Historisch Archief 1877-1940
W. 2308
Zaterdag 18 October
A°, 1919
DE AMSTERDAMMER
WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
ONDER REDACTIE VAN Mr. J. A. VAN HAMEL, Prof. Dr. H. BRUGMANS, Mr. E. S. OROBIO DE CASTRO Jr., Dr. FREDERIK VAN EEDEN en H. SALOMONSON
UITGEVERS: VAN HOLKEMA & WARENDORF
t Prijs per No. f 0.20. Per 3 mnd. f2.50. Abonn. loopen per jaar | | Redactie en Administratie; Keizersgracht 333, Amsterdam | | Advertentiën omslag Ï0.40 p. regel, binnenpag. f 0.50 p. regel |
IJfHOtTDi Bladz. 1: De Ernit der Zaak, door
T. H. Landbouwzaken: Die Snidafrikaanse
LandbonwYoom taigte, door Adam Bcsho*. Buitenl.
Overzicht: Tred 11, door dr. W. Q. O. Byvanok.
2: Begeeringsmaatregelen tegen do Duurte,
teekening van Jordaan. Herman Hegermans en
de Stadsschouwburg, door A. de Fresoe, met Ant
woord van H«rm. Herjermans. Erekelzang, door
J.H.Speenhofl.?1789-1918 door H.Enno v.Gelder.
3: Feuilleton: De Derde Nacht, door Nico Bost.
5: Voor Vrouwen (red. Elis. M. Bogge). Het
Weenen van vandaag en morgen, door Anitta Hui
ler. Een dreigend gevaar, door Bertha
Ledeboer. Herfstklenren, door AriAtte, met
teekeningen van N<-tty Heiligers. Uit de Natnnr:
Cultuur van wilde planten, door Jac. P. Thrjsse.
7: 70-Jarig bestaan v. d. MrJ. Apollo", door Top
Naef en T., met teekeningen van Is. van Mens.
Schiderknnst-Kroniek, door Plasschaert. 8: Hoe
men een eenvoudig vliegtuig maakt, door J. N.
W.v.d.Menlen.?Het Onbestnu jde Lastdier, teekening
van George van Baemdonok. Boekbespreking,
door mr. N. Giltay. 9: Aan dr. Fredetik van
Eeden, door E. J. Beizig. 10: 't Sohietgat, door
Melis Btoke.- Uit het Eladsohrift v. Jantje.?Swean,
kleef aen, door F. de Sinclair, met teekeningen van
Is. van Mens. 11: D'Annunzio in Finme, teekening
van Joh. Braakensiek. Damrnbriek, red. E.
Cde Jonge.
Bijvoegsel: Fransch-Dnitsohe Handelstoenade.
ring? teekening van Joh. Braakensiek.
DE ERNST VAN DE ZAAK
DE BERECHTING VAN DEN EX-KEIZER
Met de eensklaps nabijgekomen ratifi
catie van het vredestractaat door drie
der groote geallieerde mogendheden
breekt ook het oogenblik van de inwer
kingtreding der vredesbepalingen tusschen
die mogendheden en Duitschland aan.
Tot dusverre kon daaraan geen uitvoe
ring gegeven worden.
Voor ons land zal dit moment in 't
algemeen het gelukkige gevolg hebben,
dat de chaotische onzekerheid die over
de wereld is blijven hangen, eindelijk
hare afsluiting vinden kan.
Bovendien is er evenwel eene bijzon
dere consequentie aan verbonden. Wan
neer niet alle teekenen bedriegen, zullen
spoedig na die ratificatiën ook de stappen
tot de berechting van den ex-Keizer
worden gedaan. Slecht ingelicht en een
argeloos slachtoffer van allerlei tenden
tieuze voorstellingen, gelijk het Neder
landsche publiek 't helaas in zaken van
de internationale staatkunde te vaak is,
heeft menigeen zich in het hoofd gezet
dat de geallieerde regeeringen de kwestie
van den Duitschen Keizer met opzet op
de lange baan schoven en er af wilden.
Het is ook zoo gemakkelijk, zich op die
manier moeilijkheden uit het hoofd te
praten!
