Historisch Archief 1877-1940
Vrouwen en Vrouwenleven
Remedie tegen eenzaamheid
OETJE, eten wij vandaag niet te
laat, want ik moet. ..."
Oetje" is de padvindstersnaam van
de directrice van het Clubhuis voor
Werkende Vrouwen en Meisjes, dat
ongeveer een jaar geleden, te
's Gravenhage werd geopend. De
directrice, tevens oprichtster, mejuf
frouw J. Snijder van Wissenkerke, laat
zich door haar gasten bij dien naam
noemen. Juffrouw is zoo stijf", ver
klaart zij.
Wij zitten in de gezellige huiskamer
van het Clubhuis, ouderwetsch, maar
knus gemeubeld met een divan, een
bank, een paar crapauds om een
tafeltje, piano, schrijfbureau in een
hoek ? den werkhoek van de direc
trice een paar schemerlampen,
boeken. ... De thuiskomenden worden
verwelkomd met een kopje thee en
daarna gaan wij naar beneden, naar
de eetkamer, waar directrice,
huisgenooten en gast zich om den wei
verzorgden disch scharen. Onder
genoeglijken kout over de dingen van den
dag, over werkkring en school, wordt
de maaltijd genuttigd en dan gaan wij
terug naar de zitkamer, waar ge
leidelijk de buitenleden" als zij
zoo mogen worden genoemd binnen
komen. Meisjes, die over dag haar
werk hebben, werk, dat niet zeer ruim
wordt betaald, zoodat zij zich slechts
een bescheiden kamertje kunnen ver
oorloven. In het Clubhuis komen zij
wat gezelligheid zoeken: er wordt
gehandwerkt gepraat. Een
heelen dag hebben zij gezwegen of
slechts zakelijke gesprekken gevoerd,
deze kantoor-dames, winkeljuffrouwen'
kinderjufs en alle anderen, die hier
huiselijke gezelligheid vinden. U weet
niet, hoevele werkende vrouwen zich
in haar trieste kamertjes eenzaam
gevoelen, met niemand, bij wie zij
haar hart eens kunnen uitstorten. Ik
had dan ook al heel lang beseft, dat
er in Nederland clubhuizen moesten
komen naar het voorbeeld van de
Fransche foyers", tehuizen, waar
enkele vrouwen en meisjes kunnen
wonen en waar anderen haar vrijen
tijd kunnen doorbrengen, maar dan
niet, zooals in Parijs, waar elk beroep
-zijn eigen stichting heeft, zoodat de
bezoeksters uitsluitend vakgenooten
ontmoeten, wat leidt tot een zekere
begrensdheid, kwaadsprekerij, enz.
Eigenlijk had ik nooit aan de mogelijk
heid gedacht zelf zoo'n thuis op te
richten. Ik had een kinderhuis en
wijdde mij daaraan met hart en ziel.
Misschien ging ik er te veel in op,
want ik werd ziek en de dokter ried
mij het Kinderhuis te sluiten. Dat was
mij dus uit de hand geslagen !" vertelt
de directrice.
Voor mejuffrouw Snijder was dit
geen reden bij de pakken te gaan neer
zitten. Men herinnerde haar aan haar
sympathie voor de Parijsche Foyers
en zij zag in, dat dit het oogenblik was
om die sympathie als het ware te
materialiseeren. Zij wachtte een gun
stig moment af om haar vader het
huis Madoerastraat 5, dat zijn eigen
dom was, af te bedelen, zij wist de
sympathie te krijgen van den burge
meester, de presidente van den
NatioZit-slaapkamer in het Haagsche Clubhuis voor Werkende Vrouwen en Meisjes
nalen Vrouwenraad, mej. Joh. Wester
man, bleek het plan ook gunstig gezind
te zijn en zoo waagde mejuffrouw
Snijder van Wissenkerke het er op
het huis te openen.
Zeven inwonende gasten kon zij
huisvesten en die zeven meldden zich
al heel spoedig aan. Andere kamer
bewoonsters hoorden uit de plaatselijke
bladen, van kantoor-genooten, enz.
van het bestaan van het Clubhuis en
3 enigeen kwam eens een kijkje nemen
en haastte zich daarna zich als lid
aan te melden.
N
ATUURLIJK was het voor de
Contact met anderen" is wat een
zame kamerbewoonsters bovenal
noodig hebben. Daarom stelt de directrice
De mode voor 1940
is geboren
Deze japon is gemaakt van fijne zwarte wol, met een
ingehaalde ceintuur en wat ruimte aan den achterkant. Het
hoedje is plat, en versierd met een afhangende veer.
ER is, wederom, een nieuwe mode geboren. Geboren
onder omstandigheden,' die zich wel uitzonderlijk
slecht laten rijmen met al wat een nieuwe mode inhoudt
aan luxe en zorgeloosheid: in de hoofdstad van een oorlog
voerend land.
En toch: een nieuwe mode, waaraan verreweg de meeste
modehuizen hebben meegewerkt; slechts weinige zijn
gesloten. De andere werken niet op volle kracht, veel
arbeidskrachten zijn gerequireerd, in verband met den
oorlog. Maar het gaat per slot van rekening niet aan om
alles stil te leggen, en de goede klanten der verschillende
modehuizen zouden dan met de handen in 't perfect
gekapte haar zitten!
