Historisch Archief 1877-1940
;.«.*}
Links: Disney aan het werk. Rechts: Een beeld uit F/eischers Gu//ivers Reizen"
Walt Disney en Max Fleischer
C. Boost
OP Walt Disney's uitdaging aan de concurrenti-,
die indirect opgesloten lag in zijn eerste avond
vullende teekenfilm Sneeuwwitje" heeft Max
Fleischer, de eenige concurrent die zich een gelijk
waardig tegenstander kon noemen, geantwoord in
gelijke taal met Gulliver's Reizen". En nu Disney
hierop al reeds geriposteerd heeft met Pinocchio"
en Fleischer plannen maakt voor een tweede groote
productie, kan men wel gevoegelijk aannemen dat
de geteekende hoofdfilm een. feit is geworden.
Hiermee heeft de teekenfilm zich dan losgemaakt
uit de betrekkelijke anonymiteit, waartoe het
voorprogramma haar veroordeelde en een plaats inge
nomen als gelijkwaardige grootheid naast de speel
film. En hiermee heeft zij tegelijkertijd een episode
in haar ontwikkelingsgang afgesloten, waarin zij
wel geapprecieerd en zelfs bewonderd werd, maar
waarin men haar zonder veel onderscheidingsver
mogen behandelde. Het was een zeldzaamheid wan
neer de teekenfilm als onderdeel van het
voorprogramma vermeld stond en bij die spaarzaam voor
komende gelegenheden ontbrak dan nog een gepre
ciseerde aankondiging, zoodat zich hier te lande
noch in de filmcritiek, noch in de herinnering van
het bioscooppubliek een duidelijke differentiatie
voltrokken heeft aangaande het vertoonde op
teekenfilmgebied. Met het gevolg, dat, ondanks de
groote verschillen in aanleg en temperament
tusschen Fleischer en Disney, de beide exponenten,
waarvan uiteindelijk de ontwikkeling der teeken
film afhankelijk werd, het dooreen halen van beider
uiteenloopend werk een al te vaak voorkomende
vergissing werd.
Nochtans zijn, ondanks de vele overeenkomsten
in hun parallel loopende carrières en ondanks gelijke
voorgangers, geen grootere contrasten denkbaar
dan Fleischer en Disney.
DE meeste filmhistorici hebben over het hoofd
gezien dat uit een bepaalden vorm van
teekenfilm het principe der filmprojectie ontstaan is, dat
de geteekende filmband de grondgedachte opleverde,
waarop thans de geheele filmproductie opgebouwd
is.
Alle instrumenten uit de igde eeuw, als de
phenakistoscope", het daedaleum" of de zoëtrope",
die als voorloopers van het filmprojectieapparaat
beschouwd worden, geven de bewegingsillusie door
middel van een ronddraaiende schijf of een trommel
met spleten, die geteekende beelden snel langs het
oog deden bewegen. En de eerste projectie van be
wegende beelden voor een eenigszins uitgebreid ge
zelschap gebeurde in 1877 door den Franschman
Reynaud met een ingewikkeld instrument, waarbij
hij een scène uit Le Pauvre Pierrot" geteekend had
op transparant materiaal, dat hij crystaloid"
noemde.
Voor Zelfscheerders
Eerst een weinig Purol inwrijven
en daarna inzeepen; dan scheert
men ztch schoon, zacht en pijnloos.
Twaalf jaar later zou de ontdekking van celluloid
de beslissende gebeurtenis in de ontwikkelings
geschiedenis der film worden en dertig jaar verder
zou de eerste teekenfilm door het projectieapparaat
rollen. Zij heette Humorous Phases of Funny
Faces" en was van J. Stuart Blackton, die in 3000
eigenhandig geteekende plaatjes het gezicht van
een man in verschillende expressie-phasen liet zien.
Ongeveer gelijktijdig werkte Emile Cohl in Frank
rijk; hij had 6000 teekeningen noodig voor een
filmpje van 4 minuten en hij maakte ze zonder eeni
ge hulp in een primitief atelier op Montmartre. De
naam van dezen ijverigen en onversaagden pionier
is opgenomen in de historie der film, maar dat is
ook de eenige dank die zijn tijdgenooten hem brach
ten; hij stierf kort geleden onopgemerkt en arm,
ongeveer terzelfder tijd en in dezelfde omstandig
heden als die andere fantast, van het witte doek, de
meester van de truc-film, Georges Méliès.
Maar het record op het gebied van de one man's
cartoon" sloeg Winsor McCay, een Amerikaan van
zelfsprekend, die eigenhandig 25000 teekeningen
maakte voor de film ,,The Sinking of the Lusitania".
Het kostte hem bijna twee jaren van zijn leven !
Meer erkenning met minder moeite vond J. R.
Bray, die op de gelukkige gedachte kwam, met
eenige vaste achtergronden te werken en hiervóór
zijn figuren te laten bewegen. Deze figuren, het
clowntje Dinky-Doodle-Weakhart en Colonel Heezy
Liar, een soort moderne Münchhausen, hebben in
de jaren 1913?1917 groote populariteit verworven
en het bioscooppubliek gewonnen voor de teeken
film.