Toch is niets minder gegrond dan dit.
De eenvoudige waarheid is, dat tot dus
verre aan die berechtingskwestie niets
gedaan is kunnen worden, evenmin als
aan iets anders wat de uitvoering van
het vredestractaat betreft, omdat de
inwerkingtreding van het tractaat nog
niet vaststond. Alleen reeds tegenover
haar eigen parlementen zijn de regeerin
gen verplicht geweest, zich zoolang te
onthouden. Daarop stuiten alle zooge
naamd slimme onderstellingen, dat er iets
VREDE!
Nog, ofschoon ze in haar geheel niet
twijfelachtig is, blijft de eindbeslissing voor
de Vereenlgde Staten uit, maar wat Europa
betreft, is thans het resultaat bereikt: de
volkenbond en de vrede met Duitschland
gesloten. Engeland's Koning hscft er zijn
zegel aan gehecht, zoo deed Italië's Koning,
en in het statutenboek van Frankrijk's wetten
is het tractaat ingeschreven.
De laatste proef heeft het, een week ge
leden, doorstaan in den Franschen Senaat.
Clemenceau hield de slotrede. HQ vertoonde
er zich in zijn volle kracht en had de be
schikking over alle middelen waarmee men
een in hoofdzaak gewonnen geding tot een
gelukkig einde kan voeren.
Het was in de rustige omgeving van
Frankrflks hoogste vergadering een gesprek
dat hq hield, gekruid door genoegelijke
interrupties die met ondeugende zetten
werden beantwoord, een gesprek dat zijn
natuurlijkheid nergens verloochende, ja, soms
accentueerde door het plotseling terugkomen
op een afgebroken gedachte, of het herhaalde
toelichten van een bekend onderwerp, maar
dat ook ernstig, dringend en verheven kon
zijn, waar het van de hoogte eener groote
levenservaring het lot van landen en volken,
met treffende woorden, in een persoonlijk
beeld zijn gehoor voor den geest bracht.
Dit was wel de echte in ouderdom gerijpte
Clemenceau, met nog maar even een her
innering aan de scherpe taal van voorheen.
Ze zijn ongeduldig," zeide hij van de
menschen die dadelijk de uitkomsten willen
anders achter zit, af en 't is voor
Nederland beter zich daarvan maar
rekenschap te geven.
Er is nog geene enkele aanwijzing dat
de regeeringen, zoodra zij wél tot han
delen bevoegd geworden zijn, niet bij
hun eenmaal genomen besluit ten aanzien
van den ex-Keizer zullen volharden en
stappen tot uitvoering ondernemen.
Natuurlijk heeft altijd de mogelijkheid
bestaan en bestaat die nog, dat ingrijpen
de veranderingen in de binnenlandsche
toestanden van eenige mogendheid, ook
op dit gebied eene verandering doen
intreden. Gewichtige vraagstukken zou
den de aandacht geheel kunnen
beheerschen. Doch voorhands behoeft men
daarop niet te rekenen.
De bepaling: dat de uitlevering" zal
worden aangevraagd, is onverzwakt
blijven bestaan, en wanneer het land
waartoe die aanvrage zal worden gericht,
dit eene moeilijkheid acht, dan doet het
wijzer die moeilijkheid nog steeds goed
onder de oogen te zien, en zich niet
wijs te maken of te laten wijsmaken
dat er toch niets meer van zal komen".
Nederland heeft er zich dus nog steeds
op voorbereid te houden dat van de zijde
der Geallieerde en Geassocieerde mogend
heden, want hun alleen gaat het aan,
en de Volkenbond is er als nog geheel
buiten, de aanvrage zal komen om
den gewezen Duitschen Keizer in hunne
macht te doen overgaan, teneinde hem
door een internationaal college te doen
oordeelen wegens vergrijp tegen recht
en moraal onder de volkeren; in het
bijzonder wegens de schending van
België's neutraliteit.
Het is niet onze bedoeling, de ver
schillende punten nog eens ter sprake te
brengen, welke deze zaak in zich sluit.
