Historisch Archief 1877-1940
14 Juli '23. - No. 2403
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
VROUWENARBEID
De Nationale Vereeniging voor Vrouwen
arbeid had het goede plan het initiatief te
nemen om na 25 jaren nog eenmaal saarn te
roepen de vrouwen die hadden medegewerkt
aan de tentoonstelling voor Vrouwenarbeid in
1898 te 's-Gravenhage gehouden. Een ge
dachte die velen had doen opgaan naar de
Van Dijkzaal van de Haagsche Vrouwenclub,
waar Maandag 9 Juli een namiddagthee werd
geserveerd.
Zoo zijn we daar dan allen, zoover nog in
leven, zoover niet met vacantie reeds afwezig,
te zamen. De zaal heeft haar gewoon sober
aanzien, slechts op de tafeltjes prijken frissche
bloemen. Op 't podium spreekt het verleden;
daar staat omgeven door witte rozen het por
tret van Marie Jungius, zij die het plan van
de te houden tentoonstelling naar voren
bracht, die met hart en ziel haar beste krachten
gaf voor het slagen, zij die het gebouw wist
te ontwerpen, zóó gezellig, zóó intiem, zoo
vrouwelijk doordacht tot in alle onderdeelen.
Dat portret van haar die deze samenkomst
niet mocht beleven staat daar en er om heen
ligt haar plan verwezenlijkt en vastgelegd in
al de foto's van de verschillende rubrieken,
van het terrein, van belangrijke stadsdeelen
uit de plaatsen waar comité's gevormd waren,
van de Indische afdeeling en van nog veel
meer. Onder elke rubriek-foto staan de namen
van de rubriek-bestuursleden, zoo konden,
waar het geheugen faalde, de namen der mede
werksters de herinnering aan vervlogen dagen
weder sterker naar voren brengen. Links van
het podium staat, tusschen donker-paarse
violen, de beeltenis van mevr. C.
PekelharingDoyer, eveneens overleden, de vrouw die het
eerst het presidium aanvaardde maar dit wel
dra gaf in handen destijds van mevr.
Goedkoopde Jong van Beek en Donk, onder wier leiding
de tentoonstelling van vrouwenarbeid zoo uit
nemend slaagde. Naast haar portret prijkt een
groote tuil sprankelend-roode rozen, en ligt
haar boek, het tendentie-boek waarmede de
tentoonstelling werd ingeluid: ,,Hilda van
Suylenburg!"
Ja waarlijk, 't was goed en prettig nog eens
te zamen te komen en het verleden te her
denken voor het zich voor goed achter ons
sluit. Johanna Naber, voor 25 jaar de hoogst
conscientieuse redactrice van het 3x per week
verschijnend orgaan Vrouwenarbeid", deed
voor onzen geest de vrouwen herleven, wier
namen aan de tentoonstelling verbonden zijn,
de ouden, die, door sympathie-betuigingen of
bezoek, op hoogen leeftijd nog belangstelling
in het werk hadden getoond, de medewerksters
door wier onvermoeide werkkracht het geheel
tot stand was gekomen, de jongeren voor
wie de tentoonstelling als een mijlpaal was
geweest, wier arbeid zich nadien vrijelijk kon
ontplooien, omdat het begrip doordrong, dat
der vrouwen arbeid mede recht van bestaan
had. De tentooonstelling in haar strenge om
lijning en eenvoudig-doeltreffende opzet had
ook weten te wekken 't gevoel van
saamhoorigheid van vrouwen onderling. Ze was als
de voorbode van al wat in de tentoonstelling
De Vrouw 1813?1913 krachtiger, omvang
rijker naar voren zou komen en zoo getuigen
van den geweldigen groei van vrouwenarbeid
in die 15 jaren tijd.
Werkend onder het motto zuinigheid" en
groot door eigen kracht" sloot de tentoon
stelling met een batig saldo, als ik 't mij goed
herinner, van / 30.000. Hiermede werd ge
sticht de Nat. Ver. voor Vrouwenarbeid, wier
Bureau genoegzaam bekend kan worden ge
acht. Anna Polak, de tegenwoordige directrice,
stelt ons dit feit duidelijk voor oogen en wijst
er op, hoe het werk van het Bureau steeds
groeiende is en het voortdurend in beteekenis
toeneemt.
