Historisch Archief 1877-1940
Le
ven
Actualiteit in romankunst
r
Albert Heiman
TERWIJL wij van de romans die in de laatste
zes jaren in Duitsland geschreven zijn, ge
voeglijk kunnen -afzien, omdat bij de algemene
culturele neergang aldaar hun artisticiteit van nul of
gener waarde is, hebben over het algemeen de
Duitse auteurs in de emigratie, en de
Duits-schrijvenden uit andere landen het oude niveau vrijwel
weten te handhaven. Grote dichtkunst is schaarser
geworden; uiteraard is het drama, door gebrek aan
speelgelegenheid in de eerste plaats, en stellig ook
wijl het slechts onder de gunstigste omstandigheden
bloeit, erg op de achtergrond geraakt. Maar de
romankunst kan zich nog altijd laten zien, en heeft
aan ernst, gedegenheid, zorgvuldige analyse, psy
chologische verantwoording, kortom aan al de
goede eigenschappen waardoor de na-oorlogse
romankunst der Duitsers zich onderscheidde,
zogoed als niets ingeboet. Een andere vraag is, of
de nieuwe tijd en de nieuwe levensomstandigheden
aan de Duitse romanciers, die immers tot het meest
vooruitstrevende volksdeel behoorden, ook'iets ge
leerd hebben. Is er iets wezenlijks veranderd ? Wij
zigde zich hun levensleer en hun wereldbeeld ?
Men kan al deze grote en kleine levende meesters
verdelen in twee groepen, of liever, hun werk kan
men in twee categorieën onderbrengen, want een
zelfde schrijver produceert soms in korte tijd heel
uiteenloopende boeken. De ene groep trekt zich in
haar arbeid zo min mogelijk iets aan van de onmid
dellijke actualiteit; zij blijft zich interesseren voor
de oude, eeuwige" problemen, vindt geen nieuwe,
eigentijdse oplossingen, maar tracht zich slechts
meer en meer in de oude te verdiepen, zonder zich
daarbij los te kunnen maken van het vroegere milieu,
van de denk- en werk-wijze uit vroegere, rustiger
jaren; zij blijven zichzelf gelijk, en staan boven of
buiten de actualiteit. De andere groep kan zich niet
onttrekken aan het bewustzijn, juist in deze tijd te
leven, maar evenmin aan het besef, dat het alles
anders had kunnen zijn, dat zij losgeslagen is van
een oude, vertrouwde wereld, waarnaar het hart
toch steeds blijft trekken. Zij heeft haar anker
verloren, en drijft richtingloos in de tijdszee, met
als enige zekerheid het pijnlijke verlangen naar dat
verloren anker. Ook deze groep veranderde niet in
wezen, maar slechts in uitingsvorm.
Een derde groep die lering en groeikracht wist te
trekken uit de veranderde levensbodem, heb ik nog
niet kunnen ontdekken. Er zijn maar heel weinig
sporen die op enkelingen zouden kunnen wijzen,
en dit is de reden waarom ondanks haar betrekke
lijk goede kwaliteit de meeste emigranten-litera
tuur zo bitter teleurstelt; waarom men zelfs een
Thomas Mann tegenwoordig niet zonder een zeker
leedwezen leest; waarom hun invloed op de verdere
europees-amerikaanse letterkunde zo uiterst gering
geworden is, ondanks alle voordelen die een nauwer
persoonlijk contact zou kunnen bieden. Dit is in
geen enkel opzicht als een verwijt bedoeld, dat
immers van ongeduld en gebrek aan kennis der
zeer ongunstige omstandigheden waaronder de
meeste van deze schrijvers werken, getuigen zou.
Maar het is een feit dat men niettemin onder ogen
moet zien, en dat ieder op zijn eigen wijze mag inter
preteren. Ik voor mij ben geneigd het toch in de
eerste plaats toe te schrijven aan een
typischgermaanse eigenschap, die met hardleersheid"
te eenzijdig gediskwalificeerd zou zijn. Laten wij
echter inplaats van verder te theoretiseren, liever
twee recente voorbeelden bekijken.
