Historisch Archief 1877-1940
r
t
STERKE MANNEN
Teekenlng voor de Amsterdammer" door Jordaan
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOO-R NEDERLAND
22 'S2pt. '23. - No. 2413
Morgen, Primo!"
Morgen, Benito, wat zullen we vandaag eens van de wereldgeschiedenis maken?"
llltllllllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
3PAAM9OH, LHOEL3OH,
FKAH9OH, DUITSOH 01o.
B&rlitz-School
Muumtgnoht 4B1 Tel. 43286
f net. Onderwijl door boltenl. Leeraren
is op 't oogenblik een kwestie, die een groot
deel van 't Amerikaansche volk ter harte
gaat.
De American Peace Award" is het kanaal,
waardoor het volk zijn meening kan laten
afvloeien en het is reeds gebleken, dat het
de gelegenheid tot spreken, die hun geboden
werd, dadelijk heeft aangegrepen.
De American Peace Award "geef t de tegen
woordige openbare meening weer, zooals die,
door mijn toedoen, na een grondig onderzoek
ongeveer & maérrden geleden, is vastgelegd.
Dit onderzoek heeft plaats gehad volgens een
tot nu tae onbekende methode: het drong
door in iederen staat van de Unie en was
zoo absoluut betrouwbaar, dat ik veilig op
de mij verstrekte inlichtingen kon bouwen.
Het instinct dat mij tot het doen van die
onderzoekingen bracht, heb ik gemeen met
ieder nobelgezind mensch, die in de openbare
meening belang stelt en zich de moeite heeft
gegeven te ontdekken: dat er een besliste
ommekeer is gekomen in de publieke opinie
ten opzichte van de politiek die de Vereenigde
Staten zouden moeten volgen met betrekking
tot vreemde mogendheden. Drie jaar geleden
was er een sterke strooming tegen het deel
nemen van de Vereen. Staten aan de beslissing
over wereldvraagstukken; tegenwoordig echter
is er een even sterke strooming voor het
meedoen aan een plan, dat de kwestie tot
oplossing kan brengen.
Dit algemeene gevoelen, dat mijn onderzoek
aan het licht bracht, was natuurlijk niet
onder woorden gebracht, omdat er geen
gelegenheid was van die meening kond te
doen. Menige klare kop, die de verwikkelingen
van de kwestie drie jaar lang rustig had gade
geslagen, kwam voor zich zelf tot een over
tuiging ??een kalm en rustig overdacht
oordeel, buiten een politieke sfeer om be
zonken.
Oogenblikkelijk begreep ik, dat er gezorgd
moest worden, dat die meening naar buiten
kwam, en daar gehoord werd, waar zij kon
worden omgezet in een practisch werkplan.
Slechts wie niet in aanraking komt met het
groote publiek kan tegenwoordig nog zeggen,
dat het Amerikaansche volk nooit over die
kwestie van zijn buitenlandsche relaties
heeft nagedacht. Ik heb gemerkt, dat een
veel grooter deel dan ik vermoed had er
wel degelijk over nagedacht heeft. Ja, dat
het zelfs meer dan teleurgesteld was over de
wijze, waarop die kwestie tot nu toe behandeld
was.. Maar waarheen en tot wie moesten zij
gaan met hun gedachten? Wie had voor hen
een weg gebaand die naar een doel leidde? En
toch was het duidelijk, dat de openbare
meening niet dulden zou, met een kluitje in
't riet gestuurd te worden en dat de weg, dien
zij gaan wilde, rechtstreeks op het doel
aan moest loopen.
Geen oude wegen wilde zij ook gaan, geen
banden dus aanknoopen met den Volken
bond. Niet, omdat er zoo'n oppositie tegen
dien Volkenbond bestond, maar men had
zonder eenigen twijfel behoefte aan een
nieuwen, vrijen weg. Het was alsof het volk
zeggen wilde: wij kunnen die zaak wel in orde
maken, maar dan op onze eigen manier.
