Historisch Archief 1877-1940
Salvo van .een s/ogschip
militaire medewerker:
geen slagkruisers, wel veel meer onderzeebooten
en jagers dan er nu zijn. Zijn die dan nu niet meer
noodig? Moeten die er ook nog komen, behalve
de slagkruisers, die een geheel nieuwe uitvinding
zijn ? Of willen de tegenwoordige deskundigen soms
beweren, dat hun deskundige collega's van luttele
jaren geleden geen verstand van de marine had
den?
Uit het betoog van schrijver blijkt vooral, dat de
slagkruisers den tegenstander zullen dwingen zijn
slagschepen in werking te stellen. Dit is in feite
geen voordeel. Dit zou het wél zijn, indien de slag
kruisers zulks konden beletten. De vijand komt dus
zeker met zijn sterke eenheden en in dien
gedachtengang blijkt sterk het nadeel van het kleine getal,
n.l. drie, terwijl men feitelijk wegens de onver
mijdelijke reparaties maar op een tweetal voor den
strijd kan rekenen. Dat de slagschepen van den
vijand tegenover deze twee slagkruisers geen succes
zouden kunnen behalen, is al zeer optimistisch
voorgesteld.
Men behoeft echter niet te strijden over de vraag,
of slagkruisers voor een of ander doel bruikbaar
zijn, doch de vraag moet aldus worden gesteld of het
eens noodig geachte minimum aan klein materieel
thans niet meer noodig wordt geacht.
Tens'otte nog enke1e andere opmerkingen tegen
het betoog van admiraal Schorer.
De Duitschers vechten bij uitstek tegen de
Britsche handelsvloot. De groote oorlogsschepen
der Britten geven de gelegenheid echter niet. Als
Duitschland hen daartoe dwong door met slag
kruisers naar buiten te komen, dan zou eerst
moeten blijken, of de groote schepen geen last
zouden ondervinden.
De tijd zal leeren, hoe het met de kosten ten
slotte gaat. De begrooting van regeeringswege is
lager dan de dezerzijds uitgesproken verwachting.
Welnu, in 191S taxeerde men de kosten voor de kruiser s
Java en Sumatra van 7500 ton op 7 a 8 millioen.
Het bedrag is 22 millioen geworden ! Dergelijke
ervaring maakt sceptisch ten aanzien van be
grootingen, waarbij in concreto over de nood
zakelijke omlijsting" ook al heel weinig wordt mede
gedeeld.
De basis van Soerabaja werd in 1912 en 1920
ongeschikt geacht. Waarom hebben toen de water
bouwkundigen hun talenten niet ten toon gespreid ?
Over die basis zal het laatste woord nog wel niet
zijn gesproken. Voorheen is daarover al een felle
strijd gevoerd en ten slotte hebben twee commissies
haar afgekeurd. Er zal te zijner tijd wel blijken,
wat er noodig is, om de haven van Soerabaja ge
schikt te maken, met dokken, arsenalen, bewaking,
reparatie-inrichtingen enz. enz.
Met den Admiraal Schorer kan men het toe
juichen dat de regeering de landsverdediging ter
hand neemt, doch of zij zulks op de beste wijze
bevordert door den bouw van slagkruisers, met de
enorme kosten daaraan verbonden, blijft in hooge
mate aan twijfel onderhevig.
EINIG dingen zijn op het oogenblik zoo
moeilijk als het gevoel voor wat recht en
onrecht is te handhaven. De dagbladen storten iederen
morgen en iederen avond een ijskouden stroom van
berichten over ons uit. Ons arm hoofd buigt zich
gelaten en laat veel langs zich afglijden. Ons hart
heeft de neiging, zich uit de verdorven sfeer der poli
tiek terug te trekken. Alle scheidingslijnen worden
opgeheven; alle normen verdwijnen in de mist van
politieke intriges. Vergeleken met de verwarring van
het oogenblik was de situatie enkele jaren geleden
kristalklaar en overzichtelijk. Wij wisten toen ten
naaste bij waar we aan toe waren. Wij konden de
politiek toetsen aan democratische normen. Wij
wisten voor wie wij konden strijden en tegen wie wij
ons hadden te verzetten. De agressies waren eenzijdig.
