Historisch Archief 1877-1940
10
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2553
DRAMATISCHE KRONIEK
DOOR TOP NAEFF
Casfspiel Alexander Moi'ssi. Ein Sp/el
von Tod und Liebe von Romain Rolland
T^\E litteraire figuur van Romain Rolland staat in
*-J het midden van het jong Europeesch idealisme,
en dat hij, humanist van hooge beschaving, voer zijn
levenswerk den dramatischen vorm koes, mag hen,
die in het tooneel gelooven, verblijden, ook al blijft
daarnaast de twijfel of zijn talenten nu juist in de
richting van het drama heenwijzen. Als zijn levens
werk beschouwt Rolland het polyptiek" van, naar
hij zich voorstelt, twaalf paneelen, die alle het licht
doen vallen op een meer of minder verdicht brok uit
de Fransche Revolutie, dien geweldigen tijd ,,de
douleur et de puissance surhunuin.-", en met elkander
moeten vormen de Ilias" van het Fransche volk.
Zijn epische arbeid, de Jean-Cliristophe-cyclns in
cluis, schijnt hem verpoozing ten opzichte van deze
taak en de aangrijpende stof, we:ke hem nu al vijfen
twintig jaren bezit en tot op zekere hoogte bezielt.
Van deze idealen vertelt ons de ietwat opzichtige
Voorrede" van ,,Le jeu de Pamour et de la mort",
opgedragen aan den vriend uit het bestreden land:
Stefan Zweig, en wij krijgen bij de lezing der mede
aan dit werk voorafgaande, voortreffelijke theore
tische beschouwingen omtrent de eisenen die het
drama den auteur in het algemeen stelt, eenigszins
den indruk alsof Rolland de hooge bedoeling alreeds
in den uitslag zag bekroond. Zóó optimistisch staan
wij er nu niet voor.... In elk geval is het een stof,
die ook om haar te hanteeren, het bovenmenschelijke
vergt. Wij mogen de verpletterende schim van
Shakespeare laten rusten, sterkere werken ook uit
tusschenpericden dringen zich aan ons op, in de eerste
plaats George Büchner's hartstochtelijk
revolutiedrama Danton's Tod", waarnaast het ongeveer
gelijknamig werk van Romain Rolland wel zeer
verbleekt; en ten slofte, geloof ik niet ver mis te
tasten, wanneer wij dezen dramaturg een zwakken,
doch gesublimeerden Sardou noemen.
Bij beiden lijkt ons de inspiratie uit dezelfde bron
nen te zijn voortgekomen, voornamelijk uit het oeuvre
van den populairen geschiedschrijver Lenótre, welke
de Fransche revolutie met zooveel dramatische verve
beschreef, dat de bedrijven als het ware kant en klaar
liggen, en ieder er het zijne aan romantiek en
menschelijkheid aan toe kan voegen. Naar dit laatste
heeft vooral Rolland, die er onzen eigen tijd,chaotisch,
in weerspiegeld zag, getracht, doch in het arrange
ment" dat hij treffen meest, ging van dit diepere,
bewuste leven, dit modern menschelijke, veel ver
loren, terwijl aan den anderen kant het romantisch
exposéweder dot r de psychologie gestremd werd.
Met Le jeu de Pamour et de la nitrt", dot,r liet
gezelschap Meissi in Nederland gebracht, onder den,
het zwaartepunt dezer beide machten verplaatsenden
titel: Een spiel von Tcd und Liebe" heeft hij
intusschen een bescheidener greep gedaan dan met de
bekende trilogie: Les loups", Le Iriomphe de la
Raison",,, Danton", welke hij voornemens is met een
Robespierre" te cempleteercn ; de grootc gestalten
blijven hier op den brandenden achtergrond, wij
voelen hoe de hand van Robcspierre ook dit spel,
waarin inderdaad de dood den voorrang boxen de
liefde toekomt, beweegt, doch wij zien hem niet in
persoon. Dit werkje bevat feitelijk niet anders dan
een alledaagsch familie-conflict, in romantischen
vorm en gedragen op den adem van den tijd, zoodat
de afmetingen ons grooter voorkomen en de gevoelens
hooger vlucht schijnen te nemen dan wanneer het
zelfde zich afspeelde in onze dagen naast on/.e deur.
