Historisch Archief 1877-1940
i- ,
L'
K
Jan Musch door J. H. Speenhoff
HEBT gij wel eens aan een tafel gezeten waar
op een vaas gevuld met roode gladiolen
stond en waar ge bijna zedeloos dichtbij
zat; op zoen-wijdte? Hebt ge wel eens
beschamendvertrouwelijk in die huiselijke kelkjes getuurd en u
bedremmeld gevoeld? Neen? Doe het dan eens en
als ge daarna van nabij het aangezicht van Musch
beschouwt gevoelt ge u even verlegen en even
strafwaardig. Het masker van Musch is een oorlogsveld.
Ik treed nu met hem op in de zeer bijzondere
revue: Het hart van Rotterdam" en ik moet dat
hart" voorstellen. Dagelijks ga ik met hem om
en hij bevalt me hoe langer zoo meer. Eerst dacht
ik: hij is levensverzamelaar geworden maar nu
bemerk ik tot mijn groote vreugde dat hij een
levens-vakman is. ... een dagen-teller.
Hij eet aan het ontbijt vijf of zes oudbakken
bammetjes met-iets-er-op en 's avonds, na de voor
stelling, nóg zoo een rantsoentje en hij smult. Het
is aan hem besteed.
Telkens als ik in zijne voorhoofdrimpels tuur denk
ik: wat doet hij als hij alleen is? onbespied? Zou
hij dan ook telkens zijn zilveren vulpotlood uit
zijn bovenvestzak wippen en er mede gaan betoogen ?
Zoodra hij zit-te-zitten neemt hij het eenigszins
ritselende huisje in de rechterhand en maakt er zijn
tooverstafje van.
Met zijn welluidende kerkestem begint hij te
spreken, te bevestigen en, het is of hij het Heelal
even voor me verklaart. Zoo doet hij in het nieuwe
Reese-Koffie-huis dat door ons bombardement
niet verwoest is. Daar zitten we nu eiken
zonnemiddag en turen naar de eindelooze ruïnen van mijn
lieve Rotterdam. We raken er wel gewend aan maar
de werkelijkheid is zoo bar hard.
In de kleedkamer is Jan Musch een andere Musch.
In de revue treden meen ik: honderd
tooneelluidjes op. Allen zijn ze ijverig en op-taak in het
belang van verarmde Rotterdamsche
tooneelkunstenaars, maar Musch is met mij zeker wel een
der stiptsten. Hij is eigenlijk geen revue-snuiter.
Hij stapte van: Adam in Ballingschap" en de
vondeliersche doch doortimmerde boemerangtaal
in: Het Hart van Rotterdam" en in dat van vijf
dagblad-penners en tevelings in dat van het publiek.
Hij zet neusjes en pruikjes, verkleedt zich vele
malen, zingt geestdriftig mede en kankert niet.
Musch heeft een mooie bariton-stem die hem
eenmaal bijna noodlottig werd toen ik hem in 1910
met Pietje de Vries in mijn Klein-Tooneel had
gepoot. Dat tooneel was toen pas door mij benaamd
en bedacht. Hij zou een tooneelspelletje van
Courteline geven, een voordracht houden en eenige liedjes,
vertaald door den architect Frans Cleton nu in
Indiëonder de klappers, zingen. Pietje zou hem
begeleiden. Hij speelde, hij droeg voor en zong en
het publiek begon te murmureeren en zelfs te. ...
fluitjes- doen.
Het was mijn boeren-kaffers-schuld. .. . want
een b-k ben ik, bij al mijne Dietsche deugden, óók
nog. Ik trad vlak voor Jan op met mijne sterke
liedjes. Ik had na hem moeten komen. Nap de la
Mar, die in de zaal zat, kwam tenminste naar het
tooneel gehuppeld en wees me op mijn b-k-fout.
Musch was, zonder grappig te willen zijn met een
familienaam, in zijn wieken geschoten; want hij
is net zoo hoog-ijdel als u en ik. Wel niet zóó als
wijlen Querido, die het kinderlijk was, maar zoo
als bijv: de Bergerac van Rostand. Spoedig was
hij deze tegenslag vergeten en al had hij toen nog
geen millioen rimpels in zijn aanschijn. ... hij
rimpelde er met zijn voorhoofd tóch vruchtbaar op
los en ik meen dat hij bij die gelegenheid op Pietje
de Vries een luk-rake kus heeft toegebracht, aan
gedaan en gekleefd. Vergeef me deze aanminnige
vertrouwelijkheid nobele en princelijke Sophia. Ik
vereer u en heb u lief. .. . per periscope, om voor
zichtig te zijn. Ik kus uw pols.
Musch was in het begin van zijne schepping niet
.rijk. Hij dierf of derfde soms wel eens een paar
bonlooze schoenen. Dikwerf had hij stevels aan
waarin zijne manlijke teenen
open-lucht-voorstellingen gaven en die hij: spuit- of fontein-schoenen"
noemde als hij door de regenbuien had gebaggerd.
