Historisch Archief 1877-1940
UES
tpgaven
j. Van Je lettergrepen
moe«* ten 42 woordenJjevormd worden.
In", dien men deze woorden onder elkaar
jplaatst,fvonnen de eerste en de derde
letters, in beide gevallen van boven
naar onder gelezen, een kort gedicht
van Werumeus Buning.
a - ba - bi - bus - chel - daan - de
de - de - del - del - des - deum - di
di ? die - dieu - din - doe - drecht - e
e - e - e - echt - eef - er - er - ernst
ford - ga - ge - ge - giek - ha - han
hu - i - ief - ig - il - in - ka - ka - kat
ket - kra - kwi - loch - loe - loog - lu
ma - men - mus - na - ne - nen - ner
ner - ni - ni - nier - noo - om - or - or
ox - phi - pie - pneu - ra - ra - ras
re - ren - ri - ring - ro - roep - ru - sa
jf&ap - sckots - -se - sie - slie - stei
"i* - te - te - te - ter - tho - ti - tie - tie
tie - to - to - tre - trei - tus - u - va
wai - wal - wen- ys - zak - zon.
Omschrijving: i. Indisch weefsel,
2. vulkto^IPond, 3. huisorgel, 4 dank
hymne, 5. radio-uitzending, 6.
wijnsoort, 7,- muziekinstrument, 8. plaats
in Engeland, 9. adem, wind, 10. ge
meente in Noordholland, n. serieus,
13. figuur uit de Gijsbrecht van
Aemstel, 13. herordening, 14. hersenschim,
15. uiterlijk, 16. Turksch vaartuig,
17. ondervinding, 18. rare snuiter,
19. drijvend ijs, 20.
verwarmingsapparaat, 21. betere helft, 22. eenvoudig,
23. beroemd componist, 24. vogel
kenner, 25. geleerdheid, 26. trouwen,
27. wilskrachtig, 28. plaatsje in Gelder
land, 29. evenzoo. 30. meisjesnaam,
31. vuurpijl, 32. eiland in de Stille
Zuidzee, 33. groot wijsgeer, 34. zoon
van Rembrandt, 35. Vlaamsch schrij
ver, 36. vaarwel, 37. plagen, 38. plaats
je bij Zutphen, 30. Fransch beeld
houwer, 40. traagheid, 41. plaats in
Zuidholland, 42. ontgoocheling.
3
4
56.
78.
10.
12
1718.
19.
ao. ,
. 21. ,
' -32.
23.
24.
29.
30.
31.
32.
33
34
3536.
37.
3».
3940.
41.
4?.
ledere week wordt voor het woordraadsel
een prijs uitgeloofd, n.l. een kleuren- j
reproductie naar een korenveld van l
Vincent van Gogh. i
Inzendingen vóór Woensdag op een brief- j
kaart. Op de adreszijde puzzle vermelden, f
De prijswinnaar van deze week is: \
de heer C. Schuitenmaker te Laren (Gld.) (
Visitekaartje
QJie.
Welk beroep heeft deze man?
Oplossingen
Woordraadsel
Een harde steen die wet het ijzer
en harde slagen maken wijzer
(Jacob Cats)
E U ROPA
EV ENTUEEL
NO NCHALANT
H AHA
APACHEN
R A R E K I E K
DA DELPALM
E L ECTIE
S A SVANGENT
TA LISMAN
E V ASIE
ERGO
N EERSLACHTIG
D O NATEUR
l N MAKEN
ELASTIEK
WEKKER
E L EGANT
T O NDEUSE
H U W E L IJ K
E L YSEUM
T E ZAMEN
Y V ERDON
Z O ROASTER
EL
?
Visitekaartje
Het beroep van D. Hunkerna, Aalst,
is:
KUNSTHANDELAAR
Professor Piet Lut's Perikelen
Tijdverdrijf
De Rozentuin
AG ]> E
Oplossing
De tuinman heeft een touw dat
de lengte A B heeft. Hij deelt difin
vieren en zet den afstand A D af die
een vierde is van de lengte van den
tuin. Dan bepaalt hij de punten E
en F, en wel zoo dat D E en A F bei
de het vierde gedeelte van B C zijn.