Hier zijn wij ten huize van een bekend patriot,
Jéröme de Courvoisier, een fictieve figuur, in wien
wij de trekken terugvinden van den beroemden
chemist Lavoisier, maar bovenal die van de
Condoreet l'homme au front de vainqueur et a la bouche
de vaincai", die vóór hij stierf zijn J'accuse"... de
Wereld inshngerde. . . . Met het recht van den dichter
nam Rolland, zonder zich cm de geschiedkundige
overlevering te bekommeren, wat hem van deze beide
gestalten goed dacht en maakte er een middelfiguur
van in de branding van het schrikbewind. Een
geleerde van rijpen leeftijd, wiens overtuiging", tot
dusver onwankelbaar revolutionnaire, het aflegt tegen
zijn gevoel van menschelijkheid, hoe meer hij de ver
dwazing alom aanschouwt, waarin de wenschen
elkaar als wilde dieren te lijf gaan en elk redelijk
woord dooft in het tumult. Het verraad van liefde en
vriendschap, de onbetrouwbaarheid, waar tegenover
hij zijn eigen goede trouw mag stellen, ondergraven
zijn krachten. Een jonge man, hier Claude Vallée
geheeten het verhaal is ontleend aan de mémoires
van Louvet en bevat onder andere namen een ware
gebeurtenis om politieke beginselen vogelvrij ver
klaard en reeds dood gewaand, waagt zijn hoofd om
n kus te mogen drukken op de lippen zijner heimelijk
beminde.... Sophie de Convoisier, de vijfentwintig
jaar jongere echtgenoote van Jéróme. Een marsch
van vijf dagen, zonder paspotrt, in onbeschrijfelijke
ellende en vo< rtdurend doodsgevaar volbrengt hij. . . .
met het geliefd beeld vóór 01 gen.
Het eerste bedrijf heeft ons den gespannen toestand
geschilderd. Koude, h< nger, do<dsangst, en de be
vrijding die uit de doodsgedachte voi rtkonit, de
losbandigheid, die er het gevolg van is. Wij wonen
Teckemng voor ,,de Groene Amsterdammer ' door B. van Vlijmen
ALKXANDKK MG l SS I
dan het oegctiblik bij, waarop S ;phic een teedere
vrouwenfiguur, alom hooggeacht - terloops het
bericht verneemt van den dood van Vallée, dien ook
zij in stilte beminde, om in het Volgend tafereel
er zijn er tien -?mede de verrassing te beleven van
zijn terugkomst. De verbijsterende vreugde van dit
onverhoopt weerzien, verdringt VIK r het moment eik
ander besef, zij kunnen niet anders meer dan elkaar
hun liefde belijden, op straffe van onteering en dood.
Deze tafereelen zijn het voorspel, de waardige
houding van Jéróme de Courvoisier. die, vertwijfeld
uit de Conventie thuiskomend, Voelt wat er in zijn
huis, dat den banneling herbergt, (ingaat, is liet
eigenlijke drama. Hij vindt, man vaji groot en edel
verstand, de kracht afstand te doen, /.onder zelfs liet
offer te doen blijken. Wat men voi r 't geluk van een
geliefd we/en doet, kan, volgens hem, geen offer zijn.
Bovendien, hij is dit leven nu e en de dood li kt hem,
als een verlossing. De twee paspoc rlen, hem door een
vriend verstrekt om zich met zijn vrouw te redden
vóór de dreigende huiszoeking hen met den
gehuisvesten balling overlevert, staat hij aan de beide
anderen af. l lij zegt tot Valiée : Mijn vrouw moet om
gezondheidsredenen voor enkele maanden het land
verlaten, ik zelf kan haar niet begeleiden, ik draag u
de y.org voor haar op".
Deze houding brengt de ongelukkige vrouw tot
bezinning en roept - een zegen de/.er op de moraal
gespitste romantiek - de boven den hartstocht van
het oogenblik verheven gevoelen van trouw en ge
hechtheid, van naasten-liefde, weder in haar op. De
jonge Vallée, voor de keuze gesteld met haar en haar
echtgenoot aanstonds in handen der Sans-eulot ten"
te vallen of, gebruik makend van het paspoi rt, alleen
de vlucht te ondernemen, Kiest het laatste het
leven overwint in hem, het is sterker dan de liefde
sinds hij, naar hij tot zijn verontschuldiging inbrengt,
dóór de liefde weder voor het leven, waarvan hij al
afscheid genomen had, gewonnen werd. Rolland
houdt er veel \an zijn nienschen met edelaardige
motieven vrij te pleiten en di et dit vaak te onpas,
zoodat liet persoonliik karakter in het geïdealiseerd
beeld verlt ren gaat. Hand in hand blijven de
echtgenooten achter, hereenigd, en tot den dood bereid.
