Historisch Archief 1877-1940
?,* , ??-?? 'r'.'jfOül
>,
?t(d f us-anais 'O
UVA uiaiuopnasd)
spaaj
3ff
aipsi3oioipA*sd-oau uaa JOOA
u»)s.
Ut UauaipSJdA SJ 3[pAOU S|B {9
uap}[azuap japuo JSM 'Sumua^siui
'ua3ft.ni uwf ua3*jp 9) apjro az'ap
tpsuaui puaA3{ sua;ui uaa ;BM 'ua3aj3j
uaSvjp 9) a)SJBVA\z ;aq afi qaq «j* p
uaip UVA ua (?3uua;mri" aiz) 'pjo
ufiui J»AO uauijojssudAai
ua3ut3 jee f apuai)}fiA ufim do
j; puoj3jooA uap do 3fja}s <4uap
»8tMnag UBA jaaiuoija*)"
41uaMnp»tps IOA «PM"8!* SUBIUOJ aja^
u f tui ui ;VM '33{ai)SA'uj ;aq JTOU 3ui
uaa jaui ua jnn;vu ap ;aui ua?
af
U9J99(1J9S
;jp
?j-p
'U9J9
va»
'7-p f
JDD/ iwninvjo^ turuy
pjvoq »p jDyfl -puojSuin) }9iu pSusu
si pnoj/ jaz/ S/D ua usiapaod smu ut
aj yotz fiq (snipuviuavff) ;
U9ii9uvjfuad fiq uaSojp 9} i
ifysfiuDff aSiwwos U9(m
jj swtu I9jduiis )$9
9j93wffo fiq jpjom
-U9(lOq V998
1199 UVCl }l{3DJp 9pU9)1TlJS}m 9p Jpj;
9JS(nn91UJ9JJV S/D }Dp >V9J99$$9U9}111 j
"" NVW N3Q *OO/
?uauua:
uajaaj uaqqau, SuiABtpsaq ap UBA s;:
uaufissaqy ap ysp 'si ipjeui azap UB.
jaapjooA aSiuaa ;BH -pjoS aijsaAVJi-a3i
uaa jaiq jaq JBBM jaaui a; 'jtpFJi
uapajjdo japua)s«;joop uaa uappni
f FM 'pdSMnoqos ;ip jaAOuaSa; soo
-a^OBui 'siuissaqy UBA
3jooj9 ;o; 'puo^s
ftz
?p2aa[djaA
uaq joop ap JBBM
do ua;3taajM sjpz
ooz uaufissaqy jap
ap ua uapaqjjfijiaoujuiajja; ap ooj
suo pj3A
ufiz de
3;
pja;;iqjaA uaa suvq; uauuoSaq 'uauio>
3; (pSipapjaA p3o3 ;sjaa aiss3[
joop) [aop aqosuftssaqv ;3H f»q
3)iaotu SUBAUBB uap ui aip '
3Q 'ladsMnoqos ytiiaSfeM. uaa OOA
uias ;aq saf^indssB? UBA 3finjqa2 jaq
laur )B2 'jaSueSjooA ufiz u«p si uapaj)
-do ufiz ui J3pua)sv)joop atp» 'JOOA
-ptiu azaa 'uaSuvAjaA oijSopBg joop
fiq pjaM ua ua;«jjaA PJSA jsq ouog 3Q
;saoui ^aTBBüiaS pjaM lundjaop aqosufis
-saqy 3^sjaa ;sq JOOA uaAt[
3tui3M ai^i UBA isds ;aq
apaaM; ap m IBSOOJ^ ^puiA ;aiu
uhz aip 'ppadsaSjB qo^tu '
uaa qoiz ;jaaq
a;3|3j;s93;in jaq
l*dltt«)MA
fiq
_ '|Mip do tqtwi* ouog «Q .
IJoeat ojiSopta ?dn|asuM|diuni
1J««UM
'«N 3N3OXD aa
u» ->|»og ?
pu«q ufiui UVA aip 'UBUJOJ ua^sjaa uap ui
uaAajqosaq 43|i uaaui 'jip qaq aji -jnnjvu
ap joop ua3u;iapuvM ua ua3ui3iau
a3tA(azuaa )aui 'af^asdaqos Suauioöjp
'puiaajA uaa spaaj sji SBM puisf
?uauui3aq snp s
?uvAja piaujifijSuviaq ap
do Soo )aq )aui ufiz noz jauiuref ;VM
'uapjoM uauunaf jaaui sajiouiaui uaa3
wroeten In ontbering en ziekten, waaraan onze
vroegere poiders hun pioniers" blootstelden, wordt
ten enen male vermeden. Dit thans door de Overheid
geleid bedrijf kan zich reeds meten met het best
georganiseerde particuliere grootbedrij f.
