plooien
zijn weinige. De mouwen zijn leeg, en
hangen naast het lichaam haast. Den
z waren kop en den zwaren nek, dat wou
Rodin geven. Hij wou Balzac toonen, den
geteisterden, scheppenden, genius. Rodin,
een maker van menschen in brons en in
marmer, wou een anderen maker van men
schen laten zien; een element, vol worden,
en scheppen.
En sterker om dit alles te bereiken, en
llinttHlllllllllUUtlllllllllItllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
voorkeur de aandacht op die nationale eens
gezindheid gevestigd, waarin Frankrijk's
grootheid in de eerste plaats gezocht dient
te worden.
Maurice Barrès, dia reeds een heele serie
geschriften over l'ame francaise et la guerre"
publiceerde, heeft kort geleden de letterkunde
van zijn land verrijkt met een boek, waarin
ook hij op de onverwoestbare eenheid en
saamhoorigheid van het hedendaagsche
Fransche volk wijst. In dat boek, getiteld
Les diverses families spirituelies de la
France,"2) heefthij meesterlijk aangetoond,
dat het Fransche leger remplle de nos
contradlctions furieuses, s'est montrée, face aux
Allemands, unie et tout blouissante de
beautéspirituelle" en dat zijn volk, dat voor
den' 4en Augustus 1914 zoo ontzettend te
lijden had van innerlijke twisten en politieke
geschillen, plotseling n wordt catholiques,
protestants, israélltes, sociallstes,
traditionalistes, soudain laissent tomber leurs grlefs
et tout Francais qui volt Ie fils de son
adversalre monter dans 1« train et prendre
Ie chemin de la fronttere, forme dans son
coeur des voeux pour Ie jeune soldat et
salue ses parents." Maurice Barrès heeft dit
werk, evenals in Les iraits ternels de
la Franc e" 3) gebruik gemaakt van
soldatenbrieven, die beter nog dan ieder ander
document, een denkbeeld geven van het
gevoelsleven van den Franschen soldaat. Om
aan zijn boek een objectief karakter te geven,
heeft de schrijver brieven verzameld van
katholieken, protestanten, Israëlieten, vrij
denkers, socialisten en anderen; telkens
wordt men weer getroffen door n zelfde
geest, die spreekt uit die duizenden brieven
tracées d'un crayon pale sur des papiers
mouillés", die als evenveel getuigenissen
zijn van vastberadenheid van de moedige
verdedigers van het front in Noord-Frankrijk.
Naast het gevoel van eenheid, is er echter
een ander gevoel, dat de aandacht verdient
en dat al eveneens een der essentieele
elemanten van Frankrijk's kracht uitmaakt:
zijn idealisme.
Het bewustzijn, dat ieder soldaat vecht
voor een rechtvaardige zaak, de gedachte
aan een nieuw Frankrijk en een altijddurende
vrede, dat alles maakt van den Franschen
pollu iets anders dan een gewoon soldaat.
Zoo schrijft een jong infanterist aan zijn
ouders .qu'il ne faut pas perdre devueque
nous allons nous battre pour de grandes
choses. De toute fagon, la victolre que nous
QENEALOGISCH-HERALDISCH BUREAU
CARL KOFFLER.
DEN HAAG, OBRECHTSTRAAT 181. TEL. H 7840.
Belast zich met de samenstelling van
geslachtsregisters, bijeenbrengen der benoodigde wettelijke
stukken voor adelserkenning, inlijving of verhef
fing, opsporen en ontwerpen van familiewapens,
gravures in zegelringen enz.
om het beeld tot een vol volumen te hou
den, had hij vormen geaccentueerd, ver
zwaard
Van alle kanten kwam de aanval los;
akademici (de leugenaars tegen het leven)
zeiden, dat Rodin geen naakt meer kon
maken, en daarom dit vormelooze (?) had
gegeven. Een ander zei, dat Rodin nu een
alent was dat buiten zijn grenzen ging.
2en derde, dat de Beeldhouwer hier
verkeerdelijk Rosso's denkbeelden had toege
past. Mogelijk is dat Rodin dingen van Rosso
lad gewaardeerd, maarzoo, dat zij tot eigens
waren geworden. Ieder genie doet dat. Ieder
genie keurt, verzamelt, verteert, en maakt
eigen bloed van veel...
Wat deed Rodin tegen den aanval ?
Hij Ham het beeld terug. Hij zweeg
daar hij de elfen kracht moest voelen. Hij
weigerde het beeld te laten gieten, toen zijn
vrienden het mogelijk maakten. Maar toch
breekt zijn roem, als een elndeiqke erken
ning, wijd-open.