Vervolgens bepaalt hij het punt G;
dit ligt even ver van E als D van F
verwijderd is. A G is de breedte van
het pad, dat dezelfde oppervlakte
heeft als het bloembed.
Mathematiek en alcohol
DAT is een lekker wijntje", zei
Dr. IJlvoet tegen professor Piet
Lut, nadat hij zijn glas leeggedronken
had, en dat smaakt naar meer". In
derdaad, daarin kan ik je geen ongelijk
geven", antwoordde de professor die
zelf ook nog wel zin in een glaasje had
en zich daarom als een voortreffelijk
gastheer betoonde. Hij schonk zijn
vriend nog eens in, en ze klonken nog
eens samen. Zeg IJlvoet", zei Lut,
ken jij dat raadsel van dien man die
drie maatjes had, een van acht liter,
een van vijf liter en een van drie liter ?"
IJlvoet haalde zijn schouders op. Nou,
dat is toch een bekend raadseltje, een
eenvoudig rekenkunstje. Iemand heeft
drie maatjes met respectievelijke in
houden van 8, 5 en 3 liter. Het maatje
van 8 liter is gevuld met wijn. Hij heeft
geen andere meetinstrumenten en de
maatjes van 5 en 3 zijn leeg. Hij wil de
wijn zoo overgieten dat hij in de klein
ste maat n liter overhoudt. Daarna
wil hij den wyn net zoo lang heen en
weer gieten dat hij in de grootste maat
n liter heeft, en vervolgens wil hij
zoo gieten dat hij in de maat van vijf
liter n liter heeft."
O, dat ken ik nog wel van vroeger"
zei Dr. IJlvoet, daar is niets aan. Hij
giet eerst het maatje van drie vol, en
houdt in de grootste maat dus 5 liter
over. Dan gooit hij die 3 liter in het
maatje van vijf en giet nog eens uit de
grootste maat 3 liter in de kleinste,
zoodat er 2 liter in de grootste maat
overblijven. Uit het maatje van drie
vult hij het maatje van vijf bij, en om
dat daar maar twee liters bij kunnen,
houdt hij in het kleinste maatje n
liter over. Daarna gooit hij het maatje
van acht en het maatje van vijf leeg,
en giet die eene liter eerst in het eene
en dan in het andere maatje. Klaar is
Kees."
Professor Lut glimlachte. Het begin
is goed, tot en met het oogenblik waar
op hij n liter in het kleinste maatje
heeft. Maar denk je dat iemand het in
z'n hoofd zal halen om wijn zoo maar
weg te gooien? Neen hoor, niets daar
van, er mag geen druppel weggegooid
worden. Denk maar eens goed na, het
is niet zoo moeilijk als het lijkt."
Dr. IJlvoet was in gedachten al weer
bezig met het heen en weer gieten van
den wijn, maar hij kon er niet uitko
men. Zijn gebrek aan voorstellings
vermogen speelde hem parten, daarom
IIHUUHMHIIIfUlMIflKIUIHHMflMH
Nieuwe opgave
Rare sprongen
Op een schaakbord zet men tien stukken, of
damsteenen of centen, zooals afgebeeld in de
teekening. Deze stukken moeten verplaatst wor
den naar de rechter onderhoek, waar de kruis
jes staan. De stukken mogen zich slechts op n
manier verplaatsen, en wel door horizontaal of
verticaal over een ander heen tespringen [n het
direct daar achter gelegen vrije veld. U kunt
het probeeren, maar met 10 stukken lukt het
niet. Wel met 12. We moeten er nog 2 stukken
bijvoegen, b.v. op A en A (zoodat B en B ten
slotte bezet worden) t Maar we zetten ze niet
op A en A. Waar dan wel l
Oplossing de volgende week.
gaf professor Lut hem een stukje pa
pier om het op uit te rekenen. Maar dat
mocht niet baten, dr. IJlvoet zei dat
het onmogelijk was om n liter in het
maatje van acht te krijgen en dat het
even onmogelijk was om n liter in
het maatje van vijf over te houden.