Men voelde duidelijk, dat het volk voortaan
in dergelijke kwesties medezegging verlangde
te hebben; om te beginnen in deze kwestie,
maar ook in de toekomst. Het algemeene
lllllllllllllllllllllllllllllllllllimlllllllllllllllllllllll IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIItltlllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIII
voornoemd artikel betreffende een
detailpunt het volgende op te merken.
In het artikel komt o.a het volgende voor:
Hoewel het er niet uitdrukkelijk in gezegd
wordt, stelt de Regeering zich dus blijkbaar op
het standpunt, dat er aan een verhooging der
belastingen niet kan worden gedacht.
Ook dit zou ren middel zijn om de begrooting
..sluitend te maken; maar de Regeering schijnt van
meening te zijn, dat de uiterste grens van
draag,.kracht bij de belastingen reeds is bereikt.
De belastingbetalers zullen dit niet tegen
spreken; maar ook de Rijksambtenaren behooren
daar toe; ook zij worden aangeslagen in df belas
tingen en naar denzelfden maatstaf als de andere
burgers; welk verschil is er voor hen tusschen
een vermindering van hun tractement en een
verhooging tot een gelijk bedrag van hun aanslag
in de belastingen?"
Het zijn in het bijzonder deze drie passages
die mij naar de pen deden grijpen. Bij een be
spreking van Uw hoofdartikel, heb ik
den indruk gekregen, dat men vermeende uit
dit artikel te moeten lezen, dat de heer
Kernkamp in tegenstelling met den Min. van Fi
nanciën voorstander zou zijn van het slui
tend maken der begrooting alleen door be
lastingverhooging.
Het wil mij voorkomen, dat deze uitlegging
van voornoemde passages niet juist is; deze
zou dan ook ten zeerste in strijd zijn met
hetgeen later wordt opgemerkt n.l. dat
de ambtenaren eerst dan het hunne ertoe moeten
bijdragen om het lek te stoppen, wanneer alle
andere uitgaven tot het strikt noodige beperkt
zijn en onder dat strikt noodige verstaan
wij ook een behoorlijke bezoldiging van een tot het
strikt noodige teruggebrachte ambtenarencorps."
[Wie uit mijn artikel hebben gelezen, dat ik
de begrooting sluitend zou willen maken
alleen door belastingverhooging, hebben dit
verkeerd gelezen.?Kernkamp.)
Aangezien men vaak de meening hoort
verkondigen, alsof niets eenvoudiger ware
dan de belasting maar te verhoogen in dezen
tijd van malaise, heb ik gemeend Uwe gast
vrijheid voor dit artikel te moeten inroepen.
In de allereerste plaats moet er m.i. wel
degelijk aandacht aan geschonken worden,
dat de ambtenaar jegens den Staat feitelijk
een dubbele positie inneemt, en wel van be
lastingbetaler en van werknemer, terwijl een
particulier alleen als staatsburger belasting
betaalt wanneer hij tenminste over een
afgeloopen tijdvak winst heeft behaald. Hier
bij is alleen gedacht aan belastingen op het
inkomen en geen zakelijke belasting zooals
grondbelasting e.d.
KRANTEMAN
Het ruize-rijmpje van Charivarius in het
nummer van 8 September heeft verschillende
journalisten zeer ontstemd. Zij zagen er een
aanranding in van hunne beroepseer en uitten
hun toorn in bittere woorden tegen den rijme
laar; ook de redactie van dit weekblad moest
het ontgelden.
Voor deze boosheid bestond geen reden. Het
is allerminst de bedoeling van Charivarius
geweest, het beroep van journalist door het
slijk te halen. Men had, dunkt ons, met eenigen
goeden wil dit reeds kunnen vermoeden.
Wat hij dan wel bedoelde, heeft hij op zijne
gewone, laconieke manier aangeduid, toen hij
de vorige week onder het protest-rijmpje van
den heer Schotel schreef: Onderscheid kran
tenman en journalist; journalist ben ik zelf."
