Historisch Archief 1877-1940
had, ried Aretino het hofleven sterk af aan oor
spronkelijke geesten; het leidde maar tot corruptie,
beweerde hij, en zijn vijanden antwoordden, dat
hij het weten kon bij- ervaring. De genoegens van
het hof somt hij op in een lijstje, dat misschien
maar beter onvertaald blijft: het zijn ,,gli stupri, i
rapimenti, gli adulterii, Ie fornecazioni, i
puttanesimi, Ie ruffianerie", alles bij elkaar niet veel
fatsoenlijks. Liever tien jaar in de gevangenis dan
nog een dag aan het pauselijk hof" was later
zijn meening, doch bij den luchthartigen Leo X
had hij heel wat geleerd, en de relaties te Rome
bleven de grondslag van zijn succes, toen hij te
Venetiëwoonde.
Hij kwam daar toevallig, in 1527, terecht, nadat
hij hand-en-spandiensten had verricht voor een
bendeleider, en hij bleef er wonen wegens den val
van Rome, die heel Italiëmet schrik vervulde. Hier
immers kon hij vrij zijn, op voorwaarde, dat hij een
opportunist was.
Zijn oorspronkelijkheid bestaat in dit opportu
nisme: hij exploiteert de jonge boekdrukkunst
om sensatie te maken, en slaagt. Zijn voorspel
lingen", zijn brieven", die een uiteenzetting geven
van den openbaren toestand, lijken het meest op
hedendaagsche, persoonlijk-gekleurde reportages",
uitgebracht in dienst van den succes hebbende. De
schilder Titiaan, die het satyrieke talent van Aretino
hoog aansloeg, heeft er de meest juiste karakteris
tiek van gegeven, toen hij den scherpen pamflettist
den condottiere van de litteratuur" noemde. Hij
had er aan kunnen toevoegen: een terrorist door
proza", immers het is een bekentenis van Aretino
zelf, dat hij gevreesd wilde zijn. Maar hij had er een
bedoeling mee: Indien ik gedaan heb wat ik deed
en indien ik het gedaan heb op de wijze, waarop
ik het deed, dan was het, omdat ik de bevrijding van
een heele volksgroep beoogde; mij ging de vernede
ring van het schrijverschap door den hofdienst ter
harte en aan de letterkundigen, die tot heden moes
ten leven van aalmoezen en welwillendheden, heb
ik het middel getoond, waarmede zij hun onafhanke
lijkheid kunnen veroveren."
Dat deze onafhankelijkheid" ook bij hem zelf
uitliep op een letterkundig banditisme, dieper ver
nederend dan menig hovelingschap, drong blijkbaar
onvoldoende tot hem door, of anders ontveinst hij
het in zijn herhaalde verheerlijking van de deugd,
die hij zou hebben bevorderd door zijn virtuose,
maar vaak gemeene schelmstukken.
Hij had er eclatant succes mee. Zijn bestrijding is
nooit zakelijk, maar altijd fel-persoonlijk. Als hij
iemand aanvalt, onthult hij al wat gelasterd wordt
omtrent diens familie, carrière, inkomen, intimiteit
en bedoelingen. Er blijft altijd wel iets van hangen,
en hierom werd Aretino in dienst genomen door
politieke machten, die een scherp satyricus noodig
hadden om hun vijanden onschadelijk te maken.
De onafhankelijke" man schold dan precies
zooals zijn lastgevers verlangden, zonder na te gaan,
of hij waarheid schreef of niet. Zijn doel was:
gevreesd te worden. Hij ging in dit opzicht voor
niemand uit den weg en vertoonde zelfs een zekeren
moed, doch die moed moest betaald worden. Aretino
werd politiek reclame-agent van Karel V, die
Titiaan als propaganda-schilder zijner keizerlijke
majesteit gebruikte. Hij nam geld aan voor opdrach
ten en protesteerde, dat hij voor tweehonderd
daalders de Lutheranen niet uitdrijven kon; daar
moes., i; k":7»<- mér voor over hebben !
Zijn rijkdom besteedde hij als een parvenu, in
alle weelde, die hij ervoor krijgen kon. Hij had zich
inderdaad de vrijheid gekocht voor een levenswijze,
die op zijn zachtst zeer vrij" moet heeten, maar
die ook weer niet zoo losbandig is geweest als zijn
vijanden haar voorstellen.
