Historisch Archief 1877-1940
Een der enorme Vickers-?Wellington" bommenwerpers waarmee Engeland Dultschland kan bestoken
Duitschland verliest zijn
voorsprong in de lucht
Van onzen luchtvaart-medewerker.
DE geallieerden hebben den tijd, veel meer
althans dan Duitschland. En to:h blijven de
voorspelde luchtaanvallen op Engeland en Frankrijk
uit, alhoewel zeker Engeland zoowel in geografisch
als in industrieel opzicht zeer kwetsbaar is, mede
door de ligging van een zoo groe*e stad als Londen
niet ver van de monding van de Theems.
Waarom? De Duitschers gebruiken als excuus,
dat niet ZIJ den oorlog hebben verklaard, doch de
. geallieerden en, dat het dus niet aan hen is om te
. Beginnen. Hm, een beetje gezocht deze verklaring,
lijkt ons. Naar de wérkelijke reden kunnen wij
overigens slechts gissen. Inderdaad is de kwets
baarheid van Engeland niet zoo groot, aangezien in
een luchtoorlog in de meeste gevallen de aanval de
beste vorm van verdediging is en de op Fransch
grondgebied gestationeerde escadrilles van de
. Royal Air Force zich vrij dicht bij de belangrijkste
Duitsche industriële centra in het Ruhr- en
Rijngebied bevinden'.
Daarom, mocht Duitschland er toe overgaan
: om de industrie-gebieden van Groot Brittanniëvan
de lucht uit te bombardeeren, dan kunnen de
Engelschen op hun beurt zonder heel veel moeite
represailles nemen. Gezien den vrij korten afstand,
.c welke de Engelsche vliegtuigen zouden hebben af
: te leggen, kan elke groep een zeer groot aantal
.vluchten per etmaal maken, zoodat zoo'n Britsen
bombardement zonder twijfel ernstige gevolgen
zou hebben, ondanks een goed georganiseerde
Duitsch* luchtafweer.
Een zeer groot voordeel van dezen korten afstand
.is.ook, dat niet alleen met betrekkelijk weinig toe
stellen groote resultaten kunnen worden bereikt,
maar ook dat alk: machine per vlucht slechts on
geveer de helft aan benzine en olie behoeft te ge
bruiken in vergelijking met de Duitsche toestellen,
waarmede een aanval op Groot Brittanniëwordt
ondernomen, terwijl door de betrekkelijk korte duur
: der vluchten de slijtage aan de vliegtuigen en
mo. toren; ook veel geringer zal zijn. Afgezien hiervan: de
mee te voeren bommenlast staat omgekeerd
even-rèjltg tot dc te vliegen afstand. Een groote afstand
ieischt.'eeft grpot percentage van het jbeschikbare
-laadvermogen voor benzine op en de Engelschen
-zullen -dus, s» staat, zijn, hui) vliegtuigen met het
,rnaxiwum;;g#!viqht aan. bommen uit te rusten,
zoodat de aanvalskracht van iedere bommen
werper, veel grooter zal zijn dan die der Duitsche
.machines, die een flink deel van het beschikbare
laadvermogen moeten opofferen aan benzine en olie
? om naar Londen, de Midlands of de Firth of Forth
en terug, te kunnen vliegen.
Nu is de positie van Duitschland op het gebied
Tan petroleum-producten niet zoo buitengewoon
gunstig. Weliswaar heeft men enorme reserve
voorraden aangelegd, veel grooter dan die van
Frankrijk en Engeland, doch het verbruik van
benzine en olie door de luchtmacht en de gemotori
seerde eenheden van de landmacht 4- zoo t
dat deze reserves na verloop van jd ^?j^
zullen, Behoeven. Ongetwijfeld zal Duitschland zoo
wel uit Roemeniëals uit Rusland petroleum kunnen
krijgen, dcch er zijn groote transport- en andere
moeilijkheden, terwijl de geaillieerden baas op zee
zijn en evenveel petroleum kunnen krijgen als zij
noodig hebben. Niet alleen petroleum, doch alle
mogelijke andere ruwe materialen en materieel.