Dat er tegenstand overwonnen moest worden
blijkt uit de critiek in een onzer groote dagbladen
op een eerste vertooning van Bray's werk, waarin
o.m. te lezen staat: Voor wie zelfs geen hersens
genoeg heeft om de gewone film te harden, heeft men
nu het summum der geesteloosheid gewrocht en films
geteekend, welke zoo banaal en flauw zijn, dat het
door niets geëvenaard wordt...."
Bray bracht nog een variatie op zijn systeem van
vaste achtergronden, door deze voor de afwisseling
eens niet te teekenen, maar te vervangen door een
gefotografeerde omgeving en op dit systeem bouwde
Max Fleischer verder.
FLEISCHER, [Oostenrijker van geboorte, had
zijn teekenvaardigheid opgedaan als illustra
tor aan de Brooklyn Daily Eagle" en richtte in
1917 met zijn broer Dave de Out of the Inkwell
Corporation" op. De hoofdacteur van deze onder
neming was Koko", het clowntje, dat aan het begin
van de film uit den inktpot kroop, of ontstond uit
een inktdroppel, die Fleischer op zijn teekenpapier
liet vallen, daarna zijn avonturen beleefde in een
gefotografeerde wereld en op het eind weer
terugkroop in zijn zwarte geboorteplaats. Na 1923 vindt
Fleischer een concurrent naast zich in de gedaante
van den toen 22-jarigen Disney, die zich, na tallooze
pogingen en mislukkingen om vasten grond onder
de voeten te krijgen als reclameteekenaar, lantaarn
plaatjes-ontwerper en vervaardiger van
reclameteekenfilmpjes, in Hollywood vestigde, zich associ
eerde met zijn broer Roy (zie Fleischer !) en de
.,Alice"-serie maakte, waarin hij het procédévan
Bray en Fleischer omdraait en een levend mensen
in dit geval Alice voert in een geteekende we
reld en haar daar wonderlijke avonturen laat bele
ven.
Dan maakt Pat Sullivan het geteekende dier po
pulair. Hij creëert Felix the Cat" en verbreekt
ieder verband met een bestaande werkelijkheid,
zoowel in het uiterlijk van Felix als in diens avon
turen, die hij geheel onderwerpt aan zijn
grenzelooze fantasie. Sullivan plaatst de teekenfilm op een
eigen gebied, waar de mogelijkheden onbegrensd
zijn en alles gehoorzaamt aan een speciale logica
en Disney wordt zijn ijverige volgeling. Hij ontwerpt
Oswald,the Lucky Rabbit en als dit konijn te weinig
bewegingsmogelijkheden vertoont, laat hij het in
den steek en schept Mickey Mouse", die geboren
wordt op het oogenblik, dat de geluidsfilm de wereld
begon te veroveren. Haastig wordt Mickey van ge
luid voorzien en in Steamboat-Willie" te
NewYork gelanceerd op 19 September 1928. Voorloopig
zonder veel succes.
Naast de Mickey Mouse-serie ontstaan dan de
Silly Symphonies, gebouwd op een bepaald muzikaal
thema, zooals ook reeds Fleischer uitgedacht had
in zijn Screen-songs". Maar dan komt een steeds
grootere verwijdering tusschen het werk der beide
opponenten: Fleischer blijft bij zijn menschelijke
figuren: Betty Boop, Popeye the Sailorman, Olive
Oil; Disney vervolmaakt zijn komische visie op de
dierenwereld; bij Fleischer domineert het bewegings
element, bij Disney de komische vondst en vaak de
poëtische visie; Fleischer houdt vast aan de absur
diteit, de groteske die hem brengen tot de weinig
beminnelijke menschencaricaturen. Disney blijft
aestheet, colorist, verfijnd teekenaar.
MAAR beiden zijn domineerende persoonlijk
heden, want het karakter van hun werk, hun
teekenkundige eigenaardigheden zijn bewaard ge
bleven, ook nu, dat de teekenfilm geen one
man's job" meer is, maar de arbeid van een werk
gemeenschap van 600 a 700 menschen. Wie nu
Gulliver's Reizen" zal zien en wil gaan vergelijken
met Sneeuwwitje" (en niemand ontkomt aan dien
lust tot vergelijken), die zal dezelfde verschillen ont
dekken als principieel reeds bestonden tusschen het
dwaze clowntje Koko" en het lieve meisje Alice",
tusschen de incarnatie van de brute kracht: Popeye
en het listige, nerveuse muisje Mickey, tusschen
de als groteske geziene werkelijkheid en het etheri
sche sprookje.
In de korte geschiedenis van de teekenfilm staan
reeds vele namen opgeteekend, maar weinige bleven
in de herinnering van het bioscooppubliek, hoe po
pulair hun scheppingen ook een korten tijd waren.
Twee figuren zijn overgebleven, twee contrasten in
teekenvaardigheid en fantasie, maar samen het
domein bestrijkend ,waar de film zich, ontdaan van
vreemde invloeden en verlost van remmende traditie
op haar zuiverst manifesteert: Fleischer en Disney.
worden Uw landen
indien U poetst met
In tuben van 60. 40 en 25 et. en doozen van 20 et
PAG. IS DL GROENE No. 3278