Men heeft zich daarover in en buiten
Nederland reeds meer dan genoeg uit
gelaten, en rijpe en groene, ernstige en
scheeve argumentatie is daarover rijkelijk
doorheengehaald.
Komt het oogenblik der beslissing in
derdaad dan zal de regeering hebben uit
te maken, welke houding zij aannemen
wil. Wenschen wij haar toe, dat zij
daarbij de noodige zuiverheid van blik
en wijsheid zal weten te vinden, waar
mede zij in dezen voor het Nederland
sche volk opkomen moet.
Want daarvan zij men zich wel be
wust : het geldt een geval waarbij ten
slotte het werkelijke karakter van dit
volk in zijn geheel betrokken is. Wie in
eene natie ook een zedelijk in de historie
levend wezen ziet, en wie innig hoopt
dat de Nederlandsche natie als zoodanig
steeds een verheven figuur zal weten te
bewaren, is zich van het gewicht van de
van regeeringswege aan te nemen houding
ten volle bewust.
Beide beslissingen: de weigering, zoo
wel als de medewerking tot het ver
zoek, zal Nederland zoowel met eer als
met oneer kunnen nemen!
Het komt er slechts op aan, door
welken gedachtengang het zich zaltoonen
bezield te zijn. Daarop, veel meer dan
op de beslissing zelve, zouden wij thans
den nadruk willen zien gelegd, omdat
daarmede het grootste innerlijke belang
is gemoeid.
Wanneer maar goed wordt gevoeld,
dat het geen vraagstuk is voor de ge
wone positief-rechterlijke rechtsgeleerd
heid van eiken dag, teveel reeds hebben
de juristen van achter pleitbank of
katiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiii
iiiiiiiiiiiiiiiiii
imiiiiiiiiiiiii
zien van voorgestelde maatregelen, .zooals
wij Franschen het allemaal zijn, zooals ik
ook ben geweest en misschien nog dikwijls
ben."
Nieuws was er over het verdrag niet
meer te zeggen. Wanneer zooveel oogen
over een stuk zijn gegaan en zooveel handen
het hebben gehanteerd, dan ziet het zooveel
maal besproken en behandelde arme ding
er ten slotte uit vol leemten en gaten, en '
wie tot de vaders van zulk een ontwerp
behoort, moge hij ook al zijn best doen om
de wereld en zichzelf gelukkig te prijzen
met de geboorte van iets nieuws en
orgekends, zijn gelukwensch krijgt, onwillens
wellicht, iets van een apologie voor het
onvolmaakte wicht.
Maar dat alles neemt niet weg dat in
deze laatste rede, na zooveel reden gehou
den, Clemenceau redenen in het midden
heeft gebracht, ter verduidelijking van het
kader van het tractaat, die een gezette over
weging verdienen en een ter hartenemlng.
Waarom is het vredeslnstrument in dien
hevigen mate geattakeerd geworden?
Men heeft het ten laste gelegd dat het de
nheid van Duitschland heeft bevestigd,
l'Allemagne had weer, zooals in de 17e
eeuw, les Allemagnes moeten worden,
en dat het als een onder-onsje door drie
mannen in de stilte en af Bescheidenheid van
het kabinet was samengesteld...
Hoe heeft Clemenceau die beweringen in
hun nuchtere naaktheid ten toon gesteld I
Alsof het nationaal gevoel door een para
graaf in een internationaal wetboek kon
worden afgedamd, het gevoel tot n
volk te behooren overstroomt, op een gege
ven moment, alle schriftelijk gestelde bepa
lingen, alsof het zoo hoogst noodzakelijke
onderlinge vertrouwen en de samenstemming
der beschikkende mogendheden bewaard
hadden kunnen blijven, indien hun nood
zakelijk verschil van opvatting der
gezamenheder gemeend zich de kwestie te mogen
toeeigenen en met de redeneering van
paragraaf zooveel een vanzelfsprekende
oplossing te geven.
Het is toch reeds de vloek van veler
rechtsgeleerdheid, dat zij zich daarin
verliest! Van eenig zoeken naar een
recht naar den geest, dat in eengansch
andere wereld dan die van de letter
leeft, is dan geen sprake meer.