ONDANKS de langgerektheid en de invoeging
van een aantal totaal nodeloze scènes, vind ik
de roman Die ewigen Gefiihle" van Bernard von
Brentano i) een knap en doorwerkt boek, dat enige
der moderne huwelijksproblemen op scherpzinnige
en onvooringenomen wijze behandelt. Men zou
kunnen zeggen: op de meer cartesiaanse dan
spinozistische wijze van een meetkundig werkstuk.
Verander een ongelijkbenige driehoek in een cirkel
van gelijk oppervlak." En wie dan met de staartjes
van pi-kwadraat in zijn maag blijft zitten, mag zien
hoe hij die vreselijk kleine (maar wezenlijke) waar
den verdonkeremaant, of ze a conto van deze tijd"
noteert.... Als duits romanschrijver van niveau
vat Brentano alle menselijke gevoelens op als
periodisch, hij ziet ze wetenschappelijk, gelijk geluid
en licht en zelfs alle stof tegenwoordig beschouwd
wordt uit periodische trillingen te bestaan. Elke
periode kan een mens" omvatten; doch maar
zelden is het steeds dezelfde mens. Verder bestaan
trillingen uit beweging en tegen-beweging, en de
trillingen van het gevoel vormen geen uitzondering
op deze algemene regel. Vandaar dat zij van nature
dubbelwaardig zijn, en toe-genegenheid met af-keer,
aantrekking met afstoting gepaard gaat. Daardoor
ontstaan de conflicten tussen mensen die op elkan
der aangewezen zijn, ontstaat hun irrationele"
handelwijze, die beantwoordt aan geheimzinnige
spanningen, en die culmineert in plotselinge, dicht
bij elkander liggende contacten en breuken.
Het is een materialistische, maar stellig niet
onwaarachtige natuurkunde" van de gevoelens,
en in het bizohder van dat eindeloos-samengestelde
gevoel dat men liefde" pleegt te noemen. En het
geeft stellig ook een althans gedeeltelijke verklaring
van het ontstaan en verloop der congenitale ziekten
van het huwelijk. Waarbij men het normale"
echtelijke geluk feitelijk als een anomalie zou moe
ten zien.... hetgeen altijd hachelijk voor een schrij
ver is, om zomaar klakkeloos te beweren in een we
reld die haar gehele ordening nog baseert op de
permanente structuur van het gezin. En hier blijkt
Brentano dan ook voor de laatste consequenties van
zijn natuurkunde der gevoelens" terug te schrik
ken. Hij belijdt de irrationele terugkeer, de onmo
gelijkheid van een kwadratuur der cirkels- (maak de
driehoek liever weer tot een tweehoek, en blijkt dit
niet mogelijk op het aardse platte vlak, dan maar
in 's hemelsnaam op de metafysische bol) en be
pleit indirect de onaantastbaarheid van het huwe
lijk, dat immers gerust tragisch mag zijn en blijven.
Het probleem zoals de schrijver het stelt, is natuur
lijk inconsistent. Maar dat doet hier weinig ter zake,
waar wij in de eerste plaats het zuivere uitbeelden
en de schrandere analyse willen bewonderen. Zijn
kunst ook, om nogmaals de eeuwige gevoeligheid
te ontzien....
EEN roman die literair bij die van Brentano
achterstaat, maar zeer goed de andere groep
vertegenwoordigt, is ,,Zu spat?" van Hans Habe (2),
een boek dat om alle misverstand te voorkomen,
nog de ondertitel draagt: Ein Liebesroman mit
politischem Hintergrund." In deze groep namelijk,
schijnt men zich zondig en minderwaardig te achten,
wanneer men de achtergrond der actualiteit ook
maar een seconde uit het oog verliest. Hebt ge nooit
gezoend op politieke grondslag, tegen de horizon
der wereldgeschiedenis? Dan hebt ge iets gemist,
mijne dames en heren. Net als ik.