Overgezet in de omslachtiger woorden van een
commentaar, zou dit luiden: met krantenman
bedoel ik alleen die journalisten, die hun
beroep schande aandoen door de minder
waardige practijken, waarmede zij aan hun
blad een nieuwtje bezorgen. Ik acht hen den
naam van journalist niet waardig; daarom
sprak ik, geringschattend, van kranteman."
Juist de journalisten, die hun beroep hoog
houden, moeten, dunkt mij, de gevoelens van
Charivarius tegen een kranteman deelen.
DE HOOFDREDACTEUR VAN DE
AMSTERDAMMER
STORM OP TIL
Met zeer veel belangstelling heb ik
kennis genomen van het artikel Storm op til"
in Uw blad van 8 dezer, waarin behandeld
werd het aangekondigde voornemen der Re
geering om een aanslag te doen op de salaris
sen van het geheele Rijkspersoneel.
Het zij mij vergund naar aanleiding van
ROOKT
Si-FA-Ko's
El Gusto"
SUMATRA 10 cent
Jozef Israels"
VORSTENLANDEN 8 cent
AMSTERDAMSCH
HANDWERK.
Verkrijgbaar bij alle voorname Sigarenwinkeliers.
gezegde was: wij wenschen naar onze meening
gevraagd te worden, voordat er over dergelijke
belangrijke zaken beslissingen genomen
worden.
Dit alles wetende was het geen wonder, dat
ik besloot, hun een middel te verschaffen,
waardoor hun meeningen tot uiting konden
komen. Vandaar dan ook het ontstaan van
de American Peace Award", een onafhan
kelijk plan zonder politieke kleur en niet
vóór of tegen den Volkenbond.
De geldelijke belooning werd er alleen bij
gehaald om de aandacht er op te vestigen,
want natuurlijk kan de geldswaarde niet
worden vastgelegd van een plan, dat een
dergelijke kwestie tot oplossing brengt. Ik
noemde de som van S 100.000 zooals ik elke
andere som zou kunnen genoemd hebben,
alleen als een bewijs van den ernst van de
opdracht om een practisch en uitvoerbaar
plan te vinden. Lang en rustig is er door
ernstige en verstandige menschen beraad
slaagd voordat de zaak haar beslag kreeg; wij
zijn niet over n nacht ijs gegaan. En n
ding is zeker: het Amerikaansche volk is
meer geïnteresseerd in de kwestie der
buitenlandsche betrekkingen dan de stout
moedigste journalist ooit vermoed of verteld
heeft. Bovendien is het verbitterd over de
wijze waarop men hierin gemodderd" heeft.
Als alle politieke overwegingen en per
soonlijke kwesties uitgeschakeld worden,
en dat kan nu geschieden is het best
mogelijk dat het bekroonde plan verrassend
eenvoudig zal blijken te zijn.
DE INTERNATIONALE
PUZZLE
Half September 1923.
Wij staan nu juist in de dagen toen vijf jaar
geleden de wapenstilstand zich begon aan te
kondigen. Bulgarije en Turkije legden fret
hoofd in den schoot. Oostenrijk stond op het
punt, en, naar men nu weet, was in Duitsch
land de noodzakelijkheid ook daar. De toe
stand was nog niet naar buiten bekend,
en door verschillende middelen heeft men daar
van toen gebruik gemaakt om zoo gunstig
mogelijke voorwaarden te bedingen. Nieuwe
regeeringen werden gevormd, eerst die van
Koninklijke Meubeltianspoft-Maatsctiappij
DEGRUYTER&CO
DEN HAAG
AMSTERDAM ARNHEM
Internationale Verhuizingen
Bij het maken van dit onderscheid kan men
dan ook moeilijk volhouden, dat de particu
lier niet-ambtenaar nog niet geleden
zou hebben van de malaise.