Vooral op intern ationaal-rechterlijk ge
bied heeft dit Nederland reeds kolen
gestoofd. In hoe menig geval zijn in
Den Haag nog gedurende den oorlog de
kwestie's opgelost op eene wijze, die
naar letter en paragraaf van tractaat of
auteur wonderschoon leek, doch tegen
over het gewone besef van recht of
billijkheid veel minder goed stand hielden.
De Nederlandsche rechtsgeleerdheid
maakt aanspraak op algemeen respect.
Wanneer zij dit soms maar gedeeltelijk
deelachtig wordt, is het wijl zij zich te
moeilijk in de waarachtige diepten van
de vraag naar ware rechtvaardigheiden
zedelijkheid begeven heeft.
Nergens zou dit ook weer treffender,
killer, benepener, onbevredigender aan
den dag kunnen komen dan in de be
handeling der vraag omtrent den
exkeizer, wanneer daarbij 't door verschei
dene deskundigen en organen gegeven
advies gevolgd wordt. Daar zou geen
hoogheid en geen echtheid aan zijn, en
men zou er het Nederlandsche volk te
kort mede doen. (De door de regeering
zelve aangezochte raadslieden zullen de
zaak wel dieper hebben weten te bezien).
Begrepen moet worden, ook, ja, k
door juristen, dat een zaak als deze
niet naar de regelen kan worden afge
past, die voor geheel ander sferen neer
geschreven zijn. Dat hier een geweldig
historisch en zedelijk vraagstuk aan de
orde is, dat voor millioenen menschen
weegt: de vraag van de aansprakelijk
heid van eenen heerscher, van eenen
heerscher als Wilhelm von Hohenzollern
ook tegenover de aardsche gerechtigheid
der volken, voor al het leed dat de we
reldoorlog met zich heeft gesleept, en
het onrecht waarmede hij opgezet en
aangevangen is. Dat ook de vraag naar
die persoonlijke aansprakelijkheid er een
is, die men niet met een medelijdend
gebaar over de zwakke figuren" des
keizers afdoen kan, maar die het sym
bool raakt van een geheel systeem, dat
door het onbevangen menschtnverstand
uit de publicatie's als van Ludendorf,
Tirpitz, Leichenfeld en Bethmann
Hollweg kan worden gekend. En waarin
oppervlakkige pleidooien ten gunste van
een individu, niet af doen aan de ver
antwoordelijkheid van hem die nu een
maal, en dit ook metterdaad, aan het
hoofd van het stelsel heeft gestaan.
Dat ten slotte niet straf, of wraak, of
vernederig de dingen zijn waarom het
gaat; maar vór alles berechting.
In dezen gedachtengang zou men de
zaak ook door Nederland beoordeeld en
behandeld en beslist willen zien. Want
dan alleen zal het op de hoogte toonen
te staan van het historische moment.
Dan alleen zal het ook kunnen verwach
ten, waarlijk door de anderen te worden
gewaardeerd als datgene waarvoor het
zoo gaarne wordt geacht: het land dat
vóraan staat in den dienst van het
recht. Want ook daarvan zij men zich
bewust: alleen die dienst van het recht
is waardevol die zich wijdt aan
lijke aangelegenheden dadelijk het onder
werp waren geworden van algemeene dis
cussies buitenaf!
Ik zeg niet dat dit nieuwe opmerkingen
waren, speciaal aan Clrmcr.ceau
toebehoorende, maar men overdenke de gemoedelijk
welsprekende manier waarop die argumenten
aan 't licht kwamen, zij waren recht
menschelfjk natuurlijk en direct op het hart
afgaande, gelijk ze direct uit den geest waren
voortgesproten.
Dit is niet de groote oratorie, maar dat
is het geniale woord.
Wij moeten waakzaam blijven zoo
was het besluit van Clemenceau's Senaats
rede. Hier ook wederom niets nieuws, hij
tracht de uitdrukking te varieeren dat vrede
geen bezit is, maar vooitdurend moet worden
veroverd, desnoods door oorlog en hij vindt
niet anders als opschrift voor dit vredes
verdrag dan dat hf] waarlijk niet weet of
in deze wereld altijd de oorlog is
afgewisseld door vrede, dan wel vrede met
regelmatige afbreking door oorlog.