Dan komen telegrammen van
gelukwenschen en toespraken en geschenken. De helder
schijnende zomerzon verlicht alles met een
glans van blijdschap en warmte. Die enkele
uren van goed begrepen eenheid in vreugde
volle herinnering van een te zamen door
leefden beteekenisvollen, nieuwen dag, ze
zullen ons nog langen tijd bijblijven.
E L i s. M. ROGGE.
BIJKOMSTIGHEDEN
LXXXI.
Een naïf mensch zal zeker niet ophouden
zich te verbazen, waarom er altijd juist de
verkeerde stadhuizen worden gebouwd, waar
om altijd de leelijke standbeelden op de onge
schikte plaatsen worden gezet; waarom de
minst gelukkige oplossingen van verkeers
problemen worden aangenomen, verwerpelijke
jubileumliederen worden bekroond, aan het
minste-recht-hebbende gezelschap een schouw
burg wordt verhuurd, etc., etc. ad infinitum.
Dit alles toch verzekeren hem de couranten
met groote nadrukkelijkheid en een stoet van
de overtuigendste argumenten; hij hoort het
herhalen aan de bittertafel en in de tram;
hij krijgt daardoor tenslotte het gevoel, dat de
werela heel wat plezieriger kon zijn, als de
menschen, die het voor het zeggen hebben,
van hoog tot laag, zich maar niet altijd juist
op het domste decideerden, en met wrok in
het hart praat hij mee over incompetente
commissies" en bekrompen ambtenarij".
Een enkele keer krijgt zoo'n naïf mensch
de gelegenheid te zien, dat de dingen niet
zijn, als ze schijnen", zooals Vader Vondel
al wist, en dat het gescheld, gepruttel en
geprotesteer niet uitsluitend aanzie
altijdopnieuvi-buitengewoon mislukte keuze is te
danken. Die gelegenheid doet zich nl. voor,
als, door allerlei bijkomstige omstandigheden,
het tooneelgezelschap, dat z.g. wederrech
telijk" met de beste dagen in de schouw
burg was bedeeld, die bevoorrechte positie
weer moet opgeven; of als het
alom-afgekamde jubileumlied door een ander wordt
vervangen. Nu zou de naïve mensch verwach
ten, dat de hemel bij zoo'n gelegenheid weer
klonk van vreugdgedruisch; dat iedereen zijn
hart in opgetogenheid moest luchten, omdat er
toch nog rechtvaardigheid en smaak en ver
stand bleek te zijn in ons lieve vaderland....
Integendeel. De kranten, het publiek zijn wér
boos, en misschien nog boozer; wat is dat
voor een manier? Het gezelschap zat net goed,
en begon zich juist in te leven; dat eerste
jubileumlied kende nu iedereen, juist omdat
er zooveel over geschreven was; nu moesten
de menschen zeker maar weer dat nieuwe
gaan leeren;.... ontstemming en verwijten
aan alle kanten. En als de naïve mensch over
eenig begrip en eenig waarachtig inzicht be
schikt, zal nij tot de ontdekking komen, dat,
wat er ook gebeurt en wat er ook gedaan
wordt, het feit, dat er iets gebeurt, voldoende
is, om iedereen tot aanmerkingen en verwijten
te prikkelen.
Ja maar", zal nu iemand tegenwerpen,
het zou toch dwaasheid zijn hieruit de
conclusie te trekken, dat het vrij onver
schillig is, wat men kiest, of welke richting
men gaat, want al worden er altijd klachten
geuit, de eene keer komen die van de ne
kategorie en de andere keer juist van den
tegenovergestelden kant".
Deze meening lijkt mij maar zeer gedeelte
lijk juist. Het is inderdaad waar, dat er men
schen zijn, van wie van te voren te zeggen is,
hoe ze in een speciaal geval zullen reageeren:
er is een menschesoort, die elk verbod van
een tooneelstuk zal toejuichen a tort et a
travers, omdat ze een matelooze behoefte
hebben, om hun medemenschen te beredderen
en te bedoen, en er is een andere soort, die elk
verbod van een tooneelstuk zal afkeuren, om
dat ze zweert bij vrijheid" en zelfstandig
heid", al zou die vrijheid in den modder en de
viezigheid blijven kleven. Maar de groote
schare, van wat we gewoon zijn met een ver
velend woord intellectueelen" te noemen,
zal het toegelaten" tooneelstuk afkeuren en
het verboden" tooneelstuk beminnen en be
wonderen; ja zelfs, hetzelfde werk hoog
staande kunst" of het léven-aanvretende
decadentie" noemen, al naar het vrij-gelaten
of weggestopt werd.