En telkens weer dringen nieuwe gebieden voor
overheidsbemoeiing naar voren. Thans Is de orde
ning van het vervoer bijv. urgent. De wilde concur
rentie van spoor, schip en wegtractie leidt tot een
chaos, waarbij grote kapitalen vernietigd dreigen te
worden, en de veiligheid der wegen op het spel staat.
Hier móet orde worden geschapen: zo kan het niet
voortgaan. Een vervoerschap" zal de oplossing van
het verkeersprobleem moeten brengen: het zal iedere
tak van vervoer zijn speciale taak aanwijzen, zo
nodig inperking van het apparaat en sanering voor-.
schrijven, regeling brengen in het concessiestelsel.
'iPV
udfivp
Uien wij nu alle bedrijven tot Overheidsbe
drijf maken? Dit is geenszins de bedoeling. Wat wij
willen is, dat de gemeenschap zoveel zeggenschap In
produktle, transport, en distributie zal hebben, dat
het gehele apparaat met een minimum van offers
een maximum van welvaart aan allen zal brengen.
In sommige gevallen, bij grote geconcentreerde be
drijven zal daarvoor het gesocialiseerde bedrijf nood
zakelijk zijn, met grote vrijheid en zelfstandigheid
voor de leiders en los van politieke bemoeiingen; in
vele andere gevallen zal bedrijfsorganisatie onder
gemeenschapsinvloed voldoende zijn. Vaak Is niet
de eigendom der produktiemiddelen het wezenlijke:
wel een voldoende beschikkingsmacht over het
produktie-apparaat, opdat het gericht kan worden
op de ruimste behoeftevoorziening, duurzame werk
gelegenheid en bestaanszekerheid.
Dezelfde doelmatige produktie, die wij thans In
de beste ondernemingen, geleid door wetenschappe
lijk bedrij f sbeheer, ontmoeten, moet ook het com
plex der ondernemingen, het bedrijf, doordringen.
Wij willen een doelmatige organisatie van het econo
misch leven, waarbij alle ondernemingen gecoördi
neerde eenheden zijn van een bedrijfstak, en alle
bedrijfstakken weer onderdelen van een doordacht,
geordend geheel, geleid door Nieuwe Organen",
waarin het bedrijfsleven tot zijn recht komt, maar
de beslissende invloed der gemeenschap gewaar
borgd is. Want het enig doel van de produktie moet
ten slotte worden: alle bereikbare hulpbronnen
dienstbaar te maken aan de hoogste bevrediging der
volksbehoeften, alle arbeidskracht van hoofd en
hand, naar bekwaamheid en gaven, in te schakelen
in dit proces.
Uiteraard vloeit uit deze organisatie van het
produktie-, distributie- en transport-apparaat voort
de beheersing van de conjunktuur. De golfbeweging
van opeenvolgende hausse-perioden en tijden van
depressie moet verzwakt en op den duur bedwongen
worden. Een breideling van de overmatige uitzet
ting van het produktie-apparaat in tijden van
bloei van het bedrijfsleven door rationele produktie
en beheersing der credietvoorzlening, is daartoe
nodig. . . .
Dat hierbij de credietvoorziening en dus het
i i N3X30A AAO
N3Q3H OON XHOSVM
Bankwezen, een uiterst belangrijke rol speelt, ligt
voor de hand. Wüde gemeenschap haar leiding en
richting effektief maken, dan is beheersing van het
Bankwezen noodzakelijk. Ook hierbij zal geen stap
verder worden gegaan dan strikt noodzakelijk. Vol
staan zal dan ook kunnen worden met het onder
beheer der gemeenschap brengen van de
toporganisatie: de centrale Bank, terwijl verder met een
goedgeregeld, maar wezenlijk toezicht het partikuliere
bankwezen zal kunnen in stand blijven.
Maar uitbreiding van de organisatie der crediet
voorziening zal nodig zijn, gepaard met de vorming
van een voortreffelijke voorlichtingsdienst.
Industriebanken, en in nauwe samenwerking hiermede
technisch-ekonomische instituten dienen hiervoor te
worden opgericht; zij zullen de gebleken leemten
in de credietvoorziening aanvullen, en mede bevor
deren dat een harmonische ontwikkeling van het
produktie-apparaat op grond van zorgvuldige studie
van de maatschappij-behoef te mogelijk wordt, en
dat daarmee de werkgelegenheid regelmatig met de
bevolkingstoename meegroeit. Anders dan tot dus
ver geschiedde, zal men daartoe in de hausse-tijd
de credietgeving moeten remmen, en de uitbreiding
binnen de perken houden, terwijl men in tijden van
depressie met ruime credietgeving zal helpen om de
crisis zo spoedig mogelijk te overwinnen.