Maar hij voegt er een les bij:
Laat Frankrijk zorgen voor aanwas van
bevolking. Het moet zijn kapitaal van men
schen vernieuwen en vermeerderen. Want
het moet een ruime en gezonde keus kun
nen doen, wanneer het krachtig; de klassen
wil opbouwen die richting en persoonlijkheid
zullen geven aan het geheele volk.
Les classes dirigeantes, daar
komt het voor een land op aan.
Dit gaat tegen de anarchie.
Daar ligt een groote liefde voor Frankrijk
ten grondslag aan deze uitingen, en even
zeer een groote bezorgdheid.
De wond die Frankrijk werd geslagen
door de verwoesting van zijn Noordelijk
gebied, de wond ook d<e het had kunnen
treffen, zoo het onheil verder was gegaan
en Parijs het slachtoffer was geworden,
das Recht das mit u n s g e
boren i s t".
De bemoeiing met: Gesetz und
Rechte, die sich als ëin ewige
Krankheit fortschleppen",mo
ge eene nuttige en onmisbare bezigheid
zijn, er steekt geen hoogere waarde in.
Het eenvoudige verstand zegt nu een
maal, en met juistheid, dat bij de ge
weldige verandering die in dezen tijd over
zooveel van de wereld gekomen is, ook
de aansprakelijkstelling van den gewezen
keizer een rechtsvraag is, die alleen kan
worden bezien volgens het recht dat
mét ons, met dezen tijd, geboren is.
Dit is het eenige, wat men ook van
de Nederlandsche regeering vragen wil,
dat zij de zaak zoo wete te bezien, en
zich los te maken van alle motieven en
ongevraagde adviezen, die haar in ver
keerd zog zouden kunnen drijven.
Hoe de beslissing dan ook uitvalle,
die kan altijd slechts eervol zijn. Zij zal
ook alom zoo worden aangezien. Men
kan er van op aan, dat de volle vrijheid
daartoe door niemand wordt misgund.
Wordt ook van dit standpunt bezien
het asylrecht door Nederland toch nog
overwegend geacht; rekent men de ge
boden v/aarborgen, de voorgestelde vor
men onvoldoende, kent men den be
paalden rechters het recht niet toe;
moeten andere voorwaarden worden ge
steld ; gelden overwegingen" van
menschelijkheid (mits men hierbij zorge dat
deze enkel niet tot dekmantel worden ge
bruikt voor de bescherming van laffe
persoonsbelangen) of dient op andere
gronden eene definitieve afwijzing ge
formuleerd, dit blijve hier verder alles
ter zijde. Op eene beslissing daarom
trent gaan wij niet in. |>* «!
Een wensen slechts moet ieder die
het wél met Nederland meent, koesteren.
Het is deze, dat niet latere
geschiedannalen kunnen vermelden dat Holland,
waarheen Wilhelm van Hohenzollern on
der wiens regeering de oorlog ontketend
en het kleine België onder den
voetgeloopen werd, na de nederlaag zijn land
en leger had weten te ontvluchten, om
redenen van formeel-juridischen aard er
toe heeft medegewerkt dat de gewezen
vorst zich aan zijne verantwoording voor
een vierschaar des volk is kunnen blijven
onttrekken".
?::.:- ._-,?? **?«%? :'-^«:-" ??? ? v. H.
imiimumiMi iiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
_DIE SÜIDAFRIKAANSE
LANDBOUWVOORUITSIGTE
Naar aanleiding van die artikel van meneer
Marcus o'er die landbouw-vooruitsigte in die
Verenigde State, sou ik graag die aandag van
uw lesers wil vestig op wat Suidafrlka In
daardie opsig aanbied. "?