Van Habe is deze vasthoudendheid aan de vergan
kelijke maar toch zo nijpende werkelijkheid des
ogenbliks een hebbelijkheid die men ook in zijn
vorige boeken tegenkomt. Ze spruit voort uit een
onuitroeibare drang naar belijdenis", en de schrij
ver heeft er ditmaal goed zeshonderd bladzijden
voor nodig, om te laten zien hoe men in Génève
niet de genoegens der liefde smaken kan, zonder
door het sardineblikje der politiek heen te bijten.
Ach, dat er altijd maar weer Duitsers zijn, die
hun leven voor mislukt houden, wanneer zij niet
belijden! Das Bekennertum ist das deutsche
Elend, und endet schliesslich immer irgendwo als
einfacher Soldat." Deze bemerking van een geestige
Auslandsdeutsche" treft vooral Habe, die in een
voorrede niet nalaat te vermelden, dat hij zich op
de eerste oorlogsdag direct ter beschikking der
franse militaire autoriteiten gesteld heeft. Als om
kracht bij te zetten aan zijn roman.
Maar literair bezien is de politieke achtergrond
van dit verhaal in het geheel geen achtergrond,
maar een bij tijd en wijle tussengeschoven schermp
je zonder hetwelk de liefdesroman even goed zou
kunnen bestaan. Dat een gevoelige vrouw haar
echtgenoot dien zij jarenlang oprecht beminde,
vanwege een avontuur verlaat om zelfmoord te
plegen, zonder de zaak eens nader te bestuderen,
kan men evenmin als een typisch tijdssymptoom op
vatten. Het heet hier dat de tragische verwarringen
in het privè-leven oorzaak en gevolg zijn van de
politieke verwarringen." Maar als men vanwege
deze laatste, voor de Befreiung der Seelen", als
Duitser bij het franse leger in dienst gaat, is de
vicieuze cirkel volmaakt. Helaas laat de schrijver
het na, de begrippen van Vrijheid, gelijkheid en
broederschap", waarvoor de legers der Geallieerden
hem voldoende waarborg bieden, nader te preci
seren. Dit is des te erger, omdat hij er overigens
maar al te zeer van houdt zijn romanfiguren lange
redenaties met wijdlopig-gecompliceerde duitse
zinnen in de mond te leggen. Wat zonder de politieke
ballast nog passabel en pretentieloos had kunnen
zijn, is nu, behalve misschien voor een enge kring
van geestverwanten, zwaar op de hand en vaak
onverteerbaar geworden.
Ik blijf vooralsnog de voorkeur geven aan het
werk van de eerste groep, al is ook dat niet ideaal.
Politiserende kunst voldoet evenmin als verpoli
tiekte kunst.
i) Querido-Allert de Lange, Amsterdam.
2) Europa Verlag, New York.
PAG. 10 DE GROENE No. 3161
FILM-MOE
C. Boost
ALS mr. Average-man", zooals Amerika den
doorsnee-burger aanduidt, als mr. Average
man" naar den bioscoop wil, neemt hij het Donder
dagavond-blad en waagt een speurenden blik op de
pagina Schouwburgen en Bioscopen". Daar vindt
hij in een opeenstapeling van pakkende, maar ondui
delijke fotomontages de films aangekondigd, die
deze week loopen en hij kan er zijn keus uit doen.