Dan spoten ze als pietsjes van walvischjes. Nu draagt
hij wethouders-schoenen en is hij rondeman en
vierkant gekleed in grijs en zwart.
Mijne eenvoudige vrouw kent Musch al veel
langer dan ik. Toen gene noch met hare familie,
al zingende in de Fransche taal, de Nederlandsche
kermissen bereisde heeft deze dikwijls de schelp
moeten bewaren waarin mijne huidige wederhelfte
toen bij het vroolijke publiek de goede gaven op
haalde. Enkele malen was Jan zelfs te gast bij
deze Belgische familie; mét de spuitschoenen aan.
Soms zong hij dan in eer en deugd enkele liedjes
mede en zeker ware hij een gedegen zanger ge
worden hadde hij niet veel meer voor de
tooneelspeelkunst gevoeld en met reden.
Als er onder u zijn die hem eens ten maaltijd
willen nooden en hij heeft gesmuld van wat zalm
en kip en hij is dan in zijn knollengaarde dan moet
ge hem eens lief verzoeken aan het klavier te gaan
zitten en eenige Fransche liedjes ten gehoore te
brengen. Het is de maaltijd waard.
Zoo stil en gelukkig als hij nu leeft in zijn
heidehuis te Laren N. H. met zijne liefste echtgenoote,
zoo rumoerig was zijn leven in vroegere jaren en
in zijn prille jeugd met Buziau en de la Mar. Hij
was een echte snaak die ook wel eens een taaie
sipte. Zoo mocht hij te Rotterdam op de Hoogstraat
gaarne in: De gebakken slof" logeeren. Het was
daar een paradijs voor de nachtfuivers en nacht
zusters. Daar hing in het eetzaaltje een karton
waarop stond: orde moet er zijn ! Na 's middags
zes uur geen ontbijt meer!"
De hotelhoudster was een Maleische die met hare
violenoogen zóó bijziende was dat ze soms niet wist of
gevoelde dat ze een gast in stede van haren echtgenoot
kuste: in teederste kuischheid? Ik meen dat deze
njonja manis nog op deze aarde tippelt. Ik beminde
haar óók; even als alle andere vrouwen in de
wereld. En even als opgenoemde Sophia. Ook Musch
was in die verre dagen gaarne zacht beroerd door
de gezuchte zoetheden des vrouws, want dan zijn
de vrouwen soms verdrimmeld gentlemanlike. .. .
om dat onuitstaanbare woord nu eens te bezigen.
Musch is tien maal meer dan een gentleman. Hij
is een: heer" en zijn liefste gave is zijne wijze
van loopen. Gaarne mag ik hem van achter bekij
ken, zien wandelen; want Musch wandelt eigenlijk.
Ik moet steeds aan die in het geel en paars gekleede
Mohammedaansche priesters denken, die we te Co
lombo tuSg^en de kraaien zien promeneeren".
Zoo waar^j zoo jong, zoo manlijk.
Nog een verrassing. Hebt gij lieden hem wel eens
piston hooren blazen of een roffel zien slaan op de
trom? Ik wensch het u van harte toe.
En nu zijn tooneelkunst. Vele rollen herinner
ik me van hem en vooral die in: De Suikerfreule"
als hij zoo geestig spot met vreemde invloeden in
onze Oost. Hij leeraarde: The table is havy"
enz.
Hoe voortreffelijk is hij in de Vondelingsche
meesterwerken en in de klassieken. Hoe ruischt
dan zijn stem edel-galmend ten Hemel en ook nu
weer in zijn proloog in deze R-damsche revue die
in der middels uitnemend loopt" en een wonder
baarlijk succes heeft dank zij vooral ons beider
medewerking. Musch speelt en ik zing van:
Doressie" en andere geniale gewrochten. Als we niet
verduisterden waren we eiken avond uitver
kocht"
Musch vult, als hij op komt, dadelijk zijn plan en
tooneel. Hij is stipt in alles, kent zijn rol als zijn
naam, zeurt niet maar doet en is in alle rollen vol
maakt.
Nu dwalen we samen langs de puinhoopen van
mijn arme geboortestad. Telkens komen de
puinruimers uit de putten en roepen me toe:, Ha die
oome Koos !" en dan gaan de harmonica-rimpels
van Musch morse-seinen geven. Van belachelijke
stakingen is geen sprake meer al zie ik hier en daar
nog wel eens m»t de vuist groeten.
Weldra scheiden onze paden weer en als ik Musch
iets mag verzoeken en hij kon het nu toestaan dan
zou ik hem wel eens de hoofdrol willen zien spelen
in mijn nieuwe volksstuk: Simon Azijn."
O ja Groenen. .. . Cor van der Lugt leest mijn
andere stuk.
