Historisch Archief 1877-1940
No. 2666
DE GROENE AMSTERDAMMER VAN 7 JULI 1928
Uit de Natuur:
HET STEENUILTJE
door Dr. Jac. P. Thijsse
HIJ zat op zijn eentje te schreeuwen in een
ouden door den zeewind geteisterden
dcnneboom. Eigenlijk kon hij nog niet eens goed schreeu
wen, want in plaats van het mooie, met klein her
haalde wjieuw, wjieuw", den lijfroep der steen
uilen, riep hij maar heesch en eenlettergrepig en
met groote tusschenpoozen. liet was dan ook nog
maar een heel jong dier, nog tamelijk ruig, hoogst
waarschijnlijk van zijn familie afgedwaald en mi
bezig te trachten het contact te hernieuwen. Dat
kunt go dezer dagen nog al eens dikwijls aantreffen:
de jonge vogel, die, misschien bij toeval, op eigen
wieken is geraakt en nu zijn nood zit te klagen over
de onvrijwillig verworven onafhankelijkheid.
Dit steenuiltje heeft daar nog langen tijd ge
klaagd, maar later lijkt hij toch een uitweg ge
vonden te hebben, hetzij hij het zelfstandig leven
heeft aanvaard, hetzij hij zich weer bij zijn eigen
of een andere familie heeft kunnen voegen, of met
een troepje, uitsluitend uit jongen bestaande, de
wijde wereld is ingegaan. Wij weten nog lang niet
precies, wat de jonge vogels van verschillende
soorten doen, wanneer zij hun ouders hebben ver
laten. Wat voeren zij uit tusschen het uitvliegen
en het wegtrekken? Dat is studiemateriaal voorde
groote vacantie.
Wanneer mijn steenuiltje op zijn eentje is gaan
rondzwerven, dan maak ik mij over hem niet bij
zonder ongerust. Hij zal zich best weten te redden,
want die steenuilen zijn nog al veelzijdig, jagen
zoowel op klaarlicht en dag als in de schemering
en zijn niet gespecialiseerd op een bepaalde soort
van voedsel. Wij zijn zoo gewoon, om uilen altijd
te combineeren met musschen of kleine vogeltjes
en muizen, maar inderdaad eten de steenuiltjes
ook veel insecten, soms zeer veel en dat zijn we
pas sinds korten tijd met behoorlijke zekerheid te
weten gekomen en wel door hun Engelsch avontuur.
Honderd jaar geleden hadden de Engelschen
geen steenuiltjes. Natuurlijk begeerden ze die
aardige vogeltjes ook in hun land te hebben en een,
uitmuntend en avontuurlijk natuurkeimer, die
tegenwoordig in het vergeetboek begint te geraken,
Charles W^taiton, bracht er uit I i ome een vijftal
mee en liet die los in Yorkshire. Van die vogels i»
nooit meer taal noch teeken vernomen; er was
blijkbaar geen plaats voor hen. Later werd die
poging herhaald door Meade-Waldo in Kent en
nog later door Lord Lilford, den auteur van het
bekende prachtwerk over de vogels van Engeland.
Dat gebeurde nu veertig jaar geleden en die pi>ging
werd bekroond met onverwacht, zelfs ongewenseht.
succes. Lilford's vogels waren Hollanders en die
schijnen het hem gedaan te hebben. Wanneer we
de twintig jaargangen van het tijdschrift British
Birds doorbladeren, dankunnenwedentriomltocht
van ons steenuiltje gemakkelijk volgen en zien, hoe
de vogel uit Kent en Northamptonshire optrok
'MEUBELEN
KANTOORMEUBELEN
BUREAU MASSIEF
ElrtEn MET EBBEtt
VEftSIERinG.LAKEM
IMMET BLAD.EM
EMGELSCIIE LADEN
in DE Z'J KASTEN
F.
190BOEKEMKAST
MASSIEF EIKEf
F.250^ ^nEUBEL=FABPIEK.
