Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2436
[/' TiybGENQOf EN''
'l, l ,/(?<.1.. .'.-l ,..!,, l . , l ,1 , /
CAMILLE MAUCLAIR'S
HERINNERINGEN
I
Zij loopen over wat men mag noemen: de negen
tiger jaren der Fransche letterkunde, als de
Symbolisten aan 't woord zijn. De naam van
symbolisten schijnt meer te zeggen dan hij in
werkelijkheid doet, het is een aangenomen naam,
een jaar vijf, zes geleden noemde men zich deca
denten, dat was een scheldnaam, dien men
tot eere wou brengen; als men daarvan genoeg
had metamorfoseerde men zich in symbolisten
om z'n oppositie te markeeren tegenover de
naturalisten en de auteurs, die het oude deuntje
voortzetten.
Laat ons het zoo uitdrukken: het waren de
schrijvers, dichters, romanciers, 'dramatici, die
zich iets aparts voelden.
Natuurlijk, zei een hunner, niemand kan voor
zichzelf geheel instaan wat de toekomst betreft,
maar dit durf ik wel verzekeren dat geen mensch
van mij het burgerlijke woord f i a c r e zal lezen.
En hij is een bekend schrijver van volks
scènes geworden.
Geen buitengewoon groot auteur is in die
negentiger jaren opgestaan en heeft zijn stempel
op den tijd gedrukt dat hij een eigen literarisch
karakter kreeg. De verschillende genres van kunst
zijn zich gaan vermengen, en het is niet alleen
poëzie en proza, die zich vereenigen in de vrije
verzen, maar de dichtkunst wil wedijveren met
muziek en schilderkunst. Er ontstaat een diep
gevoel voor de verwantschap van alle kunst
en haar invloed op het gebied van godsdienst,
wijsbegeerte en zedenkunde wordt erkend. Ja,
4tat universeele gevoel komt in de kunst tot uiting.
Vandaar de gewichtige rol, die de algemeene kri
tiek gaat spelen als beoordeelaar en rechter van het
geestelijk leven eener periode, in haar voortgang
bijna van dag tot dag. Camille Mauclair is een
van die journalisten-critici die het leven van een
beschavingscentrum als Parijs op den voet
hebben willen volgen.
Heeft hij daarvoor bijzondere studiën gemaakt?
Men moet niet te veel plannen en voorbereiding
in Mauclair's loopbaan zoeken. Als arme jongen,
zonder de middelen om veel van het leven te
genieten, heeft hij gedweept met de letteren, die
volgens de boeken den weg voor de vrije beweging
ontsloten; zoodra hij zijn eerste papieren getuig
schrift bezat, vóór zijn twintigste jaar, is hij
in zee gegaan en heeft leeren zwemmen toen hij
eenmaal alleen stond in het gewoel van het water.
Seritude et h o n n e u r littéraires
heeft hij, met gebruikmaking van een titel van
Alfred de Vigny, zijn boek van H e" r i n n
eringen genoemd.
Zijn eerste dienstjaren waren heel streng.
Hij zag niet op tegen het mindere werk.
Voor anderen heeft hij artikels geschreven
ten gebruike in encyclopedieën, proeven gecorri
geerd in drukkerijen, klein werk verricht bij
couranten, en toch, niet groot van stuk, heeft hij
zijn best gedaan dat men hem niet over 't hoofd
zag; zonder klagen heeft hij een sigaret gerookt,
wanneer 't niet voor hem uitkwam een diner te
betalen, en te midden van den winter heeft hij
zich 's nachts warm geloopen in een dun overjasje,
bij gemis aan een nachtkwartier.
Vernedering heeft hij misschien wel eens moeten
doorstaan, maar hij heeft zich opgehouden, geen
schulden gemaakt, geen tijd verboemeld in café's.
Ik heb hem bij den uitgang van die eerste periode
gekend; wat begon hij toen reeds de wijsheid
in pacht te hebben, en de wet te stellen ! Zijn eerste
boek was verschenen, het zou gevolgd worden
door een tweede; E l e u s i s heette de eersteling,
Sonatines het broertje of het zusje.
De symbolisten waren met zichzelf ingenomen
en hielden-zich hoog. Zij luisterden hun werken
op met aanhalingen uit de obscuurste dichters
der oudheid, of uit kerkvaders die folianten
nadden geschreven; zij zochten het in de kleuren
van het papier, waarop hun geschriften werden
gedrukt, en toch waren het grootendeels eenvoudige
en eerlijke menschen; zij maakten van hun talent
geen koopwaar.