In 1900 laat hij zijn werk, zQn werk
illeen, zien in Parijs, en Carrière, die hem
bngrijpen moest, is een der schrijvers der
voerrede's. Va» 1900 tot nu was Rodin een
der glorle's van Frankrqk, en zal een ge
wisse baat blijven van de kunst van dit land.
II.
De kunst van Rodin is die van den Im
pressionist. Hq heeft den kubleken" stijl
niet van den Aegyptenaar. Bij Rodin is de
<ubus van den steen, waarin het eeuwige
beeld, nauw omhuld, sluimert ver-weg.
Zqn beeld is Drift, beweging,
menscheiqktieid, leven, lust. Hij is de jager naar
waarjield, die op het Leven loert"- Hij ging ter
jacht, ook, op de Begeerten. Nieuwe standen
waren daar te vinden, nieuwe Evenwichten
vond hy'. Hq zag nieuwe, eeuwige trekken
om den mond; nieuwe schijnsels, en for
meeringen zag hq door de oogen, die w i 11 en.
Nieuwe gebaren waren er in de armen, die
zich rekken; in de ledematen die zich geven;
in de toppen zag hij nieuwe buiging. De
graepen der geliefden en der lustvollen zijn
talrijk bij Rodin. Dit moest, en dit moet.
Wie als Rodin tuk is op het leven, is een
maker der Lust, soms schoon, soms vernie
lend, soms tragisch, en altijd eeuwig. Rodin,
de grootste beeldhouwer van het Impres
sionisme is Lust te Leven; schrijden en
broedend zinnen; teistering, en geteisterde.
III.
En dit is genoeg. Een ander beeldhouwer
zal den Aegyptenaar ons in de gedachten
vernieuwen misschien. Een ander zal den
kubieken" stijl weer vinden; de doodstille,
wezens-rijke monolieth; hq zal het leven een
voudig maken, en, in eenvoud, meer dan rijk.
't Zal de groote bekentenis dan zijn van de
stolten der steenen, van 't porphier, en van
graniet. Het zal, zoo het komt, grooter zijn
dan Rodin, omdat de sprakeloosheid altijd
grooter is, de levende sprakeloosheid, dan
de openbare bewering. Maar tot zoolang,
totdat er is, is Rodin er zeker. Alle theo
rieën kunnen hem dooden; warmte verwint
alle kilten. Tot zoolang kunnen wij den
gaanden man altijd bezien met eerbied, en
Jean Paul Laurens trotsch vinden, haast
trotsch en geslagen als een beeld van een
Renaissancist; tot zoolang is zijn Eva, een
Eva, Moeder en Mensch, tot zoolang zijn
zijn schaduwen" gestalten, die overtuigen.
En tot zoolang, is het genoeg. Tot zoo
lang is hq de Maker van Menschen uit de
negentiende eeuw, en kunnen we wachten
op den tijd van 't nieuwe, diepe, zwijgen,
van den edelsten rhytmus, zonder moeite
schijnbaar gegroeid tot een daad.
PLASSCHAERT
llllllllttllMIMMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItMIIIIIIIIIIIIIIIIIfHIIIIIIIIinillllllllllMIII
aurons sera une victoire des forces de
1'idéalisme..." Nooit zou ik kunnen door
vechten, als ik niet hoopte op de weder
geboorte van Frankrijk, schrijft een zoon
van een predikant aan zijn familie. Roerend
is de waarschuwing, die een soldaat aan
zijn jongeren broer laat hooren: Si peu, si
petit que tu sois dans Ia grande France, tu
te dois a tol me m e de te cultiver pour te
grandir, t'enrichir, t'ennobllr. Après la guerre,
11 manquera a la France des intelllgences,
des pensees, des bras, c'est vous les gosses
d'aujourd'hul, qui serez la jeunesse de
demain. Il faut que tu pulsses remplacer
alors un des soldats morts pour la patrie."
Welk een heilige ernst spreekt er uit de
citaten, die BarrJs neergeschreven heeft in
zijn boek en hoe duidelijk wordt nu de
beteekenis van n zqner stellingen: jamais
ancune armee n'a autant vécu par l'ame."
Uit een werk van minder persoonlijken aard
»Un demi-siècle de civillsation fran
cais e", 4) samengesteld door een twintigtal
beroemde Fransche schrqvers, vallen me
wear die zelfde eigenschappen op, die Frank
rijk's kracht uitmaken. Boutroux, Doumic
La Sizeranne, Rlchet, Lemoine, Schneider e. a.