Is dit alles alleen te verklaren uit
zucht-tottegenspraak; of uit de nobele behoefte om het
in-den-hoek-geduwde bij te staan?
Ik heb lang over dit alles nagedacht, en ik
ben tot de conclusie gekomen, dat al die gloei
ende protesten, al die eeuwige ontevredenheid
en dat betere inzicht van stuurlui-aan-de-wal
toch tenslotte te danken zijn aan die
allersympathiekste menschelijke eigenschap: zijn
?MHIIIIIIIIIIIIIIIIIIMII flMlllmiHIKIIIIIIIIIIUIMIIIIIII" IMIMMIIII
VRUCHTENKOEKJES
VAN
SIPKES HAARLEM
gijn voortreffelijk van kwaliteit
en aangenaam van smaak
iiMiiniiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiii
iMMIMmilimiHlllllllllllllllllltllinillllullllllllllllIll nu
PARNASSIA
Nu komen de lange zomerdagen van de
vacantie en daarna het behaaglijke nazomertje
dat duren kan tot November. Nog altijd is
er kans dat de rekening van dit merkwaardige
jaar zal sluiten met een batig saldo. Den nach
tegaal hoorden we den lüden Juli nog weer
eens opnieuw zingen, maar niemand ver
wacht, dat hij nog eens zal gaan broeden, doch
tal van vogels, die.een soepeler bestaan leiden
en ingehouden waren door de gure Mei,
beginnen nu nog weer met nieuwen moed,
zoodat deze Juli meer vroolijkheid te aanschou
wen geeft, dan we van Sint-Jacob gewoon
zijn. Op sommige stranden ligt het nog vol
met eieren van sterntjes, meeuwen en plevieren
en in het struweel zijn tjifjaf, braarnsluiper,
grasmusch en groen vink nog druk bezig.
De zwaluwen zingen en bouwen nu op hun
best, houtduiven en tortels weten nog van
geen ophouden.
De roode klaprozen en de geurige kamper
foelie waren beide verbijsterd van kou en
nattigheid en de duisternis, die maakte, dat
het verschil tusschen middag en voor-avond
nauwelijks merkbaar was. Deze planten, die
we anders gerust tot de tijd-aanwijzers mogen
rekenen, waren de kluts tamelijk wel kwijt
geraakt; ze openden hun bloemen op zeer on
regelmatige tijden en hadden uren noodig
voor wat ze anders in een kwartier klaar
speelden. Nu echter na een dag of tien
van werkelijken zomer zijn ze weer volmaakt
op dreef. 's-Morgens om zes uur gooien de
ontembaar idealisnre. De mensch hunkert
naar het absolute; met minder-dan-het-vol
maakte kan hij geen vrede hebben.
Nu pleegt echter alles, wat zich verwerke
lijkt, zeer onvolmaakt te zijn, al is het het beste
werk van een groot bouwmeester, al is het het
wijste besluit van een wijze jury. Maar de
naar volmaaktheid hunkerende mensch kan
de teleurstelling over de werkelijking", van
wat hij zoo eindeloos-schoon in droomen zag,
niet verduwen, en daarom voelt hij zich ge
roepen, ieder, die iets doet", die iets uit het
eindelooze gebied der mogelijkheden vast
legt" in de begrensde werkelijkheid, uit te schel
den en te smaden.
