Historisch Archief 1877-1940
DE B-E L G I S OH E FRANC
, GESTABILISEERD
DOOR PAUL SABEL
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VQOR ^EDÈRLAND
Nq. 2578
I'\
'?v
- Belgiëjfaa/ Frankrijk voor in het verkrijgen
? van een waardevol ruilmiddel
DE ondervinding der laatste jaren heeft wel over
tuigd aangetoond, hoe gemakkelijk het is
het ruilmiddel van een land in waarde te doen
"verminderen en aan den anderen kant, hoe
moeilijk een herstel dier waarde te voorschijn te
roepen. Nu is dit een allesbehalve nieuwe waarheid
en men behoeft niet zoo buitengewoon thuis te zijn
in de economische geschiedenis van ons werelddeel
om zich hierbij de lotgevallen van het door John Law
in omloop gebrachte fiduciaire papier en die der
assignaten tijdens de eerste Fransche republiek voor
den geest te roepen. Wanneer men, zooals het tegen
woordige geslacht, verscheidene munteenheden ernstig
in waarde heeft zien verminderen of tot totale waarde
loosheid vervallen, kan men zich een heldere voor
stelling maken van de verschijnselen, die een dergelijke
devalvatie vergezeHen. Achtereenvolgens is men van
den lawine-achtigen val van Roebel, Oostenrijksche
Kroon en Mark. getuige geweest, zoodat in de des
betreffende landen tot aanneming van een geheel
nieuwe munteenheid moest worden overgegaan. In
Rusland kreeg men de Tsjernowets, in Polen de Zloty,
tiir^ostgiu ijk de Sclfflffiig", in Hongarije de Pengöenz.
Hier was dus in eigenlijken zin sprake van een
Umwertung aller Werte".
? Ook in de Romaansche landen heeft men het herstel
der waarde van het ruilmiddel niét kunnen bewerk
stelligen. In Spanje was de waardevermindering het
minst erg, maar Portugal, Italië, Frankrijk, Belgiëen
Roemeniëtoonden in toenemende mate een sterkere
depreciatie. Van tijd tot tijd schenen Frankrijk en
Belgiëhet tot grootere waardevastheid van hun ruil
middel te kunnen brengen, maar ten slotte bleken
deze landen hun valuta toch niet uit eigen kracht op
peil te kunnen houden. Met name meende meri nog
in den aanvang van dit jaar, dat de Belgische franc
op circa 11 cent kon gestabiliseerd worden, maar de
plotselinge en aanhoudende daling van den wissel
koers op Brussel tot ongeveer 5'/2 cent toe deed het
ijdele dier verwachting spoedig genoeg inzien.
Verschillende ingrijpende maatregelen moesten
door de Belgische regeering genomen worden om de
financiën des lands in gezonderen staat te brengen.
Allereerst moest worden gedacht aan vermindering
der. vlottende schuld, waartoe de Belgische Staats
spoorwegen in een naamlooze vennootschap, de
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen,
opgericht krachtens een Wet van 23 Juli 1926, werden
ingebracht. Aan deze vennootschap verleende het
Belgische rijk het recht de staatsspoorwegen voor
den tijd van 75 jaar te exploiteeren. Deze maat
schappij verkreeg een kapitaal van 11 milliard francs,
waarvan 10 milliard francs preferente aandeelen, die
werden overgedragen aan het Fonds
d'Amortissement de la Dette Publique" onder verplichting deze
preferente aandeelen uit te geven, zooals dan ook is
geschied, o.a. frs 200.000.000 hier te lande in Augus
tus j.l. Het Belgische rijk nam de verplichting van
een rentevergoeding van 6 pCt. en van de aflossing
d,er hoofdsom op zich, waarbij een koersgarantie
werd gegeven op basis van 175 Belgische francs per
Engelsen pond, hetgeen thans uitkomt op circa
6.92| cent, dezelfde basis, waarop men ten slotte
den franc heeft gestabiliseerd.