Een af gerond kunstwerk liet hij niet na. Blijft zijn
satyrisch proza bij flarden genietelijk, zijn comisch
tooneelwerk aardig, zijn Rapion-jmenti, hoewel
erg naar den lichten kant, als proza waardeerbaar,
het kleine meesterwerkje, dat had kunnen liggen
tusschen De Lof der Zotheid" en Candide" heeft
hij niet voortgebracht. Zijn poëzie is, op enkele
scherpe zetten na, futloos; zijn prozastijl is over
laden met plastischen laster. Alleen dat hij pleitte
voor een natuurlijk proza, kan men waardeeren.
Hadde hij maar een natuurlijker proza geschreven!
Te veel van zijn satyriek is alleen maar actueel
geweest.
Was hij niet de diep bedorven schurk, die de
traditie van hem maakte, hij kon toch ook be
zwaarlijk gelden voor een grooten geest. Zooals vele
schotschrift-schrijvers miste hij het ware kunste
naars-geduld. Hij moest altijd met eigen oogen zijn
succes kunnen zien. Hierdoor bleef het geringer dan
het worden kon, wanneer hij aan het nageslacht iets
beters had toevertrouwd dan zijn bedenkelijke repu
tatie, de verzekering van zijn goede bedoelingen en
een zóó groote hoeveelheid van verspreide actuali
teiten, dat er op het oogenblik, ook in Italië, niet
n bibliotheek bestaat, die ze volledig bezit.
Vijvercomplex Diergaarde B/ijdorf)
Archief foto
Diergaarde Blijdorp
EEN nieuwe diergaarde is niet noodzakelijk iets
geheel nieuws. Men kan, op een oud thema
voortbordurende, bouwen; maar als we in de Dier
gaarde Blij-dorp den vergevorderden bouw bezien,
dan weten wij al dadelijk, dat wij hier met een
geheel nieuwen klank te doen hebben. Men bouwt
hier namelijk een architectonischen tuin. Ziezoo,
nu weet u het! Hier is geen sprake van een natuur
lijken tuin, geen dierentuin zooals die tot nu toe
modern heette, met een stijfselpudding voor de
ijsberen, een chocoladepudding voor de apen, iets
met bessensap voor de leeuwen en tijgers en iets
heel groots voor de olifanten. Hier heeft men dus
geen aantal, aan sterken twijfel onderhevige natuur
getrouwe rotsen, waaruit de dieren te voorschijn
komen, als wijlen de menschen in Luilekkerland
wanneer ze door den rijstenbrijberg heen waren,
maar hier heeft men weer het gebouw" als
dierenverblijf, het gebouw, zooals wij dat vroeger kenden,
maar nu nieuw aangevat.
Het lijkt ondankbaar tegenover het oude, als we
van een architectonischen tuin spreken, daar de
tuinen van oudsher toch ook met architectenhulp
tot stand kwamen; maar op den langen duur
beminde niemand meer de quasi-moskeeën voor de
leeuwen, het woestijnhuis waar, inplaats van een
harem, kameelen woonden of het apenverblijf,
waarbij de geglazuurde steenen apen aan den buiten
kant trachtten hun levende soortgenooten de loef
af te steken. Smaken wijzigen zich in den loop der
jaren en schoon wij graag veel hadden behouden,
dat aan den ouden tuin zijn charme gaf, veel
moesten wij van lieverlede afkeuren, ook al omdat
men den dieren graag een beter onderdak zou
gunnen dan hun in het oude kon worden geschonken.
Men kan dus gerust aannemen dat er, vasthou
dende aan een bepaalde architectuur, naar gestreefd
is het den inwoners zoo goed mogelijk te geven. Zij
hebben ruimte in overvloed en hun verblijf beant
woordt aan alle eisenen die men aan een moderne
woning stellen kan.
Dan komen wij dus tot het uiterlijke. Het uiter
lijke staat in het teeken van den architect Ir. S. v.
Ravesteyn, dien wij allen kennen als den bouw
meester van de speelsche lijn en van het fleurig
accent. Vandaar misschien dat men den naam van
de woonwijk, waarin de tuin gelegen is, heeft aan
gevat en den nadruk leggende op een bepaalde
lettergreep den tuin genoemd heeft?Blij-dorp". Men
wil den bezoeker aangenaam zijn, men wil het hem
prettig maken, men wil dat hij naast ontspanning,
vroólijkheid vindt in den aanblik van lijn en kleur.