Wanneer we de menschen maar eenmaal
als teleurgestelde idealisten beschouwen, wor
den de kibbelarijtjes en de moties van afkeu
ring, de verdachtmakingen en de aanklachten
dezer wereld ineens veel begrijpelijker. En dan
begin ik óók te begrijpen, waarom eerst ieder
een aanmerkingen had op dat statige,
Vondeliaansche jubileumlied van Carel van Delen,
en waarom nu het nieuwe, vlotter en gemakke
lijkere ook weer nergens in den smaak valt:
toen de menschen echte poëzie" onder de
oogen kregen, moesten ze er aldoor aan den
ken, dat ons volk zoo weinig poëtisch
ontwikkekd is; dat het dit gedicht nooit uit zijn
hoofd zou kunnen leeren; en die gedachte maak
te hen kregel; ze werden kwaad, en ze riepen:
het is een onzinnige keuze, dit is niet te zin
gen". Het bestuur v/d. vereeniging tot ver
edeling van den volkszang, (dat zeker nog
niet zoo diepzinnig over den aard" van het
verzet tegen alles, dat zich verwerkelijkt",
had nagedacht), wierp, met een hart vol ver
wachting, het publiek nu een geheel andere
prooi toe. Maar bij het lezen van deze zoet
vloeiende regels bezon de idealist" er zich
op, dat men er niets aan heeft, of een volk al
zingt, als het niet een kernig, een forsch en
mannelijk gevoel is, dat zijn lied vertolkt
En men was wederom ontevreden, omdat men
het volmaakte" wil: nl. het grootsche ge
dicht en het volk, dat dat begrijpt. Want,
ofschoon moderne blijmoedigen het ons tegen
woordig anders willen aanpraten: verwerke
lijking is teleurstelling, en wie het niet zoo
voelt, mist het vermogen van schoon te droo
men En dan wil ik toch maar liever niet
ruilen....
Een schaap met vijf pooten"; zoolang het
dagelijksche leven» dit niet oplevert, en ons
integendeel, (om in de beeldspraak te blijven)
met n met drie of met twee pooten pleegt
af te schepen, zullen de idealisten blijven mop
peren over de stomme wereld.
En zij, die uitgescholden worden, zullen
daar ten slotte nog blij .over moeten wezen ook.
A N N i E SA i. OMONS
iiiiiiiiliiimiiiiiiiifiiiiliiiiimiiH.miiiiiiiililliirmiiiiiiimifiMiiiiiiimii
IETS NIEUWS
gen op 't oogenblik de voordeelen der elec
trische kooktoestellen nog niet voldoende om
ons over dat verschil in prijs te doen heen
stappen.
Waarbij nog komt, dat de electrische toe
stellen in hun eersten aanschaf"ookaanmer
kelijk duurder zijn dan de daarmee overeen
stemmende gas-apparaten.
Houdt u me nu niet voor ultra-conservatief.
Er behoort geen buitengewone profetische
aanleg toe, om te voorspellen, dat binnen niet
te langen tijd, de electriciteit het van het gas
zal winnen, óók waar het de spijsbereiding
betreft, en... .ik kan er me op verheugen, dat
ik dien tijd nog zal mogen meemaken.
Maar iets anders is het, of men met een ge
rust geweten zich nu reeds als huisvrouw
mag werpen in de armen der electriciteit
(pardon, Charivarius) met de bijgedachte
dat die omhelzing" ons een boete uit de
huishoudkas bezorgt.
Afwachten dan, en door onze negatieve hou
ding indirect aan de ontwikkeling van de
electrische mogelijkheden op huishoudelijk
gebied schade doen?
't Moge egoïst lijken immers de afwach
tende profiteert intusschen van de (misschien
ook minder prettige) ondervindingen der
pioniersters ik zou toch aan de huisvrouw
met niet el te goed gevulde beurs zeker
voor den eerstkomenden tijd nog maar het
gas in de keuken" aanbevelen,: ze profiteert
dan van verschillende voordeelen, die ook de
electriciteit kan aanwijzen in vergelijking
tot peroleum en kolen, zonder de rol van
proefkonijn" te spelen, een rol, die ze wer
kelijk beter kan overlaten aan haar, die er
het noodige weerstandsvermogen (vooral
financieel!) voor bezitten.
In afwachting daarvan behoeven we ons
volstrekt met ons gas niet misdeeld te vinden,
integendeel.
'k Geloof dat, dank zij tentoonstellingen,
kookdemonstraties en dergelijke middelen
om het gas in de keuken" te populariseeren,
er onder de bekende merken gén meer voor
komt, dat niet in de perfectie al de verbete
ringen heeft aangebracht die de moderne
wetenschap en de vindingrijkheid der practici
van onzen tijd mogelijk maken.