Stéphane Mallarmébehoorde tot de gidsen
van' het jongere geslacht. Van hem die terug
dateerde tot een voorgaande periode hebben de
jongeren de beginsels van belangeloosheid en
van eerbied voor hun kunst overgenomen. Het
doet goed Camille Mauclair over. hen te hooren.
Zijn hart spreekt dan even goed als zijn verstand,
of liever hij heeft de aanraking ondervonden
van een geniale evenwichtige persoonlijkheid wier
nabijzijn alleen reeds in staat is om de menschen
te transformeeren.
Het weinige door Mallorméop schrift gestelde,
zijn gedichten, zijn proza, had de jeugdige leer
ling der letteren met bewondering en met toewij
ding gelezen, zooals men hem moet lezen, wil
men tot hem komen. Geheel verstaan deed hij
hem zeker niet. Om de woorden van den dichter
ligt een mysterie, dat toch niet ondoordringbaar
schijnt. Passages achtereen worden soms op een
maal verlicht, in gelukkige oogenblikken wanneer
men zich heeft ingedacht in de manier waarop
de dichter zich had geplaatst tegenover de dingen
d-ie hij wou uitdrukken, dan komen wondervol
de woorden op hun plaats die eerst ongeregeld
over de bladzijden verstrooid lagen, en die woorden
pikken met de schelheid van het licht door het
vage heen en worden een weldoende guirlande.
Het heeft dikwijls iets van een plotseling aange
stoken gasilluminatie.
Zoowel de duisternis als het licht geven te
raden; het geheimzinnige trekt aan, men vermoedt
een machtig personage achter de orakelwoorden,
en het wonder is: de dichter wist zonder eenigen
ophef, zonder pose dien toovenaar voor te stellen
in zijn doodeenvoudige en toch niet armelijke
omgeving.
AndréGide, die toen ook nog niet ver afwas
van het begin van zijn loopbaan, maakte Mallarm
opmerkzaam op een artikel door Mauclair over
hem geschreven, en kort daarop ontving de
jonge man een van die als in steen gehouwen
aankondigingen hoe aangenaam het den dichter
zou zijn hem op een van zijn Dinsdagavonden
te zijnent te zien.
Men moest vier verdiepingen hoog gaan in het
drukke kwartier van de rue de Rome
eer men den tempel bereikte. Op de derde ver
dieping waar het voorportaal eenigen omvang
had, stond een bank, en daar wachtte men el
kander af. De entree op de vierde viel tegen.
De deur opende zich bijna onmiddellijk op een
kleine langwerpige eetzaal, die met veel moeite
twaalf personen kon bevatten. Recht huiselijk
op pantoffels, een shawl over de schouders geslagen
tegen de kou, ontving er de gastheer, in een
kort oud jasje, gezet en koudelijk bij den porse
leinen kachel geplant.
Hij leek maar weinig op het ideale portret van
Whistler's crayon met het voorname
Henriquatre gezicht, de lustende oogen en even de
ondeugende faunuitdrukking van het gelaat;
maar de stem en de blik gingen spoedig hun be
koring uitoefenen, zoodra hij het woord nam;
en de beweging van de hand met haar gracieus
gebaar onderstreepte de maatvolle taal van zijn
lippen.
Maucleir, jong, vooropdringend had niet direct
het besef van de atmosfeer die in het heiligdom
heerschte, hij waagde een vraag en een opmer
king, maar hij moest er dadelijk voor boeten,
niet alsof de meester zelf hem eenig onheusch
bescheid gaf, integendeel die bleef kalm vriende
lijk, maar de ingewijden keken hem aan, als had
hij een schennis van hun eeredienst gepleegd,
en zou men den indringeling liever niet terug zien.
Immers men kwam niet bij den hoogepriester
om er wijsheid mee te deelen, maar om er wijsheid
te vernemen.
De nieuwe adept moest nog gewennen aan den
ritus, aan den damp der sigaretWn en aan de
glazen punch, die geregeld om half elf werden
binnengebracht ter distributie, door de gracelijke
verschijning van Mademoiselle Mallarmé.
Wat hij heeft geleerd, Mauclair, van de bijeen
komsten bij Mallarmé?
