e uro<aie cckblad voor Nederland Sinds meer dan vtfftig /aar aan de spits der weekbladen . . . ." ONDER HOOFDREDACTIE VAN A. C. JOSEPHÜS JITTA Redacteuren: H. BRUGMANS, L. J. JORDAAN, M. KANN EN TOP NABFF. Secretarts der Redactie: C. F. VAN DAM KEIZERSGRACHT 333, AMSTERDAM C. Het meest gevraagde merk OPGERICHT IN 1877 Afo. 3733 ZATERDAG 19 OCTOBER 1929 Actieve Handelspolitiek . iü! ACTIVITEIT is een deugd, die den man siert. Toch ben ik geen blind bewonderaar van het streven van alle activisten. Niet, omdat zij te actief zijn. of te weinig actief. Maar omdat ik veelal het ideaal, waarop zij hun activiteit richten, niet deel. Zoo verbergt de eenige jaren geleden opgerichte Vereeniging voor Actieve Handelspolitiek onder een schoon klinkenden titel het verderfelijk streven, onze beproefde vrijhandelspolitiek om te buigen in de richting der protectie. De oprichter en voorzitter der vereeniging Prof,. Diepenhorst, wiens hand men in tal van door de vereeniging'uitgegeven geschriften aan den eigen.aardigen stijl en de wond-rlijke rangschikking der feiten gemakkelijk herkent, heeft zich reeds vóór den oorlog in oen geschrift als een protectionist doen kennen. Nadat echter in 1913. als in 1905, de regeering, die de leuze der bescherming in haar vaandel had geschreven, bij de stembus smadelijk de nederlaag had geleden, hebben onze -Xederlandsche protectiomsten. de wijze raadgeving van Dr. A. Kuyper opgevolgd, niet meer openhartig voor hun streven uit te komen, doch te trachten' langs een omweg en onder een schuilnaam de ? zoo zeer begeerde be scherming binnen te halen. Zij volgden daarbij het illustere voorbeeld van de Engelsche protectionisten, die. nadat in Enge land de vrijhandel de overwinning had behaald, hun actie hebben voortgezet onder den titel van .Jiiir trttdi'". Het voorwendsel van onze moderne. Nederlandsche handelspolitieke activisten is hetzelfde als dat van de klassieke, Engelsche fair traders: ..vrijhandel is ,in theorie het beste; doch, waar het buitenland een andere politiek in toepassing ,,brengt, moeten wij wel meehuilen met de wolven ,,en tot' bescherming van de nationale nijverheid , overgaan." In woord en geschrift tracht jnen de burgerij te suggereeren: ..onhoudbaar wordt de toestand," onze handelspolitiek is de schuldige .!" 1) In het bestek van dit artikel is het niet mogelijk het gewichtige vraagstuk,dat hier wordt aangeroerd, theoretisch te behandelen. Dat is elders, bijvoor beeld in de geschriften van den Heer Vleeschhouwer, op voortreffelijke wijze gedaan. Hier wensen ik slechts de vragen te beantwoorden: Is het waar, dat Nederland niet meer in staat is te ex porteeren?" en Is het waar, dat de ontwikkeling van den handel van Nederland bij die van andere, met ons land vergelijkbare landen, achterstaat? .'- ? . *. *. ?'?'?? . Is Nederland niet meer in staat te exporteeren? Sinds 1920 heeft het buitenland in steeds toe nemende mate de leer der protectie in toepassing gebracht. Onze exporteurs stuiten op telkens ver hoogde beschermende rechten. Hoe heeft zich onze export in deze periode ontwikkeld? Men moet zich hoeden te handelen als de Ver eeniging voor Actieve Handelspolitiek en de cijfers van enkele industrieën op zich zelf als ka rakteristiek te beschouwen.. De geschiedenis leert, dat altijd weer sommige Oude ondernemingen achter1) Titels vfin geschriften door de Vereeniging voor Actieve Handelspolitiek uitgegeven. op raken en te gronde gaan en nieuwe ondernemin gen opgericht worden en somtijds tot bloei geraken. Stabilisatie van het bestaande, coüte que coüte, kan niemand, die de geschiedenis kent. verlangen. Zoo moet men zich zeker niet blind staren op de exportcij fers van onze radiotoest ellen. Nederland exporteerde in de eerste .zeven maanden van de jaren 1922?1924 voor een waarde van ongeveer / 200.000 aan radiotoestellen. Deze export steeg in dezelfde maanden van 1928 tot 11 millioen gulden en in 1929 tot 45 millioen gulden. Volgens een aannemelijke berekening van de firma Dunlop en Philips zal onze export van gloeilampen en radiotoestellen in 1929 het record-cijfer van 100 millioen gulden overschrijden. Waarmede onze export van electrische apparaten onzen beroemden export aan kaas zou overtreffen. Men moet er zich voor hoeden dergelijke wonder baarlijke cijfers als karakteristiek aan te nemen. evenmin als men de