Een komfoor of een fornuis zonder spaar
branders" koopt men eenvoudig niet meer; een
oven met gebrekkige circulatie komt feitelijk
bij geen der bekende fabrikaten meer voor,
ook al moge de een dwepen met Prometheus",
een tweede met Senking", een derde met
Junker und Run," een vierde met K
ppersbusch". (Heb ik er nog vergeten? Waarschijn
lijk wél, maar dan vult u het lijstje zelf maar
aan.)
Eén heb ik met opzet niet genoemd.
Daaraan zou ik een afzonderlijke plaats
willen geven, omdat het onder de vele merken
het eenige is van zuiver Hollandsche afkomst,
een Nederlandsche fabrikaat" en iets
nieuws": het Dordrecht-fornuis.
'k Zal niet zeggen, dat gas iets nieuws" is.
Eerder zou ik kunnen beweren, dat het
gas in de huishouding zijn hoogte-punt reeds
heeft bereikt, en zelfs dat het zich ten op
zichte van enkele onderdeelen der huishou
ding zeer bepaald in een neerdalende lijn
gaat bewegen. ?'
Denkt u maar aan onze verlichting, denkt u
maar aan onze strijkijzers: op deze punten
heeft het gas zich reeds gewonnen moeten
geven aan zijn concurrente en opvolger, de
electriciteit; en deze toestand vindt misschien
wel zijn meest krasse uiting in het feit, dat
heel wat plattelandsgemeenten de
gasperiode" eenvoudig overslaan en van de
ouderwetsche petroleum subiet overspringen
op den modernen electrischen stroom.
Eén gebied van de huishouding is daarmee
echter nog niet afdoende geholpen, de ver
warming; en dat zoowel wat onze
woonvertrekken aangaat als wat onze keuken betreft:
daar voelen we het gas nog als een stevige
concurrent van de electriciteit.... omdat bij
al de groote voordeelen (zindelijkheid,
werkbesparing, geringere kans op brandgevaar)
de electrische spijsbereiding en ook de elec
trische kamerverwarming bepaald duurder
uitkomt dan het voor dezelfde doeleinden be
nutte gebruik.
Ik weet wel, dat ook dat veranderen zal
ik durf zelfs naar die verandering verlangen!
maar we zijn er nog niet zoo direct aan toe.
Als de Tricity", het electrische fornuis, dat
het best aan het doel blijkt te beantwoorden,
ons nog een maaltijd verschaft, met 14 Cts.
stroomverbruik, terwijl hetzelfde diner ons
aan gas pi. m. 9 Cts. zou kosten, dan
overweDordrecht-fornuis
In prijs komt dat fornuisje overeen met de
andere : Ze ontloopen op dat punt elkaar eigen
lijk geen van alle veel. En wat de bovenplaat
met haar branders betreft, ook die verschilt
niet noemenswaard van de uit Duitschland
ingevoerde fornuizen.
iiiiiiiiiiiülliliiliitiiiiiiiiililllllllllllllllllliii
ECHTE DEVENTER IK. G} -t±J IK.
ALOM VERKRIJGBAAR
Parnassia in de pan
(Foto C. Sipkes)
dikke papaverknoppen hun kelkblaadjes weer
af in korten tijd en in den vooravond volbrengt
de onderlip van de kamperfoeliebloem weer
in enkele minuten zijn neerwaartsche beweging,
en ongeveer terzelfder tijd opent zich ook
plotseling de gele Teunisbloem. Teunis is
drie weken te laat begonnen, maar dat haalt
hij zonder moeite in.
De najaarsbloemen hebben het opperbest,
vooral omdat de bodem nu weer behoorlijk
vochtig is en dat belooft voor de liefhebbers
een mooie vacantie. De natte hei en de lage
duinpannen leveren ons de mooiste en merk
waardigste bloemen. In de drie jaren, die
achter ons liggen hadden we op menige plaats
hun wegblijven te betreuren, maar nu komt
alles weer terug, zelfs daar, waar we haast alle
hoop hadden opgegeven. Dat is, alsof de
Russen en Oostenrijkers weer zouden betalen
of dat de Hollandsche Lloyd tot pari klom.
