Historisch Archief 1877-1940
en nationale verdediging
is het dringend noodig dat de aanval zooveel
mogelijk vertraagd wordt, n.l. om ons land dan
wel de andere mogendheid, zoomede eventueele
bondgenoaten den onmisbaren tijd te verschaffen
voor het organiseeren van den afweer.
Het versperren van de toegangswegen, de ver
nieling van overgangen over wateren die de aan
valler moet passeeren, enz., vormen voor dat doel
uitmuntende hulpmiddelen. De wijze, waarop een
en ander is voorbereid in de laatste maanden, valt
slechts te Wen. Ook is het juist, dat gezorgd wordt
voor bezettingen, die te zijner tijd de aangebrachte
versperrihgen en hindernissen onder vuur kunnen
riemen teneinde de opruimings- en
herstellingsarbeid te vertragen.
De van een en ander te verwachten vertraging
heeft o.a. belangrijke preventieve waarde. Mér dan
eenige vertraging moet men er echter niet van ver
wachten. Dit is gemakkelijk in te zien, aangezien
de maatregelen onvermijdelijk beperkt mosten
blijven tot de hoofdtoegangswegen, terwijl men het
tusschengelegen terrein wel onverdedigd moet laten.
In de verste verte wordt aldus niet voldaan aan de
voorwaarden, die blijkens den stellingoorlog onmis
baar zijn voor het handhaven van een front: niet alleen
zijn de stellingen op de wegen op zich zelf vél te
zwak, maar zij vormen ook geen aaneengesloten linie,
zij kunnen aan alle zijden omtrokken worden.
Deze bezwaren kunnen niet opgeheven worden
door wat meer pill-boxes te bouwen of wat meer
troepen aan de grens te brengen. Voor den afweer
van moderne aanvallen op ieder punt van de grens
blijft de sterkte in ieder geval te gering. Zoodra op
n punt het scherm doorbroken is, heeft het zijn
kracht verloren en loopen alle troepen gevaar
afgesneden te worden.
Meer dan vertraging moeten wij aan de grens
niet verwachten en het streven om daar meer
krachten te concentreeren dan voor het beperkte
doel der vertraging bepaald noodig zijn, kan slechts
leiden tot teleurstelling en.... erger.
IN tweeërlei opzicht dreigen er nadeelige gevolgen.
Een concentratie van kracht aan de grens kan
n.l. vooreerst er toe voeren om niet genoeg haast
te maken met de Werkelijke, definitieve defensie*
maatregelen! het gereed maken van het oorlogs
leger en van de nationale verdedigingsliniën
rondom de vesting Holland. En bovendien zal zij
uit den aard der zaak de sterkte van die definitieve
defensie niet onaangetast laten: hoe meer men
voor de grenzen bestemt, des te minder blijft er over
voor de volgende phasen van den strijd. Men kan
er niet op rekenen dat de grenstroepen tijdig vóór
die volgende phasen beschikbaar komen. Naarmate
zij zich met meer toewijding geven aan de grens»
taak, des te kleiner is de kans op tijdigen terugkeer.
En omgekeerd: naarmate zij beter zorgen voor den
terugkeer zal er van de grenstaak minder terecht
komen.
Het was daarom goed gezien van minister Colijn
om voor de grenstaak het oudere personeel uit de
grensstreken te bestemmen uit de reserve van het
leger. Dat personeel verdedigde eigen huis en haard,
was onmiddellijk bij de hand en had door locale
bekendheid een slag voor. Natuurlijk was de be
doeling van dit systeem niet om zooals in April
geschied is dat personeel voor maanden lang
onder de wapenen te doen komen, maar alleen als
en zoolang er werkelijk dreigend gevaar zou zijn.
Minister van Dijk wilde echter de permanente be
zetting versterken. Daarvoor zullen thans de drie
jongste, dus best geoefende ploegen van het
veldleger bestemd worden: een belangrijke ader
lating" !
Daarmee is de weg ingeslagen naar een
gevaarlijke concentratie van kracht aan de
grenzen, d.w.z. naar verzwakking van de definitieve
verdediging, naar opoffering van de belangen van
de hoofdstellingen aan die van het scherm. Aan
de grens wist men ons reeds te vertellen, dat
ijzerdraad in massa zou worden aangeschaft om
het tusschen-terrein te verdedigen. Zoo komt de
Regeering van het een in het ander:
ijzerdraadversperringen zonder verdedigers hebben h
weinig te beteekenen; zijn het geld niet waard. De
volgende stap is dan: meer troepen, steeds meer
troepen naar de grens met als consequentie steeds
verdere verzwakking van de eigenlijke verdediging
zonder noemenswaardige vergrooting van de ver
traging aan de grens.
Het is daarom te hopen dat de Regeering vooral
haar aandacht zal wijden aan de hoofdzaak:
uiterste bespoediging van het mobilisatieproces en
van het in staat van verdediging brengen der
nationale stellingen van de Vesting Holland.
Ondanks alle maatregelen aan de grens blijven
daarvoor uiterste voortvarendheid onmisbaar.