REEDS vóór het uitbreken van den oorlog had
Engeland een overeenkomst gesloten met de
daarvoor in aanmerking komende Canadessche
industrieën voor het fabii:eeren van verschillende
vliegtuigtypes. Ook verscheidene fabrieken in de
Vereenigde Staten bouwen motoren en vliegtuigen
voor de geallieerden en binnen afzienbaren tijd
zullen zoowel de Fransche als de Britsche lucht
macht voor een belangrijk deel zijn uitgerust met
vliegtuigen, welke op duizenden kilometers afstand
van het oorlogsterrein rijn gemaakt, buiten het
bereik der Duitsche vliegtuigen. Het transport
dezer machines is geen probleem, aangezien men
van plan is ze op eigen kracht over den Atlantischen
Oceaan te laten gaan. De kleinere toestellen, zooals
jachtvliegtuigen, krijg n daartoe extra benzine
tanks; vanzelfsprekend schittert iedere bewapening
door totale afwezigheid om zooveel mogelijk gewicht
te sparen.
De opleiding van het vliegend personeel geschiedt
eveneens zoover mogelijk buiten de gevaren-zone.
Zoowel in Canada als in Egypte en Australiëzijn
diverse vliegscholen opgericht waar in alle rust de
piloten en de andere leden der bemanning van
oorlogsvliegtuigen kunnen worden getraind. In
Egypte is de toestand welhaast ideaal, aangezien
het gunstige klimaat het mogelijk maakt om de
scholen 12 uren per dag en vrijwel iederen dag, te
doen functionneeren.
lederen dag wórdt hierdoor de uitrusting der
Fransche en Engelsche luchtmachten beter, iederen
dag ook wordt de voorsprong, welke de Duitschers
oorspronkelijk ongetwijfeld bezaten, kleiner. En,
tenslotte, hoewel van een luchtoorlog nog niet kan
worden gesproken en het dus uiterst moeilijk is om
eenige conclusies te trekken, de enkele aanvallen
op de Britsche vloot hebben reeds getoond, dat de
Duitsche bommenwerpers den Britschen jacht
vliegtuigen geen partij kunnen geven, indien deze
laatsten er in slagen met hen in contact te komen.
Het effect dezer, aanvallen is dan ook niet groot
geweest. Heel veel zegt dit natuurlijk niet, want
zij werden ondernomen met slechts enkele machines.
Toch hebben deze luchtgevechten, evenals die,
welke boven Fransch gebied zijn geleverd, aan
getoond, dat het Duitsche vliegtuigmaterieel niet
zoo superieur is als algemeen voor het uitbreken
van den oorlog werd verondersteld.
Wapenstii
Het door zijn vrienden verrader
van zijn Chineeschi
Door allen verstooten....
De Partij van de Sociale Massa" die eens,
bijra als een'ge van alle Japansche partijen een
vooruitstrevend karakter had gedragen, maar zich
na de Japansche invasie in China gewillig had
laten inschakelen in het regeeringsfront, nam op
21 Augustus j.l. een resolutie aan waarin op het
sluiten van een militair verbond met Duitschland
en Italiëwerd aangedrongen. Dienzelfden dag werd
uit Berlijn bericht dat Rijksminister Von Ribbentrop
zich twee dagen later naar Moskou zou begeven
teneinde een niet-aanvalsverdrag te sluiten met
den staat die direct en indirect Japan's grootste
vijand in het Verre Oosten was geweest.
Van dezen slag heeft de Japansche politiek zich
nog niet hersteld.