Sedert die wapenstilstand word daar in
Engeland en ook in Engelse kringe in Suid
afrlka heel wat gedaan om engelse soldate
naar mijn land te lok als landbouwers. Die
Boere volk werk die instroming van dergelike
boere" tege omdat hul van die landbouw
hoegenaamd niks weet en dus nie op die
land lang sal blij nie en, omdat hul vlr
Suidafrika g'n aanwins sai wees nie. Daar
is voldoende boere in ander lande wat oer
i»> i m minimi i m iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiii
die wond wil zich nog niet sluiten. Frank
rijk kan niet met een gerust hart denken
aan de uitbreiding van zijn naam en zfjn
luister in de wereld, zoolang het voelt daar
op wacht te moeten staan aan zijn Oostgrens.
Engeland, zfjn bondgenoot in den oorlog,
lijn bondgenoot thans ook in den vrede,
dat Engeland, geïsoleerd door het omringende
water en beschermd door zfjn vloot, heeft
het goed.
Het heeft zich heel moeieUJk te dragen
opofferingen getroost, daarvoor echter heeft
het zijn wensch verkregen en zijn buit
dadelijk binnen gehaald. Het heerscht op zee,
zijn mededinger is verslagen, het wapen
waarmee hij dreigde is hem voor goed uit
handen gerukt. Engeland mag er zich toe
voorbereiden om zijn macht over de oude
wereld tot een overwegende macht te maken.
Geen mogendheid staat het meer in den
weg om de verbinding tusschen de Kaap
stad en Cairo te verhinderen, en al heeft
Frankrijk ook door Engeland erkende aan
spraken op een uitgestrekt gebied in Syrië,
den toegang van Egypte naar Azië wist het
open te houden, het heeft daar zijn vassallen
onder de nieuwe Arabische machthebbers.
In Azië zelf is het een centrale macht
geworden door zijn veroveringen In
Mesopotanië en z^n onlangs gesloten verdrag met
Perzië. De rivaliteit met Rusland behoort
tot het verleden, de Noord-Westgrens van
Voor-Indië is gedekt, en Engeland verwierf
de gelegenheid om van den kern van Azië
uit, van de hoogvlakte van Perzië j, f, de om
liggende landen der Kaspische zee te be
reiken en zijn invloed te doen gevoelen
waar vroeger de macht van Rusland gold.
Weldra, zoo is het uitzicht, zal de landroute
vrij zijn die van Lorden over Bagdad in
tien dagen naar Calcutta voert.
In het Zuiden van Europa heeft Engeland zijn
stations aan de Middellandsche Zee behouden,
in de Baltische golf, de MiddellandscheZee
van het Noorden, bewaart zfjn vloot de orde...
kapitaal bet kik wat hardwerkend is en
hul ernstig op die landbouw sal toelê, dat
daar wie die minate noodsakellkheid bestaat
dat engelse soldate vir die doel ingevoer
moet word. Nederland is een van die lande
waarvandaan ons graag settelaars sou wil
trek en ik hoop dat hierdie brief iets sal
bfjdra om die vooruitsigte van mijn land
meer algemeen bekend te maak in Holland.
Die Verenigde State bied ongetwijfeld
uitstekende geleenhede aan maar ik is nie
bereid om toe te gee dat die land van die
magtige dollar" vlr die hollanse boer
verkiesliker is boven Suidafrika. Dis mij
onmóclik om in 'n nuwsblad artikel grondig
op die kwessie In te gaan ik is besig
om 'n brochure te skrfjf waarin al die voor
dele uiteen geset sal word en ik moet
mfj dus net bepaal tot enige feite: Suid
afrika bied uitstekende kanse aan vlr die
tele van:
Rundvee, pèrde, skape, angora bokke
(geitè) Boer bokke, sttuisvogels en varkens,
en vir die aankweke, met of sonder be
sproeiing van: mielles (mals) kafferkoren
koren, aardappels, katoen, lucern, haver,
teffgras, tabak in alle soorte vrugte,
tropiese sowel als andere.
Grond is nog buitengewoon goedkoop.
Die regering verkoop nie alleen grond op
'n lang termijn van uitstel maar gee ook
voorskotte in kontant vir die doel.