Het was dan ook met groot genoegen dat
ik gisteren op zoo'n wanhoopsoord mooie,
groote, dichte pollen van Parnassia zag ver
rijzen, donkergroene, gave, hartvormige blaad
jes dicht op een en daartusschen reeds de
oloeistengels ieder met een ronde witte
bloernknop duor groene kelkslippen omgeven. Met
een paar dagen strekken zich die stelen en dan
npent zich de bloem, die van zeer bijzonder
maaksel is in allerlei opzichten. De witte
kroonblaadjes zijn aanvankelijk meestal
wat groenig en ze hebben een dikke substantie
net of ze gemodelleerd zijn in gips. Gedurende
den bloei strekken zij zich, den zevenden dag
van den bloei is de parnassiabluem zouwat
dubbel zoo groot als op den eersten. Ook het
binnenwerk verandert in dien tijd belangrijk.
Kr zijn vijf witte meeldraden en een witte
stamper en ook dat geeft de bloem iets
gemaakts en onnatuurlijks, vooral die witte
helmknoppen. In andere bloemen zijn die
doorgaans geel, ook wel oranje, rood, blauw
of bruin, maar zelden vindt men witte. Die
helmknoppen van de Parnassia zijn dik, met
zeer duidelijke groeven en ook de stamper
is streng van vorm. De heele bloem zou wer
kelijk wat stijf kunnen lijken, maar gelukkig
zitten er tusschen de meeldraden zeer sier
lijke organen die de roem en glorie zijn van
deze plant. Op onze foto ziet ge ze als donkere
vlekjes aan den voet der witte kroonbiaadjes.
Dat zijn de groene voetstukjes van het
honigorgaan, dat zich uitspreidt in een tiental
of meer fijne steeltjes ieder eindigend in een
glinsterend geel knopje, wel een van de sier
lijkste dingen, die het plantenrijk te aan
schouwen geeft.
De honig zit heel onderaan; zoo weinig is er
dat men langen tijd de Parnassia voor
honigloos heeft gehouden. De glinsterende knopjes
zien er uit alsof daar ook nog wat te halen
zou zijn, maar daar is inderdaad niets. Toch
schijnen die 't meest de vliegen aan te lokken en
men heeft indertijd de Parnassia daarom wel
uitgescholden voor een bedriegbloem".
Toch, als er geen honig is, kunnen de vliegen
er altijd nog wel stuifmeel vinden en er zijn
dan ook in de Parnassia-pan altijd insecten
genoeg.
Als de bloem pas open gaat, staan de vijf
meeldraden op korte stelen vlak tegen den
kleinen stamper aan. Weldra gaat een van de
helmdraden zich strekken en duwt zijn
helmknop tot juist bovenop de stempel. Die
helmknop gaat dan open en een insect dat aan
vliegt op het midden van de bloem, raakt vol
met stuifmeel. Na een poosje strekt de
helmdraad zich verder, buigt achterwaarts om en
brengt de ledige helmknop in het vlak van de
kroonbladeren. Inmiddels is de tweede
helmknop op den stempeltop gekropen en zoo ver
richten ze achtereenvolgens alle vijf dezelfde
manoeuvre. Eerst daarna gaat de stamper
uitgroeien en vertoont dan duidelijk zijn vier
tal stompe stempels, die nu aanvliegplaats
worden, dus in minder dan geen tijd met een
flinke hoeveelheid stuifmeel zijn bedekt, dat
de vliegen van elders hebben aangevoerd.
Daarna groeit de stamper uit tot vrucht,
propvol niet kleine zaadjes waarvan er 33000
In verschillende typische kleurstottingen
vanaf Fl 1 20 per Meter.
Maar de oven kenmerkt zich wél door iets
bizonders in de constructie. Hij is afgeleid van
hetzelfde systeem dat de Gasmeterfabriek
Dordrecht heeft uitgevoerdin den vorm van een
heete luchtgasoven voor banketbakkerijen,"
een systeem waarbij in den oven zelf?de
bakruimte" nooit de verbrandingsproduc
ten van het gas binnen kunnen komen; met
dit gevolg, dat men ten eerste nooit last kan
hebben van een minder gewenschten geur of
smaak aan het gebak, maar dat men in de
tweede plaats ( dit berust op erkende feiten in
de techniek, die ik in dit korte bestek niet kan
behandelen) in den oven een temperatuur mag
verwachten die overal onder en boven
geheel gelijk is.