De publicatiën van de diverse maatschappijen
die wegens algeheel kapitaalverlies hebben
moeten liquideeren, benevens de toeneming
van het aantal faillissementen vergeleken
bij vorige jaren, zijn daar om het tegendeel
te bewijzen.
De teruggang van de salarissen der ambte
naren, vergeleken bij 1920, is bij de verschil
len die in het inkomen van niet-ambtenaren
in de jaren 1920 en 1922 zijn voorgekomen,
zeer gering te achten, al staat daar natuurlijk
tegenover, dat de ambtenaar vrijwel altijd
zijn levenswijze sober heeft moeten inrichten.
Een andere vraag is nu, kan men ook het
standpunt innemen, dat de belastingen steeds
maar verhoogd kunnen worden? Deze vraag
stellen is m.i. haar beantwoorden.
Als men n.l. in tijden van depressie, wan
neer de inkomens dalen, de belasting steeds
gaat verhoogen, dan zou men ondanks de
verhooging toch wel eens minder kunnen ont
vangen dan vorige jaren. Bovendien zijn door
de hooge progressie de belastingen zelfs voor
de middenstanders al zeer drukkend geworden.
Uit de uitgave van het Centraal Bureau
var. de Statistiek, belastingdruk 1922/23,
heb ik eens nagegaan in hoeveel Gemeenten
de hoogste heffingspercentages bestonden,
doch deze berekening kon alleen uitgevoerd
worden voor de Rijksinkomstenbelasting en
de Gemeente-inkomstenbelasting. Hierbij zijn
dus buiten beschouwing gebleven de opcenten,
die de Gemeenten bovendien nog heffen van
de personcele belasting en de Vermogensbe
lasting, welke percentages ook nog zeer be
langrijk zijn.
Uit voornoemd overzicht bleek dan, dat
de hoogste heffing in procenten van het in
komen in het belastingsjaar 1922/23 in een
aantal Gemeenten bedroeg:
Max van Baden, toen de revolutionaire? en
gunstige verzekeringen werden bij Wilson
uitgelokt. Het eind was .de wapenstilstand,
welke vrijwel ieder fnuikend voor
Duitschland heeft gevonden. In beide kampen zijn
de ingewijden er zich toch later van bewust
geworden, dat in waarheid de oplossing gun
stiger voor Duitschland is geweest dan verge
leken met den werkelijken toestand het
geval had kunnen zijn. En velen zijn nu van
meening, dat de veertien dagen welke men
toen te vroeg" (gelijk het dan heet) den
oorlog geëindigd heeft, de oorzaak zijn van
de vijf jaar, welke men sindsdien nog heeft
moeten doortobben. Een duidelijk
afgeteekende overwinningstoestand, zoo wordt dan
gezegd, een toestand die ook voor den over
wonnene en voor de historie onbetwistbaar
vast staat, is het cenige middel om een vasten
vrede te verkrijgen. Hij maakt het den over
winnaar honderdmaal gemakkelijker groot
moedig te zijn, en den overwonnene, zich te
schikken.
Men kan zeggen, dat de houding der ge
allieerden tegenover Duitschland thans voor
een groot deel beheerscht wordt door de angst
voor die les van nu vijf jaar geleden. Erheerscht
een richting om den stillen oorlog, die sinds dien
en vooral in 1923, zoo hardnekkig is voort
gezet, niet te eindigen dan na een volkomen
verzekerd en misschien zelfs theatraal vast
gelegd succes. Nooit weer te vroeg toegeven,
zoo heet het dan; nooit weer ook de onver
zoenlijke en agiteerende fractie van de tegen
partij de gelegenheid laten het volk op te
voeden in de leer dat het unbesiegt"
daar staat. De tijd- voor grootmoedigheid is
daar, men moet het tenminste hopen !
na het echec, en niet om het echec zelf milder
te maken.
Ieder gevoelt, dat evenals vijf jaar geleden
het Duitschc echec reeds aangebroken is.