Blij-dorp". Wie zou niet graag in deze tijden
een dergelijk dorp bezoeken. Nu,het zij u aangeraden.
Als straks natte en koude winterdagen hun stempel
nog gaan drukken op onze stemming, dan zult ge
in dezen tuin wel even uw zorgen kunnen vergeten,
zelfs kou en nattigheid, want het is de bedoeling
u langeren tijd bezig te houden onder een beschut
tend dak.
De hoofdschotel in dezen tuin is namelijk een zeer
groot gebouwencomplex, waarin gij veel dieren
ondergebracht vindt. Ge kunt er een poosje tusschen
de menschapen zitten, nijlpaarden, neushoorn en
olifanten bekijken, bij krokodillen, slangen en an
dere reptielen griezelen die nu niet in kleine kooien
maar in zoo natuurlijk mogelijk aangekleede ver
blijven huizen. U kunt uw hart ophalen aan de zoo
vaak geprezen Rotterdamsche plantenweelde; im
mers orchideeën in soorten, succulenten en varens
zullen niet ontbreken, maar bovendien zal een
gezellige wintertuin een aardige wandeling bieden.
Ge gaat dan nog niet weg, omdat het terras in dien
tuin u tot zitten noodt en omdat een uitstekend
restaurant ter plaatse uw inwendigen mensch
versterkt. Daarna waagt ge u, van een droge bui
profiteerend, naar buiten om de leeuwen te zien op
hun terras, de beren bij hun grappen, de zeeleeuwen
in hun vijver naast hun buren de pinguïns. Misschien
zult ge de oude boomgroepen betreuren, maar
boomen zijn niet in n dag gegroeid, pas van
lieverlede zullen zij komen en de paden meer het
aspect van lanen geven. Nu zult ge nog meenen,
dat de rechte weg wel eens aantrekkelijk is, maar
uw kindskinderen zullen, hopen wij, stellig ver
klaren dat juist deze, door het lommer slingerende
paden, aan den tuin zijn aantrekkelijkheid verleenen,
als de gebouwen, die nu nieuw zijn, al hun sporen
hebben verdiend. Ginds achter den hoogen glazen
wand zont de giraffe zich en rustig graast alles, wat
grazen kan, in de groote weiden, die hen zelfs niet
verhinderen om hun capriolen te maken en hun
woeden uit te vieren. De klauterende apen zullen
net als vroeger om uw gave bedelen en ge zult hen
er van verdenken dat zij, als zij de kans schoon zien
stellig uit wandelen gaan, maar krijgen zij de kans?
Ieder verblijf is juist zóó, dat het den indruk wekt
van volkomen vrijheid, terwijl een tot hier toe en
niet verder, ergens schuil gaat.
Er ligt gratie en rijkdom in het geheel, royaliteit,
die zich ook uit tegenover den bezoeker. Ge wordt
gelet en gezet: de service pit zorgt voor u, de kinder
kamer zorgt voor uw kinderen wanneer zij het
drentelen moe zijn en liever een hobbelpaard of een
schommel benutten, het restaurant tracht u vast te
houden opdat u inwendig niets ontbreekt. Een
dierentuin dus waar men geen weemoedige gedach
ten behoeft te laten opkomen gewijd aan het on
gelukkige lot van levende wezens in gevangen staat,
omdat gij en zij in een pittige harmonie zijn, met
elkander. Mocht ge even de charme van het oude
missen, mocht ge soms de vele diersoorten die men
anders naast elkaar kon bestudeeren, vergeefs
zoeken, dan moet ge er u mee troosten dat Babyion
ook niet in n dag gebouwd is en dat ge nog eens
terug kunt komen, om nieuwe aanwinsten en andere
soorten te ontdekken. Juist het aantrekkelijke in
dezen nieuwen tuin is' het tot stand komen in n
ruk, zoodat alle gebouwen in n stijl zijn gehouden.
Het is met recht een stijl-tuin, wel van een geheel
ander genre dan die andere stijl-tuin, dien wij bij
Weenen in Schönbrunn kennen, maar een die den
geest van dezen tijd ademt en beantwoordt aan de
behoeften van menschen uit onze dagen. Het is te
hopen dat hij daarvan evenlang zal kunnen getuigen
als de perken in het wondermooie Schönbrunn, die
ons, al zijn zij zoo geheel anders, ook no;; altijd
bekoren en fascineeren.
PAG. II DE GROENE No. 3303