Wieden lang niet altijd betrouwbaren
warmtegraad kent in verschillende andere gasovens,
wie nu eens een taart, dan een bakblik met
koekjes of een anderen keer weer een stuk
vleesch het slachtoffer zag worden van een
veronderstelling die niet uitkwam die zal
me toegeven, dat het een rustig gevoel moet
zijn, als men het Dordrechf-oventje
kan gebruiken zonder den twijfel of het ver
plaatsen naar een hoogere richel, of wel het
iets laten dalen van het bakblik misschien
gewenscht zal zijn.
En behalve die meerdere zekerheid geeft
ons dit nieuwe systeem ook een betere kans op
zuinigheid. Immers, als de lucht in den oven
overal van gelijke temperatuur is, dan kan men
ook tegelijkertijd op twee verschillende hoog
ten een bakblik op de richels schuiven en bij
gevolg dubbel van den oven profiteeren door
in denzelfden tijd b.v. twee bakblikken met
koekjes gaar te maken in plaats van een.
Wilt u onder de vele merken, voor de
Dordrecht" een herkenningsteeken? ,
Let u dan maar eenvoudig op het Holland
sche trapgevel-motief", dat toevallig klop
pende met de inwendige constructie van den
oven en uitwendig ter versiering is gebruikt
voor de ovendeur en voor den onderkant van
het fornuisje; in 't laatste geval met den
top" naar beneden gekeerd.
MARTINE WITTOP KONING
PRIJSVRAAG VOOR MEISJES
EN VROUWEN
In het maandschrift De Vrouw en haar
Huis is een prijsvraag voor meisjes en vrouwen
uitgeschreven, voor de ingiet December-Kerst
nummer te plaatsen platen. Deze platen
moeten zijn zwart-wit, hetzij lijn- of
gewasschen teekeningen. De Kerstgedachte of eene
aan het Kerstfeest verwant, moet er in zijn
uitgedrukt.
Als prijzen zijn uitgeloofd:
EERSTE PRIJS ? 50.
TWEEDE PRIJS 25.
De jury bestaat uit LIZZY ANSINGH, NELLY
BODENHEIM en ELIS. M. ROGGE.
Inzendingen moeten geschieden vóór l
September en gericht zijn aan de Redac
tie, Koninginneweg 93, Haarlem. Elke
teekening moet voorzien zijn van een motto, welk
motto herhaald moet worden op een bijge
voegde gesloten enveloppe, die naam en adres
van de inzendster moet bevatten. De Redactie
behoudt zich het recht voor, de niet bekroonde
platen, tegen het gebruikelijk honorarium in
het tijdschrift te reproduceeren.
VERZOEKE ALLE STUKKEN VOOR DE RUBRIEK
VOOR VROUWEN" IN TB ZENDEN AAN HET
SECRETARIAAT VAN DB AMSTERDAMMER"
KEIZERSGRACHT 333, AMSTERDAM.
Illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltlllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
in een gram gaan. Geen wonder dat we Parnas
sia overal vinden, waar ze groeien kan, van het
slibbig zeestrand af tot hoog in de Alpen.
Als de grond maar vochtig en kalkhoudend is,
dan wil deze plant welig tieren en dan liefst
in gezelschap van nog een paar kornuiten:
het duizendguldenkruid, het kleine bittere
gentiaantje, de knoopige vetmuur en een paar
soorten van orchideeën.
Geen wonder dat Parnassiaplekjes in tel
zijn en dat men het betreuren moet wanneer
er verloren gaan door ontginning of ontwate
ring en dat wij bij de ontginners en vooral bij
het staatsboschbeheer er op aandringen ze
te sparen. Het mooiste van een bosch zijn vaak
de lichte plekken. Het zal niet lang meer duren
of ons duin is een groot woud van zwarte
dennen. Hoe goed zal 't zijn, om telkens
in dit bosch uit te komen op groote of kleine
valleien, waar de mooiste bloemen van het
oude duin een schuilplaats hebben gevonden.
Hoe gemakkelijk voor de ontginners, dat de
mooie Parnassia hun de te sparen plaatsen
aanwijst.
JAC P. T H ij s s E
BEZOEKT
DE UITGESTREKTE
KWEEKERIJEN VAN
MOERHEIM"
DEDEMSVAART
ZATERD. NAM. EN ZONDAQ GESLOTEN l
S
IIIIIIIHIIIIIII'IIIHUIMMIHIimMHttHHIIIIIIIIIMIMIttllMIIIIMIIIIHIIIIMM