Van Cuno's noodlottig krachtsvertoon is even
min iets over als vroeger van dat des keizers
en van Ludendorf. In 't Ruhrgebied: ver
flauwing en vermoeidheid. Ook de
tendentieuse theorie dat de Duitsche regeering geen
deel in de Ruhractie heeft, is verlaten.
Men spreekt het integendeel openlijk uit, dat
het grootste deel der Ruhrbevolking door
de Rijkskas onderhouden en dat de bedrijven
gesubsidieerd worden. Poincaréschijnt vast
besloten niet weer veertien dagen te vroeg"
toe te geven, en krijgt daarin langzamerhand
Engeland mee. In Engeland heeft zich name
lijk in den laatsten tijd de evolutie voltrokken,
dat de opinie van de groote menigte Baldwin
en Curzon naar den Franschen kant heeft
toegedrongen. Oorspronkelijk geleid door den
groothandel en de intellectueelen, heeft het
kabinet na en dóór de jongste publicatie, zoo
sterk de grootere stem" van het land te
hooren gekregen, dat men weer veel meer
met de Fransche lijn medegaat. Het is alleen
te hopen, dat ten slotte Engeland, dat misschien
politiek minder doorziend maar economisch
zooveel knapper is dan Parijs, bij de
positieveregeling van het reparatievraagstuk ten slotte
een leidende hand zal kunnen behouden. Op
't oogenblik bepaalt Poincaréhet tempo.
Tegenover dit alles staat Stresemann, als
de kanselier van de tweede nederlaag. Een
ondankbare, misschien op den duur een zeer
dankbare rol ! Het komt er voor hem op aan,
niet langer in schijn en onoprechtheid, maar
in erkenning der feiten, zijn kracht te zoeken.
Tot dusverre vervult hij die taak op niet onge
lukkige wijze. Het is blijkbaar moeilijk in het
eigen land dit er door te krijgen. Velen gelooven
daar te lande nu ook nog in de mogelijke
resultaten van de propaganda eener
catastrophe-theorie. De vrees voor de naderende
anarchie in Duitschland zou dan de tegen
partij tot toegeven moeten brengen. Men zou
echter kunnen voorspellen, dat ook dit niet
geven zal. Er bestaat bij de tegenpartij,
na deze vijf jaren, een zekere disperaatheid.
Men gelooft niet aan de Anarchiefahigkeit"
van de Duitsche natie. En men is ten slotte
bereid alles te riskeeren om maar een besliste
positie te bereiken.
De naaste toekomst zal dus belangrijke
oplossingen kunnen brengen, wanneer en
zoodra Stresemann beslist partij weet te
kiezen en zich gewonnen geeft. De deskundigen
zijn het er over eens, dat dan een regeling
waarbij Duitschland niet te slecht weg komt,
technisch gesproken geen overgroote moei
lijkheden bieden zal. Ook politiek is er dan
neiging tot sterkere toenadering te verwachten.
Met spanning wachten wij dus.
De andere spanning is voorbij. De
Italiaansche-Grieksche kwestie schijnt geregeld !
Nog is al het hooi niet binnen. Nog kan de
uitvoering van verschillende punten nieuwe
moeilijkheden doen rijzen. Maar het laat
zich aanzien dat daartoe bitter weinig neiging
meer bestaat; in de allerminste mate bij
den meest direct betrokkene, bij Mussolini.
Want hij moge nu laten aankondigen, dat hij
de eer van Italiëheeft gered, in waarheid
heeft hij Italiëeen tik op de vingers doen
oploopen, tenminste voorzoover hij zich aan
vankelijk aan overdrijving heeft schuldig
gemaakt. Italiëziet nu zijn gematigde aan
spraken met eere erkend. Maar het heeft de
overspanning, waaraan het zich daarbij aan
vankelijk heeft schuldig gemaakt, duidelijk
teruggewezen gekregen.
