Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
18 Oct. '19. No. 2206
Regeeringsmaatregelen tegen de Duurte
De Regeering zendt Commissies naar het buitenland"
Teekenlng voor de Amsterdammer" van Jordaan
Min. v. Ijsselsteijn: .Eerst eens kijken, wat ik over afmaken van tijgers kan vinden"
iiiiiiiiiiiiiniiiiiriiiiiiiiiiiiii
figuur in volste aandacht, het verzwakken l
of vernietigen van concureerende speel- ?
krachten. \
Zonder eene uitspraak over deze misschien
zelfs fictieve moeilijkheid te willen doen,
heeft het ons als eene onevenwichtigheid
getroffen, dat de heer Herman Heijermans
zich in de vergadering in American Hotel"
aanbood als regisseur zonder meer, in de
houding, dat de keuze van hem als leider
wel de beste oplossing zou zijn. Tegen de
keuze van H. H. bestaat er toch een tot nog
toe niet naar voren gebracht bezwaar, dat
gelijksoortig is aan dat der
Tooneelkunstenaars-Vereeniging met dit verschil, dat het
werkt op een belangrijker plan, namenlijk,
dat indien H. H. leider zou worden, men
dan aan het hoofd van den Stadsschouwburg
niet IDU hebben een regisseur-speler, ook
niet een regisseur zonder meer, doch een
schrfjver-regisseur, dat dan de mogelijk
schadelijke toestand geschapen is, dat degene,
die de op te voeren stukken te kiezen heeft
en de opvoeringen te leiden, zelf schrijver
is. Door de bedoelde keuze toch zou eene
mogelijkheid tot machtsmisbruik geschapen
worden, die verder strekt en sterker fnuikt
en belangrijker mogelijkheden vernietigt dan
de momenteele spel-mogelijkheden van een
acteur.
Het machtsmisbruik van een regisseur
speler zou zich alleen uitstrekken over de
artistieke prestaties van een acteur en dan
nog door onderlinge verstandhouding zon
der eene dusdanige uitsluiting als een keuze
van regisseur zonder meer ongedaan te
1789-1918
Sinds meer dan twee jaren leven wij
naast de revolutie, sinds een jaar is deze
zeer dicht bij onze grenzen gekomen, een
oogenblik scheen het alsof zfl ook hier zou
uitbreken. Onmogelik op het ogenblik te
zeggen welke de betekenis van deze ge
beurtenissen is, maar geweldig als zij zijn,
mogen zij niet aan ons voorbijgaan. Zal het
nieuwe, waar zo ontzettend velen naar ver
langen, komen? Of zal het vergeefs ge
streden zijn en gejuicht? Die vragen drin
gen zich dageliks op, zonder dat het mogelik
is er een antwoord op te geven. Veel ook
in het gebeurende is ons een raadsel.
Waarom hier geweld en verschrikking, waar
bemiddeling ons mogelik schijnt; waarom
daar een zo weinig radicale omkeer, terwijl
wfj die juist mogelik achten? Wat eigenlik
is revolutie, zo vaak gesteld tegenover
evolutie? Alleen de geschiedenis kan hier
enig licht geven. Uit de grote, franse revo
lutie, die de 19e eeuw inluidde, kunnen wij
veel leren, wat ons de gebeurtenissen van
tans beter doet begrijpen, en vooral hoe de
mens zich gedraagt in tijden van om wenteling.
Daartoe is het volgende een poging.
I. AAN DE VOORAVOND
We hebben allemaal gelachen om de
revolutie-op-acht-dagen zicht van de S D.A.P.