Zij weten, dat zij verraden en geconfisqueerd zijn en
wenschen zich aan liet \'i nnis niet te onttrekken, /.ij
spreken van het verleden, van hun lange gehechtheid,
kameraden t< t in den dood. van strijd en druk hcxrijd.
De deur gaat i pen, /ij bemerken r.et nauw, de pa
in uillc treedt himun, in Mei di e k \alt. Dit laais'e
t<» neel ademt diu' iiei gen en miiden geest, okn
Ri.lk ml ongetwijfeld in /K il heeft o< k daar, waar
zijn krachten te kirt schuin om alles wat l'ij wilde
ten uitvoer te brengen.
De regie maakte daar een muziekje bij, Sophie zetu
zich aan liet spinct, en de CoiiVi isier sli eg er zelfs de
maat bij, als om in dit hachelijk nogcnbUk zijn
sangfroid extra te sonügiieeren. Met de/e melodie: lm
Monal Mai" of daaromtremt, is tevens de ver
tooning gekarakteriseerd: romantiek van den
aangcIcngdcn Sardou, waar de zachte stem van den inniger
schrijver van jean-Christophe niet tegenop kon. i let
,,luisteren" werd ons dm r den overvloed van kieitu
effecten en overbodige gebaren haast onmogelijk
gemaakt, en hoe gespitst moeten on/e m ren zijn wil
de bezonken, gevoelige taal relief geven aan het zwak
scenario! l let menschelijk karakter van de Co n r v o isier
de nioreele moed het leven in de o< gen te zien en
trouw te blijven aan zichzelf boven alles, lig! we! in
il e lijn \an Moissi's litteraire aspiraties, het kwam
mis liaan m begrijpelijk voor. dat hij voor zijn debuut
deze oudere rol, waarvoor hij noch de gestalte, iii.ch
de autoriteit van het gerijpt verstand, noch hel
beeldend vermogen bezit, verkozen heeft boven di
ove-rwegenel lyrische rol van den jongen Vallée
welke hem ongetwijfeld beter ligt. Zou kregen wij een
onstuimigen, ner\eiisende Courvoisier, wiens houding
meer verraste dan ontroerde en nauwelijks geloof
waardig scheen bij dit temperament. Flarden van
scherpe gevoeligheid, onderbroken door reminscencen
aan sommige zijner vorige, ook in Nederland terecht
zoo beminde scheppingen, die hier echter hinderlijk
Werkten, opgelegd en onwaarachtig. Waar hij een
voudig en zuiver uit zijn hart sprak, herinnerden \\ e
ons met vreugde, dat de p> tische kunstenaar ook
ditmaal nog andere rollen op zijn repertoiie heeft
dan van de/en intcilectueelcn revnlutionnair op hel
einde zijner dagen.
Moissi weid matig gesecondeerd. Door Krika
Wagner (S.'p o ie) een edele verschijning, die een e n kek
maai ook den tm n trof. o.a. daar, waar ze gewin n
menschelijk tot Val'ée /ei: ,,Mijn man is van on/e lieUK
op de hoi gte", maar ook veel bedierf door een
patlietiek, waarti e Rolland weliswaar aanleiding geeft
maar die men, om hem een dienst te bewijzen, niet
geil! eg kan temperen. Den besten vond ik Claude
Val'ée" van Otto S.'ltau: hier was warme nxeigavc
z.' mier dat de acteur zich at'vn eg In e het publiek
het v< nel. Dat hij den pijnlijken aftocht niet wis; u
redden lag meer aan den auteur il a n aan den vertolker
Was ei' in den ^f.i'sschouwburg geen heter mcühi'ee-i
beschikbaar vo, r deze opvoering, waarin een ?clirijvu
en een loonee'spe'ir van Eun pee.-ene wru:aanil:eiil
zich di en kennen V Eeu mineer iienehavio e m< n; ei
ring i i k wat de ^ os uur s biitvlt / >.. hei WeiK
al dadelijk i pceiivi i niMi.er plan brengen.