tegenslagen, die enkele exportbedrijven van tijd tot tijd ondervinden, als maatstaf mag gebruiken. Welke zijn echter de exportcijfers van onze tjeJtfelf landbouw en nijverheid? Ik gt-ef ter beantwoording van deze vraagde meest betrouwbare cijfers, die beschikbaar zijn. die van den Heer Goossen, welke cijfers be trekking hebben op de waarde van onze geëxpor teerde landbouwproducten en nijverheidsproducten.. gecorrigeerd door de indexcijfers van de prijzen, ten einde onderling vergelijkbare gegevens te krijgen. De icaardc van den export van onsc landbouw producten rtecif in de jaren 1020?1928 geleidelijk van 180 millioen tot 49S millioen. d.i., met ruhn 250 percent. De u-aarde van den export van onse nijverbeidsproducten steef/ in tl f zelfde periode dus juist in de jaren, waarin de tariefmuren, in het buitenland steeds hooger werden opgetrokken geleidelijk van :ttKS nlillioen tot 012 millioen. d.i. met bijna 100 pCt. Het zou in hooge mate bedenkelijk zijn uit deze simpele cijfers te concludeeren, dat er geen wolkje aan den hemel is. Wel volgt daaruit zonneklaar, dat de bewering van onze handelspolitieke acti visten, dat de toestand voor onze exporteurs on houdbaar Wordt, op een schromelijke overdrijving berust, welke slechts door een tendentieuze bloem lezing uit de feiten aannemelijk kan worden ge maakt. . Staat de ontwikkeling van den export van Neder land in de jaren na, den oorlog achter bij die van andere landen? In bijna alle landen van de wereld is de export in de jaren na den oorlog toegenomen. Dat is voor een belangrijk deel niet meer dan een herstel uit de misère, waarin de grootéoorlog ons land en de geheele wereld had gedompeld* In geen enkel ander land is die ontwikkeling van den export echter zoo gunstig geweest als in Nederland, dat beter dan alle andere landen de 1 vrijhandel heeft weten te handhaven. De Nederlandsche Vereeniging voor Vrijhandel heeft ter gelegenheid vatt de bijeenkomst van de Internationale Kamer van Koophandel te Amster dam dezen zomer een geschrift doen verschijnen, (?Een eiland van vrijhandel in een wereld van protectie") waarin de juistheid van deze^beweDE GROENE AMSTERDAMMER P r Ij D per jaargang ? 10.?bij vooruitbetaling. Per No. 25 Cent. Advertentie^ ? 0.75 per regel. Postglro 72880, Oem.-OIro O 1000. INHOUD : 1. Mr. A. C. Josephus Jltta, Handelspolitiek. 2. Diplomatictis, Stanley Baldwln, 3. J. Oderwald, Edison en de scheepvaart Joh. Braakensiek, De radio*zendtljd H. Mid dendorp, Boekbespreking. 4. Top Naeff, Dramatische Kroniek. 5. Spreekzaal: dessen-Nieuwkerk L. J. Jordaan, De Hugenbergpers en het Volksbegehren. 6. Mr. H. Scholte, Laatstleden Zaterdag. 1. Dr. Jao. P. ThIJsse, Het olie-gevaar Mr. Frans Coenen, Kroniek. 9. Voor Vrouwen. 10?l i. Piet Vincent, Amsterdamsche torens. 12. Prof. Dr. J. Prinsen, Nederlandsche boeken. 13. Mr. M. F. Hennus, Schilderkunst. 14. C. A. Klaasse, Huurkoop en Beurs. 15. C. A. Klaasse, Beursspiegel. 16. Door BelgiëDr. J. Tlelrooy, Fransche boeken. 17. Lou Lichtveld, De sound'box Nessuno, Kaleldosco&p. 18. Melis Stoke, Speurders onder elkaar; Rijm. 19. Uit het Kladschrift van Jantje Alida's croquetjes. 20. Cel 2, Telefoon Charivaria. Omslag: Spelproblemen. Bijvoegsel: Joh. Braakensiek, Edison-licMweek. De beschaafde smaak Vraagt Bonbons BINGJEES Let op den naam ring met de cijfers wordt aangetoond. De traarde van den c.rport va H Sederhind per hoofd der bevol king overtreft die nui alle andere hinden, die daar mede eenifjennate vergeleken, kunnen, worden. *' * De Vereeniging voor Actieve Handelspolitiek tracht de burgerij te suggereeren: dat de toestand voor onze exporteurs onhoudbaar wordt; dat de oorzaak daarvan gezocht moet worden in de lijde lijkheid van ónze handelspolitiek en dat wij te dien aanzien het voorbeeld van het buitenland moeten volgen. De juistheid van deze conclusie kan in de praktijk Slechts bewezen worden, wanneer aannemelijk wordt gemaakt: 1°. dat Nederland niet meer in staat is te exporteeren. 2°. dat de politiek, die men in het buitenland volgt, betere vruchten af werpt, dan de Nederlandsche handelspolitiek. Ik meen te hebben aangetoond, dat deze beide beweringen in flagranten strijd zijn met de feiten^ En dat Nederland, voor wat betreft zijn handelspolitiek, zich allerminst aan het buitenland behoeft te spiegelen. ' A. C. JOSEPHÜS JITTA l l i ' II t ,' ?i ; . t