Was dat een revolutie, die zo vooruit werd
aangekondigd? Daarmee leek ons het ge
heel al vooruit een mislukking. En wat kon
het Congres in Rotterdam nog besluiten
toen eenmaal een week gepasseerd was,
waarin de publieke opinie zich contra had
uitgesproken ? Ik was in Rotterdam met de
bewakingstroepen". Daar heb ik wel eens
rondgevraagd aan deze en gene, maar nie
mand die ervór was. Ze lachten allemaal
zo eens flauwtjes. De een trok een scheef
gezicht. Hij had het wel graag gewild, dat
nu eens de hele boel door elkaar gesmeten
zou worden, maar zó, dat kon hij zich niet
voorstellen. Een ander rilde al bij het voor
uitzicht, maar zo eens denkend aan zijn
buren en zijn kameraden op de fabriek, was
h i] toch heelemaal niet benauwd. D'r zou
wel niets van komen, als die het moesten
doen...!" Het Congres heeft zich warm
gemaakt, heeft getwist en gejuicht en
gemaken zijn, de door een schrijver uitge
voerde macht zou niet alleen niet meer te ver
nietigen zijn, maar daarbij nog fnuikend
zijn voor belangrijker mogelijkheden, voor
de bron der tooneelspeelkunst en, zulks
althans gedeeltelik, voor de maatschappe
lijke levensmogelijkheid van andere schrij
vers. Het is een bekend feit, dat de
Tooneelvereeniging" (Dir. H. H.) zoo langza
merhand eene Naamlooze Vennootschap
tot exploitatie van stukken van Heijermans"
geworden is. Hebben wij evenmin als C. J.
A. van Bruggen aan wlen die N. V. op
vatting ontleend is iets tegen die spe
cialisatie in het Grand-Theatre, wi] zouden
eene dergelijke exploitatie-maatschappij met
zetel op het Leidscheplein en met de Ge
meente als eerste vennoot een volstrekte
onbillijkheid ten opzichte van andere
schrijvers vinden.
Klaarblijkelijk is de heer H.H. de
GrandTheatre-onderneming begonnen teneinde het
zeggingschap te hebben over de opvoeringen
zijner eigen stukken. De koopman Heijermans
schiep den schrijver gelegenheid. En indien
nu H.H. leider zal zijn van den gemeentelQken
schouwburg, zal hf dan in staat zijn het
voordeel te ontberen, ontberen ter wille van
anderen, dat hQ zich thans verschaffen kan
door stukken van zichzelf op tooneel te
brengen, die zeker niet in het huidige aantal
vertoond zouden worden, Indien ook h IJ
evenals anderen een goed keurend leider
voorbij moest?
Hoe zullen tooneelstukken, die mogelijk
met zijn werk kunnen concurreeren, door hem
liiiiiitilliliilltllllllllllliililiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiii
dreigd, maar het verschilde in niets van
elke andere vergadering.
In Duitschland, had men daar de revo
lutie verwacht? Er dreigde wat, er moest
iets gebeuren, er waren er, die aan de
mogelikheid als zeer groot en steeds groter
wordend dachten, die maatregelen namen
om het gezag omver te werpen, en die er
voor werkten, samenspanden, confereerden.
Maar zfj begrepen het wezen van de revo
lutie zelf: er moet een ogenblik komen,
waarop bij allen het besef wakker wordt,
dat het zo niet langer kan en die gedachte
moet zich plotseling verharden tot de daad.
Genoeg gemord en geklaagd, tans gegrepen
en geslagen!
Snelheid van verandering en htftigheid
zijn het kenmerkende van de revolutie.
Heeft niet in 1566Barlaymont de landvoogdes
gerustgesteld met de historiese woorden:
Madame, ce ne sont que des gueux?" Dat
was de rustige optocht der smekende
edelen", waarop in enkele maanden de ge
weldige uitbarsting van de Beeldenstorm
volgde. Zoo ook in Frankrijk bij de grote"
revolutie. Bij een van de eerste oplopen in
Parijs moet Lodewijk XVI gevraagd hebben,
terwijl hij uit het venster keek:
Qu'est-ceque c'est, cette révolte?'' waarop een hove
ling hem antwoordde: Ca, c'est la r
volutlon." Dat tekent de plotselinge overgang
van ontevredenheid tot omwenteling. In
Mei kwamen de Staten-Generaal bijeen en
14 Julie bestormde het Parijse volk gewapend
de Bastille, die citadel van het absolutisme!
Dumont, een der afgevaardigden vertelt het
in zijn dagboek, uit de maand Juni: Alles
was in beweging in Parijs. De koelste kop
pen deden mee met de hartstocht van het
ogenblik. De gehele massa was opgewon
den," en hij voegt daar deze woorden aan
toe, die de revolutiemakers in 't oor mogen
knopen: Het is belachelijk aan samen
zweerders te denken om zulk een drang te
verklaren, zo plotseling, 10 uitgestrekt als
die van het franse volk in deze tijd."