De overspanning is gedurende enkele dagen
fataal, uiterst dreigend geweest. Een fel
persoonlijk bewindsman, die niets of niemand
wilde hooren tegenover l'et doorzetten van
wat hij de nationale eischen noemde. Een
volgzaam en bewonderend volk. Een sterk
anti-Italiaansche beweging bij de strijdbare
Balkanvolken. Sterke en directe belangen
van de groote mogendheden. Wat kan men
meer verlangen om het teere stelsel van den
nieuw groeienden vrede stuk te slaan ? Mussolini
leek het daarop zelf wel aan te leggen, toen
hij zoo zijn eigen weg pjne en liet internationale
overleg afwees.
Men mag daarom zeggen, dat dit teere
stelsel van den groeienden vrede zich veel
beter heeft weten te doen gelden, dan zich
aanvankelijk liet aanzien, en dan velen,
meer op sensatie dan op resultaten lettend,
begrijpen. Het is niet tot de schier onver
mijdelijk schijnende uitbarsting gekomen.
Wat vóór 1914 hoogstonwaarschijnlijk zou
zijn geweest, is nu bereikt: een groote mogend
heid gaat niet haar eigengerechtigden gang;
hare aanspraken jegens een kleine mogend
heid worden aan arbitrage onderworpen,
de datum van het terugtrekken van hare
bezetting is bepaald en wat het beste is,
aan alle kanten schijnt een werkelijke ont
spanning en opgeruimdheid, een betere ver
houding aan den dag te treden.
Dit is alles niet met gemak, en niet langs
den kortsteri, duidelijkste!! weg bereikt.
Wat den Volkenbond aangaat is wel ge
bleken dat deze als een kordaat, en onom
wonden erkend recMsinstituut nog niet zijn
taak geheel vervullen kan. Hij betoont
zich veeleer als een nieuwe vorm van staat
kunde en diplomatie, men moet hopen van
rechtvaardiger staatkunde en van eerlijker
diplomatie. Zij, die eene afdoening der kwestie
hadden verwacht, even gladweg als wanneer
twee twistende burgers voor den kanton
rechter of voor den commissaris van politie
komen, zijn ernstig teleurgesteld. Italiëheeft
zelfs, voor zoover het openbaar aangaat,
de bevoegdheid der nieuwe instelling betwist
en is deswege niet aanstonds openlijk terecht
gezet. De ambassadeurs hebben formeel
't programma opgesteld.
Zij evenwel, die nauwkeuriger zien, geven
zich toch rekenschap van de groote
vredestichtende krachten die hier hebben gespeeld,
die zich hier voor het eerst misschien, hebben
genieten, en die hebben gezegevierd. Daar
toe is de vergadering te Genève het middel
geweest. De oplossing der kwestie, en
eene oplossing waarmede zoowel Griekenland
als Italiëzich nadrukkelijk tevreden hebben
verklaard, is bereikt door drie krachten:
door Groot-Brittannië, door enkele bezadigde
raadgevers van Mussolini, met name Salandra
en Marezza, en door de gezamelijke kleinere
mogendheden van Europa. Die hebben hun
beslissend werk gedaan in Genève. Voor het
eerst misschien in de geschiedenis verneemt
men vandaar dat een Benesch en Nintschich,
een Nansen en Branting, een Hijmans en
Quinones, ja, staatslieden uit Zuid-Amerika,
zich hebben doen gelden.
Het definitieve verloop der resultaten moet
n-og worden afgewacht. Voorloopig schijnt
men te kunnen zeggen dat een nieuw
vredesinstrument, op vrij onbeholpen wijze onge
twijfeld, zijn werk inderdaad blijkt te hebben
verricht.
B R A N D A R i s
Ik meen het hierbij wel te kunnen laten,
daar bovengenoemde cijfers voor zich zelf
spreken; het behoeft geen betoog, dat bij
een dergelijke heffing van kapitaalsvorming
geen sprake kan zijn, hetgeen bij een toene
mende bevolking op den duur zal beteekenen
verarming".