hebben eeu overzicht willen geven van
Frankfqk's beschavingswerk gedurende de
laatste vijf en veertig jaren. Evenals alle
boeken, die in deze tijden in het oorlog
voerende buitenland verschijnen, draagt ook
dit werk een tendentieus karakter. De twe;
veelzeggende data 1870 en 1915
waartusschen het behandelde tijdperk ligt, geven
een Frankrijk te zien van betrekkelijke kalmte,
voor zoover het betreft de bultenlandsche
aangelegenheden. Een zeer merkwaardig
verschil bestaat er na '70 tusschen de aspi
raties van Duitschland en Frankrijk:
Duitschland met zijn buitengewoon organisatorische
krachten en zijn groote inspanning heeft
een belangrijken politieken invloed in Europa
gekregen, terwijl Frankrijk's invloedsfeer
oogenschijnlijk althans, kleiner is geworden
De schrijvers van bovengenoemd boek heb
ben zelf gemerkt, dat zóó in het buitenland
de algemeene indruk was en z« hebben niet
kunnen nalaten daartegen te protesteeren
door te laten zien, dat, zelfs naast den zich
steeds ultbreldenden Dultschen invloed
Frankrqk door is gegaan op den eens inge
slagen weg, civilisant au plus beau sens
du mot," zijn rol vervullend met dezelfde
onbaatzuchtigheid van vroeger, werkend
strijdend en lijdend voor een ideaal. Na den
Balzac
Rodin
Een tegemoet-komende"
maatregel
Het verschijnsel individueele weigering
van den militairen dienst is meer aan de
orde dan ooit. Sedert het begin der mobili
satie is het aantal dier weigeraars de twee
honderd gepasseerd.
Dit heeft tot gevolg gehad dat de leden
der tweene Kamer A. H. Gerhard en Mr.
J. A. v. Hamel bedenkingen hebben geopperd
tegen de wijze, waarop die weigeraars be
weren te worden behandeld in hunne op
sluiting.
Dit optreden en de herhaalde klachten in
de pers zijn voor den Minister van Oorlog
aanleiding geweest tegemoet-komende"
maatrehekn te treffen, die bekend zijn.
Defpublicatie dier maatregelen en het ant
woord aan die Kameileden bevat een begrips
bepaling, die moetlvoortspruiten uit onbekend
heid met het wezen van het vsrschijnsel;
met het motief, dat die weigeraars drijft.
We lezen daarin: Niettemin behoeft er
kenning van een oprecht gewetensbezwaar
tegen de uiterste consequentie van dien
plicht (medewerken tot handhaving van de
onafhankelijkheid van den Staat der Neder
landen), TE WETEN HET DOODEN VAN DEN
EVENMENSCH" niet uitgesloten te zijn.
Zoolang er dienstweigeraars in Nederland
iiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiitniiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiin
Fransch-Duitschen oorlog trad voor Frank
rijk een periode van betrekkelijke rust in,
waarin het getracht heeft zijn geldmiddelen
te herstellen, zqn leger en vloot te
reorganiseeren, zqn koloniën uit te breiden,
zijn landbouw meer productief te maken.
Maar tegelijk heeft het getracht pionnier te
blijven op het gebied van uitvindingen en
nieuwigheden. Het geciteerde boek stelt
zich vooral ten doel dat pionnierswerk aan
te toonen en laat alle belangrijke ontdek
kingen, instellingen en stroomingen de revue
passeeren: de zestien nniversiteiten, die
Fiankrijk op dit oogenblik bezit de acht
zeer goed geoutilleerde astronomische ob
servatoria de klaarheid van de Fransche
denkmethoden de zeer belangrijke uit
breiding van zijn koloniale bezittingen
de vlucht, die de zuiver realistische literatuur
genomen heef! en de invloed, dien
buitenlandsche literaturen daarvan ondervonden
de goede internationale verstandhouding
die de Fransche diplomatieke vertegenwoor
digers wisten te bewaren de uitstekend
gedocumenteerde handboeken der Fran
sche historici het menschelijker worden
van de kunst, die na Millet een meer
maatschappelijk karakter aannam da bij
zondere welsprekendheid der politieke rede
naars de belangrijke ontdekkingen op
scheikundig gebied, die jammer genoeg te
weinig in Frankrqk zelf geëxploiteerd zijn
de landbouw, die meer en raeer onafhan
kelijk werd van het buitenland de auto
mobielindustrie en de aviatiek, waaraan
Frankrqk eigenlijk den stoot heef l gegeven
de wis- en natuurkundige wetenschappen,
waaraan mannen als Becquerel, Curie, Perrin,
Henri Polncaré, Plcard, Borel, Duhem en
zoovele anderen hun beste krachten gaven
de geneeskunde, zoo waardig vertegenwoor
digd door Pasteur,Lavoisier en Claude Bernard
de metaalindustrie, die Frankrijk in staat
stelt den oorlog te blijven voeren met een
voortdurend toenemende kracht. Al deze
aangehaalde onderwerpen vinden een plaats
in dit boek, dat me heeft verrast door zqn
objectiviteit, zqn onpartijdigheid, waarmee
het Frankrijk's leven bekijkt. Een voorbeeld
van die objectiviteit vindt men o a. in het
hoofdstuk over de chemische wetenschappen,
waarin de se rij ver Georges Lemoine spreekt
ovar den roem, dien Duitschland geoogst
heeft op scheikundig gebied: Ce prestige
tient certainement pour une part aux hom
mes de tres haute valeur qu'elle a produits
et qu'll serait injuste de rabalsser lei."