Dit alles was echter geenszins aangekon
digd, noch verwacht, noch gewenst. Dat
leren ons de cahiers". Lodewijk XVI had,
overeenkomstig het advies van zijn minister
Necker, die geen uitweg meer zag uit de
geweldige financiëlenood,besloten
deStatenGeneraal bijeen te roepen. Ijverig werd in
Frankrijk voorbereid; het moest snel ge
beuren: men had slechts van December 1788
N.V. PAERELS
Meubileering M".
COMPLETE MEUBILEERING
-: BETIMMERINGEN
:
Rokln 128 Telef. 4541 N
iniiiniiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
ontvangen worden ? Hoe zal hfj de regie van
deze verzorgen? Zal hfj deze spelen genoeg
aandacht kunnen geven? Door welke over
wegingen zal het aantal opvoeringen van
met leiders producten wedijverende spelen
bepaald worden, zal het al of niet op het
repertoire blijven besloten worden? Zullen
deze gepousseerd worden of niet ?
De omstandigheid, Heijermans als regis
seur aan den Stadsschouwburg brengt de
mogelijkheid mee, dat de onderhavige be
noeming vervormd wordt tot eene
subsidleering van Heijermans als schrijver.
Het feit, dat door de keuze van H.H. eene
mogelijkheid tot machtsmisbruik wordt ge
schapen, komt ons als onoverkomenlQk be
zwaar tegen deze benoeming voor.
Door den heer H. H. in bovenbedoelde
functie te benoemen zou een alleszins voor
den goeden gang der tooneelzaken en ver
houding der toch al krakeelerige letterkun
digen schadelfjken toestand geschapen wor
den. Er bestaat onder de literatoren geen
mercantiele concurrentie en de aan deze uit
hoofde der menschelfjke onmacht verbonden
gevoelens afgunst, spijt, nijd, jalousle en
haat functioneeren niet. Dit komt doordat
de quallteit van het werk van den een geen
mercantiele schade doet aan de marktwaarde
van het voortbrengsel van een ander, aan
gezien de equatie- waarde voor allen bepaald
wordt door de domme kracht, het publiek,
waar allen in gelijke mate maatschappelijk
nadeel van ondervinden. Indien men nu
echter de werken van een schrijver, doordat
men deze ten opzichte der anderen in eene
strikt bevoordeelde positie plaatst, hoogere
marktwaarde verstrekt, moet noodzakelijker
wijs een gewrijf en valsch gewedqver ont
staan. Indien men een schrfver in een der
gelijke omstandigheid plaatst, dat hij de
vaststelling der algemeene equatiewaarde
ontglipt, moeten noodzakelijker wijs krakeel
en heftig getwist, gedreven door de gevoe
lens afgunst, spijt, nijd, jalousie en haat
geboren worden.
Wij erkennen aanstonds de onredelijkheid
van die drijverij. Maar der
menschengevoelssamenstelllng is niet beter en van een staats
lichaam is het de hoogste plicht, teneinde
de samenleving in redelijke banen te leiden,
rekening te houden met der menschen
onredelijker! aard en zeker niet tot redeloos
heid aanleiding te zijn, door daar, waar
thans iedereen haakt naar democratischer
verdeeling n schrijver onder de weinigen
tot letterkundig kapitalist te maken.
Aan de officieele speelgelegenheid behoort
iedere letterkundige richting vrijen toegang
te hebben, teneinde door verwerkelijking van
demonstratie-mogelijkheid in eerlijken kamp
den prijs der letterkundige overwinning te
behalen. Dientengevolge dient een leider
boven de literaire richtingen te staan en alle
gelijke zorgzame aandacht te geven.