O, hij met zijn gretige oorert heeft kennis opge
daan van de verschillende stijlprocédés. Want
evenals de schilders onder en voor elkander hun
geheimen hebben van kleuren en diepten van voor
stelling, zoo bestaan er ook min of meer geheime
manieren om woorden waarop de aandacht moet
vallen tot hun volle waarde in 't licht te brengen
en aan passages een tonaliteit te geven, die hen
zuiver in 't geheel doet passen. Aan die quaesties
van rhythme en expressie had Mallarmézich
bijna uitsluitend gewijd. Hemzelf hebben zij ver
hinderd een scheppend kunstenaar te blijven,
daar zijn streven naar volmaaktheid van
phraseering hem de vleugels bond, maar hij was een
uitstekend model voor journalisten als Mauclair
om zich naar te regelen en onder de overhaasting
van het dagelijksch werk het gevoel te handhaven
voor den werkelijk levenden stijl.
Er was toch meer nog dat hij aan hem dankte.
Msllarméwas van klein burgerlijke afkomst.
De sfeer waar Mauclair toe behoorde was niet
zooveel lager, de oudere dichter had echter zichzelf
ROOKT
Si- FA- Ko's
El Gusto"
SUMATRA 10 cent
Jozef Israels"
VORSTENLANDEN 8 cent
AMSTERDAMSCH
HANDWERK.
Verkrijgbaar bij alle voorname Slgarenwlnkellers.
een levenshouding en een levensleer gegeven, die
hem, om met de Gobincau te spreken, tot een
koningszoon, een prins, hadden gemaakt. Dat
prinselijke trok Mauclair, het scheen wel of zijn
oudere vriend het uitstraalde.
Mauclair deed zijn best veel om hem te zijn,
zonder hem lastig te vallen. Ook andere jonge
auteurs gevoelden de aantrekking, zij vormden
een soort van lijfwacht om hem heen en oefenden
een minder goeden invloed op hem uit. Hij werd
op een te hoog voetstuk geplaatst en moest zich
in 't oog gaan houden om aan de eischen welke
men stelde, te voldoen. En daarvoor was hij in
den grooten aanleg van zijn aard veel te goed.
Zijn inkomen was niet groot, hij gaf les aan
een college in de Engelsche taal, niemand heeft er
aan gedacht voor den belangeloozen man, die
vooraan stond in de literatuur, een plaats aan een
museum of bibliotheek te bedenken, die hem
onthief van de zorg dag^aan dag les te geven. Zijn
soberheid alleen verschafte hem in
vacantiedagen een verblijf buiten in de omstreken van
Parijs.
Voor zijn dochter had hij daar een ezelwagentje
om haar toeren mee te maken, voor zichzelf
had hij een jol. Hij spande het zeil en in zijn wit
tricot pak ondernam hij tochten van uren lang
over het water. Daar nam hij bezit van zijn
droomrijk en was ongestoord zalig. Hij gaf zich
over aan de lucht en aan het licht, en de heerlijkste
gedachten kwamen hem opzoeken. Tegen den
avond troffen zich wel vrienden samen die in de
buurt woonden, Elémir Bourges, de schrijver van
Le crépuscule des aieux, Gabriel
Séailles, de biograaf van Léonard da Vinci en
andere geestgenooten. Het was dan of de tijden
van Horatius herleefden, die de dichter met
zooveel terug verlangend genot herdenkt: O
noctes, coenaeque deüm o, mijn goden avond
maaltijden !
Hoeveel jonger hij ook was, Mauclair, dan de
andere genooten, hij heeft die watertochten en
die godenmalen enkele keeren gedeeld en hij
draagt er een onvergankelijke herinnering aan
mee.
W. G. C. B u v A N c K
NIEUWE UITGAVEN
Langs (lierenpaden in het hooge Noorden, is met
toestemming van den schrijver, William J. Long,
uit het Engelsch vertaald door Clia Stoffel.
Dit boek geeft evenals de andere werken van
Long, schetsen uit het leven der dieren in de wil
dernis. De illustraties zijn van Charles Copeland.
W. L. en J. Brusse's uitgevers maatschappij te
Rotterdam verzorgde de uitgave.
liniDUükilivbiltiinipgit-luticliippii
DEGRUYTER&Co.
DEN HAAG
AMSTERDAM ARNHEM
Bergplaatsen voor Inboedels