waren (Dirk de Bruin was de eerste) be
stond de minderheid slechts uit hen, die
bezwaar maken tagen het dooden van den
evenmensch." De groote meerderheid, hoe
wel het dooden van den evenmensch geen
handwerk vindend, dat zij bij voorkeur
zouden verkiezen, ontleenden hun motief
niet aan deze gevolgen dier plichtsvervul
ling. Hun actie gaat tegen dien plicht op
zich zelf, Is gegrond op de ontkenning der
noodzakelijkheid de onafhankelijkheid van
den Staat der Nederlanden te helpen hand
haven.
Ten bewijze van het bestaan van dit in
zicht behoef ik maar te verwijzen naar de
resoluties in 1904 te Amsterdam aangeno
men bij de oprichting de Internationale
Antl-Militaristische Vereeniging, op welker
standpunt die groote meerderheid der wei
geraars zich plaatst. Een dier resoluties
aanvaard het geweld en dus ook de gevol
gen daarvan: de voor de hand liggende
mogelijkheid te geraken in de noodzakelijk
heid den medemensen te dooden."
Het verschil tusschen hen en den minister
van oorlog ligt in de verschillende waar
deering van de rechtsorde in den staat der
Nederlanden, hoofdzakelijk de te handhaven
toestand van privaatbezit.
Een vrijwillige verbintenis, aan te gaan
voor den dienst, welke niet bepaaldelijk
gericht is op den strijd met de wapenen"
waartoe de minsten deze weigeraars in de
gelegenheid wii stellen, blijft een dienst
tot handhaving van die rechtsorde. Daarom
blijft zij, voor wie zich op het boven om
schreven standpunt plaatsen, onaannemelijk.
Daarom zal de maatregel van den minister
een NIET-TEGEMOET KOMENDE" biqken.
HIJMAN CROISET
De innerlijke kracht van Frankrijk, die zoo
duidelijk uit bovenvermelde werken blijkt,
wordt gelukkig ook nog buiten Frankrijk
erkend. Amerikaansche studeerenden en ge
leerden hebben het als een moreele plicht
beschouwd iets te publiceeren over het
Fransche hooger onderwqs; zij hebben dat
gedaan to put before the American public
the contrlbutlon of France in all fields of
scientific knowledge, and to show her status
in the forefront of the world's progress" en
ook om de Amerikaansche studenten in te
lichten over al de steun, die de Fransche
universiteiten hun zouden kunnen bieden
bq hun intellectueele arbeid. Dit luxueus
uitgevoerd werk 5) vangt aan met een
karakteriseering van den Franschen en den
Parijschen geest, het geeft vervolgens een
overzicht van de veelzijdige prestaties van
Fransche geleerden, van hunne colleges, van
hunne wetenschappelijke publicaties. Zeer
fraaie photographieën van beroemde ge
leerden en bekende schoolgebouwen
illustreeren de verschillende hoofdstukken. Het
geheel maakt den indruk van iets waardigs,
iets als een eerbewijs, dat het jonge Amerika
wenschte en verplicht was te geven aan het
oude Frankrijk, dat, niettegenstaande ver
anderde internationale toestanden, toch nog
altijd mede vooraan staat in de wereld van
wetenschappen. De Amerikaansche studee
renden hebben gevoeld, dat er te dwaze
geruchten liepen o ver Frankrqk's mentaliteit:
The baseless cTiarge of decadence, the
ignorant depreclation based on an imperfect
knowledge of the Frénch people and an
lnabilitj> to perceive theirdeeperqualities
all this has been forever sllenced by the
War, reveallng a devotion ,to the State, a
quiet but unyleldlng perslstance in the
defense of national ideals, which no opponent
can overcome."
Persoonlijk heb ik het als een ongemeen
voorrecht beschouwd dit boek door te lezen:
de oprechte bewondering, de vereering, de
liefde, die in dit statige werk den lezer
tegentreden zijn van het zuiverste gehalte.
Amsterdam W. VAN DER WIJK
1) Prof. dr. A. G. van Hamel, Het zoeken van
L'ame frangaise". Wolters, Groningen, 1897.
2) Paris, Emile - Paul Fières, 1917.
3)Zie?DeAmsterdammer"vanlSept.,1917.
4) Paris Hachette et Cie., 1916.
8) Selence and learningin France
An appreciation by American scholars The
society for American fellowships.