Uit hoofde van boven omschreven eisen
is het schadelijk iemand als leider te kiezen,
die met hart en ziel eene literaire richting
zou voorstaan en volstrekt af te keuren is
het, iemand met dit ambt te bekleeden, die
HOEKER & ZOON
-ar mmmm 435-437
Paarlen - Briilanten
Goud- en Zilverwerk
IIIIIIIItlllllllllllllllllllllllllllllllUIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
tot l Mei 1789 de tijd. In die enkele maan
den moesten adel en geestelikheid persoonlik
hun 561 afgevaardigden aanwflzen, terwijl
de burgerij, de derde stand zooals men zei,
grondvergaderingen moest verkiezen, die op
hun beurt 557 depute's moesten afvaardigen.
Aan de eerste verkiezingen moest elk mee
doen, die lezen en schrijven kon, belasting
betaalde en 25 jaar oud was. De
StatenGeneraal waren bovendien niet bijeen ge
weest sinds 1614 en de reglementen dus
wel wat verouderd. Toch is het gelukt, en
5 Mei zijn de Gedeputeerden van de drie
Standen, waarin officieel nog steeds de
onderdanen van de tegenover allen even
onbeperkt regerende vorst waren verdeeld,
in VersaHles samengekomen.
In die enkele maanden heeft men nog
meer gedaan De koning had gelast, dat in
de grondvergaderingen der burgerij, in de
samenkomsten van adel en geestelikheid,
dus in bijna alle districten van het rijk
cahiers de doléances" zouden worden op
gesteld. Men zou zijn grieven en wensen
formuleren en dat aan de gekozenen als
instructie meegeven. Wonderlike staatsstuk
ken, deze cahiers", opgesteld door die
duizenden, die na anderhalve eeuw politieke
winterslaap, door deze oekase uit VersaHles
werden gewekt en, terwijl zij hun ogen nog
uitwreven, een politiek programma moesten
opstellen! Men vindt er dan ook wel van
zeer eigenaardige redactie, niet alleen van
de onmondige" tiers ëtat; ook de geeste
likheid van het platte land is niet altijd
geletterd. Het cahier van de laatste uit
Torez, verlangt eerst de verzorging van de
visvijvers en in het daaropvolgende artikel
la libertéindividuelle"! Vele zijn woordelik
overgenomen uit de brochure van de een
of andere politicus, andere blijkbaar door een
zeer heterogene vergadering opgesteld, vol
gens het bekende protocolrecept: om de
beurt een regel.
Maar wat hier het belangrijke is, is de
geest van rustig overleg, 't aangeven van
hervormingen geheel langs evolutinaire weg.
Zeker, er is ontevredenheid. Wie was er
eigenlik wei tevreden in Frankrijk, behalve
een enkele edelman of goed doorvoede bis
schop ? Het bestuur deugt niet, de recht
spraak wekt verontwaardiging, de belasting
pachters halen de armsten het ve! over de
oren. Dat wordt dan ook algemeen geuit.
De steden en ook de landadel eisen bijna
niet alleen voorstaat, maar door eigen werk
zelf vertegenwoordigt en in de gevolgde
richting is onwrikbaar vastgewerkt.
Door H. H. als leider te kiezen zou het
gevaar ontstaan, dat de in leder opzicht de
kunst knechtende toestand der 17e en begin
18e eeuw, welke in de 18e en 19e eeuw
slechts met moeite vernietigd werd, te leven
gebracht zou worden, de toestand van gees
telijke overheerschlng en tyrannie. De toen
plaats gehad hebbende tooneelstrrjden zfjn
ieder bekend. Het regisseur zfjn was geen
ambt, in het begin der 17e eeuw zelfs geen
taak soms. Men was verplicht als eenig
candidaat schrijvers tot leider te kiezen.
En het eindeloos gekrjf en getwist van
1613 af tusschen Bredero, Coster en Re
denburg, Coster en Herman Krul, Jan Vos
(1647-1665) en Vondel, Lodewijk Meijer,
Vallan en Engelbrecht en Koenerdings, tus
schen de schouwburg-partij en het genoot
schap Nil Volentibus Arduum, enz. enz.