Het is nu nog nacht terwijl ik schrijf. De
afweerkannonen daveren en donderen. Dek je voor de
scherven Jan !
de lima van
Koos SPEENHOFF
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlllllllllllllllllllllllllllllllHlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllUllllllllllllllllllllllllllltlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
l
Merkwaardige berichten
Een der chauffeurs had enkele
dagen rijtijden van ongeveer O} uren
gemaakt." (H.)
Adolfs is een autodienst, die van
dezen en genen raad heeft gehad,
vermoedelijk van Dake Xicolas en
andere schilders." (R.)
Paindeluxe-brood
,,Ze sprak eeuwig, zonder ophou
den, waarbij ze zich haast geen pau/e
gunde." (T.)
,,Op een houtvuurtje van gesprok
kelde takken kunnen wij ons potje
koken." (H.P.)
CHARIVARIA
gekomen, v. te voorzien dat velen in
moeilijkheid zullen geraken.
Welke die beslissingen zijn v. nog
niet te zeggen; voorshands v. hier
slechts melding te maken van de
onderstelling - waarvan de gegrond
heid niet v. na te gaan." (II.)
De jonge beeldhouwster heeft het
nobele métier geleerd van nu uijlen
Toon Dupuis." (U.)
Thans overleden.
De wonderen der bouwkunst
Vier eeuwen lang bouwden de
Yenetianen van dat goud marnieren
kerken en paleizen." (Tm>nf.tcnkaml~<}
YVic- na lo uur in de open lucht
wordt aangetroffen eu zijn aanwezig
heid niet met zekerheid kan aantoonen
\\ordt onherroepelijk medegenomen
naar het dichtstbijzijnde bureau van
politie." (T.)
Dus flink schreeuwen en zoo
mogelijk stompen en schoppen.
Aaneenlijmsels
In October volgde zijn eerste
boordplaatsing." (Vad.)
De maatregelen voor Dominion
hulp." (]{.)
Dit houdt verband met den
streekaard." (H.)
Jacht op Honaparte, een
TalJevrand-roman."
Onze galante journalisten
Goed afgeloopen. Gisterenmiddag
kwamen twee wielrijdsters, Mevr. T.
en Mevr. YV. in botsing, waarbij eerst
genoemde kwam te vallen en eenige
verwondingen en vervellingen aan
haar knie bekwam. Ken en ander is
goed afgeloopen daar de fietsen niet
waren beschadigd." (\bl.r.Caslricitni)
Ah, kwam Niek de serre in. Nor,
schudde Niek. 'k Geloof, dat ik lucht
ben, driftigde Niek. Vloek niet,
nijdigde Niek." (StantL)
Geschikt slotcharivarium",
voldaande Charivarius.
Uit de hoogeschool
der journalistiek
Ken tweede kwade zijde kleeft
nog vast aan dezen ongewenschten
toestand." (R.)
Klompen zijn verkieslijk omdat zij
gedragen worden met dikke wollen
sokken, die thuis worden uitgedaan,
en voor de voet even goed is, als
wanneer het dit kind op bloote voeten
loopt." (Wiegekind en Kleuter)
Waarvan ?
De zandvlakte was van n ver
latenheid." (V ad.)
Het samenspel was soms van
verheven innigheid." (II.)
Waarom ?
Dat komt, omdat in maanden de
ramen niet open geweest zijn."
(De (.'(tutten Itetiel)
Onze leden kunnen in eigen kring
waarnemen, waarom on/o pogingen
falen." (\eerl n J ia)
Correspondentie
R. te A. In een opstel in Vrije
geluiden" van 7 Sept. 1940, getiteld
Vacantie" en onderteekend T. L.,
lees ik:
Gauw zullen weer het uerk, de
plicht en de zorgelijkheid aan de deur
van mijn kamer, van mijn loven
klo,
Dai
bedaarde, vermaanstem hoor
een koud lokaal orn het jubelend
De vallende ziekte
Dit \. niet zonder overdrijving
zichtbaar te maken. Aan te nemen v.
dat hierbij ook de documenten zullen
zijn." (K.)
Het v. niet te ontkennen dat de
nieuwe staat hierin verandering heeft
gebracht. Als eerste teeken daarvan v.
te beschouwen het verdwijnen van
deze partij. Nu de catastrophe is
Als het maar geestig is en esprit
heeft." (T.)
En spirit.
In Bloememlaal zal een bank
worden geplaatst du1 een blijvende
herinnering wil zijn aan den kun
stenaar." (T.)
Geef het ding z'n zin.
En in Speeldoos" van Ch. A.
Cocheret (Rotterdam 1937) lees ik:
Met werk, de plicht en de zorgelijk
heid kloppen weer aan de deur des
levens. Het is September en 't is me
alsof ik weer de bedaarde vermaan
stem van leeraren hoor door koude
lokalen" (p. i (S).
Hoe is ook weer dat Fransche
spreekwoord ?
Antw. Les beaux esprits se
rencontrent.
PAG. 7 DE GROENE NO.BOO