In geen ander land (behalve Indië) is daar
minder gebrek aan landarbeiders en word
geringer lone betaal als in Suidafrika. Dit
is 'n voordeel waarmee wel terdege rekening
gehou moet word
Die Hollander wat naar Suidafrika gaat
blijf nie alleen vir s'n vaderland behou'e
maar hij is ook 'n aanwins vir die
stamgenote daarginds. Waar hij sig ook al vestig,
kan hfj veriekerd wees van die hartelike
sympatie en steun van die Boere, wat nie
die geval is in andere lande.
Binne enkele weke sal ik 'n aanvang maak
met lesinge in verskillende dele van Holland
waarin Ik sowel die landbouw als andere
S a. toestande sal bespreek en ik is o'ertuig
dat ik daardeur honderde hollanse boere
naar Suidafrika sal lok.
Als daar Intussen van uw lesers is wat
verdere informasie daaromtrent wil hè, dan
sal 't mij 'n genoege wees om hul per brief
die nodige inligtinge te verstrek.
ADAM BOSHOFF
iiiiiiiiiimiiiiiiliiiiiiimiilillltllllllllliiiiiiiiiiiiiliiiiiiililiilinillllllllllll
Herman Heyermans en de
Stadsschouwburg
Onlangs woonden wij in den Stadsschouw
burg de opvoering van Op Hoop van Zegen"
van Herman Heyermans bij. Aan den toe
stand : Herman Heyermans in den Stads
schouwburg associeerden wij in verband met
de aanstaande kiezing van een leider dier
inrichting eenige overwegingen, welke wf}
ter kennis van belanghebbenden brengen.
Eenigen t(d geleden, toen over de onder
havige beslissing een groot aantal artikelen
geschreven zijn, toen ter vaststelling der
meening van zekere groepen belanghebben
den vergadering na vergadering gehouden
is, toen bleek van de zflde der spelenden,
vertegenwoordigend in de
Tooneelkunstenaars-Vereeniging", een voorname vraag te
zijn: Is het geoorloofd, dat de te kiezen
leider tegelijk speler is ? Men merkte op,
dat er bij een leidend acteur mogelijkheid
tot machtsmisbruik bestond in den vorm
van het kiezen van stukken met voor hem
passende rol, het reserveeren van de beste
rol voor zich, het leiden der regie met zijn
"«ni in mini i IIIIIHIII i mm»niimiiiiiiimi
Welke macht weerstaat Engelands
grootheld ?
Van de twee mannen die met Wilson
samen over het lot van de wereld beschik
ten over Wilson spreek ik nu niet, niet
omdat ik zou meenen dat hij voor de toe
komst heeft afgedaan, maar omdat hij voor
zich een eigen hoofdstuk verlangt, van
die twee mannen is zeker Lloyd George de
man wiens stem het verst over de wereld
reikt en wiens actie het krachtigst ingrijpt.
Zoowel in Engelandalsin het wereldgebeuren.
Richard Cobden, de groote staatshervormer,
was in zfjn tijd trotsch op zijn werkzaam
heid als commls voyageur. Zou men, zonder
in iets te kort te willen doen aan het res
pect voor de ongelooflijke geestkracht van
Lloyd George hem ook niet mogen noemen
den commls-voyageur in groote politiek,
hem die altijd levendig en opgewekt zfjn
positie weet te handhaven, opportunistisch
nu, doordrijvend dan, een leider voor die
Engelschen, terwijl zij zich toch als zijn
meerdere gevoelen?
Maar voor het hart van Europa geldt
Frankrijk en de man van Frankrijk meer;
de Engelschman staat toch altjd ietwat
daarbuiten. In de cht-Europeesche
landmassa, in Frankrijk even goed als in
Duitschland, de grensstreken van Rusland
en het Zuiden, daar liggende groote vra
gen, politieke, economische en
intellectueele die over den wereldvrede beslissen.
Clemenceau, of wie zfjn opvolger is, heeft
aan de blootgestelde Fransche grens niet
alleen te waken en zijn oogen open te
houden, maar hf] moet ook in zijn geest
ontvankelijk zij n voor ruime, verzoenende
scheppende gedachten...
Maar dit onderwerp vereischt een nieuw
chapiter.
W. G. C. B Y VAN c K