Daar het Rijk het recht gaf de in omloop zijnde
6 pCt. schatkistbiljetten tot volstorting van den prijs
van uitgifte der Preferente aandeelen te gebruiken,
van welk recht houders van frs. 4.201.436.000
kortloöpende schuld gebruik maakten, verminderde de
binnenlandsche*vlottende schuld van Belgiëdaardoor,
met inbegrip van de Postsp?arbank-rekeningen, tot
frs. 2153 millioen of circa ? 150 millioen. Het bedrag
der buitenlandsche vlottende schuld beloopt thans
circa ? 60 millioen, zoodat de geheele vlottende schuld
van Belgiëcirca ?210 millioen groot is tegen ?245
millioen die van Nederland. Bovendien hebben het
Belgische rijk en de Banque Nationale uit gelden,
welke buiten de opbrengst der tharfs uit te geven
stabilisatieleening beschikbaar zijn, voorzieningen
getroffen om de geheele buitenlandsche vlottende
schuld ter hoogte van ongeveer ?60.000.000 af te
lossen, waardoor de financiëele positie des lands dus
aanmerkelijk gunstiger zal worden.
Wij noemden hierboven reeds het Fonds
d'Armortissement de la Dette Publique", dat in Juni van dit
jaar is opgericht ten einde alles, wat betrekking heeft
op de aflossing der staatsschuld op zich nemen. Deze
N.V. Gerard A. v. d. Steur's
:-: KLEERMAKERIJ :-:
Haarlem, Kruisstraat 7 Telefoon 10730
Uitsluitend Ie kwal. Engelsche Stoffen
Vraagt voorwaarden voor abonnement
amortisatiekas of delgingsfonds ontvangt o.a. vier '
jaar lang een speciale bijdrage van minstens
frs. 1.500.000.000 per jaar, waartoe speciaal voor dat
doel toegestane belastingen in het leven zijn geroepen.
Verder zijn aan dit fonds, zooals reeds werd gememo
reerd, de frs. 10 milliard preferente aandeelen der
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
ten goede gekomen^, waarvan een deel is aangewend
voor conversie van vlottende schuld n de opbrengst
van den verkoop der resteerende preferente aandeelen,'
na aftrek van 10 pCt., eveneens zal moeten dienen
tot aflossing van Belgische schuld. Ten slotte komt
ook de opbrengst van den verkoop van staatseigen
dommen aan de amortisatiekas ten goede.
Na het doorvoeren dezer ingrijpende ma'atregelen '
ontstond een financiëele basis, waarop met het buiten
land onderhandeld kon worden omtrent de verschaffing
van geldmiddelen, om de handhaving der waarde
van het nationale ruilmiddel op een bepaald peil te'
vergemakkelijken. Daartoe werd met een
Amerikaansch-Europeesche groep van banken en bankiers,
waartoe o.a. Morgan, Baring Brothers en Hope en Co.
behooren, een leening van $ 100 millioen gesloten,
uit te geven in de Vereenigde Staten, Engeland,
Nederland, Zwitserland en Zweden. De opbrengst
dezer leening wordt afgedragen aan de Banque
Nationale ten einde de schuld van Belgiëaan deze
circulatiebank met een dienovereenkomstig bedrag
aan francs te verminderen. De ontvangen gelden
zullen door de Banque Nationale tot onmiddellijke
stabilisatie van den franc worden aangewend, waarbij
de instelling verplicht is een minimum reserve in
goud en vreemde valuta van 40 pCt. (minstens 30 pCt.
in goud) harer in omloop zijnde bankbiljetten en
andere direct opeischbare verplichtingen te hand
haven.Bovendien is de Banque Nationale nu voortaan
verplicht de door haar uitgegeven bankbiljetten op
goud-basis in te wisselen. Bij de centrale
credietinstelling komt dus het zwaartepunt der te volgen
monetaire politiek te liggen. Zij ondervindt bij deze
taak sterken steun van de zijde harer zusterinstel
lingen in Nederland, Engeland, Frankrijk.Duitschland,
Oostenrijk, Hongarije, Zweden, de Vereenigde Staten
en Japan, die aan de Banque Nationale de Belgique
credieten hebben verleend met het oog op de door
voering van het stabiisatie-programma. Wij merken
hierbij op, dat de Zwitsersche circulatiebank dus niet
tot deze groep behoort, al wordt een deel der lee
ning dan ook wel in Zwitserland uitgegeven.