vond zijn oorzaak in een toestand, zooals
thans ontstaan zou, als H.H. leider van den
Stadsschouwburg werd, kwam per slot van
rekening hierop neer, dat de een de stukken
van den ander niet opvoerde. En de vragen
doen zich op: Zal Helermans met zfjn sterk
uitgesproken letterkundig streven, stukken
van andere richtingen willen en kunnen
regisseeren. Zal zfjn regie van stukken, wier
literair beginsel het zijne vijandig is, dien
recht doen wedervaren, of zullen de hem
zelfs letterkundig aanvallende tooneelspelen
den invloed van zfjne beginselen moeten
ondergaan ? Zal hQ, ten einde zijne richting
te sparen, andere niet aan de officieele
speel-gelegenheid af houden en zullen wij
dan weer niet opnieuw vervallen in 17e
eeuwsche wantoestanden? Een dergelijke
achteruitgang zou thans te meer onredelijk
zijn, aangezien de combinatie schrijver
leider door het beschikbaar zfjn van uit
nemende regisseurs niet tot de
onvermijdeIfjkheden behoort.
Wie de vrijheid der scheppende kunst
aanrandt, wie die belemmert is een vijand
van het beste deel der altijd
evolutioneerende menschheid. Wfj hebben de god
delijke taak de vrijheid der Kunsten te
beschermen" aldus Herman Heyermans in zijn
rapport als Lid van de Rijkscommissie voor
de Dramatische Kunst. Wijders beantwoordt
hij de vraag: Mag de overheid bij haar
steun voorwaarden stellen, die het innerlijke
der Dramatische kunst zouden kunnen be
lemmeren?" zoo volstrekt mogelijk ontken
nend. Maar wfj vragen ons af, zou de
benoeming van H. H. als leider van den
Stadschouwburg iets anders zijn dan een
realistlsch-naturalistischen voet zetten op
een pot waar allerlei planten in groeien
moeten? En zal het niet censuur worden,
willekeurige strikt tyrannieke censuur, indien
de leider alleen te hulp kan komen stukken:
A. die rechtstreeks noch zijdelings aan
zetten tot ongehoorzaamheid aan de wet,
of openbaar gezag (van den realist Heyer
mans) ;
B. die noch in geheel, noch in onderdeden
de zedelijke grondslagen, waarop onze maat
schappij (van den realist Heyermans) steunt,
aantasten;
C. die noch de wijze, waarop daarin gods
dienstige vraagstukken worden behandeld,
noch door afzonderlijke uitingen het gods
dienstig gevoel (van den realist Heyermans)
kwetsen ?"
(Aangehaald bovenbedoeld rapport vraag II).
De heer Heyermans als letterkundige zelf
is een dergenen, die de draagkracht van
onze argumenten als zwaar zal erkennen,
en wij vragen ons af: zal de nobele letter
kundige terwille der letterkunde den nobelen
koopman de candidaatstelling niet verbieden?"
A. DEFRESNE
Antwoord
Ik dank de Redactie ten zeerste, dat zij
me, ongevraagd, in staat stelt het belang
wekkend stuk van den heer A. Defresne te
beantwoorden. Ik weet niet of de heer A.
Defresne waarlijk bestaat of onder pseudo
schrijft *), maar in ieder geval uit hQ sappig
en smakelijk den in tooneelkringen
gangbaren laster betreffende den koopman"
Herman Heijermans en acht ik het niet on
eenstemmig een constitutie, de Staten-gene
raal moeten periodiek bijeenkomen, de be
lastingen door hen vastgesteld worden, enz.
Men vraagt individuele vrijheid, opheffing
van de censuur en wil staatkundige gelijk
stelling van allen. Maar meer niet. Geen
republikeinse geest, de koning wordt zelfs
alom geëerd wegens de bijeenroeping van
de Staten-generaal; ook de adel blijft ge
respecteerd, alleen over opheffing van de
geestelikheid als stand wordt gesproken.
Niemand wil plotselinge omkeer, slechts
hervormingen, geen omwenteling, en de ver
gadering van Auxerre staat geheel alleen
met zijn eis van un coup d'autorltë" om
alle aanmatigingen der bevoorrechten te
vernietigen."
Hoe snel zou deze stemming van enkele
geïsoleerden zich verbreiden over geheel
Frankrijk, zooals Dumont bevond in Juni
en die nog zou toenemen in intensiteit tot
dat op een enkel woord van de geestdriftige
advocaat uit de Provence, Camille
Desmoulins, de in het Palals Royal samengekomen
AAN DEN SCHOEN
Zijn we minder letterkundig
Als we dichten op een broek;
Op een pannekoek of leunstoel
Of een sober koopmansboek ?