Hij kan zich daarbij laten leiden door zijn voorkeur
voor een bepaalde theater, voor het dichtsbijzijnde,
voor het luxueus-ingerichte, voor dat met het mooie
orgel of het interessante variété-nummer. En hij
kan zijn keuze ook zuiver en alleen laten beïnvloe
den door wat er vertoond wordt en zich laten voor
lichten door de advertentie-teksten. Dit geeft
moeilijkheden, want schier iedere film biedt zich
aan als een nog nie-dagewesen" meesterwerk en
al twijfelt mr. Average-man" geen oogenblik
aan de waarheidsliefde der adverteerders, bij het
kiezen heeft hij weinig houvast aan deze gelijk
luidende waardebepalingen. Hij moet nu afgaan
op bepaalde namen en die worden in verwarrenden
overvloed opgesomd op deze instructieve adverten
tie-pagina, namen van groote en kleine sterren, van
bekende en onbekende grootheden van het witte
doek. Als mr. Average-man" een getrouwe
bioscoopganger is, zal hij waarschijnlijk Heinz R
hmann kennen uit eenige min of meer geslaagde
Duitsche kluchten, heeft hij misschien Corinne
Luchaire gezien in Prison sans Barreaux" en
Mickey Rooney in Jongensstad" en herinnert
hij zich Jean Gabin uit een paar Fransche film
drama's, die hem destijds nogal somber zijn voor
gekomen. Uit deze herinneringen groeit dan mis
schien een zekere voorkeur voor een bepaalde film
en van het toevallig uitblinken destijds van deze of
geene star" zal dan zijn bioscoopbezoek afgehangen
hebben.
Het bioscoopbezoek wordt dus beheerscht door de
toevalligheid en is even onzeker als de houding der
massa tegenover de film, zooals deze zich op het
oogenblik manifesteert, het is de onzekerheid van
het, door de kranten slecht voorgelichte publiek
tegenover de steeds wisselende waarden van rijzende
en dalende filmsterren en tegenover de wisselvallige
prestaties van den, in industrieverband
onzekerwerkenden regisseur.
Sinds de film uit een werkgemeenschap van eenige
tientallen technici ontstaat en geen persoonlijk
stempel van een geïnspireerd filmer meekrijgt en
van het oogenblik af, dat zij betrokken werd in de
speculaties der bankiers, werd zij een onpersoonlijk
industrieproduct, dat een enkele maal een talent,
maar overigens slechts diverse graden van technische
vaardigheid en van handig vakmanschap verraadt.
In naam wordt zij nog gesteld onder de verant
woordelijkheid van een enkele persoon, maar de
werkelijkheid leert, dat de prestaties van die eene
persoon varieeren met de wisselende technische
staf, die hem wordt toegewezen, met de verander
lijke cast" en de totaal verschillende genre's van
scenario's, die hem van hoogerhand worden opge
legd. In het efficiënt ingerichte filmbedrijf is de
regisseur geen domineerende persoonlijkheid met
eigen visie, eigen stijl, hij is een van de employé's,
die met het hem toegedachte materiaal moet werken
in de richting van een kassucces.
Er is een tijd geweest, dat de film stijl had, dat
zij vervaardigers bezat, die een film naar vorm en
inhoud bepaalden, dat zij genre's kende en specia
listen in ieder van die genre's. Dat was de tijd, dat
over opvattingen en regieverschillen gedebateerd
kon worden, de tijd, dat de montage van Eisenstein
en die van Pudowkin duidelijk verschillende groot
heden waren, zooals een filmcomedie van RenéClair
een zelfstandig begrip was, in uitwerking en stijl
weer geheel verschillend van een Lubitsch-klucht;
KUNSTZAAL VAN LIER
ROKIN 126 TE AMSTERDAM
VAN 2 TOT 30 DECEMBER
Tentoonstelling nieuwe werken van
Raoul Hijnckes
W. Schuhmacher
Charley Toorop
A. C. Willink
Permanent werken van:
J. Bendien, J. Bieruma Oosting, H. Chabot, Aart van
Dobbenburg, Charles Eyck, Edgar Fernhout, H. A.
Henriet, Jan van Herwiinen, Raoul Hijnckes, Dick Ket,
Johan Polet,JohnRadecker, Charles Roelofsz.W. Schuh
macher, Jan Slityters, Quirijn van Tiel, Charley Toorop,
Henri van de Velde, A. C. Willink e. a.