MESKER
Jeugdig Steenuiltje (Foto J. Poslma)
\C\ PAR K5TRAAT
lUüEN MAAG
door heel Engeland en nu ook al bezig is om Schot
land te veroveren. In IS KS was er geen plaats voor
hem, in 1890 opeens wel.
Toen gebeurde het, dat men in n nest van het
steeruiiltje de overblijfselen vond van
vierenzeveiitig jonge fazantjes en nu was Engeland in last en.
Lilford kreeg de bitterste verwijten te hooren over
het koopje, dat hij zijn jai-htvrienden had bezorgd.
Er ontbrandde een felle strijd over de ondeugden
en deugden van de steenuil. Want hij vond ook
zijn verdedigers en alweer in ISritish Birds vinden
we tal van berichten over het voor en tegen, soms
in bewoordingen van allerkoddigste verbittering,
zooals dat wel meer voorkomt bij onvriendelijke
jaehtvrienden en natuurvrienden. f»
Natuurlijk kom je met alleenstaande gevallen.
dikwijls partijdig toegelicht of uitgebuit, nooit in.
het reine. Gelukkig leeft er in Engeland een ge
duldig, werkzaam en consciëntieus onderzoeker.
d<; directeur van het Museum te York, Dr. W alt er
(.'ollinge, wiens onderzoekingen over het voedsel
van vogels alles overtreffen, wat op dit gebied ooit
is verlicht. Het kostte hem natuurlijk niet de
minste moeite, om cenige honderden steenuiltjes
toegezonden te krijgen. Nauwkeurig onderzocht hij
den inhoud van al die magen en bovendien nog de
samenstelling van 2(iO steemülballen. Het bleek
toen, dat de inhoud van de magen voor ruim 31 "u
bestond uit overblijfselen van muizen en
woelmuizen, voor bijna Hl "0 uit insecten, schadelijk
voor onze cultuur, voor bijna IS % uit indifferente
insecten, voor nog niet l "a uit nuttige insecten.
voor 4.5 % uit vogels en voor slechts (1.5 % uil.
wild. De rest waren wormen, uuizendpooten,
pissebeddeii en slakken. In de ballen werd zelfs geen.
spoor van wild gevonden, meer dan 50 % bestond
uit muizen, 41 % insecten en 2.5 % vogels, meest
musschen.
Hierdoor komt de steenuil in Engeland nu weer
testaan in het reine onschuldshemd en de Kiigelsclu-n
mogen de nagedachtenis van, Meade-Waldo eu
Lord Lilford zegenen, omdat ze hun land verrijkt
hebben met een zoo fraai, nuttig en amusant
vogeltje. Die knaap van de 71 jonge fazantjes was
natuurlijk in bijzondere omstandigheden voor de
verleiding bezweken. Men zou die omstandigheden
moeten kennen. In afwachting daarvan verklaart
men zijn gedrag eenvoudig door hem een ..rogue"
te noemen en er schijnen onder de steenuiltjes wel
meer van die rogues, schavuiten, te zijn. Soms
schijnt een dier zijn zinnen te richten op n be
paald soort van prooi. De vos van ('ampina lie)>
gewoonweg tusschen de kippen door, om op
d<konijnenjacht te gaan. De resultaten van ('ollinge's
onderzoek zouden dadelijk anders geweest zijn.
wanneer zich onder zijn slachtoffers een paar van,
die ,,rogues" hadden, bevonden. Trouwens, men
moet altijd heel voorzichtig zijn met het t rekken van.
conclusies uit de resultaten van maagoiider/.oek en
stellig altijd rekening houden met de herkomst
van het onderzochte materiaal en den datum,
zelfs het uur. waarop de vogel gedood is. Toch
geloof ik. dat wij in dit geval liet sfeeiiuiltje zijn
brevet van ,.nuttigheid" niet behoeven te ont
houden. Bovendien kunnen we bij een 7,00 uit
gebreide; spijslijst er gerust op zijn. dat zelfs een.
tamelijk onervaren, verdwaald, jong steenuil!je
nog wel aan de kost kan komen.
_Zeist als Woonplaats.