Plaatsruimte laat niet toe, dat we hier nog de heil
zame Invloed, die de credietbeheersing kan oefenen
op een te snelle of onmaatschappelijke rationalisatie»
behandelen.
ij konden slechts zeer beknopt de maatschap
pelijke ordening, zoals wij die zien en in de toekomst
verwachten, hier schetsen, maar we hopen in de
hoofdzaak, u te brengen In onze gedachtesfeer, te
zijn geslaagd, en u een beeld te hebben gegeven van
ons streven, om, aansluitend aan de maatschappe
lijke ontwikkeling de ekonomischt organisatie in de
richting van doelmatiger prpduktie en rechtvaar
diger verdeling van de voortbrenging van de ge
zamenlijke arbeid te stuwen.
Van ongekende kracht even sterk, Ja sterker
dan de drijfveer van de winstkans in het particulier
bedrijf zal daarbij zijn de impuls om iets goeds
en groots tot stand te brengen, de drang het alge
meen belang te dienen: dezelfde impuls, die thans
ook de besten in wetenschap en kunst, in de politiek,
dat is in dienst van het volk, en ook reeds in het
overheidsbedrijf beheerst.
Reeds daarom staan wij sterker dan de verdedigers
van het particulier Initiatief, omdat we een ideaal
hebben, een streven naar een hogere vorm van
samenleven. Maar tevens hebben wc de ontwikkeling
der maatschappij mee. Wij marcheren naar de
gebonden ekonomie, alle verzet en tegenstand ten
spijt. Het hangt slechts af van de wil, het begrip
en het inzicht van de meerderheid van ons volk, in
welk tempo deze ontwikkeling zal gaan, en hoever
die binding zich zal voortzetten. Want we willen dit
doel alleen bereiken met medewerking van het
gehele volk, langs de weg der demokratie, ook in het
bedrijfsleven.
GRANDS VINS FINS
|J O II f 9 O 9 H 6 & B O T d 63 U X
Agences generales: P. Misserey & Frère et C. Moreau Fils et Co.
N.V. v/h W. F. C. L. SPAAN - DEN HAAG
12 PE GROENE
NIZ30 30I1SV1 13H
4auiu1j|iup3i»oq ap UBA uapuiA;in ua3Bisa8uado pttiqj'fii unq 'puapaotu
[ UBA paap Suipapapaui sjazaj -JBA s^am «uaSjoui azap aip ^UBJJI
uftz pBjq suo UBA 'jaununuBJjxa auia^{ an UBA sjazar aMnoji arr
9MIA31N3WVS 30 NI SiVVld MVVH N3 1NVMX 3NI3DI 30
aa
onsl
?let5"'*,
KLEINE KRANT
AVONDBLAD B
Overwinning in communistisclien zin
van de klassetegenstellingen **»
Mr. A. S. DE LEEUWi
e maatschappij, waarin wij leven, Is aan
innerlijke tegenstellingen ten prooi. De gewichtig
ste en fundamenteelste van die tegenstellingen ligt
in het voortdurend toenemen der productieve
krachten, waarvan onze maatschappij-orde niet in
staat is, een nuttig gebruik te maken.
De productiekrachten zijn inderdaad met grote
snelheid gegroeid en de moderne techniek heeft
zich een steeds grotere macht over de natuur ver
overd; tesamen met de vooruitgang in de organi
satie van de arbeid, zou zij het mogelijk kunnen
maken, aan alle menselijke behoeften zonder over
matige inspanning te voldoen.
De techniek ontwikkelt zich nog voortdurend.
Het kan ook niet anders zijn, in een maatschappij
waarin de concurrentie
hetzij nationaal of inter
nationaal de verschil
lende ondernemingen en
groepen van ondernemin
gen tegenover elkaar stelt
en op straffe van onder
gang, tot onophoudelijke
verbetering van hun pro
ductiemethoden dwingt.
Als het dus alleen van
de productiekrachten zou
afhangen, die de mensheid
zich reeds veroverd heeft,
dan behoefden armoede en
ellende niet meer te be
staan, dan was het niet
nodig, dat nog iemand
vrees had voor de dag van
morgen, dan kon de men
selijke persoonlijkheid zich,
na de overwinning van de
dagelijkse nood, voor het eerst vrijelijk ontwikkelen.
Wij weten, dat het geheel anders is. De maat
schappij, waarin wij leven, Is niet in staat om de
rijkdommen die zij voortbrengt, nuttig te gebrui
ken, laat staan om aan de voortbrenging die veel
grotere vlucht te geven, welke de vooruitgang van
techniek en arbeids-organisatie alleszins mogelijk
gemaakt heeft. In onze maatschappij betekent over
vloed, gebrek, en ruime productie, crisis; en het feit,
dat wij met steeds minder arbeid kunnen volstaan,
om in onze behoeften te voorzien, komt hierin tot
uitdrukking, dat millioenen en mülioenen gedwon
gen werkeloos zijn en hongeren moeten. De kapi
talistische maatschappij tuimelt al meer dan een
eeuw van overproductie tot crisis; en in de laatste
periode worden de crisissen over het algemeen ern
stiger, langduriger en verwoestender, en de tijden
?van opleving korter, ongelijkmatiger en koortsach
tiger. Nederland bevindt zich op dit ogenblik reeds
In het zevende jaar van een economische crisis
een ongekend feit; en die crisis wordt, in dit op
zicht althans nog steeds erger, dat de werkeloos
heid toeneemt en de ontberingen van de volks
massa blijven groeien.