De vraag is echter, zullen deze percentages
nog niet meer moeten stijgen, doordat de
Gemeenten meer moeten gaan heffen.
In dit verband zou ik- gaarne even willen
verwijzen naar het persoverzicht van de Be
grooting der Gemeente Rotterdam over 1924.
De begrootingin 1923 ver
meldde als te verwachten uit
belasting netto ? 21.853.01(5.37
terwijl in 1924 verwacht wordt
netto 24.234.060.10
Bij den teruggang der inkomens beteekent
dit dus ongetwijfeld belangrijke
belastingverhooging" en hierop wordt door B. en W.
in de Mem. v. Toel. gezinspeeld.
Uit het vorenstaande blijkt voldoende, dat
n.m.m. belastingverhooging op den duur geen
baat kan brengen, en men zelfs met een ver
laging van ambtenarensalarissen ook nog niet
zijn doel zal bereiken. In de allereerste plaats
dient de Regeering de overheidszorg tot een
minimum terug te brengen.
In een periodiek vond ik onlangs de volgen
de vergelijkende cijfers betreffende de wer
kelijke uitgaven van het Rijk in 1917ende ge
raamde cijfers in de begrooting van 1923; in
het bijzonder vieien de volgende Departemen
ten op:
werkelijke uitgaven raming
in 1917 1923
Onderwijs,
kunsten en
wetenschappen / 44.091.250.20 / 151.548.113
arbeid 14.388.487.03,, 53.903.814
Dergelijke cijfers spreken voor zichzelf en
vereischen weinig commentaar.
Tenslotte zou ik nog eens willen wijzen op
de bedragen, die voor werkeloosheidssteun
worden uitgegeven; in dit verband is de
Gemeente-begrooting van Rotterdam over 1924
zeer leerrijk.
Over 1923 zullen volgens de Mem. v. Toel.
de uitgaven van den Dienst van Maatschappe
lijk hulpbetoon bedragen / 7.341.818.
"Over 1924 wordt geraamd M.759.000 +
/ 038.000.
/ 5.397.000
bovendien nog voor werkverschaf
fing (vrijwel gelijk te stellen
met verkapte uitkeering) 3.700.000
in totaal / 9.097.000
terwijl over 1923 was geraamd aan inkom
stenbelasting een bedrag van / 18.550.000,
zoodat ca. 50 pCt. dient tot ondersteuning
van werkloozen en zooals meermalen gebleken
is, wordt de hooge uitkeering een beletsel om
werk tegen lagere dan standaard-loonen te
verrichten.
Het wil mij dan ook voorkomen, dat de
Overheid aarzelt te bezuinigen op die takken
van dienst waar zulks geboden is, en wel om
redenen van politieken aard, doch het zal
wel blijken, dat men op den duur hieraan niet
ontkomen kan, en dat lapmiddelen als salaris
verlaging, nog afgezien van de vraag of het
moreel oirbaar is, geen redding kunnen bren
gen.
Met dank voor de genoten plaatsruimte,
teeken ik met verschuldigde hoogachting,
R l .1 K S A M n T IC N A AR
's Gravenhagc, 11 Sept. '23.
in I Gemeente buli.:p de Gemeentelijke en RijksInkonistenbela^tiiiR meer dan 52 pCt. v,'b inkomen
,, ,, 50 ,,
,, 48 ,,
.. 47 ,,
,, 40 ,,
,, 8
, 10
, 19
, 24
, 30
, 52
45
,, 44 ,,
., 43 ,,
,, 42 .,
,. 41 ,,
., 40 ,,
CORRESPONDENTIE
Aan den schrijver van het ingtzonden
stuk, dat onderteekend is: ,,Een abonn
van de Groene", verzoeken wij ons zijn
naam en adres mede te deelen; artikels,
waarvan de schrijver ons onbekend is, kun
nen wij niet plaatsen. ??REDACTIE.