Toen nam prof. Lut zelf het stukje pa
pier en schreef het voor hem op. Dr.
IJlvoet was ietwat in zijn ijdelheid ge
kwetst dat hij de oplossing niet had
kunnen vinden en zei: Nou ja, als je
dan ook acht keer den wijn moet over
gieten, wie doet dat nu ? Dat zou mij te
omslachtig zijn." Dat weet ik nog
niet of jou dat te omslachtig zou zijn.
Weet je wat? Ga eens mee naar mijn
wijnkelder!" vroeg prof. Lut zijn
vriend. Na nog een glas gedronken te
hebben daalden ze gezamenlijk af in
den kleinen doch goed voorzienen
wijnkelder van prof. Lut.
Kijk eens IJlvoet, die wijn dien je
net gedronken hebt beviel je toch zoo
goed, is het niet?" Dr. IJlvoet knikte
vol overtuiging. Welnu", ging prof.
Lut voort, Kijk eens, zie je die drie
flesschen? Die groote flesch, zit vol
met den wij n dien j e zoo juist gedronken
hebt. Wat een bakbeest hé? Dat zou ik
zoo ze?gen, er zitten 16 liters in. En zie
je die twee andere flesschen? Die zijn
leeg. In de eene flesch gaat precies
negen liter, in de andere zeven. Omdat
ik gemerkt heb dat jij zooveel van dien
wijn houdt, zou ik je graag de helft van
mijn voorraad willen geven, dus acht
liter, want ik heb er zestien. Maar onder
een voorwaarde."
En die is?", vroeg dr. IJlvoet
begeerig. Die voorwaarde is deze, dat je
in de negenliterflesch acht liter moet
gieten, en dat in de grootste flesch acht
liter moet overblijven. En je mag niets
weggooien. Ga nu je gang maar." Prof.
Lut was er van overtuigd dat het zijn
vriend niet zou lukken, maar zijn
vriend vond het aanbod zoo schitterend
dat hij direct begon met den wijn van
de eene flesch in de andere te gieten,
van de andere in de derde en zoo voort.
Met eenig leedvermaak stond prof. Lut
toe te kijken. IJlvoet schonk en schonk.
Maar weldra betrok het gezicht van
prof. Lut, want dr. IJlvoet was zoo be
zeten door den dorst naar den wijn,
dat hij zichzelf in pienterheid overtrof
en er in slaagde den wijn zoo in de fles
schen te verdeelen dat hij tenslotte in
de grootste flesch acht liter had en in
tie middelste flesch ook acht liter. Hoe
heb ik hem dat gelapt?", vroeg dr. IJl
voet opgetogen, .,dat had je zeker niet
gedacht hè? Maai -k ben er erg blij mee.
Van harte bedankt /'oor ! Ik mag die
negenliterflesch zeker wel meene
men? Als ze leeg is krijg je haar wel
terug." Dr. IJlvoet torste de flesch de
trap op en nam haar mee, en prof. Piet
Lut was dien verderen dag zeer uit
zijn humeur. Hoe is dr. IJlvoet te
werk gegaan?
Oplossing de volgende week.
Oplossing van het rekenkundige
verhaaltje van de vorige week
De wandeling
en de fietstocht
De jongen begon om tien uur te
fietsen en reed tot twee uur heen en
weer. Hij pauseerde tien minuten in
het cafétoen hij van prof. Lut een kop
koffie kreeg. Gedurende 3 uur en 50
minuten reed hij met een snelheid van
30 km per uur, en legde dus af 36/6 X
30 km =115 km. Vervolgens reed hij
nog van caféHalfweg naar huis, dat
is 15 km. Zijn totale weg is dus 130 km.
Hij ontving 260 cent, dus hij verdiende
2 cent per kilometer.
PAG. 19 DE GROENE No. 3303