En zoo brengt Parijs dan weer honderden jurken,
costuums en jassen, middag- en avondjaponnen, hoedjes,
snufjes", grapjes en amusante bijzonderheden, misschien
wat minder avondkleeding, en stellig minder détails, een
simpeler lijn; bovenal echter een belangrijke verandering
in het kleuren gamma. Men kan zich, op het zien van al
dit zwart en wit, dit ingetogen grijs, dit ongecompliceerde
rood en blauw, nauwelijks voorstellen dat wij nog geen
jaar geleden onzen grootsten trots stelden in een splinter
nieuwe combinatie van tusschentinten; dat Parijs alle
mogelijkheden van lila, rose, rood en blauw had uitgebuit,
en dat wij op onze beurt maar niet genoeg konden krijgen
van die kleurschakeeringen, die soms met veel smaak,
soms ook met meer enthousiasme werden uitgevoerd !
Uit den aard der zaak is het tailleurcostuum, dit meest
eenvoudige en praktische kleedingstuk, opnieuw op den
voorgrond getreden. De rok is vrij kort, meestal eenigszins
ruim (platte plooien, plissé, klokkend), het jaquetjeheeft
verschillende lengten. Is het lang, dan blijft de rok zoo
nauw mogelijk; draagt men het daarentegen zeer kort,
tot even onder of zelfs tot in de taille, zooals, dat
vooral bij meer gekleede tailleurcostuums voorkomt, dan
is het rokje wijd. Onder de mantels behaalde het
redingotemodel de overwinning op de wijde jas. De wollen japonnen
blijven zeer simpel van uitvoering; veelal zonder kraag,
en met knoopsluiting vóór; impriméjurkjes worden met
plissé's in dezelfde stof gegarneerd. Onder de
avondjaponnen vindt men veel kant, dikwijls in combinatie met
tulle of crêpe georgette, wat aanleiding geeft tot zeer be
werkelijke modellen. Zwart en wit voeren den boventoon.
Een goede vondst was een kort, los avondjasje, dat ook
binnenste buiten gekeerd kon worden; de buitenkant was
donker, van de japonstof, de binnenkant gestreept, ge
bloemd of voorzien van motieven, die ook op de japon
waren aangegeven.
De meeste hoeden zijn laag en plat, met uitzondering
van de Mexicaansche" modellen: platte rand, kegelvor
mige bol. De schoenen hebben vaak dikke zolen, en zijn
over 't algemeen tamelijk excentriek. Maar dat is ongeveer
de eenige ietwat frivole kant van deze bijzonder ingetogen
smaakvolle mode van 1940.
zich altijd open om de moeilijkheden,
welke de bezoeksters van haar huis
ondervinden, met haar te bespreken;
desnoods gaat zij familieleden of
vrienden van haar gasten bezoeken om
strubbelingen, welke zich hebben voor
gedaan, uit den weg te ruimen. Den
eenzamen moet worden geleerd, niet
langer eenzaam te zijn. Velen wroeten
zoo erg in eigen smart", verklaarde
mejuffrouw Snijder, en daar moeten
ze van worden bevrijd". In de
dagelijksche gesprekken, door muziek
avonden, schouwburgbezoek, enz. (het
Tooneelgezelschap Verbeek stelt eiken
Vrijdag- en Zondagavond vier
toegangskaarten gratis ter beschikking
en ook de Haagsche Kunstkring geeft
vrijbiljetten voor concerten, lezingen,
enz.) wordt getracht het belangstellings
terrein der leden uit te breiden.
En. .. . van het n is het ander
gekomen", vertelt de directrice. Want
ik hoorde van een kamerbewoonster,
die drie dagen ziek was geweest zonder
dat iemand naar haar had omgekeken.
Er zijn aardige, hartelijke hospita's,
maar er zijn er ook, die zich niets van
haar huisgenooten aantrekken. Uit
bedoeld verhaal begreep ik, dat het
werk moest worden uitgebreid. Niet
alleen moest ik den meisjes gelegenheid
geven bij mij te komen, ik moest hen
gaan opzoeken als ze ziek waren. Op
het oogenblik zijn er drie en veertig
dames, die mij daarbij helpen. Vaak
waarschuwen dokters mij, wanneer
een kamerbewoonster onverzorgd te
bed ligt, zonder ziek genoeg te zijn om
naar een ziekenhuis te gaan. Dan ga
ik of een van mijn helpsters er
heen. Zoo noodig wasschen wij de
patiënte, wij redderen de kamer,
en brengen voedsel mee. ..."
Zoo kom je van dit werk van het
n tot het ander. Ik werd er opmerk
zaam op gemaakt, dat vrouwen van
gemobiliseerden dikwijls moeilijkheden
hebben met de kinderen. Ze kunnen
nu haar hart bij mij komen uitstorten
en zoo noodig laat ik lastige en weer
barstige kinderen bij mij komen en
wijs hun er op, hoe zij moeder nu
kunnen helpen. .. . Dan heb ik er
toch weer voordeel van, dat ik een
kinderhuis heb gehad, zooals mijn
vroegere ervaring als verpleegster mij
te pas komt bij ziekenbezoek. ..."
DAN komen wij terug op het Tehuis,
dat in korten tijd voor vele vrouwen
en meisjes een heerlijk en vertrouwd
centrum is geworden. Wij zijn het met
de directrice eens: in elke stad moest
een dergelijk Clubhuis zijn. Haar
ideaal is, dat een adjunct-directrice de
teugels in het Haagsche Tehuis zal
overnemen en dat zij zelf gelegenheid
krijgt wat zij nu toch reeds doet
door lezingen haar denkbeeld in andere
steden te propageeren.
Opdat er een stichting kome met
vertakkingen over het geheele land en
spoedig geen enkele vrouw zich meer
eenzaam gevoele, .. .
BERTHA M. v. D. ENDE
PAG. 12 DE GROENE No. 3273