Een Nederlandsch
soldaat op wacht
bij de grens. Mn
den boom blokjes
dynamiet om dien
in de ure des gevaars
over den weg te
laten vallen
Uitgeleide aan Frank Van Der: Goes
TJ EN Tachtiger tegen wil en dank stierf als een
J-* tachtiger, die nog tot op deze hoge leeftijd
brandde van jeugdig vuur. Met hem is een zeer
bizondere figuur, een even bescheiden als strijdbaar mens
heengegaan.
omdat ik een vriend ben van uw persoon en van
uw talent, en omdat gij voor zo ver ik weet de enige
mens Op de gehele wereld zijt, die tegelijk het socia
lisme voorstaat en ene grote liefde voor de kunst heeft,
wil ik u deze woorden toerichten." Zo scheef Van
DeysSel in alle oprechtheid des harten al in de vorige
eeuw aan Frank van der Goes in zijn opstel over
Gedachte, Kunst, Socialisme", de trias die inder
daad het leven van den overledene beheerscht heeft.
Terwijl het toen nog mogelijk schijnen kon dat Van
Der Goes werkelijk zulk een grote uitzonderings
positie innam, kan sinds jaren onmogelijk meer het
zelfde beweerd worden. Integendeel, bij zeer velen
gaat voortaan de grote liefde voor de kunst samen
met een even groot sociaal verantwoordelijkheids
gevoel. En de positieve winst van dit zo-pas afge
sloten leven is juist geweest: het loochenstraffen van
Van Deyssel's haastige these, dat Socialisme
antiliterair en Literatuur anti-socialistisch" zou zijn.
Van Der Goes was een zeer begaafd literator, die
ook als kunstenaar een voornamere plaats in onze
letterkundige geschiedenis had kunnen innemen dan
die welke thans beperkt blijft tot een eervolle zetel
onder de oprichters van De Nieuwe Gids, en van een
late, maar nog steeds actuele kroniekschrijver over
die eerste jaren van machtige artistieke stuwing.
Bewust heeft hij van zijn artistiek schrijverschap
afstand gedaan, om als met een harde maar zakelijke
omkering van de formule De mens moet doodgaan
eer de kunstenaar leeft", een deel van zichzelf als
scheppend kunstenaar te laten afsterven, teneinde
als mens" als sociaal wezen met een veel
prozaischeropgaaf met des te meer activiteit en strijdbaarheid
te leven. Zo blijft bovenal zijn nagedachtenis als die
van een sociaal strijder onder ons voortbestaan.
Hij was een denker, geen politicus overigens. Een
denker omdat hij tenslotte een dichter was, die droomde
van een schonere toekomst, en deze droom zo inten
sief een volle mensenleeftijd lang onderging, dat hij
de verwerkelijking ervan steeds als iets bereikbaars
bleef zien, waarvoor hij alles op het spel moest zetten.
Uiteindelijk was het zijn liefde voor de kunst en
voor de schoonheid die immers niet komen kan,
eer wij bereid zijn haar in ons midden te ontvangen
welke hem noodzaakte zijn geheele aandacht te wijden
aan het voorbereiden en opbouwen van die maat
schappij waarin, volgens zijn inzichten, de schoon
heid edeler zou kunnen bestaan, en de kunst aan een
bredere massa ten goede zou kunnen komen. Omtrent
de wijze van nastreven kan men natuurlijk van me
ning verschillen; niet echter omtrent de diepste be
doeling: een wereld te scheppen voor vrijere Gedachte
en rijkere Kunst. Het vertrouwen dat Van Deyssel
in de jeugd van Frank Van Der Goes stelde, heeft
deze tot in zijn ouderdom niet beschaamd. Hij is zijn
hoogste idealen tot het einde toe trouw gebleven; en
het is een goed ding dit in alle oprechtheid te mogen
zeggen bij de dood van een allesbehalve conformis
tisch mens.
Gedachte-liefde ging bij hem samen met kunst
liefde. Waarheid en Schoonheid waren voor hem de
dubbele gelaatstrekken van hetzelfde ideaal. Een wis
selvallige menselijke waarheid die hem in vele moei
lijkheden van politieke groeperingen en her-groepe
ringen voerde. Het ging hem hierin niet anders dan
Gorter of Henriette Roland Holst. Maar welke ook de
schommelingen mochten zijn, het zwaartepunt van
zijn persoonlijkheid lag definitief naar links,
juist omdat hij in werkelijkheid, innerlijk, geen com
promissen duldde, doch levenslang gekoppeld zat
aan het dynamische waarheidsideaal.
Met zijn leven toonde hij aan, dat Schoonheid en
Waarheid, kunstliefde en maatschappelijk verant
woordelijkheidsgevoel wel degelijk verbindbaar zijn.
In zijn persoonlijkheid vormden zij een hechte een
heid, en zijn warsheid van alle reformisme was de
uitdrukking van deze onverbreeklijkheid, en bewerkte
de eenheid van ideaal en werkelijkheidswil. Het is
datgene wat boven alle partijschap, boven alle poli
tiek gedoe uit, is omhooggebloeid.
Zijn idealen, meer dan ooit slechts ideaal ge
bleven in deze onherbergzame tijd, -?vormen inder
daad de immortellen, die thans schoonheid geven
aan zijn graf. A. H.
KPUC BRUT
I_E CHAMPAGNE PARFAIT
PAG. 5 DE GROENE No. 3236