Onze maatschappij bezit oneindig grotere produc
tieve krachten, dan een van de vorige; maar zij is
buiten staat, deze krachten nuttig te werk te stel
len. De markt", de koopkrachtige vraag", houdt
met de productie geen gelijke tred. Dit feit leidt
niet alleen tot overproductie en tot de groot
scheepse vernietiging van kostelijke levensmidde
len het heeft ook zijn uitwerking op het grootste
gevaar, dat onze gehele beschaving met ondergang
bedreigt, het oorlogsgevaar.
Want de moderne techniek kan ook de vernieti
ging van levens en goederen dienen; zij maakt oor
logen en verwoestingen mogelijk, waarvan men
vroeger nooit gedroomd heeft. De economische con
currentie op de wereldmarkt wordt tot het uiterste
verscherpt door de voortdurend dreigende overpro
ductie, en dit leidt weer tot scherpe tegenstellingen
tussen de staten, in de worsteling om afzetgebieden,
grondstoffen en sferen van invloed.
Daar komt bij, dat de oorlog, en de bewapening
en voorbereiding tot de oorlog, zelf een markt
vormen, die geweldige winsten belooft. Hebben wij
niet gezien, hoe landen als Japan, Duitsland en
Italiëhun gehele productie op deze markt" heb
ben ingesteld? Zij zijn bezig, de economische crisis
te overwinnen", door het grootst mogelijke deel
van hun productiekrachten voor de oorlogsvoorbe
reiding aan te wenden, die zij betalen door middel
van de inflatie van de valuta. Maar deze situatie
heeft haar eigen logica en drijft uit eigen krachten
tot de oorlog. Immers, een verandering van koers,
ontwapening en een vredelievende politiek, zouden
voor deze landen onmiddellijk een economische in
eenstorting betekenen, en werkeloosheid voor mil
lioenen! Bewapening, aangegrepen als geneesmid
del tegen overproductie, leidt op den duur onver
mijdelijk tot oorlog.
TT aar liggen de oorzaken voor deze paradox?
ellende temidden van overvloed"? Hoe is het mo
gelijk, dat er honger geleden wordt, omdat er te
veei voedsel is geproduceerd?
De oorzaken zijn niet toevallig of bijkomstig van
aard; zij houden verband met het diepste wezen
van onze maatschappij. In onze maatschappij vindt
de productie niet plaats voor het eigen gebruik
Van den producent, maar voor de verkoop, voor de
markt. De voortbrengingsmiddelen, zoals werktui
gen, machines en grondstoffen, zonder welke geen
enkele productie mogelijk is, zijn geen gemeen
schappelijk, doch particulier bezit. Maar bovendien
Is dit bezit, voor wat de gewichtigste productiemid
delen betreft, geconcentreerd bij een bepaalde af
zonderlijke klasse, de kapitalistische klasse; en aan
de tegenovergestelde zijde is een klasse ontstaan,
het proletariaat, die van het bezit.aan productie
middelen geheel verstoken is. Voor deze klasse Is
de weg tot een zelfstandige productie om in de
eigen behoeften te voorzien, versperd; daardoor
verkeert zij noodzakelijkerwijze in een afhankelijke
positie, omdat zij als enige uitweg slechts deze be
zit, haar arbeidskracht te verkopen, in loondienst)
te treden bij de bezitters van de productiemiddelen.
En hetzij het loon hoger of lager is, de afhanke
lijke positie voor een klasse, die niet zelf toegang
heeft tot de productie, blijft bestaan. De klasse, die
de sleutel tot de behoeften-bevrediging in handen
heeft, wordt daarentegen ook noodzakelijk tot de
heersende klasse in (de maatschappij.
Bij zulke verhoudingen komt het noodzakelijk tot
klasse-tegenstellingen. Het is het belang van de
bezitters der productiemiddelen, aan hun arbeiders
£i?nSe(£ tetbetjlleln' dan nodig Is, om hun arbeids
kracht In stand te houden; en de voortdurende
DE GROENE 13
l
DE VLUGT
r ^
l
MEER WERK-ACTIE IN DE HOOFDSTAD
Burgemeester De Vlugt c.s.: Niet toekijken, allemaal meehelpen!
DE MIRANDA
j t