IJOUWTERREIN TE KOOP In het centrum
van Zeist, aan den verkeersweg Utrecht
Arnhem, In de onmiddellijke nabijheid van
het Raadhuis, de Hotels Hermitage en Figi
en^ het Slot van Zeist. Prachtig opgaand
geboomte, stofvrije wegen, voorzien van
riolcering, gas, water en electriciteit,
Xadere gegevens worden verstrekt door de
iCv. PARK KERSBEHCEX,
Ulontaubanstraat 4, Zeist.
KRONIEK
Het Proces der Veendammer"
EEN gewoon menscli begrijpt tenslotte toch
niet veel van dit proces der Veendammer
'Hypotheekbank. Het maakt integendeel een
gaiische rij vragen bij hem wakker in een nevelige
sfeer van onrust en verbazing. Wat was eigenlijk
meer bepaald de bedoeling van al die goochelaars
in millioenen? Welke fantastische gouddroomen
moesten er verwerkelijkt worden niet behulp van
het Veendammer hypotheekgeld? En wat bezielde
deze immers zeer welgesitueerde bankdirecteuren
zich aan zulke hachelijke en twijfelachtige specu
lanten-plannen te wagen:1 Waren die plannen
700 reusachtig en de invloed van Liebermann zoo
groot? Wie is dan ;'_ie l'ebermensch, die door zijn
geest in staat was a, het fatsoen, al de degelijkheid
en zelfs al de zakelijke ervaring van deze direc
teuren en accountants tot zwijgen te brengen.
Gewis moet hij een aantrekkelijke, overredende,
bezielde en. bezielende persoonlijkheid zijn, een
soort van ..maatschappelijk dichter" .... wat vaak
maar een andere benaming is voor flesschentrekker.
Het is heel jammer, voor ons beter begrip van
menscheii en /.aken, dat hij niet mede terecht
stond. Nu laadden verdachten en verdedigers
naarstig alle schuld op den afwezige als den
Xondebok, waarvan zij niet rouwig waren, dat hij maar
ergens in de woestijn, verbleet'.
Echter, hoeveel was hier werkelijk aan zijn
Mephi.vtofelischen invloed te wijten.of ma.'ireenvoudig aan
geldzucht en ..de gelegenheid.die den dief maakt ?"
Ons aller braafheid staat gemeenlijk op niet veel
h<ehtereii bodem, dan gebrek aan die ^gelegen
heid", eu gemakzucht en. venter de redelijke
oveiweging, dat- ..eerlijk het langst duurt." Hier echter
bleken, die bronnen van maatschappelijke deugd
opgedroogd, maar men zou graag precies weten,
hoe dat zoo kwam. Hoe kwamen zij allen zoo blind
en dom. zou men zeggen, om liet fatsoenlijk goede
te willen ruilen voor iets bepaald onfatsoen
lijk beters? Uit geldt natuurlijk niet voor hen, <H<:
door een groote fooi verleid Werden om een oogje
dicht te doen voor hun eigen medeplichtigheid of
een. wettigen vorm te; vinden voor een onwettige
handeling. Aan hen hecht zich niets mysteriën.'-.
/ij dachten eenvoudig, dat het zoo'n vaart niet
loopen zou. Of dat zij zelf nog vrij uit zouden
gaan.
Maar die anderen, de hoofdfiguren en de geheim
zinnige Liebermann
Tenslotte maakt zich uit al dit achterbaksche,
ondergrondsche geschuif en gekonkel met aaiideelei
en banken eu millioenen nog een sensatie van on
rust los. Is dit ..zaken doen" inderdaad een monster
lijke zeldzaamheid of komt het- alleen zelden aan
het licht der algemeene bekendheid? Een beetje
minder, een beetje handiger, ware het dan geslaagd
eii als geoorloofd beschouwd?
Met andere; woorden: ging hel in dit proces
om een uitzonderingsgeval of om een symptoom
van. e<-n niet ongewone manier van doen in <!<;
zakenwereld? Naar luid van het bekende rijmpje
op den groentenwinkel:
(.1 rooien uiden, kleinen, uiden,
(ir/ioten s'ele» het meest. . . .':
VAM HELLE!
TABAK
IS