Rembrandt schilderde wel hoeden
Kanten kragen of een jas
Zou men na niet mogen schrijven
Over knoopen en een das?
Laat ons Krekelzanger blijven
En eens dichten op den Schoen;
Op de roosjens en de wolkjens
Mogen anderen dat doen.
Laat ons zér nauwkeurig zeggen
Zoo dat iedereen het voelt;
Zonder uit te pluizen zinnen,
Wat men zér bepaald bedoelt.
Is een schoen niet even noodig
Voor bescherming van den hiel,
Als een innige vermaning
Voor het welzijn van de ziel?
Ziet daar vaart een gansene lading
Van het Jankees-land naar hier.
In zijn stille achterkamer
Zucht en tobt de winkelier.
Twintig, dertig, veertig gulden
Vraagt hij voor een schoenenpaer;
In de zaak van de Gemeente
Is men voor een tientje klaar.
Werk ik daarom als een ezel
Voor mijn bankbiljetten-tasch?
Heb ik daarom grijze haren
Voor mijn welgevulde kas?
Dok ik daarom mijn belasting
Voor mijn licht en winkelhuur;
Om te moeten concureeren
Met mijn eigen stadsbestuur?
Plats! daar fietst hij naarden drukker.
Hij bestelt hem een biljet,
Waar hij, om zich duur te wreken,
Prijsvermindering" op zet.
En zijn klanten zijn gered.
De heer Willy Mullens, directeur der
Eerste Nederlandsche Filmfabriek
Haghefilm," elgenaar-explixateur van de Residentie
Bioscoop te 'sGravenhage verzoekt, naar
aanleiding van Speenhoff's K re kei tang De
Kunst," mede te deelen, dat hfj n i e t is
eigenaar vanhetGtand-Theatre te Amsterdam.
J. H. SPEENHOFF
G&urige Sigaar
FABRIKANTE
N.V. DIEVENBACH's
Holl. Sigarenfabriek UTRECHT
l?'
pleizierlg dezen laster met een paar woorden
toe te lichten. Mag ik even dit verklaren:
A. Uit Berlijn, waar Ik een niet
ganschelijkIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIItlllllllllllllllllllllllllllllllllllltllllllllllllllH
nieuwsgierige menigte naar de Bastille zou
oprukken. In de Cahiers" wordt zelfs de
wens niet geuit, dat alle voorrechten van
andere standen worden opgeheven; de be
roemdste van alle brochures uit dat beroemde
voorjaar van 1789, Qu'est-ce que Ie Tiers
Etat?" vond wel, dat het antwoord moest
zijn, Tout." maar zou toch zeer tevreden
zijn met Quelque Chose." En 4 Augustus
1789, als eenmaal een enkele van zijn
prlvileges afstand heeft gedaan, rust men niet
voordat zij alle zijn afgeschaft. Het feodale
stelsel is de boeren tans een oppressie ge
worden, maar in hun cahiers spraken zfl er
nog van als van de natuurlike
eigendomsvorm. Dan vraagt men geen opheffing, slechts
verzachting, zoodat men wat minder slaaf is l
Heeft ook zulk een omkeer niet plaats
gehad in de dultse geesten, die van
verering tot in 't ondenkbare van hun keizer
in enkele maanden kwamen tot diens
vergulzing en verjaging, zodat niet anders dan
een soclalisties ministerie mogelik was?
Ir. H. A. EN N o VAN GELDER
HYG
eerste tage
vier liften
? ENiSCHE
ARTIKELEN
Vingerlingen ......
Fieschspeenen
Catheters
Neus- en Oorspuiten. . .
Irrigatorslang
Borstpompen
Operatie Handschoenen .
Clysteerspuiten
IJszakken (in alle maten)
Hospitaallinnen .... vanat (per nieter)
Vrouwendouches
Warmwaterkruïken .
Warmwatervoetzakken. .
vanaf
per meter
per paar
vanaf
Al deze artikelen zijn van
Prima Amerikaansch Gummi.
DE BIJENKORF