Duitschland's reuzenzwaai" heeft geleid tot het
aftreden van het Kabinet-Hiranoema dat schier
blind op Berlijn vertrouwde, en tot de vorming van
een nieuw ministerie onder leiding van Abe. Een
vaste lijn kenmerkt het bewind van dit nieuwe
ministerie echter niet. En dat kan ook moeilijk.
Had Japan zich in den zomer van 1939 door
agressief optreden te Sjanghai en Tientsin de ge
prikkeldheid van het Britsche Rijk en den
openlijken weerstand van de Vereenigde Staten op den
hals gehaald om in den herfst door den driehoeks
partner te worden verraden? Geen wonder, dat
onder deze omstandigheden de politieke temperatuur
ii het anders zoo rustige Land van de Rijzende
Zon ging stijgen. Begin October ging het personeel
van het ministerie van buitenlandsche zaken in
staking wegens een interdepartementaal geschil,
en ei ^ijn sindsdien nog andere teekenen geweest
dat de Japansche partijen zich bekneld voelen in
het keurslijf van het militair totalitairisme.
Hadden de generaals en admiraals kunnen wijzen
op daverende successen in de Chineesche campagne,
dan zou de zaak er anders voor staan. In werke
lijkheid echter was het tempo waarin Japan het
onmetelijke China naar zich toe haalde, in 1939
aanzienlijk gedaald. In dat jaar bezetten Japansche
troepen enkele eilanden voor de Chineesche kust
en een aantal havenplaatsen waarlangs
Tsjangkai-Tsjek nog in verbinding stond met buiten
landsche afnemers en wapenleveranciers, maar in
feite is Japan sinds October 1938 toen Hankou viel
en Kanton werd verraden, weinig opgeschoten. De
exploitatie van het bezette gebied maakt weinig
voortgang. In Tokio werden gigantische plannen
uitgebroed.... op papier. In de harde werkelijkheid
gelukt het den Japanschen commandanten slechts
met moeite, de Chineesche boeren te dwingen tot
het teelen van producten waaraan de hongerige
Japansche economie behoefte heeft. De oorlog
heeft land en volk van China verarmd. In het
Noorden vonden dezen zomer enorme overstroo
mingen plaats waaronder de katoen- en
zoutproductie ernstig heeft geleden.
Op eigen kracht kan Japan Tsjang-kai-Tsjek
niet overwinnen. Daar deze op zijn beurt er nog
in geen jaren aan kan denken, de Japansche
indringers te verjagen, is Tokio wel gedwongen
zich een nieuw politiek doel te stellen: niet de
verovering van geheel China, maar de consolidatie
der Japansche macht in het thans bezette gebied.
Wang-Tsjing-Wei, de overlooper uit Tsjoengking,
konkelt deswege reeds maandenlang met de
Japansche generaals, en thans schijnt een overeen
komst bekokstoofd te zijn die China in naam onaf
hankelijk maakt, maar Japan het recht geeft, in
de voornaamste plaatsen garnizoenen te leggen.
In zooverre Japan bij dezen gang van zaken
genoegen moet nemen met minder dan het aan
vankelijk begeerde, beteekent dit een moreele
nederlaag. Het zijn dan ook dringende omstan
digheden geweest die Japan tot het accepteeren
dier nederlaag gedwongen hebben. In vollen oorlog
kan Japan politieke noch economische munt slaan
uit het Europeesch conflict. Bovendien is Japan in
hooge mate op den goodwill" van Washington
aangewezen. En Washington wordt kribbig. Op
26 Juli heeft Washington het handelsverdrag opge
zegd. Eind October hield de Amerikaansche gezant
te Tokio, pas uit de V. S. teruggekeerd, een rede
voering waarin hij zich tegen de Japansche z.g.
nieuwe orde" in het Verre Oosten keerde. De
nieuwe Japansche minister van buitenlandsche
zaken, Nomoera, die marine-attachéte Washington
was geweest, trachtte de spanning te verlagen.
Een maand geleden deelde hij zoowaar mede, dat
PAG. 4 DE GROENE No.3267