De stabiliseering van den franc vindt plaats op
basis van 175 francs per pond sterling, hetgeen bij
den tegenwoordigen wisselkoers op Londen utkomt
op circa 6.923/.j per franc. Om de groote getallen in
hel dagelijksche geldverkeer te 'ermijden i's voorts
besloten tot invoering van e,n nieuwe munt, de
Belga", welker waarde gelijk zal zijn aan die van
5 francs, dus 34V2 d 343/4 cent.
De uitgifte der leening te New York, waar
$ 50.000.000 ter inschrijving aangeboden werden, en
te Londen, waar het bedrag £ 7.250.000 groot was, is
dadelijk een groot succes geworden. Vermoedelijk
zal dat ook in de andere landen, waar een deel der
leening wordt uitgegeven, wel het geval zijn.
Op grond van de verbetering, die in de Belgische
financiën is aangebracht, is het welslagen der leening
goed te verklaren.
Met inbegrip der stabilisatieleening bedraagt de
buitenlandsche schuld van Belgiëthans 2084 mille
of ? 270 per hoofd der bevolking en de binnenlandsche
schuld ? 2.285.178.000 of ? 296.80 per hoofd, de totale
schuld dus ?566.80 per hoofd. Ter vergelijking diene,
dat de staatsschuld van ons land op l Jan. j l
?2.871.341.000 of ?387 per hoofd der bevolking
be, droeg en de vlottende schuld thans circa / 245.000.000
of ? 33 per hoofd groot is, in totaal dus ? 420 per hoofd.
Hierbij moet echter in aanmerking worden genomen,
dat Belgiëeen zeer kostbaren oorlog achter den rug
heeft, die het noopte aanzienlijke leeningen, ook in
het buitenland, op te nemen, en voorts dat het nog
recht heeft op 8 pCt. der door Duitschland op
grond van het Dawesplan te betalen bedragen.
De leening is op zeer aantrekkelijke voorwaarden
uitgegeven. Zij is aflosbaar door middel van een
amortisatiefonds, waarin van 1928 af l pCt. wordt
gestort, welk bedrag jaarlijks zal worden aangewend
tot aankoop van obligatiën tot den koers van hoog
stens 105 pCt. of, indien dit niet mogelijk is, tot
aflossing van obligatiën door middel van uitloting a
105 pCt. De Belgische regeering heeft zich echter het
recht voorbehouden op l November 1936 of op eiken
coupondatum daarna de leening geheel of gedeeltelijk
a 105 pCt. af te lossen. Op l November 1956 zal het
geheele alsdan nog uitstaande bedrag der leening
aflosbaar zijn. Hoofdsom en rente dezer leening zijn
voorts vrijgesteld van alle bestaande of toekomstige
Belgische belastingen.
Een gunstige bepaling is verder nog, dat geen
andere Belgische leening verband op bepaalde in
komsten of bezittingen kan verkrijgen, dat aan de
rechten 'dezer Stabilisatieleening 1926 voorafgaat.
Waar het rechtstreeksche rendement dezer 7 pCt.
leening bij een koers van uitgifte van 94 pCt. reeds
ongeveer 7.45 pCt. bedraagt en de houders bovendien
nog kans op een aflossingspremie van 5 pCt., dus
11 pCt. boven den emissiekoers hebben, is het niet
verwonderlijk, dat voor de obligatiën van het zoo
nijvere en energieke België, dat vooral nu de franc
gestabiliseerd is, weder een periode van bloei kan
tegemoet gaan, veel belangstelling heeft bestaan.
HE T KLADSCHRIFT VAN JANTJE
Kunstzaal VAN LIER
naast hei'Postkantoor te Luren (N.-H.)
ANTIQUITEITEN OOSTERSCHE KUNST
SCHILDERIJEN NEGERPLASTIEK