Onze moreele verontwaardiging zweefde niet in een
politiek luchtledig.
Zoo was er een staatsman die een zwaargewapend
leger op liet rukken tegen een Afrikaanschen
volksstam; met bommen en gifgassen werd de zwakkere
vijand verstrooid Dat was onrecht
Er was een staatsman, die, toen in een naburig
land een reactionaire opstand was losgebarsten, zijn
troepen en vliegtuigen der rebelleerende generaals
ter beschikking stelde. Dat was onrecht.
Er waren, ergens ver weg, staatslieden die een
weerlooze boerenbevolking onnoemelijk teisterden,
van huis en hof verjoegen, en hun macht voor een deel
slechts door uitbreiding van den handel in
verdoovende middelen wisten te handhaven. Dat was onrecht.
Er was een staatsman die droomde van de vestiging
van een groot rijk midden in het werelddeel waar de
door hem beheerschte staat lag. Wie hem in den weg
zat, werd vertrapt. Een naburig volk, door zijn
bondgenooten verraden, werd door hem overweldigd. Dat
was onrecht.
En toen brak de oorlog uit.
/N den waren oorlog weet men dat er met het recht
geen rekening wordt gehouden.
De totale vernietigingswil heerscht. Heerscht zij ook
nuf
Bevinden wij ons niet veeleer in het clair-obscur
dat de overgang vormt tusschen de sfeeren van politiek
en oorlog? De staatslieden hebben het heft in handen
gehouden. Op het punt, elkaar naar de keel te vliegen,
maken zij vaak evenzeer den indruk, bereid te zijn,
zich aan den conferentietafel te zetten. Men zou dat
kunnen toejuichen, indien men het gevoel had dat
daar iets goeds gewrocht zou worden. .. .
Er is n staat die zijn wil aan de wereld wil op
leggen. Dat is een program. De zwakheid van zijn
tegenstanders is, dat zij geen program hebben doch
slechts de handhaving wenschen van een staatkundigen
en socialen status-quo die verouderd is. Hun streven
is: lijmen. Hebben Chamberlain en Daladier in al
hun redevoeringen n gedachte klaar en helder
uitgesproken, die verruimend werkte en zwanger was
van toekomstperspectieven?
Vandaar het politiek luchtledig waarin onze
gevoelens zweven. Daladier heeft reeds gepoogd,
Mussolini om te koopen: zijn poging is mislukt.
Chamberlain is bereid het met generaals en ,,Junkers"
op een accoordje te gooien. De Duitsche uitvoer, ook
via neutrale havens, wordt verhinderd, maar Itali
ontvangt nog steeds ladingen Duitsche steenkolen via
Rotterdam. Van elders werd zelf s bericht dat Duitsch~
land nog steeds koperertsen ontvangt uit een Spaansch
bedrijf dat eigendom is van een Engelsche firma. En
terwijl de Vereenigde Staten met den linkerhand
bedeesd Finland financieelen steun geven, hebben
zij rmt den rechterhand groote wapenvoorraden ver
kocht aan de Sowjet-Unie. In Frankrijk gaan van
gezaghebbende zijde stemmen op om Duitschland na
den nederlaag te versnipperen: alsof in de twintigste
eeuw politieke maximes kunnen worden toegepast die
in de zestiende in feite reeds verouderd waren !
Wat Europa na een overwinning der Geallieerden te
wachten staat, is onbekend. Bijkans het eenige vaste
punt is, dat het Europa niet onbekend is wat het van
een Duitsche overwinning mag verwachten. .. .
Maar ook deze kennis is negatief.
En zoo lijkt ons toch de conclusie gerechtvaardigd
dat de democratie in een politiek luchtledig zweeft.
Het gevaar van een steriliseering der democratische
overtuiging is niet denkbeeldig. Daartegen bestaat,
dunkt ons, slechts n redmiddel: het uitvoeren van
krachtige democratische maatregelen in het binnenland.
Slechts daardoor kan de massa de bevolking weer een
gevoel krijgen dat haar meer en meer ontvalt: dat
politiek zin heeft.
PAG. 5 DE GROENE No.3173